Book Chapter: Verse

 1 1Sa  10:10 |      vaardig over hem, en hij profeteerde in het midden van hen. ~
 2 1Sa  10:11 |      had, zag, dat hij, ziet, profeteerde met de profeten, zo zeide
 3 1Sa  18:10 |     Saul vaardig werd, en hij profeteerde midden in het huis, en David
 4 1Sa  19:23 |       en hij, al voortgaande, profeteerde, totdat hij te Najoth in
 5 1Sa  19:24 |     zijn klederen uit, en hij profeteerde zelf ook, voor het aangezicht
 6 1Kro  26:2 |    die aan des konings handen profeteerde. ~
 7 2Kro  21:37|       van Dodava, van Maresa, profeteerde tegen Josafat, zeggende:
 8 Jer  26:20 |    die in den Naam des HEEREN profeteerde, Uria, de zoon van Semaja,
 9 Jer  26:20 |       van Kirjath-Jearim; die profeteerde tegen deze stad en tegen
10 Eze  11:13 |     Het geschiedde nu, als ik profeteerde, dat Pelatja, de zoon van
11 Eze  37:7  |                   7      Toen profeteerde ik, gelijk mij bevolen was,
12 Eze  37:7  |       werd een geluid, als ik profeteerde, en ziet een beroering!
13 Eze  37:10 |                 10      En ik profeteerde, gelijk als Hij mij bevolen
14 Luk   1:67 |    met den Heiligen Geest, en profeteerde, zeggende: ~
15 Joha  11:51| hogepriester deszelven jaars, profeteerde hij, dat Jezus sterven zou