Book Chapter: Verse

 1 Joz  14:12 |    met mij ware, dat ik hen verdreef, gelijk als de HEERE gesproken
 2 Joz  15:14 |                 14 En Kaleb verdreef van daar de drie zonen van
 3 Ric   1:19 |   inwoners van het gebergte verdreef; maar hij ging niet voort
 4 Ric   1:20 | Mozes gesproken had; en hij verdreef van daar de drie zonen van
 5 Ric   1:27 |               27 En Manasse verdreef Beth-Sean niet, noch haar
 6 Ric   1:28 |   op cijns stelde; maar hij verdreef hen niet ganselijk. ~
 7 Ric   1:29 |                      29 Ook verdreef Efraim de Kanaanieten niet,
 8 Ric   1:30 |                  30 Zebulon verdreef de inwoners van Kitron niet,
 9 Ric   1:31 |                     31 Aser verdreef de inwoners van Acco niet,
10 Ric   1:33 |                 33 Nafthali verdreef de inwoners van Beth-Semes
11 Ric   2:23 | haastelijk uit de bezitting verdreef; die Hij in de hand van
12 Ric   8:41 |    bleef te Aruma; en Zebul verdreef Gaal en zijn broederen,
13 Ric  10:24 |     voor u uit de bezitting verdreef? Alzo zullen wij al dengene
14 1Kon   2:27|               27 Salomo dan verdreef Abjathar, dat hij des HEEREN
15 Psa  78:55 |                   55 En Hij verdreef voor hun aangezicht de heidenen,