Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
david 1016
davids 151
dden 1
de 33382
debir 14
debora 10
dedagen 1
Frequency    [«  »]
-----
-----
46573 en
33382 de
19256 van
18165 het
13263 zijn

Bijbel

IntraText - Concordances

de

1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4500 | 4501-5000 | 5001-5500 | 5501-6000 | 6001-6500 | 6501-7000 | 7001-7500 | 7501-8000 | 8001-8500 | 8501-9000 | 9001-9500 | 9501-10000 | 10001-10500 | 10501-11000 | 11001-11500 | 11501-12000 | 12001-12500 | 12501-13000 | 13001-13500 | 13501-14000 | 14001-14500 | 14501-15000 | 15001-15500 | 15501-16000 | 16001-16500 | 16501-17000 | 17001-17500 | 17501-18000 | 18001-18500 | 18501-19000 | 19001-19500 | 19501-20000 | 20001-20500 | 20501-21000 | 21001-21500 | 21501-22000 | 22001-22500 | 22501-23000 | 23001-23500 | 23501-24000 | 24001-24500 | 24501-25000 | 25001-25500 | 25501-26000 | 26001-26500 | 26501-27000 | 27001-27500 | 27501-28000 | 28001-28500 | 28501-29000 | 29001-29500 | 29501-30000 | 30001-30500 | 30501-31000 | 31001-31500 | 31501-32000 | 32001-32500 | 32501-33000 | 33001-33382

      Book Chapter: Verse
17001 Psa 9:18 | zullen terugkeren, naar de hel toe, alle godvergetende 17002 Psa 9:19 | 19 Want de nooddruftige zal niet voor 17003 Psa 9:19 | altoos vergeten worden, noch de verwachting der ellendigen 17004 Psa 9:20 | 20 Sta op, HEERE, laat de mens zich niet versterken; 17005 Psa 9:20 | zich niet versterken; laat de heidenen voor Uw aangezicht 17006 Psa 9:21 | jaag hun vreze aan; laat de heidenen weten, dat zij 17007 Psa 10:2 | 2 De goddeloze vervolgt hittiglijk 17008 Psa 10:2 | vervolgt hittiglijk in hoogmoed de ellendige; laat hen gegrepen 17009 Psa 10:2 | laat hen gegrepen worden in de aanslagen, die zij bedacht 17010 Psa 10:3 | 3 Want de goddeloze roemt over den 17011 Psa 10:4 | 4 De goddeloze, gelijk hij zijn 17012 Psa 10:8 | 8 Hij zit in de achterlage der hoeven, in 17013 Psa 10:10 | neder, hij buigt zich; en de arme hoop valt in zijn sterke 17014 Psa 10:12 | hef Uw hand op, vergeet de ellendigen niet. ~ 17015 Psa 10:13 | 13 Waarom lastert de goddeloze God? zegt in zijn 17016 Psa 10:14 | immers; want Gij aanschouwt de moeite en het verdriet, 17017 Psa 10:14 | geve; op U verlaat zich de arme, Gij zijt geweest een 17018 Psa 10:16 | 16 De HEERE is Koning eeuwiglijk 17019 Psa 10:16 | Koning eeuwiglijk en altoos; de heidenen zijn vergaan uit 17020 Psa 10:18 | doen; opdat een mens van de aarde niet meer voortvare 17021 Psa 11:2 | 2Want ziet, de goddelozen spannen den boog, 17022 Psa 11:2 | zij schikken hun pijlen op de pees, om in het donkere 17023 Psa 11:2 | donkere te schieten naar de oprechten van harte. ~ 17024 Psa 11:3 | 3Zekerlijk, de fondamenten worden omgestoten; 17025 Psa 11:3 | worden omgestoten; wat heeft de rechtvaardige bedreven? ~ 17026 Psa 11:4 | aanschouwen, Zijn oogleden proeven de mensenkinderen. ~ 17027 Psa 11:6 | 6Hij zal op de goddelozen regenen strikken, 17028 Psa 11:7 | 7Want de HEERE is rechtvaardig, Hij 17029 Psa 12:1 | den opperzangmeester, op de Scheminith. 17030 Psa 12:2 | 2Behoud, o HEERE; want de goedertierene ontbreekt, 17031 Psa 12:2 | goedertierene ontbreekt, want de getrouwen zijn weinig geworden 17032 Psa 12:2 | zijn weinig geworden onder de mensenkinderen. ~ 17033 Psa 12:4 | af alle vleiende lippen, de grootsprekende tong. ~ 17034 Psa 12:5 | daar zeggen: Wij zullen de overhand hebben met onze 17035 Psa 12:6 | 6Om de verwoesting der ellendigen, 17036 Psa 12:6 | zal Ik nu opstaan, zegt de HEERE; Ik zal in behoudenis 17037 Psa 12:9 | goddelozen draven rondom, wanneer de snoodsten van des mensenkinderen 17038 Psa 13:4 | verlicht mijn ogen, opdat ik in de dood niet ontslape; ~ 17039 Psa 14:1 | voor den opperzangmeester. De dwaas zegt in zijn hart: 17040 Psa 14:2 | den hemel nedergezien op de mensenkinderen, om te zien, 17041 Psa 14:6 | raad des ellendigen, omdat de HEERE zijn Toevlucht is. ~ 17042 Psa 14:7 | verlossing uit Sion kwam! Als de HEERE de gevangenen Zijns 17043 Psa 14:7 | Sion kwam! Als de HEERE de gevangenen Zijns volks zal 17044 Psa 15:2 | werkt, en die met zijn hart de waarheid spreekt; ~ 17045 Psa 15:4 | 4In wiens ogen de verworpene veracht is, maar 17046 Psa 16:2 | den HEERE gezegd: Gij zijt de HEERE, mijn goedheid raakt 17047 Psa 16:3 | 3 Maar tot de heiligen, die op de aarde 17048 Psa 16:3 | tot de heiligen, die op de aarde zijn, en de heerlijken, 17049 Psa 16:3 | die op de aarde zijn, en de heerlijken, in dewelke al 17050 Psa 16:4 | 4 De smarten dergenen, die een 17051 Psa 16:5 | 5 De HEERE is het deel mijner 17052 Psa 16:6 | 6 De snoeren zijn mij in liefelijke 17053 Psa 16:10 | Want Gij zult mijn ziel in de hel niet verlaten; Gij zult 17054 Psa 16:10 | toelaten, dat Uw Heilige de verderving zie. ~ 17055 Psa 17:1 | gebed van David. HEERE! hoor de gerechtigheid, merk op mijn 17056 Psa 17:2 | aangezicht uitgaan, laat Uw ogen de billijkheden aanschouwen. ~ 17057 Psa 17:4 | 4 Aangaande de handelingen des mensen, 17058 Psa 17:4 | Uwer lippen, gewacht voor de paden des inbrekers; ~ 17059 Psa 17:8 | oogappels, verberg mij onder de schaduw Uwer vleugelen, ~ 17060 Psa 17:14 | 14 Met Uw hand van de lieden, o HEERE! van de 17061 Psa 17:14 | de lieden, o HEERE! van de lieden, die van de wereld 17062 Psa 17:14 | van de lieden, die van de wereld zijn, welker deel 17063 Psa 17:14 | met Uw verborgen schat; de kinderen worden verzadigd, 17064 Psa 18:1 | opperzangmeester, een psalm van David, de knecht des HEEREN, die de 17065 Psa 18:1 | de knecht des HEEREN, die de woorden dezes lieds tot 17066 Psa 18:1 | gesproken heeft, ten dage, als de HEERE hem gered had uit 17067 Psa 18:1 | HEERE hem gered had uit de hand van al zijn vijanden, 17068 Psa 18:1 | al zijn vijanden, en uit de hand van Saul. ~ 17069 Psa 18:3 | 3 De HEERE is mijn Steenrots, 17070 Psa 18:3 | betrouw; mijn Schild, en de Hoorn mijns heils, mijn 17071 Psa 18:8 | 8 Toen daverde en beefde de aarde, en de gronden der 17072 Psa 18:8 | daverde en beefde de aarde, en de gronden der bergen beroerden 17073 Psa 18:11 | ja, Hij vloog snellijk op de vleugelen des winds. ~ 17074 Psa 18:14 | 14 En de HEERE donderde in den hemel, 17075 Psa 18:14 | donderde in den hemel, en de Allerhoogste gaf Zijn stem, 17076 Psa 18:15 | en Hij vermenigvuldigde de bliksemen, en verschrikte 17077 Psa 18:16 | 16 En de diepe kolken der wateren 17078 Psa 18:16 | wateren werden gezien, en de gronden der wereld werden 17079 Psa 18:17 | 17 Hij zond van de hoogte, Hij nam mij, Hij 17080 Psa 18:19 | dage mijns ongevals; maar de HEERE was mij tot een Steunsel. ~ 17081 Psa 18:20 | En Hij voerde mij uit in de ruimte, Hij rukte mij uit, 17082 Psa 18:21 | 21 De HEERE vergold mij naar mijn 17083 Psa 18:21 | Hij gaf mij weder naar de reinigheid mijner handen. ~ 17084 Psa 18:25 | 25 Zo gaf mij de HEERE weder naar mijn gerechtigheid, 17085 Psa 18:25 | mijn gerechtigheid, naar de reinigheid mijner handen, 17086 Psa 18:28 | het bedrukte volk, maar de hoge ogen vernedert Gij. ~ 17087 Psa 18:29 | doet mijn lamp lichten; de HEERE, mijn God, doet mijn 17088 Psa 18:31 | 31 Gods weg is volmaakt; de rede des HEEREN is doorlouterd; 17089 Psa 18:32 | Want wie is God, behalve de HEERE? En wie is een Rotssteen, 17090 Psa 18:44 | hebt mij uitgeholpen van de twisten des volks; Gij hebt 17091 Psa 18:47 | 47 De HEERE leeft, en geloofd 17092 Psa 18:47 | Rotssteen, en verhoogd zij de God mijns heils! ~ 17093 Psa 18:48 | 48 De God, Die mij volkomen wraak 17094 Psa 18:48 | volkomen wraak geeft, en de volken onder mij brengt; ~ 17095 Psa 18:50 | U, o HEERE! loven onder de heidenen; en Uw Naam zal 17096 Psa 18:51 | 51 Die de verlossingen Zijns konings 17097 Psa 19:2 | 2 De hemelen vertellen Gods eer, 17098 Psa 19:3 | 3 De dag aan den dag stort overvloediglijk 17099 Psa 19:3 | overvloediglijk spraak uit, en de nacht aan den nacht toont 17100 Psa 19:5 | richtsnoer gaat uit over de ganse aarde, en hun redenen 17101 Psa 19:5 | dezelve een tent gesteld voor de zon. ~ 17102 Psa 19:7 | en haar omloop tot aan de einden deszelven; en niets 17103 Psa 19:8 | 8 De wet des HEEREN is volmaakt, 17104 Psa 19:8 | HEEREN is volmaakt, bekerende de ziel; de getuigenis des 17105 Psa 19:8 | volmaakt, bekerende de ziel; de getuigenis des HEEREN is 17106 Psa 19:9 | 9 De bevelen des HEEREN zijn 17107 Psa 19:9 | is zuiver, verlichtende de ogen. ~ 17108 Psa 19:10 | 10 De vreze des HEEREN is rein, 17109 Psa 19:10 | bestaande tot in eeuwigheid, de rechten des HEEREN zijn 17110 Psa 19:13 | 13 Wie zou de afdwalingen verstaan? Reinig 17111 Psa 19:13 | verstaan? Reinig mij van de verborgene afdwalingen. ~ 17112 Psa 19:15 | 15 Laat de redenen mijns monds, en 17113 Psa 19:15 | redenen mijns monds, en de overdenking mijns harten 17114 Psa 20:2 | 2 De HEERE verhore u in den dag 17115 Psa 20:2 | den dag der benauwdheid; de Naam van den God Jakobs 17116 Psa 20:6 | juichen over Uw heil, en de vaandelen opsteken in den 17117 Psa 20:6 | in den Naam onzes Gods. De HEERE vervulle al uw begeerten. ~ 17118 Psa 20:7 | 7 Alsnu weet ik, dat de HEERE Zijn Gezalfde behoudt; 17119 Psa 21:2 | 2 O HEERE! de koning is verblijd over 17120 Psa 21:3 | harten wens gegeven, en de uitspraak zijner lippen 17121 Psa 21:8 | 8 Want de koning vertrouwt op den 17122 Psa 21:8 | vertrouwt op den HEERE, en door de goedertierenheid des Allerhoogsten 17123 Psa 21:10 | uws toornigen aangezichts; de HEERE zal hen in Zijn toorn 17124 Psa 21:11 | Gij zult hun vrucht van de aarde verdoen, en hun zaad 17125 Psa 21:11 | verdoen, en hun zaad van de kinderen der mensen. ~ 17126 Psa 22:2 | van mijn verlossing, van de woorden mijns brullens? ~ 17127 Psa 22:4 | zijt heilig, wonende onder de lofzangen Israels. ~ 17128 Psa 22:8 | bespotten mij; zij steken de lip uit, zij schudden het 17129 Psa 22:11 | Op U ben ik geworpen van de baarmoeder af; van den buik 17130 Psa 22:22 | muil; en verhoor mij van de hoornen der eenhoornen. ~ 17131 Psa 22:25 | niet veracht, noch verfoeid de verdrukking des verdrukten, 17132 Psa 22:27 | 27 De zachtmoedigen zullen eten 17133 Psa 22:29 | HEEREN, en Hij heerst onder de heidenen. ~ 17134 Psa 23:1 | 1Een psalm van David. De HEERE is mijn Herder, mij 17135 Psa 23:5 | 5Gij richt de tafel toe voor mijn aangezicht, 17136 Psa 23:6 | zullen mij het goede en de weldadigheid volgen al de 17137 Psa 23:6 | de weldadigheid volgen al de dagen mijns levens; en ik 17138 Psa 24:1 | 1 Een psalm van David. De aarde is des HEEREN, mitsgaders 17139 Psa 24:1 | mitsgaders haar volheid, de wereld, en die daarin wonen. ~ 17140 Psa 24:2 | Hij heeft ze gegrond op de zeeen, en heeft ze gevestigd 17141 Psa 24:2 | en heeft ze gevestigd op de rivieren. ~ 17142 Psa 24:3 | HEEREN, en wie zal staan in de plaats Zijner heiligheid? ~ 17143 Psa 24:7 | gij eeuwige deuren, opdat de Koning der ere inga! ~ 17144 Psa 24:8 | 8 Wie is de Koning der ere? De HEERE, 17145 Psa 24:8 | Wie is de Koning der ere? De HEERE, sterk en geweldig, 17146 Psa 24:8 | HEERE, sterk en geweldig, de HEERE, geweldig in den strijd. ~ 17147 Psa 24:9 | gij eeuwige deuren! opdat de Koning der ere inga! ~ 17148 Psa 24:10 | Hij, deze Koning der ere? De HEERE der heirscharen, Die 17149 Psa 24:10 | der heirscharen, Die is de Koning der ere. Sela. ~ 17150 Psa 25:5 | leer mij, want Gij zijt de God mijns heils; U verwacht 17151 Psa 25:8 | 8 Teth. De HEERE is goed en recht; 17152 Psa 25:8 | en recht; daarom zal Hij de zondaars onderwijzen in 17153 Psa 25:9 | 9 Jod. Hij zal de zachtmoedigen leiden in 17154 Psa 25:12 | 12 Mem. Wie is de man, die den HEERE vreest? 17155 Psa 25:13 | goede, en zijn zaad zal de aarde beerven. ~ 17156 Psa 25:14 | 14 Samech. De verborgenheid des HEEREN 17157 Psa 25:17 | 17 Tsade. De benauwdheden mijns harten 17158 Psa 26:5 | 5 Ik haat de vergadering der boosdoeners, 17159 Psa 26:5 | der boosdoeners, en bij de goddelozen zit ik niet. ~ 17160 Psa 26:7 | 7 Om te doen horen de stem des lofs, en om te 17161 Psa 26:8 | 8 HEERE! ik heb lief de woning van Uw huis, en de 17162 Psa 26:8 | de woning van Uw huis, en de plaats des tabernakels Uwer 17163 Psa 26:9 | Raap mijn ziel niet weg met de zondaren, noch mijn leven 17164 Psa 26:9 | zondaren, noch mijn leven met de mannen des bloeds; ~ 17165 Psa 26:12 | ik zal den HEERE loven in de vergaderingen. ~  ~ 17166 Psa 27:1 | 1 Een psalm van David. De HEERE is mijn Licht en mijn 17167 Psa 27:1 | voor wien zou ik vrezen? De HEERE is mijns levens kracht, 17168 Psa 27:2 | 2 Als de bozen, mijn tegenpartijen, 17169 Psa 27:4 | zal ik zoeken: dat ik al de dagen mijns levens mocht 17170 Psa 27:4 | het huis des HEEREN, om de liefelijkheid des HEEREN 17171 Psa 27:10 | hebben mij verlaten, maar de HEERE zal mij aannemen. ~ 17172 Psa 27:12 | 12 Geef mij niet over in de begeerte mijner tegenpartijders; 17173 Psa 28:2 | 2Hoor de stem mijner smekingen, als 17174 Psa 28:2 | ik mijn handen ophef naar de aanspraakplaats Uwer heiligheid. ~ 17175 Psa 28:3 | 3Trek mij niet weg met de goddelozen, en met de werkers 17176 Psa 28:3 | met de goddelozen, en met de werkers der ongerechtigheid, 17177 Psa 28:4 | hun naar hun doen, en naar de boosheid hunner handelingen; 17178 Psa 28:5 | 5Omdat zij niet letten op de daden des HEEREN, noch op 17179 Psa 28:6 | 6Geloofd zij de HEERE, want Hij heeft de 17180 Psa 28:6 | de HEERE, want Hij heeft de stem mijner smekingen gehoord. ~ 17181 Psa 28:8 | hunlieder Sterkte, en Hij is de Sterkheid der verlossingen 17182 Psa 29:2 | 2 Geeft den HEERE de eer Zijns Naams, aanbidt 17183 Psa 29:2 | Naams, aanbidt den HEERE in de heerlijkheid des heiligdoms. ~ 17184 Psa 29:3 | 3 De stem des HEEREN is op de 17185 Psa 29:3 | De stem des HEEREN is op de wateren, de God der ere 17186 Psa 29:3 | HEEREN is op de wateren, de God der ere dondert; de 17187 Psa 29:3 | de God der ere dondert; de HEERE is op de grote wateren. ~ 17188 Psa 29:3 | dondert; de HEERE is op de grote wateren. ~ 17189 Psa 29:4 | 4 De stem des HEEREN is met kracht, 17190 Psa 29:4 | des HEEREN is met kracht, de stem des HEEREN is met heerlijkheid. ~ 17191 Psa 29:5 | 5 De stem des HEEREN breekt de 17192 Psa 29:5 | De stem des HEEREN breekt de cederen; ja, de HEERE verbreekt 17193 Psa 29:5 | HEEREN breekt de cederen; ja, de HEERE verbreekt de cederen 17194 Psa 29:5 | ja, de HEERE verbreekt de cederen van Libanon. ~ 17195 Psa 29:6 | ze huppelen als een kalf, de Libanon en Sirjon als een 17196 Psa 29:7 | 7 De stem des HEEREN houwt er 17197 Psa 29:8 | 8 De stem des HEEREN doet de 17198 Psa 29:8 | De stem des HEEREN doet de woestijn beven; de HEERE 17199 Psa 29:8 | doet de woestijn beven; de HEERE doet de woestijn Kades 17200 Psa 29:8 | woestijn beven; de HEERE doet de woestijn Kades beven. ~ 17201 Psa 29:9 | 9 De stem des HEEREN doet de 17202 Psa 29:9 | De stem des HEEREN doet de hinden jongen werpen, en 17203 Psa 29:9 | jongen werpen, en ontbloot de wouden; maar in Zijn tempel 17204 Psa 29:10 | 10 De HEERE heeft gezeten over 17205 Psa 29:10 | over den watervloed; ja, de HEERE zit, Koning in eeuwigheid. ~ 17206 Psa 29:11 | 11 De HEERE zal Zijn volk sterkte 17207 Psa 29:11 | Zijn volk sterkte geven; de HEERE zal Zijn volk zegenen 17208 Psa 30:10 | in mijn nederdalen tot de groeve? Zal U het stof loven? 17209 Psa 31:9 | niet hebt overgeleverd in de hand des vijands; Gij hebt 17210 Psa 31:9 | mijn voeten doen staan in de ruimte. ~ 17211 Psa 31:12 | tot een schrik; die mij op de straten zien, vlieden van 17212 Psa 31:14 | 14 Want ik hoorde de naspraak van velen; vreze 17213 Psa 31:16 | in Uw hand; red mij van de hand mijner vijanden, en 17214 Psa 31:18 | want ik roep U aan; laat de goddelozen beschaamd worden, 17215 Psa 31:19 | 19 Laat de valse lippen stom worden, 17216 Psa 31:20 | die op U betrouwen, in de tegenwoordigheid der mensenkinderen! ~ 17217 Psa 31:21 | verborgene Uws aangezichts voor de hoogmoedigheden des mans; 17218 Psa 31:21 | versteekt hen in een hut voor de twist der tongen. ~ 17219 Psa 31:22 | 22 Geloofd zij de HEERE, want Hij heeft Zijn 17220 Psa 31:23 | ogen; dan nog hoordet Gij de stem mijner smekingen, als 17221 Psa 31:24 | Zijn gunstgenoten! want de HEERE behoedt de gelovigen, 17222 Psa 31:24 | gunstgenoten! want de HEERE behoedt de gelovigen, en vergeldt overvloediglijk 17223 Psa 32:2 | 2 Welgelukzalig is de mens, dien de HEERE de ongerechtigheid 17224 Psa 32:2 | Welgelukzalig is de mens, dien de HEERE de ongerechtigheid 17225 Psa 32:2 | is de mens, dien de HEERE de ongerechtigheid niet toerekent, 17226 Psa 32:5 | den HEERE; en Gij vergaaft de ongerechtigheid mijner zonde. 17227 Psa 32:10 | 10 De goddeloze heeft veel smarten, 17228 Psa 32:10 | HEERE vertrouwt, dien zal de goedertierenheid omringen. ~ 17229 Psa 33:2 | 2 Looft den HEERE met de harp; psalmzingt Hem met 17230 Psa 33:2 | harp; psalmzingt Hem met de luit, en het tiensnarig 17231 Psa 33:5 | gerechtigheid en gericht lief; de aarde is vol van de goedertierenheid 17232 Psa 33:5 | lief; de aarde is vol van de goedertierenheid des HEEREN. ~ 17233 Psa 33:6 | het Woord des HEEREN zijn de hemelen gemaakt, en door 17234 Psa 33:7 | 7 Hij vergadert de wateren der zee als op een 17235 Psa 33:8 | 8 Laat de ganse aarde voor den HEERE 17236 Psa 33:8 | laat alle inwoners van de wereld voor Hem schrikken. ~ 17237 Psa 33:10 | 10 De HEERE vernietigt den raad 17238 Psa 33:10 | der heidenen; Hij breekt de gedachten der volken. ~ 17239 Psa 33:11 | 11 Maar de raad des HEEREN bestaat 17240 Psa 33:11 | HEEREN bestaat in eeuwigheid, de gedachten Zijns harten van 17241 Psa 33:12 | Welgelukzalig is het volk, welks God de HEERE is; het volk, dat 17242 Psa 33:13 | 13 De HEERE schouwt uit den hemel, 17243 Psa 34:2 | 2 Looft den HEERE met de harp; psalmzingt Hem met 17244 Psa 34:2 | harp; psalmzingt Hem met de luit, en het tiensnarig 17245 Psa 34:5 | gerechtigheid en gericht lief; de aarde is vol van de goedertierenheid 17246 Psa 34:5 | lief; de aarde is vol van de goedertierenheid des HEEREN. ~ 17247 Psa 34:6 | het Woord des HEEREN zijn de hemelen gemaakt, en door 17248 Psa 34:7 | 7 Hij vergadert de wateren der zee als op een 17249 Psa 34:8 | 8 Laat de ganse aarde voor den HEERE 17250 Psa 34:8 | laat alle inwoners van de wereld voor Hem schrikken. ~ 17251 Psa 34:10 | 10 De HEERE vernietigt den raad 17252 Psa 34:10 | der heidenen; Hij breekt de gedachten der volken. ~ 17253 Psa 34:11 | 11 Maar de raad des HEEREN bestaat 17254 Psa 34:11 | HEEREN bestaat in eeuwigheid, de gedachten Zijns harten van 17255 Psa 34:12 | Welgelukzalig is het volk, welks God de HEERE is; het volk, dat 17256 Psa 34:13 | 13 De HEERE schouwt uit den hemel, 17257 Psa 35:3 | zich beroemen in den HEERE; de zachtmoedigen zullen het 17258 Psa 35:7 | Deze ellendige riep, en de HEERE hoorde; en Hij verloste 17259 Psa 35:8 | 8 Cheth. De Engel des HEEREN legert 17260 Psa 35:9 | Teth. Smaakt en ziet, dat de HEERE goed is; welgelukzalig 17261 Psa 35:9 | goed is; welgelukzalig is de man, die op Hem betrouwt. ~ 17262 Psa 35:11 | 11 Caph. De jonge leeuwen lijden armoede, 17263 Psa 35:13 | 13 Mem. Wie is de man, die lust heeft ten 17264 Psa 35:16 | 16 Ain. De ogen des HEEREN zijn op 17265 Psa 35:16 | ogen des HEEREN zijn op de rechtvaardigen, en Zijn 17266 Psa 35:17 | om hun gedachtenis van de aarde uit te roeien. ~ 17267 Psa 35:18 | 18 Tsade. Zij roepen, en de HEERE hoort, en Hij redt 17268 Psa 35:19 | 19 Koph. De HEERE is nabij de gebrokenen 17269 Psa 35:19 | Koph. De HEERE is nabij de gebrokenen van harte, en 17270 Psa 35:19 | van harte, en Hij behoudt de verslagenen van geest. ~ 17271 Psa 35:20 | 20 Resch. Vele zijn de tegenspoeden des rechtvaardigen; 17272 Psa 35:20 | maar uit alle die redt hem de HEERE. ~ 17273 Psa 35:22 | 22 Thau. De boosheid zal den goddeloze 17274 Psa 35:23 | 23 De HEERE verlost de ziel Zijner 17275 Psa 35:23 | 23 De HEERE verlost de ziel Zijner knechten; en 17276 Psa 36:2 | 2 Grijp het schild en de rondas, en sta op tot mijn 17277 Psa 36:3 | 3 En breng de spies voort, en sluit den 17278 Psa 36:5 | als kaf voor den wind, en de Engel des HEEREN drijve 17279 Psa 36:6 | duister en gans slibberig; en de Engel des HEEREN vervolge 17280 Psa 36:7 | zij hebben zonder oorzaak de groeve van hun net voor 17281 Psa 36:8 | 8 De verwoesting overkome hem, 17282 Psa 36:12 | vergelden mij kwaad voor goed, de beroving mijner ziel. 17283 Psa 36:16 | 16 Onder de huichelende spotachtige 17284 Psa 36:17 | verwoestingen, mijn eenzame van de jonge leeuwen. ~ 17285 Psa 36:18 | 18 Zo zal ik U loven in de grote gemeente; onder machtig 17286 Psa 36:19 | vijanden zijn; noch wenken met de ogen, die mij zonder oorzaak 17287 Psa 36:20 | bedriegelijke zaken tegen de stillen in het land. ~ 17288 Psa 36:27 | zeggen: Groot gemaakt zij de HEERE, Die lust heeft tot 17289 Psa 37:2 | 2 De overtreding des goddelozen 17290 Psa 37:4 | 4 De woorden zijns monds zijn 17291 Psa 37:6 | goedertierenheid is tot in de hemelen; Uw waarheid tot 17292 Psa 37:6 | hemelen; Uw waarheid tot de bovenste wolken toe. ~ 17293 Psa 37:7 | Uw gerechtigheid is als de bergen Gods; Uw oordelen 17294 Psa 37:8 | goedertierenheid, o God! Dies de mensenkinderen onder de 17295 Psa 37:8 | de mensenkinderen onder de schaduw Uwer vleugelen toevlucht 17296 Psa 37:9 | 9 Zij worden dronken van de vettigheid Uws huizes; en 17297 Psa 37:9 | huizes; en Gij drenkt hen uit de beek Uwer wellusten. ~ 17298 Psa 37:10 | 10 Want bij U is de fontein des levens; in Uw 17299 Psa 37:11 | en Uw gerechtigheid over de oprechten van hart. ~ 17300 Psa 37:12 | 12 De voet der hovaardigen kome 17301 Psa 37:12 | hovaardigen kome niet over mij, en de hand der goddelozen doe 17302 Psa 37:13 | 13 Aldaar zijn de werkers der ongerechtigheid 17303 Psa 38:1 | Aleph. Ontsteek u niet over de boosdoeners; benijd hen 17304 Psa 38:2 | worden afgesneden, en als de groene grasscheutjes zullen 17305 Psa 38:3 | en doe het goede; bewoon de aarde, en voed u met getrouwigheid. ~ 17306 Psa 38:4 | HEERE, zo zal Hij u geven de begeerten uws harten. ~ 17307 Psa 38:8 | af van toorn, en verlaat de grimmigheid; ontsteek u 17308 Psa 38:9 | 9 Want de boosdoeners zullen uitgeroeid 17309 Psa 38:9 | HEERE verwachten, die zullen de aarde erfelijk bezitten. ~ 17310 Psa 38:10 | Vau. En nog een weinig, en de goddeloze zal er niet zijn; 17311 Psa 38:11 | 11 De zachtmoedigen daarentegen 17312 Psa 38:11 | zachtmoedigen daarentegen zullen de aarde erfelijk bezitten, 17313 Psa 38:12 | 12 Zain. De goddeloze bedenkt listige 17314 Psa 38:13 | 13 De Heere belacht hem, want 17315 Psa 38:14 | 14 Cheth. De goddelozen hebben het zwaard 17316 Psa 38:16 | 16 Teth. Het weinige, dat de rechtvaardige heeft, is 17317 Psa 38:16 | rechtvaardige heeft, is beter dan de overvloed veler goddelozen. ~ 17318 Psa 38:17 | 17 Want de armen der goddelozen zullen 17319 Psa 38:17 | zullen verbroken worden; maar de HEERE ondersteunt de rechtvaardigen. ~ 17320 Psa 38:17 | maar de HEERE ondersteunt de rechtvaardigen. ~ 17321 Psa 38:18 | 18 Jod. De HEERE kent de dagen der 17322 Psa 38:18 | 18 Jod. De HEERE kent de dagen der oprechten; en 17323 Psa 38:19 | in den kwade tijd, en in de dagen des hongers zullen 17324 Psa 38:20 | 20 Caph. Maar de goddelozen zullen vergaan, 17325 Psa 38:20 | goddelozen zullen vergaan, en de vijanden des HEEREN zullen 17326 Psa 38:21 | 21 Lamed. De goddeloze ontleent en geeft 17327 Psa 38:21 | en geeft niet weder; maar de rechtvaardige ontfermt zich, 17328 Psa 38:22 | Want zijn gezegenden zullen de aarde erfelijk bezitten; 17329 Psa 38:23 | 23 Mem. De gangen deszelven mans worden 17330 Psa 38:24 | hij niet weggeworpen, want de HEERE ondersteunt zijn hand. ~ 17331 Psa 38:28 | 28 Want de HEERE heeft het recht lief, 17332 Psa 38:29 | 29 De rechtvaardigen zullen de 17333 Psa 38:29 | De rechtvaardigen zullen de aarde erfelijk bezitten, 17334 Psa 38:30 | 30 Pe. De mond des rechtvaardigen 17335 Psa 38:31 | 31 De wet zijns Gods is in zijn 17336 Psa 38:32 | 32 Tsade. De goddeloze loert op den rechtvaardige, 17337 Psa 38:33 | 33 Maar de HEERE laat hem niet in zijn 17338 Psa 38:34 | en Hij zal u verhogen, om de aarde erfelijk te bezitten; 17339 Psa 38:34 | bezitten; gij zult zien, dat de goddelozen worden uitgeroeid. ~ 17340 Psa 38:38 | 38 Maar de overtreders worden te zamen 17341 Psa 38:40 | 40 En de HEERE zal hen helpen, en 17342 Psa 38:40 | Hij zal ze bevrijden van de goddelozen, en zal ze behouden; 17343 Psa 40:2 | breidel bewaren, terwijl de goddeloze nog tegenover 17344 Psa 40:5 | bekend mijn einde, en welke de mate mijner dagen zij; dat 17345 Psa 40:7 | 7 Immers wandelt de mens als in een beeld, immers 17346 Psa 40:11 | weg, ik ben bezweken van de bestrijding Uwer hand. ~ 17347 Psa 40:12 | iemand met straffingen om de ongerechtigheid, zo doet 17348 Psa 41:5 | 5 Welgelukzalig is de man, die den HEERE tot zijn 17349 Psa 41:5 | stelt, en niet omziet naar de hovaardigen, en die tot 17350 Psa 41:7 | spijsoffer; Gij hebt mij de oren doorboord; brandoffer 17351 Psa 41:8 | zeide ik: Zie, ik kom; in de rol des boeks is van mij 17352 Psa 41:10 | 10 Ik boodschap de gerechtigheid in de grote 17353 Psa 41:10 | boodschap de gerechtigheid in de grote gemeente; zie, mijn 17354 Psa 41:11 | trouw verheel ik niet in de grote gemeente. ~ 17355 Psa 41:13 | zij zijn menigvuldiger dan de haren mijns hoofds, en mijn 17356 Psa 41:17 | allen, die U zoeken; laat de liefhebbers Uws heils geduriglijk 17357 Psa 41:17 | heils geduriglijk zeggen: De HEERE zij groot gemaakt! ~ 17358 Psa 41:18 | ellendig en nooddruftig, maar de HEERE denkt aan mij; Gij 17359 Psa 42:2 | gedraagt jegens een ellendige; de HEERE zal hem bevrijden 17360 Psa 42:3 | 3 De HEERE zal hem bewaren, en 17361 Psa 42:4 | 4 De HEERE zal hem ondersteunen 17362 Psa 42:10 | 10 Zelfs de man mijns vredes, op welken 17363 Psa 42:10 | die mijn brood at, heeft de verzenen tegen mij grotelijks 17364 Psa 42:14 | 14 Geloofd zij de HEERE, de God Israels, van 17365 Psa 42:14 | 14 Geloofd zij de HEERE, de God Israels, van eeuwigheid 17366 Psa 42:15 | opperzangmeester, onder de kinderen van Korach. ~ 17367 Psa 42:16 | een hert schreeuwt naar de waterstromen, alzo schreeuwt 17368 Psa 42:19 | placht heen te gaan onder de schare, en met hen te treden 17369 Psa 42:19 | vreugdegezang en lof, onder de feesthoudende menigte. ~ 17370 Psa 42:20 | ik zal Hem nog loven voor de verlossingen Zijns aangezichts. ~ 17371 Psa 42:21 | ik Uwer uit het land van de Jordaan, en Hermon, uit 17372 Psa 42:22 | 8 De afgrond roept tot den afgrond, 17373 Psa 42:23 | 9 Maar de HEERE zal des daags Zijn 17374 Psa 42:26 | zal Hem nog loven; Hij is de menigvuldige Verlossing 17375 Psa 43:2 | 2Want Gij zijt de God mijner sterkte; waarom 17376 Psa 43:4 | mijner verheuging, en U met de harp love, o God, mijn God! ~ 17377 Psa 43:5 | zal Hem nog loven; Hij is de menigvuldige Verlossing 17378 Psa 44:1 | opperzangmeester, onder de kinderen van Korach. ~ 17379 Psa 44:2 | gewrocht in hun dagen, in de dagen van ouds. ~ 17380 Psa 44:3 | 3 Gij hebt de heidenen met Uw hand uit 17381 Psa 44:3 | heidenen met Uw hand uit de bezitting verdreven, maar 17382 Psa 44:3 | henlieden geplant; Gij hebt de volken geplaagd, henlieden 17383 Psa 44:5 | mijn Koning, o God! gebied de verlossingen Jakobs. ~ 17384 Psa 44:12 | Gij verstrooit ons onder de heidenen. ~ 17385 Psa 44:15 | tot een spreekwoord onder de heidenen, tot een hoofdschudding 17386 Psa 44:15 | een hoofdschudding onder de volken. ~ 17387 Psa 44:16 | gansen dag voor mij, en de schaamte mijns aangezichts 17388 Psa 44:17 | 17 Om de stem des honers en des lasteraars, 17389 Psa 44:22 | onderzoeken? Want Hij weet de verborgenheden des harten. ~ 17390 Psa 44:26 | nedergebogen; onze buik kleeft aan de aarde. ~ 17391 Psa 45:1 | opperzangmeester, onder de kinderen van Korach, op 17392 Psa 45:3 | Gij zijt veel schoner dan de mensenkinderen; genade is 17393 Psa 45:4 | 4 Gord Uw zwaard aan de heup, o Held! Uw Majesteit 17394 Psa 45:7 | is eeuwiglijk en altoos; de scepter Uws Koninkrijks 17395 Psa 45:9 | en aloe, en kassie; uit de elpenbenen paleizen, van 17396 Psa 45:10 | kostelijke staatsdochteren; de Koningin staat aan Uw rechterhand, 17397 Psa 45:12 | 12 Zo zal de Koning lust hebben aan uw 17398 Psa 45:13 | 13 En de dochter van Tyrus, de rijken 17399 Psa 45:13 | En de dochter van Tyrus, de rijken onder het volk, zullen 17400 Psa 45:15 | den Koning geleid worden; de jonge dochteren, die achter 17401 Psa 45:17 | tot vorsten zetten over de ganse aarde. ~ 17402 Psa 45:18 | geslacht; daarom zullen U de volken loven eeuwiglijk 17403 Psa 46:1 | opperzangmeester, onder de kinderen van Korach. ~ 17404 Psa 46:3 | niet vrezen, al veranderde de aarde haar plaats, en al 17405 Psa 46:3 | haar plaats, en al werden de bergen verzet in het hart 17406 Psa 46:4 | ze beroerd worden; laat de bergen daveren, door derzelver 17407 Psa 46:5 | 5 De beekjes der rivier zullen 17408 Psa 46:5 | rivier zullen verblijden de stad Gods, het heiligdom 17409 Psa 46:7 | 7 De heidenen raasden, de koninkrijken 17410 Psa 46:7 | 7 De heidenen raasden, de koninkrijken bewogen zich; 17411 Psa 46:7 | Hij verhief Zijn stem, de aarde versmolt. ~ 17412 Psa 46:8 | 8 De HEERE der heirscharen is 17413 Psa 46:8 | heirscharen is met ons; de God van Jakob is ons een 17414 Psa 46:9 | 9 Komt, aanschouwt de daden des HEEREN, Die verwoestingen 17415 Psa 46:10 | 10 Die de oorlogen doet ophouden tot 17416 Psa 46:10 | aan het einde der aarde, de boog verbreekt, en de spies 17417 Psa 46:10 | aarde, de boog verbreekt, en de spies aan twee slaat, de 17418 Psa 46:10 | de spies aan twee slaat, de wagenen met vuur verbrandt. ~ 17419 Psa 46:11 | zal verhoogd worden onder de heidenen, Ik zal verhoogd 17420 Psa 46:11 | Ik zal verhoogd worden op de aarde. ~ 17421 Psa 46:12 | 12 De HEERE der heirscharen is 17422 Psa 46:12 | heirscharen is met ons; de God van Jakob is ons een 17423 Psa 47:1 | opperzangmeester, onder de kinderen van Korach. ~ 17424 Psa 47:2 | Al gij volken, klapt in de hand; juicht Gode met een 17425 Psa 47:3 | 3 Want de HEERE, de Allerhoogste, 17426 Psa 47:3 | 3 Want de HEERE, de Allerhoogste, is vreselijk, 17427 Psa 47:3 | vreselijk, een groot Koning over de ganse aarde. ~ 17428 Psa 47:4 | 4 Hij brengt de volken onder ons, en de 17429 Psa 47:4 | de volken onder ons, en de natien onder onze voeten. ~ 17430 Psa 47:5 | verkiest voor ons onze erfenis, de heerlijkheid van Jakob, 17431 Psa 47:6 | God vaart op met gejuich, de HEERE met geklank der bazuin. ~ 17432 Psa 47:9 | 9 God regeert over de heidenen; God zit op den 17433 Psa 47:10 | 10 De edelen der volken zijn verzameld 17434 Psa 47:10 | den God van Abraham; want de schilden der aarde zijn 17435 Psa 48:1 | Een lied, een psalm, voor de kinderen van Korach. ~ 17436 Psa 48:2 | 2 De HEERE is groot en zeer te 17437 Psa 48:2 | groot en zeer te prijzen, in de stad onzes Gods, op den 17438 Psa 48:3 | vreugde der ganse aarde is de berg Sion, aan de zijden 17439 Psa 48:3 | aarde is de berg Sion, aan de zijden van het noorden; 17440 Psa 48:3 | zijden van het noorden; de stad des groten Konings. ~ 17441 Psa 48:5 | 5 Want ziet, de koningen waren vergaderd; 17442 Psa 48:8 | oostenwind verbreekt Gij de schepen van Tharsis. ~ 17443 Psa 48:9 | alzo hebben wij gezien in de stad des HEEREN der heirscharen, 17444 Psa 48:9 | HEEREN der heirscharen, in de stad onzes Gods; God zal 17445 Psa 48:11 | alzo is Uw roem tot aan de einden der aarde; Uw rechterhand 17446 Psa 48:12 | 12 Laat de berg Sion blijde zijn; laat 17447 Psa 48:12 | berg Sion blijde zijn; laat de dochteren van Juda zich 17448 Psa 49:1 | opperzangmeester, onder de kinderen van Korach. ~ 17449 Psa 49:4 | enkel wijsheid spreken, en de overdenking mijns harten 17450 Psa 49:5 | verborgene rede openen op de harp. ~ 17451 Psa 49:6 | vrezen in kwade dagen, als de ongerechtigen, die op de 17452 Psa 49:6 | de ongerechtigen, die op de hielen zijn, mij omringen? ~ 17453 Psa 49:7 | hun goed vertrouwen; en op de veelheid huns rijkdoms roemen; ~ 17454 Psa 49:9 | 9 (Want de verlossing hunner ziel is 17455 Psa 49:10 | geduriglijk zou leven, en de verderving niet zien. ~ 17456 Psa 49:11 | 11 Want hij ziet, dat de wijzen sterven, dat te zamen 17457 Psa 49:12 | tot geslacht; zij noemen de landen naar hun namen. ~ 17458 Psa 49:13 | 13 De mens nochtans, die in waarde 17459 Psa 49:13 | niet; hij wordt gelijk als de beesten, die vergaan. ~ 17460 Psa 49:15 | als schapen in het graf, de dood zal hen afweiden; en 17461 Psa 49:15 | dood zal hen afweiden; en de oprechten zullen over hen 17462 Psa 49:17 | man rijk wordt, wanneer de eer van zijn huis groot 17463 Psa 49:21 | 21 De mens, die in waarde is, 17464 Psa 49:21 | heeft, wordt gelijk als de beesten, die vergaan. ~  ~  ~  ~ 17465 Psa 50:1 | 1 Een psalm van Asaf. De God der goden, de HEERE 17466 Psa 50:1 | Asaf. De God der goden, de HEERE spreekt, en roept 17467 Psa 50:1 | HEERE spreekt, en roept de aarde, van den opgang der 17468 Psa 50:2 | 2 Uit Sion, de volkomenheid der schoonheid, 17469 Psa 50:4 | hemel van boven, en tot de aarde, om Zijn volk te richten. ~ 17470 Psa 50:6 | 6 En de hemelen verkondigen Zijn 17471 Psa 50:10 | gedierte des wouds is Mijn, de beesten op duizend bergen. ~ 17472 Psa 50:12 | niet zeggen; want Mijn is de wereld en haar volheid. ~ 17473 Psa 50:17 | 17 Dewijl gij de kastijding haat, en Mijn 17474 Psa 50:18 | met hem; en uw deel is met de overspelers. ~ 17475 Psa 51:2 | 2 Toen de profeet Nathan tot hem was 17476 Psa 51:3 | mijn overtreding uit, naar de grootheid Uwer barmhartigheden. ~ 17477 Psa 51:10 | en blijdschap horen; dat de beenderen zich verheugen, 17478 Psa 51:14 | 14 Geef mij weder de vreugde Uws heils; en de 17479 Psa 51:14 | de vreugde Uws heils; en de vrijmoedige geest ondersteune 17480 Psa 51:15 | 15 Zo zal ik de overtreders Uw wegen leren; 17481 Psa 51:15 | overtreders Uw wegen leren; en de zondaars zullen zich tot 17482 Psa 51:19 | 19 De offeranden Gods zijn een 17483 Psa 51:20 | naar Uw welbehagen; bouw de muren van Jeruzalem op. ~ 17484 Psa 51:21 | zult Gij lust hebben aan de offeranden der gerechtigheid, 17485 Psa 52:2 | 2 Als Doeg, de Edomiet, gekomen was, en 17486 Psa 52:5 | kwade liever dan het goede, de leugen, dan gerechtigheid 17487 Psa 52:7 | zal u wegrapen en u uit de tent uitrukken; ja, Hij 17488 Psa 52:8 | 8 En de rechtvaardigen zullen het 17489 Psa 52:9 | Sterkte, maar vertrouwde op de veelheid zijns rijkdoms; 17490 Psa 53:3 | den hemel nedergezien op de mensenkinderen, om te zien, 17491 Psa 53:5 | 5Hebben dan de werkers der ongerechtigheid 17492 Psa 53:6 | vervaardheid was; want God heeft de beenderen desgenen, die 17493 Psa 53:7 | uit Sion kwamen! Als God de gevangenen Zijns volks zal 17494 Psa 54:1 | den opperzangmeester, op de Neginoth; ~ 17495 Psa 54:2 | 2Als de Zifieten gekomen waren, 17496 Psa 54:4 | God! hoor mijn gebed; neig de oren tot de redenen mijns 17497 Psa 54:4 | gebed; neig de oren tot de redenen mijns monds. ~ 17498 Psa 54:6 | God is mij een Helper; de Heere is onder degenen, 17499 Psa 55:1 | den opperzangmeester, op de Neginoth. ~ 17500 Psa 55:4 | roep des vijands, vanwege de beangstiging des goddelozen;


1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4500 | 4501-5000 | 5001-5500 | 5501-6000 | 6001-6500 | 6501-7000 | 7001-7500 | 7501-8000 | 8001-8500 | 8501-9000 | 9001-9500 | 9501-10000 | 10001-10500 | 10501-11000 | 11001-11500 | 11501-12000 | 12001-12500 | 12501-13000 | 13001-13500 | 13501-14000 | 14001-14500 | 14501-15000 | 15001-15500 | 15501-16000 | 16001-16500 | 16501-17000 | 17001-17500 | 17501-18000 | 18001-18500 | 18501-19000 | 19001-19500 | 19501-20000 | 20001-20500 | 20501-21000 | 21001-21500 | 21501-22000 | 22001-22500 | 22501-23000 | 23001-23500 | 23501-24000 | 24001-24500 | 24501-25000 | 25001-25500 | 25501-26000 | 26001-26500 | 26501-27000 | 27001-27500 | 27501-28000 | 28001-28500 | 28501-29000 | 29001-29500 | 29501-30000 | 30001-30500 | 30501-31000 | 31001-31500 | 31501-32000 | 32001-32500 | 32501-33000 | 33001-33382

Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License