1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-1627
Book Chapter: Verse
1501 Matt 4:16 | 16 Het volk, dat in duisternis zat,
1502 Matt 4:23 | en alle kwale onder het volk. ~
1503 Matt 9:35 | en alle kwale onder het volk. ~
1504 Matt 14:5 | hem doden, vreesde hij het volk, omdat zij hem hielden voor
1505 Matt 15:8 | 8 Dit volk genaakt Mij met hun mond,
1506 Matt 21:43 | weggenomen worden, en een volk gegeven, dat zijn vruchten
1507 Matt 24:7 | 7 Want het ene volk zal tegen het andere volk
1508 Matt 24:7 | volk zal tegen het andere volk opstaan, en het ene koninkrijk
1509 Matt 26:5 | geen oproer worde onder het volk. ~
1510 Matt 27:25 | 25 En al het volk, antwoordende, zeide: Zijn
1511 Matt 27:64 | stelen Hem, en zeggen tot het volk: Hij is opgestaan van de
1512 Mark 7:6 | gelijk geschreven is: Dit volk eert Mij met de lippen,
1513 Mark 11:32 | mensen; zo vrezen wij het volk; want zij hielden allen
1514 Mark 13:8 | 8 Want het ene volk zal tegen het andere volk
1515 Mark 13:8 | volk zal tegen het andere volk opstaan, en het ene koninkrijk
1516 Mark 14:2 | misschien oproer onder het volk worde. ~
1517 Luk 1:17 | te bereiden een toegerust volk. ~
1518 Luk 1:21 | 21 En het volk was wachtende op Zacharias,
1519 Luk 1:77 | 77 Om Zijn volk kennis der zaligheid te
1520 Luk 2:32 | tot heerlijkheid van Uw volk Israel. ~
1521 Luk 3:15 | 15 En als het volk verwachtte, en allen in
1522 Luk 3:21 | geschiedde, toen al het volk gedoopt werd, en Jezus ook
1523 Luk 7:5 | 5 Want hij heeft ons volk lief, en heeft zelf ons
1524 Luk 7:16 | opgestaan, en God heeft Zijn volk bezocht. ~
1525 Luk 7:29 | 29 En al het volk, Hem horende, en de tollenaars,
1526 Luk 8:47 | verklaarde Hem voor al het volk, om wat oorzaak zij Hem
1527 Luk 9:13 | spijs kopen voor al dit volk; ~
1528 Luk 18:43 | verheerlijkende. En al het volk, dat ziende, gaf Gode lof. ~ ~
1529 Luk 19:48 | doen zouden; want al het volk hing Hem aan, en hoorde
1530 Luk 20:1 | als Hij in den tempel het volk leerde, en het Evangelie
1531 Luk 20:6 | mensen; zo zal ons al het volk stenigen; want zij houden
1532 Luk 20:9 | 9 En Hij begon tot het volk deze gelijkenis te zeggen:
1533 Luk 20:19 | slaan; maar zij vreesden het volk; want zij verstonden, dat
1534 Luk 20:26 | woord niet vatten voor het volk; en zich verwonderende over
1535 Luk 20:45 | 45 En daar al het volk het hoorde, zeide Hij tot
1536 Luk 21:10 | zeide Hij tot hen: Het ene volk zal tegen het andere volk
1537 Luk 21:10 | volk zal tegen het andere volk opstaan, en het ene koninkrijk
1538 Luk 21:23 | land, en toorn over dit volk. ~
1539 Luk 21:38 | 38 En al het volk kwam des morgens vroeg tot
1540 Luk 22:2 | zouden; want zij vreesden het volk. ~
1541 Luk 23:2 | hebben bevonden, dat Deze het volk verkeert, en verbiedt den
1542 Luk 23:5 | zeggende: Hij beroert het volk, lerende door geheel Judea,
1543 Luk 23:13 | en de oversten, en het volk bijeengeroepen had, zeide
1544 Luk 23:14 | gebracht, als een, die het volk afkerig maakt; en ziet,
1545 Luk 23:27 | En een grote menigte van volk en van vrouwen volgde Hem,
1546 Luk 23:35 | 35 En het volk stond en zag het aan. En
1547 Luk 24:19 | woorden, voor God en al het volk. ~
1548 Joha 8:2 | in den tempel, en al het volk kwam tot Hem; en nedergezeten
1549 Joha 11:48 | wegnemen beide onze plaats en volk. ~
1550 Joha 11:50 | een mens sterve voor het volk, en het gehele volk niet
1551 Joha 11:50 | het volk, en het gehele volk niet verloren ga. ~
1552 Joha 11:51 | Jezus sterven zou voor het volk; ~
1553 Joha 11:52 | En niet alleen voor dat volk, maar opdat Hij ook de kinderen
1554 Joha 18:14 | was, dat een Mens voor het volk stierve. ~
1555 Joha 18:35 | antwoordde: Ben ik een Jood? Uw volk en de overpriesters hebben
1556 Hand 2:47 | hadden genade bij het ganse volk. En de Heere deed dagelijks
1557 Hand 3:9 | 9 En al het volk zag hem wandelen en God
1558 Hand 3:11 | Johannes vasthield, liep al het volk gezamenlijk tot hen in het
1559 Hand 3:12 | ziende, antwoordde tot het volk: Gij Israelietische mannen,
1560 Hand 4:1 | 1 En terwijl zij tot het volk spraken, kwamen daarover
1561 Hand 4:2 | ontevreden zijnde, omdat zij het volk leerden, en verkondigden
1562 Hand 4:10 | kennelijk, en het ganse volk Israel, dat door den Naam
1563 Hand 4:17 | niet meer en meer onder het volk verspreid worde, laat ons
1564 Hand 5:2 | doende vele aalmoezen aan het volk, en God geduriglijk biddende. ~
1565 Hand 5:22 | getuigenis heeft van het ganse volk der Joden, is door Goddelijke
1566 Hand 6:34 | hem voorbrengen voor het volk. ~
1567 Hand 6:41 | al de verwachting van het volk der Joden. ~
1568 Hand 6:52 | 22 En het volk riep hem toe: Een stem Gods,
1569 Hand 7:15 | van vertroosting tot het volk in u is, zo spreekt. ~
1570 Hand 7:17 | 17 De God van dit volk Israel heeft onze vaderen
1571 Hand 7:17 | vaderen uitverkoren, en het volk verhoogd, als zij vreemdelingen
1572 Hand 7:31 | Zijn getuigen zijn bij het volk. ~
1573 Hand 9:14 | bezocht, om uit hen een volk aan te nemen door Zijn Naam. ~
1574 Hand 11:5 | marktboeven, en maakten, dat het volk te hoop liep, en beroerden
1575 Hand 11:5 | zochten zij hen tot het volk te brengen. ~
1576 Hand 13:4 | bekering, zeggende tot het volk, dat zij geloven zouden
1577 Hand 13:26 | hoort, dat deze Paulus veel volk, niet alleen van Efeze,
1578 Hand 13:30 | 30 En als Paulus tot het volk wilde ingaan, lieten het
1579 Hand 13:33 | met de hand, wilde bij het volk verantwoording doen. ~
1580 Hand 15:27 | tempel, en beroerden al het volk, en sloegen de handen aan
1581 Hand 15:28 | is de mens, die tegen het volk, en de wet, en deze plaats
1582 Hand 15:30 | stad kwam in roer en het volk liep samen; en zij grepen
1583 Hand 15:39 | u, laat mij toe tot het volk te spreken. ~
1584 Hand 15:40 | wenkte met de hand tot het volk; en als er grote stilte
1585 Hand 18:10 | gij nu vele jaren over dit volk rechter zijt geweest, zo
1586 Hand 18:17 | aalmoezen te doen aan mijn volk, en offeranden. ~
1587 Hand 18:18 | in den tempel, niet met volk, noch met beroerte, enige
1588 Hand 20:4 | van den beginne onder mijn volk te Jeruzalem geweest is,
1589 Hand 20:17 | 17 Verlossende u van dit volk, en van de heidenen, tot
1590 Hand 22:17 | niets gedaan heb tegen het volk of de vaderlijke gewoonten,
1591 Hand 22:19 | alsof ik iets had, mijn volk te beschuldigen. ~
1592 Hand 22:26 | Zeggende: Ga heen tot dit volk, en zeg: Met het gehoor
1593 Rom 9:25 | zegt: Ik zal hetgeen Mijn volk niet was, Mijn volk noemen,
1594 Rom 9:25 | Mijn volk niet was, Mijn volk noemen, en die niet bemind
1595 Rom 9:26 | was: Gijlieden zijt Mijn volk niet, aldaar zullen zij
1596 Rom 10:19 | verwekken door degenen, die geen volk zijn; door een onverstandig
1597 Rom 10:19 | zijn; door een onverstandig volk zal ik u tot toorn verwekken. ~
1598 Rom 10:21 | ongehoorzaam en tegensprekend volk. ~ ~ ~
1599 Rom 11:1 | zeg dan: Heeft God Zijn volk verstoten? Dat zij verre;
1600 Rom 11:2 | 2 God heeft Zijn volk niet verstoten, hetwelk
1601 Rom 15:10 | vrolijk, gij heidenen met Zijn volk! ~
1602 1Kor 10:7 | gelijk geschreven staat: Het volk zat neder om te eten, en
1603 1Kor 14:21 | door andere lippen tot dit volk spreken, en ook alzo zullen
1604 2Kor 6:16 | zijn, en zij zullen Mij een volk zijn. ~
1605 Tit 2:14 | en Zichzelven een eigen volk zou reinigen, ijverig in
1606 Heb 4:9 | dan een rust over voor het volk Gods. ~
1607 Heb 5:3 | moet hij gelijk voor het volk, alzo ook voor zichzelven,
1608 Heb 7:5 | tienden te nemen van het volk, naar de wet, dat is, van
1609 Heb 7:11 | onder hetzelve heeft het volk de wet ontvangen), wat nood
1610 Heb 8:10 | en zij zullen Mij tot een volk zijn. ~
1611 Heb 9:19 | wet van Mozes, tot al het volk uitgesproken waren, nam
1612 Heb 9:19 | het boek zelf, en al het volk, ~
1613 Heb 10:30 | wederom: De Heere zal Zijn volk oordelen. ~
1614 Heb 11:25 | Verkiezende liever met het volk van God kwalijk gehandeld
1615 Heb 13:12 | door Zijn eigen bloed het volk zou heiligen, buiten de
1616 1Pet 2:9 | priesterdom, een heilig volk, een verkregen volk; opdat
1617 1Pet 2:9 | heilig volk, een verkregen volk; opdat gij zoudt verkondigen
1618 1Pet 2:10 | 10 Gij, die eertijds geen volk waart, maar nu Gods volk
1619 1Pet 2:10 | volk waart, maar nu Gods volk zijt; die eertijds niet
1620 2Pet 2:1 | valse profeten onder het volk geweest, gelijk ook onder
1621 Jud 1:5 | weet, dat de Heere, het volk uit Egypteland verlost hebbende,
1622 Open 5:9 | alle geslacht, en taal, en volk, en natie; ~
1623 Open 13:7 | alle geslacht, en taal, en volk. ~
1624 Open 14:6 | en geslacht, en taal, en volk; ~
1625 Open 18:4 | Gaat uit van haar, Mijn volk, opdat gij aan haar zonden
1626 Open 18:17 | alle stuurlieden, en al het volk op de schepen, en bootsgezellen,
1627 Open 21:3 | wonen, en zij zullen Zijn volk zijn, en God Zelf zal bij
1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-1627 |