Book Chapter: Verse

 1 1Kro  27:15|  zijn kinderen het huis der schatkameren. ~
 2 1Kro  27:17|     daags vier; maar bij de schatkameren twee en twee. ~
 3 1Kro  29:11|   zijn behuizingen, en zijn schatkameren, en zijn opperzalen, en
 4 2Kro  32:27|     eer; en hij maakte zich schatkameren voor zilver en voor goud,
 5 Job  37:22 |     Zijt gij gekomen tot de schatkameren der sneeuw, en hebt gij
 6 Job  37:22 |  der sneeuw, en hebt gij de schatkameren des hagels gezien? ~
 7 Psa  33:7  |     Hij stelt den afgronden schatkameren. ~
 8 Psa  34:7  |     Hij stelt den afgronden schatkameren. ~
 9 Psa 135:7  |    brengt den wind uit Zijn schatkameren voort. ~
10 Spre   8:21| bestendig is, en Ik zal hun schatkameren vervullen. ~
11 Jer  10:13 |    wind voortkomen uit Zijn schatkameren. ~
12 Jer  51:16 |    wind voortkomen uit Zijn schatkameren. ~