Book Chapter: Verse
1 2Sa 2:18 | Zeruja, Joab, en Abisai en Asahel; en Asahel was licht op
2 2Sa 2:18 | en Abisai en Asahel; en Asahel was licht op zijn voeten,
3 2Sa 2:19 | 19 En Asahel jaagde Abner achterna; en
4 2Sa 2:20 | en zeide: Zijt gij dit, Asahel? En hij zeide: Ik ben het. ~
5 2Sa 2:21 | voor u hun gewaad; maar Asahel wilde niet afwijken van
6 2Sa 2:22 | wijders voort, zeggende tot Asahel: Wijkt af van achter mij;
7 2Sa 2:23 | de plaats kwamen, alwaar Asahel gevallen en gestorven was,
8 2Sa 2:30 | gemist negentien mannen, en Asahel. ~
9 2Sa 2:32 | 32 En zij namen Asahel op, en begroeven hem in
10 2Sa 3:27 | bloeds wil van zijn broeder Asahel. ~
11 2Sa 3:30 | doodgeslagen, omdat hij hun broeder Asahel te Gibeon in den strijd
12 2Sa 23:24 | 24 Asahel, Joabs broeder, was onder
13 1Kro 11:26| helden nu der heiren waren: Asahel, de broeder van Joab; Elhanan,
14 1Kro 28:7 | in de vierde maand, was Asahel, de broeder van Joab, en
15 2Kro 31:13| en Azazja, en Nahath, en Asahel, en Jerimoth, en Jozabad,
16 Ezra 10:15| Alleenlijk Jonathan, de zoon van Asahel, en Jehazia, de zoon van
|