Book Chapter: Verse

 1 2Sa   4:2  |          en de naam des anderen Rechab, zonen van Rimmon, den Beerothiet,
 2 2Sa   4:5  |         Rimmon: den Beerothiet, Rechab en Baena, gingen heen, en
 3 2Sa   4:6  |       hem aan de vijfde rib; en Rechab en zijn broeder Baena ontkwamen. ~
 4 2Sa   4:9  |         9 Maar David antwoordde Rechab en zijn broeder Baena, den
 5 2Kon  10:15|       hij Jonadab, den zoon van Rechab, hem tegemoet; die hem groette;
 6 2Kon  10:23|       met Jonadab, den zoon van Rechab, in het huis van Baal; en
 7 1Kro   2:55|      den vader van het huis van Rechab. ~  ~
 8 Neh   3:14 | verbeterde Malchia, de zoon van Rechab, overste van het deel Beth-Cherem;
 9 Jer  35:6  |       want Jonadab, de zoon van Rechab, onze vader, heeft ons geboden,
10 Jer  35:8  |       van Jonadab, den zoon van Rechab, onzen vader, gehoorzaamd
11 Jer  35:14 |       van Jonadab, den zoon van Rechab, die hij zijn kinderen geboden
12 Jer  35:16 |       van Jonadab, den zoon van Rechab, het gebod huns vaders,
13 Jer  35:19 |       zal Jonadab, den zoon van Rechab, niet worden afgesneden