Book Chapter: Verse

1001 Heb   2:14  |                     14 Overmits dan de kinderen
1002 Heb   3:14  |                     14 Want wij zijn Christus deelachtig
1003 Heb   4:14  |                     14 Dewijl wij dan een groten
1004 Heb   5:14  |                     14 Maar der volmaakten is de
1005 Heb   6:14  |                     14 Zeggende: Waarlijk, zegenende
1006 Heb   7:14  |                     14 Want het is openbaar, dat
1007 Heb   9:14  |                     14 Hoeveel te meer zal het
1008 Heb  10:14  |                     14 Want met een offerande heeft
1009 Heb  11:14  |                     14 Want die zulke dingen zeggen,
1010 Heb  12:14  |                     14 Jaagt den vrede na met allen,
1011 Heb  13:14  |                     14 Want wij hebben hier geen
1012 Jako   1:14 |                     14 Maar een iegelijk wordt
1013 Jako   2:14 |                     14 Wat nuttigheid is het, mijn
1014 Jako   3:14 |                     14 Maar indien gij bitteren
1015 Jako   4:14 |                     14 Gij, die niet weet, wat
1016 Jako   5:14 |                     14 Is iemand krank onder u?
1017 1Pet   1:14 |                     14 Als gehoorzame kinderen,
1018 1Pet   2:14 |                     14 Hetzij den stadhouderen,
1019 1Pet   3:14 |                     14 Maar indien gij ook lijdt
1020 1Pet   4:14 |                     14 Indien gij gesmaad wordt
1021 1Pet   5:14 |                     14 Groet elkander met een kus
1022 2Pet   1:14 |                     14 Alzo ik weet, dat de aflegging
1023 2Pet   2:14 |                     14 Hebbende de ogen vol overspel,
1024 2Pet   3:14 |                     14 Daarom, geliefden, verwachtende
1025 1Joh   2:14 |                     14 Ik heb u geschreven, vaders,
1026 1Joh   3:14 |                     14 Wij weten, dat wij overgegaan
1027 1Joh   4:14 |                     14 En wij hebben het aanschouwd,
1028 1Joh   5:14 |                     14 En dit is de vrijmoedigheid,
1029 3Joh   1:14 |                     14 Maar ik hoop u haast te
1030 Jud   1:14  |                     14 En van dezen heeft ook Enoch,
1031 Open   1:14 |                     14 En Zijn hoofd en haar was
1032 Open   2:14 |                     14 Maar Ik heb enige weinige
1033 Open   3:14 |                     14 En schrijf aan den engel
1034 Open   5:14 |                     14 En de vier dieren zeiden:
1035 Open   6:14 |                     14 En de hemel is weggeweken,
1036 Open   7:14 |                     14 En ik sprak tot hem: Heere,
1037 Open   9:14 |                     14 Zeggende tot den zesden
1038 Open  11:14 |                     14 Het tweede wee is weggegaan;
1039 Open  12:14 |                     14 En der vrouwe zijn gegeven
1040 Open  13:14 |                     14 En verleidt degenen, die
1041 Open  14    |                     14 ~
1042 Open  14:14 |                     14 En ik zag, en ziet, een
1043 Open  16:14 |                     14 Want het zijn geesten der
1044 Open  17:14 |                     14 Dezen zullen tegen het Lam
1045 Open  18:14 |                     14 En de vrucht der begeerlijkheid
1046 Open  19:14 |                     14 En de heirlegers in den
1047 Open  20:14 |                     14 En de dood en de hel werden
1048 Open  21:14 |                     14 En de muur der stad had
1049 Open  22:14 |                     14 Zalig zijn zij, die Zijn