Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
7waarmede 1
7want 1
7wie 1
8 1166
80 5
81 4
82 3
Frequency    [«  »]
1184 5
1176 6
1169 7
1166 8
1163 9
1160 10
1157 onder

Bijbel

IntraText - Concordances

8

1-500 | 501-1000 | 1001-1166

     Book Chapter: Verse
1001 Hand 6:8 | 8 Maar ik zeide: Geenszins, 1002 Hand 6:38 | 8 En de engel zeide tot hem: 1003 Hand 7:8 | 8 Maar Elymas, de tovenaar ( 1004 Hand 8:8 | 8 En een zeker man, te Lystre, 1005 Hand 9:8 | 8 En God, de Kenner der harten, 1006 Hand 10:8 | 8 En zij, Mysie voorbij gereisd 1007 Hand 11:8 | 8 En zij beroerden de schare, 1008 Hand 12:8 | 8 En Crispus, de overste der 1009 Hand 13:8 | 8 En hij ging in de synagoge, 1010 Hand 14:8 | 8 En er waren vele lichten 1011 Hand 15:8 | 8 En des anderen daags, Paulus 1012 Hand 16:8 | 8 En ik antwoordde: Wie zijt 1013 Hand 17:8 | 8 Want de Sadduceen zeggen, 1014 Hand 18:8 | 8 Gebiedende zijn beschuldigers 1015 Hand 19:8 | 8 Dewijl hij, antwoordende, 1016 Hand 20:8 | 8 Wat? wordt het bij ulieden 1017 Hand 21:8 | 8 En hetzelve nauwelijks voorbij 1018 Hand 22:8 | 8 En het geschiedde, dat de 1019 Rom 1:8 | 8 Eerstelijk dank ik mijn 1020 Rom 2:8 | 8 Maar dengenen, die twistgierig 1021 Rom 3:8 | 8 En zeggen wij niet liever ( 1022 Rom 4:8 | 8 Zalig is de man, welken 1023 Rom 5:8 | 8 Maar God bevestigt Zijn 1024 Rom 6:8 | 8 Indien wij nu met Christus 1025 Rom 7:8 | 8 Maar de zonde, oorzaak genomen 1026 Rom 8 | 8 ~ 1027 Rom 8:8 | 8 En die in het vlees zijn, 1028 Rom 9:8 | 8 Dat is, niet de kinderen 1029 Rom 10:8 | 8 Maar wat zegt zij? Nabij 1030 Rom 11:8 | 8 (Gelijk geschreven is: God 1031 Rom 12:8 | 8 Hetzij die vermaant, in 1032 Rom 13:8 | 8 Zijt niemand iets schuldig, 1033 Rom 14:8 | 8 Want hetzij dat wij leven, 1034 Rom 15:8 | 8 En ik zeg, dat Jezus Christus 1035 Rom 16:8 | 8 Groet Amplias, mijn beminde 1036 1Kor 1:8 | 8 Welke God u ook zal bevestigen 1037 1Kor 2:8 | 8 Welke niemand van de oversten 1038 1Kor 3:8 | 8 En die plant, en die nat 1039 1Kor 4:8 | 8 Alrede zijt gij verzadigd, 1040 1Kor 5:8 | 8 Zo dan laat ons feest houden, 1041 1Kor 6:8 | 8 Maar gijlieden doet ongelijk, 1042 1Kor 7:8 | 8 Doch ik zeg den ongetrouwden, 1043 1Kor 8 | 1 Korinthiërs 8 ~ 1044 1Kor 8:8 | 8 De spijze nu maakt ons Gode 1045 1Kor 9:8 | 8 Spreek ik dit naar den mens, 1046 1Kor 10:8 | 8 En laat ons niet hoereren, 1047 1Kor 11:8 | 8 Want de man is uit de vrouw 1048 1Kor 12:8 | 8 Want dezen wordt door den 1049 1Kor 13:8 | 8 De liefde vergaat nimmermeer; 1050 1Kor 14:8 | 8 Want ook indien de bazuin 1051 1Kor 15:8 | 8 En ten laatste van allen 1052 1Kor 16:8 | 8 Maar ik zal te Efeze blijven 1053 2Kor 1:8 | 8 Want wij willen niet, broeders, 1054 2Kor 2:8 | 8 Daarom bid ik u, dat gij 1055 2Kor 3:8 | 8 Hoe zal niet veel meer de 1056 2Kor 4:8 | 8 Als die in alles verdrukt 1057 2Kor 5:8 | 8 Maar wij hebben goeden moed, 1058 2Kor 6:8 | 8 Door eer en oneer, door 1059 2Kor 7:8 | 8 Want hoewel ik u in den 1060 2Kor 8 | 8 ~ 1061 2Kor 8:8 | 8 Ik zeg dit niet als gebiedende, 1062 2Kor 9:8 | 8 En God is machtig alle genade 1063 2Kor 10:8 | 8 Want indien ik ook iets 1064 2Kor 11:8 | 8 Ik heb andere Gemeenten 1065 2Kor 12:8 | 8 Hierover heb ik den Heere 1066 2Kor 13:8 | 8 Want wij vermogen niets 1067 Gal 1:8 | 8 Doch al ware het ook, dat 1068 Gal 2:8 | 8 (Want Die in Petrus krachtelijk 1069 Gal 3:8 | 8 En de Schrift, te voren 1070 Gal 4:8 | 8 Maar toen, als gij God niet 1071 Gal 5:8 | 8 Dit gevoelen is niet uit 1072 Gal 6:8 | 8 Want die in zijn eigen vlees 1073 Efez 1:8 | 8 Met welke Hij overvloedig 1074 Efez 2:8 | 8 Want uit genade zijt gij 1075 Efez 3:8 | 8 Mij, den allerminste van 1076 Efez 4:8 | 8 Daarom zegt Hij: Als Hij 1077 Efez 5:8 | 8 Want gij waart eertijds 1078 Efez 6:8 | 8 Wetende, dat zo wat goed 1079 Fili 1:8 | 8 Want God is mijn Getuige, 1080 Fili 2:8 | 8 En in gedaante gevonden 1081 Fili 3:8 | 8 Ja, gewisselijk, ik acht 1082 Fili 4:8 | 8 Voorts, broeders, al wat 1083 Kol 1:8 | 8 Die ons ook verklaard heeft 1084 Kol 2:8 | 8 Ziet toe, dat niemand u 1085 Kol 3:8 | 8 Maar nu legt ook gij dit 1086 Kol 4:8 | 8 Denwelken ik tot hetzelfde 1087 1The 1:8 | 8 Want van u is het Woord 1088 1The 2:8 | 8 Alzo wij, tot u zeer genegen 1089 1The 3:8 | 8 Want nu leven wij, indien 1090 1The 4:8 | 8 Zo dan die dit verwerpt, 1091 1The 5:8 | 8 Maar wij, die des daags 1092 2The 1:8 | 8 Met vlammend vuur wraak 1093 2The 2:8 | 8 En alsdan zal de ongerechtige 1094 2The 3:8 | 8 En wij hebben geen brood 1095 1Tim 1:8 | 8 Doch wij weten, dat de wet 1096 1Tim 2:8 | 8 Ik wil dan, dat de mannen 1097 1Tim 3:8 | 8 De diakenen insgelijks moeten 1098 1Tim 4:8 | 8 Want de lichamelijke oefening 1099 1Tim 5:8 | 8 Doch zo iemand de zijnen, 1100 1Tim 6:8 | 8 Maar als wij voedsel en 1101 2Tim 1:8 | 8 Schaam u dan niet der getuigenis 1102 2Tim 2:8 | 8 Houd in gedachtenis, dat 1103 2Tim 3:8 | 8 Gelijkerwijs nu Jannes en 1104 2Tim 4:8 | 8 Voorts is mij weggelegd 1105 2Tim 5:8 | 8 Maar die gaarne herbergt, 1106 Tit 1:8 | 8 Maar die gaarne herbergt, 1107 Tit 2:8 | 8 Het woord gezond en onverwerpelijk, 1108 Tit 3:8 | 8 Dit is een getrouw woord, 1109 File 1:8 | 8 Daarom, hoewel ik grote 1110 Heb 1:8 | 8 Maar tot den Zoon zegt Hij: 1111 Heb 2:8 | 8 Alle dingen hebt Gij onder 1112 Heb 3:8 | 8 Zo verhardt uw harten niet, 1113 Heb 4:8 | 8 Want indien Jozua hen in 1114 Heb 5:8 | 8 Hoewel Hij de Zoon was, 1115 Heb 6:8 | 8 Maar die doornen en distelen 1116 Heb 7:8 | 8 En hier nemen wel tienden 1117 Heb 8 | 8 ~ 1118 Heb 8:8 | 8 Want hen berispende, zegt 1119 Heb 9:8 | 8 Waarmede de Heilige Geest 1120 Heb 10:8 | 8 Als Hij te voren gezegd 1121 Heb 11:8 | 8 Door het geloof is Abraham, 1122 Heb 12:8 | 8 Maar indien gij zonder kastijding 1123 Heb 13:8 | 8 Jezus Christus is gisteren 1124 Jako 1:8 | 8 Een dubbelhartig man is 1125 Jako 2:8 | 8 Indien gij dan de koninklijke 1126 Jako 3:8 | 8 Maar de tong kan geen mens 1127 Jako 4:8 | 8 Naakt tot God, en Hij zal 1128 Jako 5:8 | 8 Weest gij ook lankmoedig, 1129 1Pet 1:8 | 8 Denwelken gij niet gezien 1130 1Pet 2:8 | 8 Dengenen namelijk, die zich 1131 1Pet 3:8 | 8 En eindelijk, zijt allen 1132 1Pet 4:8 | 8 Maar vooral hebt vurige 1133 1Pet 5:8 | 8 Zijt nuchteren, en waakt; 1134 2Pet 1:8 | 8 Want zo deze dingen bij 1135 2Pet 2:8 | 8 (Want deze rechtvaardige 1136 2Pet 3:8 | 8 Doch deze ene zaak zij u 1137 1Joh 1:8 | 8 Indien wij zeggen, dat wij 1138 1Joh 2:8 | 8 Wederom schrijf ik u een 1139 1Joh 3:8 | 8 Die de zonde doet, is uit 1140 1Joh 4:8 | 8 Die niet liefheeft, die 1141 1Joh 5:8 | 8 En drie zijn er, die getuigen 1142 2Joh 1:8 | 8 Ziet toe voor uzelven, dat 1143 3Joh 1:8 | 8 Wij dan zijn schuldig de 1144 Jud 1:8 | 8 Desgelijks evenwel ook dezen, 1145 Open 1:8 | 8 Ik ben de Alfa en de Omega, 1146 Open 2:8 | 8 En schrijf aan den engel 1147 Open 3:8 | 8 Ik weet uw werken; zie, 1148 Open 4:8 | 8 En de vier dieren hadden 1149 Open 5:8 | 8 En als Het dat boek genomen 1150 Open 6:8 | 8 En ik zag, en ziet, een 1151 Open 7:8 | 8 Uit het geslacht van Zebulon 1152 Open 8 | 8 ~ 1153 Open 8:8 | 8 En de tweede engel heeft 1154 Open 9:8 | 8 En zij hadden haar als haar 1155 Open 10:8 | 8 En de stem, die ik gehoord 1156 Open 11:8 | 8 En hun dode lichamen zullen 1157 Open 12:8 | 8 En zij hebben niet vermocht, 1158 Open 13:8 | 8 En allen, die op de aarde 1159 Open 14:8 | 8 En er is een andere engel 1160 Open 16:8 | 8 En de vierde engel goot 1161 Open 17:8 | 8 Het beest, dat gij gezien 1162 Open 18:8 | 8 Daarom zullen haar plagen 1163 Open 19:8 | 8 En haar is gegeven, dat 1164 Open 20:8 | 8 En hij zal uitgaan om de 1165 Open 21:8 | 8 Maar den vreesachtigen, 1166 Open 22:8 | 8 En ik, Johannes, ben degene,


1-500 | 501-1000 | 1001-1166

Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License