Book Chapter: Verse

 1 Matt  27:56|         Onder dewelke was Maria Magdalena, en Maria, de moeder van
 2 Matt  27:61|          61 En aldaar was Maria Magdalena, en de andere Maria, zittende
 3 Matt  28:1 |        dag der week, kwam Maria Magdalena, en de andere Maria, om
 4 Mark  15:40|       onder welke ook was Maria Magdalena, en Maria, de moeder van
 5 Mark  15:47|                     47 En Maria Magdalena, en Maria, de moeder van
 6 Mark  16:1 | voorbijgegaan was, hadden Maria Magdalena, en Maria, de moeder van
 7 Mark  16:9 |   verscheen Hij eerst aan Maria Magdalena, uit welke Hij zeven duivelen
 8 Luk   8:2  |         namelijk Maria, genaamd Magdalena, van welke zeven duivelen
 9 Luk  24:10 |          10 En deze waren Maria Magdalena, en Johanna, en Maria, de
10 Joha  19:25|      vrouw van Klopas, en Maria Magdalena. ~
11 Joha  20:1 |         dag der week ging Maria Magdalena vroeg, als het nog duister
12 Joha  20:18|                        18 Maria Magdalena ging en boodschapte den