1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4500 | 4501-5000 | 5001-5500 | 5501-6000 | 6001-6500 | 6501-7000 | 7001-7500 | 7501-8000 | 8001-8500 | 8501-9000 | 9001-9500 | 9501-10000 | 10001-10500 | 10501-11000 | 11001-11500 | 11501-12000 | 12001-12500 | 12501-13000 | 13001-13500 | 13501-14000 | 14001-14500 | 14501-15000 | 15001-15500 | 15501-16000 | 16001-16500 | 16501-17000 | 17001-17500 | 17501-18000 | 18001-18500 | 18501-19000 | 19001-19500 | 19501-20000 | 20001-20500 | 20501-21000 | 21001-21500 | 21501-22000 | 22001-22500 | 22501-23000 | 23001-23500 | 23501-24000 | 24001-24500 | 24501-25000 | 25001-25500 | 25501-26000 | 26001-26500 | 26501-27000 | 27001-27500 | 27501-28000 | 28001-28500 | 28501-29000 | 29001-29500 | 29501-30000 | 30001-30500 | 30501-31000 | 31001-31500 | 31501-32000 | 32001-32500 | 32501-33000 | 33001-33382
Book Chapter: Verse
17501 Psa 55:8 | wegzwerven, ik zou vernachten in de woestijn. Sela. ~
17502 Psa 55:10 | ik zie wrevel en twist in de stad. ~
17503 Psa 55:16 | 16 Dat hun de dood als een schuldeiser
17504 Psa 55:17 | ik zal tot God roepen, en de HEERE zal mij verlossen. ~
17505 Psa 55:23 | eeuwigheid niet toelaten, dat de rechtvaardige wankele. ~
17506 Psa 55:24 | in den put des verderfs; de mannen des bloeds en bedrogs
17507 Psa 56:1 | Jonath Elem Rechokim; als de Filistijnen hem gegrepen
17508 Psa 56:2 | mij genadig, o God! want de mens zoekt mij op te slokken;
17509 Psa 56:2 | den gansen dag dringt mij de bestrijder. ~
17510 Psa 56:8 | ongerechtigheid vrijgaan? Stort de volken neder in toorn, o
17511 Psa 56:12 | niet vrezen; wat zou mij de mens doen? ~
17512 Psa 57:1 | Sauls aangezicht vlood in de spelonk. ~
17513 Psa 57:2 | neem mijn toevlucht onder de schaduw Uwer vleugelen,
17514 Psa 57:2 | schaduw Uwer vleugelen, totdat de verdervingen zullen voorbij
17515 Psa 57:6 | 6 Verhef U boven de hemelen, o God! Uw eer zij
17516 Psa 57:6 | o God! Uw eer zij over de ganse aarde. ~
17517 Psa 57:10 | 10 Ik zal U loven onder de volken, o Heere! ik zal
17518 Psa 57:10 | zal U psalmzingen onder de natien. ~
17519 Psa 57:11 | goedertierenheid is groot tot aan de hemelen, en Uw waarheid
17520 Psa 57:11 | en Uw waarheid tot aan de bovenste wolken. ~
17521 Psa 57:12 | 12 Verhef U boven de hemelen, o God! Uw eer zij
17522 Psa 57:12 | o God! Uw eer zij over de ganse aarde. ~ ~ ~
17523 Psa 58:3 | het geweld uwer handen op de aarde. ~
17524 Psa 58:4 | 4 De goddelozen zijn vervreemd
17525 Psa 58:4 | goddelozen zijn vervreemd van de baarmoeder aan; de leugensprekers
17526 Psa 58:4 | vervreemd van de baarmoeder aan; de leugensprekers dolen van
17527 Psa 58:6 | Opdat zij niet hore naar de stem der belezers, desgenen,
17528 Psa 58:7 | tanden in hun mond; breek af de baktanden der jonge leeuwen,
17529 Psa 58:9 | als ener vrouwe misdracht, de zon niet aanschouwen. ~
17530 Psa 58:11 | 11 De rechtvaardige zal zich verblijden,
17531 Psa 58:11 | zich verblijden, als hij de wraak aanschouwt; hij zal
17532 Psa 58:12 | 12 En de mens zal zeggen: Immers
17533 Psa 58:12 | immers is er een God, Die op de aarde richt. ~ ~ ~
17534 Psa 59:3 | 3 Red mij van de werkers der ongerechtigheid,
17535 Psa 59:3 | ongerechtigheid, en verlos mij van de mannen des bloeds. ~
17536 Psa 59:7 | hond, en zij gaan rondom de stad. ~
17537 Psa 59:11 | 11 De God mijner goedertierenheid
17538 Psa 59:13 | 13 Om de zonde huns monds, om het
17539 Psa 59:13 | en om den vloek, en om de leugen, die zij vertellen. ~
17540 Psa 59:14 | is in Jakob, ja, tot aan de einden der aarde. Sela. ~
17541 Psa 59:15 | 15 Laat hen dan tegen de avond wederkeren, laat hen
17542 Psa 59:15 | als een hond, en rondom de stad gaan; ~
17543 Psa 59:18 | God is mijn Hoog Vertrek, de God mijner goedertierenheid. ~ ~ ~
17544 Psa 60:2 | Als hij gevochten had met de Syriers van Mesopotamie,
17545 Psa 60:2 | van Mesopotamie, en met de Syriers van Zoba; en Joab
17546 Psa 60:2 | Zoba; en Joab wederkwam, en de Edomieten sloeg in het Zoutdal,
17547 Psa 60:6 | die op te werpen, vanwege de waarheid. Sela. ~
17548 Psa 60:9 | Manasse is mijn, en Efraim is de sterkte mijns hoofds; Juda
17549 Psa 60:13 | 13 Geef Gij ons hulp uit de benauwdheid, want 's mensen
17550 Psa 61:1 | den opperzangmeester, op de Neginoth. ~
17551 Psa 61:6 | geloften; Gij hebt mij gegeven de erfenis dergenen, die Uw
17552 Psa 62:8 | is mijn Heil en mijn Eer; de Rotssteen mijner sterkte,
17553 Psa 62:10 | 10 Immers zijn de gemene lieden ijdelheid,
17554 Psa 62:10 | gemene lieden ijdelheid, de grote lieden zijn leugen;
17555 Psa 62:10 | grote lieden zijn leugen; in de weegschaal opgewogen, zouden
17556 Psa 62:10 | zij samen lichter zijn dan de ijdelheid. ~
17557 Psa 62:12 | dit tweemaal gehoord: dat de sterkte Godes is. ~
17558 Psa 62:13 | 13 En de goedertierenheid, o Heere!
17559 Psa 63:1 | van David, als hij was in de woestijn van Juda. ~
17560 Psa 63:7 | legerstede, zo peins ik aan U in de nachtwaken. ~
17561 Psa 63:8 | een hulp geweest; en in de schaduw Uwer vleugelen zal
17562 Psa 63:10 | verwoesting, zullen komen in de onderste plaatsen der aarde. ~
17563 Psa 63:11 | des zwaards; zij zullen de vossen ten deel worden. ~
17564 Psa 63:12 | 12 Maar de koning zal zich in God verblijden;
17565 Psa 63:12 | zal zich beroemen; want de mond der leugensprekers
17566 Psa 64:3 | raad der boosdoeners, voor de oproerigheid van de werkers
17567 Psa 64:3 | voor de oproerigheid van de werkers der ongerechtigheid. ~
17568 Psa 64:11 | 11 De rechtvaardige zal zich verblijden
17569 Psa 65:2 | 2 De lofzang is in stilheid tot
17570 Psa 65:2 | o God! in Sion; en U zal de gelofte betaald worden. ~
17571 Psa 65:4 | Ongerechtige dingen hadden de overhand over mij; maar
17572 Psa 65:6 | der verre gelegenen aan de zee! ~
17573 Psa 65:7 | 7 Die de bergen vastzet door Zijn
17574 Psa 65:9 | 9 En die op de einden wonen, vrezen voor
17575 Psa 65:9 | voor Uw tekenen; Gij doet de uitgangen des morgens en
17576 Psa 65:10 | verrijkt Gij het grotelijks; de rivier Gods is vol waters;
17577 Psa 65:11 | Gij maakt het week door de druppelen; Gij zegent zijn
17578 Psa 65:13 | 13 Zij bedruipen de weiden der woestijn; en
17579 Psa 65:13 | weiden der woestijn; en de heuvelen zijn aangegord
17580 Psa 65:14 | 14 De velden zijn bekleed met
17581 Psa 65:14 | zijn bekleed met kudden, en de dalen zijn bedekt met koren;
17582 Psa 66:2 | 2 Psalmzingt de eer Zijns Naams; geeft eer
17583 Psa 66:3 | zijt Gij in Uw werken! Om de grootheid Uwer sterkte zullen
17584 Psa 66:4 | 4 De ganse aarde aanbidde U,
17585 Psa 66:5 | vreselijk van werking aan de mensenkinderen. ~
17586 Psa 66:6 | 6 Hij heeft de zee veranderd in het droge;
17587 Psa 66:6 | te voet doorgegaan door de rivier; daar hebben wij
17588 Psa 66:7 | Zijn ogen houden wacht over de heidenen; laat de afvalligen
17589 Psa 66:7 | wacht over de heidenen; laat de afvalligen niet verhoogd
17590 Psa 66:8 | onzen God; en laat horen de stem Zijns roems. ~
17591 Psa 66:18 | ongerechtigheid met mijn hart gezien, de Heere zou niet gehoord hebben. ~
17592 Psa 66:19 | gehoord; Hij heeft gemerkt op de stem mijns gebeds. ~
17593 Psa 67:1 | den opperzangmeester, op de Neginoth. ~
17594 Psa 67:3 | 3Opdat men op de aarde Uw weg kenne, onder
17595 Psa 67:4 | zullen U, o God! loven; de volken, altemaal, zullen
17596 Psa 67:5 | verblijden en juichen, omdat Gij de volken zult richten in rechtmatigheid;
17597 Psa 67:5 | richten in rechtmatigheid; en de natien op de aarde die zult
17598 Psa 67:5 | rechtmatigheid; en de natien op de aarde die zult Gij leiden.
17599 Psa 67:6 | zullen U, o God! loven; de volken, altemaal, zullen
17600 Psa 68:3 | voor het vuur smelt, zullen de goddelozen vergaan van Gods
17601 Psa 68:4 | 4 Maar de rechtvaardigen zullen zich
17602 Psa 68:5 | psalmzingt Zijn Naam; hoogt de wegen voor Dien, Die in
17603 Psa 68:5 | wegen voor Dien, Die in de vlakken velden rijdt, omdat
17604 Psa 68:6 | Rechter der weduwen; God, in de woonstede Zijner heiligheid. ~
17605 Psa 68:7 | 7 Een God, Die de eenzamen zet in een huisgezin,
17606 Psa 68:7 | boeien gevangen zijn; maar de afvalligen wonen in het
17607 Psa 68:8 | toen Gij daarhenen tradt in de woestijn; Sela. ~
17608 Psa 68:9 | 9 Daverde de aarde, ook dropen de hemelen
17609 Psa 68:9 | Daverde de aarde, ook dropen de hemelen voor Gods aanschijn;
17610 Psa 68:12 | 12 De HEERE gaf te spreken; der
17611 Psa 68:13 | 13 De koningen der heirscharen
17612 Psa 68:15 | 15 Als de Almachtige de koningen daarin
17613 Psa 68:15 | 15 Als de Almachtige de koningen daarin verstrooide,
17614 Psa 68:16 | 16 De berg Basan is een berg Gods;
17615 Psa 68:16 | Basan is een berg Gods; de berg Basan is een bultige
17616 Psa 68:17 | Zijn woning; ook zal er de HEERE wonen in eeuwigheid. ~
17617 Psa 68:18 | zijn tweemaal tien duizend, de duizenden verdubbeld. De
17618 Psa 68:18 | de duizenden verdubbeld. De Heere is onder hen, een
17619 Psa 68:19 | 19 Gij zijt opgevaren in de hoogte; Gij hebt de gevangenis
17620 Psa 68:19 | opgevaren in de hoogte; Gij hebt de gevangenis gevankelijk gevoerd;
17621 Psa 68:19 | genomen om uit te delen onder de mensen; ja, ook de wederhorigen
17622 Psa 68:19 | onder de mensen; ja, ook de wederhorigen om bij U te
17623 Psa 68:20 | 20 Geloofd zij de HEERE; dag bij dag overlaadt
17624 Psa 68:23 | 23 De Heere heeft gezegd: Ik zal
17625 Psa 68:23 | Ik zal wederbrengen uit de diepten der zee; ~
17626 Psa 68:24 | 24 Opdat gij uw voet, ja, de tong uwer honden, moogt
17627 Psa 68:24 | steken in het bloed van de vijanden, van een iegelijk
17628 Psa 68:25 | hebben Uw gangen gezien, de gangen mijns Gods, mijns
17629 Psa 68:26 | 26 De zangers gingen voor, de
17630 Psa 68:26 | De zangers gingen voor, de speellieden achter, in het
17631 Psa 68:26 | speellieden achter, in het midden de trommelende maagden. ~
17632 Psa 68:27 | 27 Looft God in de gemeenten, den Heere, gij,
17633 Psa 68:28 | 28 Daar is Benjamin de kleine, die over hen heerste,
17634 Psa 68:28 | kleine, die over hen heerste, de vorsten van Juda, met hun
17635 Psa 68:28 | Juda, met hun vergadering, de vorsten van Zebulon, de
17636 Psa 68:28 | de vorsten van Zebulon, de vorsten van Nafthali. ~
17637 Psa 68:30 | wil te Jeruzalem, zullen U de koningen geschenk toebrengen. ~
17638 Psa 68:31 | wild gedierte des riets, de vergadering der stieren
17639 Psa 68:31 | vergadering der stieren met de kalveren der volken; en
17640 Psa 68:31 | stukken zilvers; Hij heeft de volken verstrooid, die lust
17641 Psa 68:35 | Israel, en Zijn sterkte in de bovenste wolken. ~
17642 Psa 68:36 | vreselijk uit Uw heiligdommen; de God Israels, Die geeft den
17643 Psa 69:2 | Verlos mij, o God! want de wateren zijn gekomen tot
17644 Psa 69:2 | wateren zijn gekomen tot aan de ziel. ~
17645 Psa 69:3 | staan; ik ben gekomen in de diepten der wateren, en
17646 Psa 69:3 | diepten der wateren, en de vloed overstroomt mij. ~
17647 Psa 69:5 | oorzaak haten, zijn meer dan de haren mijns hoofds; die
17648 Psa 69:10 | 10 Want de ijver van Uw huis heeft
17649 Psa 69:10 | huis heeft mij verteerd; en de smaadheden dergenen, die
17650 Psa 69:13 | 13 Die in de poort zitten, klappen van
17651 Psa 69:14 | welbehagens, o God! door de grootheid Uwer goedertierenheid;
17652 Psa 69:14 | goedertierenheid; verhoor mij door de getrouwheid Uws heils. ~
17653 Psa 69:15 | van mijn haters, en uit de diepten der wateren. ~
17654 Psa 69:16 | 16 Laat de watervloed mij niet overstromen,
17655 Psa 69:16 | niet overstromen, en laat de diepte mij niet verslinden;
17656 Psa 69:17 | is goed; zie mij aan naar de grootheid Uwer barmhartigheden. ~
17657 Psa 69:21 | 21 De versmaadheid heeft mijn
17658 Psa 69:25 | hen Uw gramschap uit; en de hittigheid Uws toorns grijpe
17659 Psa 69:27 | en maken een praat van de smart Uwer verwonden. ~
17660 Psa 69:29 | boek des levens, en met de rechtvaardigen niet aangeschreven
17661 Psa 69:32 | of een gehoornde var, die de klauwen verdeelt. ~
17662 Psa 69:33 | 33 De zachtmoedigen, dit gezien
17663 Psa 69:34 | 34 Want de HEERE hoort de nooddruftigen,
17664 Psa 69:34 | 34 Want de HEERE hoort de nooddruftigen, en Hij veracht
17665 Psa 69:35 | 35 Dat Hem prijzen de hemel en de aarde, de zeeen,
17666 Psa 69:35 | Hem prijzen de hemel en de aarde, de zeeen, en al wat
17667 Psa 69:35 | prijzen de hemel en de aarde, de zeeen, en al wat daarin
17668 Psa 69:36 | God zal Sion verlossen, en de steden van Juda bouwen;
17669 Psa 69:37 | knechten zal haar beerven; en de liefhebbers Zijns Naams
17670 Psa 70:5 | allen, die U zoeken; laat de liefhebbers Uws heils geduriglijk
17671 Psa 71:4 | Mijn God, bevrijd mij van de hand des goddelozen, van
17672 Psa 71:4 | hand des goddelozen, van de hand desgenen, die verkeerdelijk
17673 Psa 71:15 | gansen dag Uw heil; hoewel ik de getallen niet weet. ~
17674 Psa 71:16 | 16 Ik zal heengaan in de mogendheden des Heeren HEEREN;
17675 Psa 71:16 | gerechtigheid vermelden, de Uwe alleen. ~
17676 Psa 71:18 | 18 Daarom ook, terwijl de ouderdom en grijsheid daar
17677 Psa 71:19 | gerechtigheid, o God, tot in de hoogte; Gij, Die grote dingen
17678 Psa 71:20 | zult mij weder ophalen uit de afgronden der aarde. ~
17679 Psa 71:22 | ik zal U psalmzingen met de harp, o Heilige Israels! ~
17680 Psa 72:3 | 3 De bergen zullen den volke
17681 Psa 72:3 | volke vrede dragen, ook de heuvelen, met gerechtigheid. ~
17682 Psa 72:4 | 4 Hij zal de ellendigen des volks richten;
17683 Psa 72:4 | des volks richten; hij zal de kinderen des nooddruftigen
17684 Psa 72:5 | zullen U vrezen, zolang de zon en maan zullen zijn,
17685 Psa 72:6 | regen op het nagras, als de druppelen, die de aarde
17686 Psa 72:6 | nagras, als de druppelen, die de aarde bevochtigen. ~
17687 Psa 72:7 | 7 In zijn dagen zal de rechtvaardige bloeien, en
17688 Psa 72:7 | rechtvaardige bloeien, en de veelheid van vrede, totdat
17689 Psa 72:7 | veelheid van vrede, totdat de maan niet meer zij. ~
17690 Psa 72:8 | 8 En hij zal heersen van de zee tot aan de zee, en van
17691 Psa 72:8 | heersen van de zee tot aan de zee, en van de rivier tot
17692 Psa 72:8 | zee tot aan de zee, en van de rivier tot aan de einden
17693 Psa 72:8 | en van de rivier tot aan de einden der aarde. ~
17694 Psa 72:9 | 9 De ingezetenen van dorre plaatsen
17695 Psa 72:10 | 10 De koningen van Tharsis en
17696 Psa 72:10 | koningen van Tharsis en de eilanden zullen geschenken
17697 Psa 72:10 | zullen geschenken aanbrengen; de koningen van Scheba en Seba
17698 Psa 72:13 | nooddruftige verschonen, en de zielen der nooddruftigen
17699 Psa 72:16 | vol koren in het land op de hoogte der bergen, de vrucht
17700 Psa 72:16 | op de hoogte der bergen, de vrucht daarvan zal ruisen
17701 Psa 72:16 | vrucht daarvan zal ruisen als de Libanon; en die van de stad
17702 Psa 72:16 | als de Libanon; en die van de stad zullen bloeien als
17703 Psa 72:17 | eeuwigheid; zolang als er de zon is, zal zijn naam van
17704 Psa 72:18 | 18 Geloofd zij de HEERE God, de God Israels,
17705 Psa 72:18 | Geloofd zij de HEERE God, de God Israels, Die alleen
17706 Psa 72:19 | 19 En geloofd zij de Naam Zijner heerlijkheid
17707 Psa 72:19 | heerlijkheid tot in eeuwigheid; en de ganse aarde worde met Zijn
17708 Psa 72:20 | 20 De gebeden van David, den zoon
17709 Psa 73:3 | 3 Want ik was nijdig op de dwazen, ziende der goddelozen
17710 Psa 73:5 | 5 Zij zijn niet in de moeite als andere mensen,
17711 Psa 73:6 | 6 Daarom omringt hen de hovaardij als een keten;
17712 Psa 73:7 | puilen uit van vet; zij gaan de inbeeldingen des harten
17713 Psa 73:8 | 8 Zij mergelen de lieden uit, en spreken boselijk
17714 Psa 73:8 | verdrukking; zij spreken uit de hoogte. ~
17715 Psa 73:9 | en hun tong wandelt op de aarde. ~
17716 Psa 73:12 | nochtans hebben zij rust in de wereld; zij vermenigvuldigen
17717 Psa 73:25 | U lust mij ook niets op de aarde! ~
17718 Psa 73:26 | en mijn hart, zo is God de Rotssteen mijns harten,
17719 Psa 74:1 | zou Uw toorn roken tegen de schapen Uwer weide? ~
17720 Psa 74:2 | van ouds verworven hebt; de roede Uwer erfenis, die
17721 Psa 74:3 | 3 Hef Uw voeten op tot de eeuwige verwoestingen; de
17722 Psa 74:3 | de eeuwige verwoestingen; de vijand heeft alles in het
17723 Psa 74:5 | werd er bekend als een, die de bijlen omhoog aanbrengt
17724 Psa 74:5 | bijlen omhoog aanbrengt in de dichtigheid van een geboomte. ~
17725 Psa 74:7 | ter aarde toe hebben zij de woning Uws Naams ontheiligd. ~
17726 Psa 74:10 | 10 Hoe lang, o God! zal de wederpartijder smaden? Zal
17727 Psa 74:10 | wederpartijder smaden? Zal de vijand Uw Naam in eeuwigheid
17728 Psa 74:13 | Gij hebt door Uw sterkte de zee gespleten; Gij hebt
17729 Psa 74:13 | zee gespleten; Gij hebt de koppen der draken in de
17730 Psa 74:13 | de koppen der draken in de wateren verbroken. ~
17731 Psa 74:14 | 14 Gij hebt de koppen des Leviathans verpletterd;
17732 Psa 74:16 | 16 De dag is Uwe, ook is de nacht
17733 Psa 74:16 | 16 De dag is Uwe, ook is de nacht Uwe; Gij hebt het
17734 Psa 74:16 | Uwe; Gij hebt het licht en de zon bereid. ~
17735 Psa 74:17 | 17 Gij hebt al de palen der aarde gesteld;
17736 Psa 74:18 | 18 Gedenk hieraan; de vijand heeft den HEERE gesmaad,
17737 Psa 74:19 | Geef aan het wild gedierte de ziel Uwer tortelduif niet
17738 Psa 74:20 | Aanschouw het verbond; want de duistere plaatsen des lands
17739 Psa 75:5 | 5 Ik heb gezegd tot de onzinnigen: Weest niet onzinnig;
17740 Psa 75:5 | Weest niet onzinnig; en tot de goddelozen: Verhoogt den
17741 Psa 75:7 | uit het westen, noch uit de woestijn; ~
17742 Psa 75:9 | HEEREN hand is een beker, en de wijn is beroerd, vol van
17743 Psa 75:11 | der goddelozen afhouwen; de hoornen des rechtvaardigen
17744 Psa 76:1 | den opperzangmeester, op de Neginoth. ~
17745 Psa 76:4 | Aldaar heeft Hij verbroken de vurige pijlen van den boog,
17746 Psa 76:5 | doorluchtiger en heerlijker dan de roofbergen. ~
17747 Psa 76:6 | 6 De stouthartigen zijn beroofd
17748 Psa 76:6 | gesluimerd; en geen van de dappere mannen hebben hun
17749 Psa 76:9 | oordeel horen uit den hemel; de aarde vreesde en werd stil, ~
17750 Psa 76:11 | 11 Want de grimmigheid des mensen zal
17751 Psa 77:6 | 6 Ik overdacht de dagen van ouds, de jaren
17752 Psa 77:6 | overdacht de dagen van ouds, de jaren der eeuwen. ~
17753 Psa 77:8 | 8 Zal dan de Heere in eeuwigheden verstoten,
17754 Psa 77:9 | in eeuwigheid op? Heeft de toezegging een einde, van
17755 Psa 77:11 | ik: Dit krenkt mij; maar de rechterhand des Allerhoogsten
17756 Psa 77:12 | 12 Ik zal de daden des HEEREN gedenken;
17757 Psa 77:15 | sterkte bekend gemaakt onder de volken. ~
17758 Psa 77:16 | volk door Uw arm verlost; de kinderen van Jakob en van
17759 Psa 77:17 | 17 De wateren zagen U, o God!
17760 Psa 77:17 | wateren zagen U, o God! de wateren zagen U, zij beefden;
17761 Psa 77:17 | zij beefden; ook waren de afgronden beroerd. ~
17762 Psa 77:18 | 18 De dikke wolken goten water
17763 Psa 77:18 | wolken goten water uit; de bovenste wolken gaven geluid;
17764 Psa 77:19 | donders was in het ronde; de bliksemen verlichtten de
17765 Psa 77:19 | de bliksemen verlichtten de wereld; de aarde werd beroerd
17766 Psa 77:19 | bliksemen verlichtten de wereld; de aarde werd beroerd en daverde. ~
17767 Psa 77:20 | 20 Uw weg was in de zee, en Uw pad in grote
17768 Psa 77:21 | volk, als een kudde door de hand van Mozes en Aaron. ~
17769 Psa 78:1 | oren; neigt ulieder oor tot de redenen mijns monds. ~
17770 Psa 78:4 | navolgende geslacht, vertellende de loffelijkheden des HEEREN,
17771 Psa 78:6 | geslacht die weten zou, de kinderen, die geboren zouden
17772 Psa 78:9 | 9 (De kinderen van Efraim, gewapende
17773 Psa 78:13 | 13 Hij kliefde de zee, en deed er hen doorgaan;
17774 Psa 78:13 | deed er hen doorgaan; en de wateren deed Hij staan als
17775 Psa 78:15 | 15 Hij kliefde de rotsstenen in de woestijn,
17776 Psa 78:15 | kliefde de rotsstenen in de woestijn, en drenkte hen
17777 Psa 78:16 | bracht stromen voort uit de steenrots, en deed de wateren
17778 Psa 78:16 | uit de steenrots, en deed de wateren afdalen als rivieren. ~
17779 Psa 78:17 | verbitterende den Allerhoogste in de dorre wildernis. ~
17780 Psa 78:19 | tafel kunnen toerichten in de woestijn? ~
17781 Psa 78:21 | 21 Daarom hoorde de HEERE, en werd verbolgen;
17782 Psa 78:23 | wolken van boven gebood, en de deuren des hemels opende; ~
17783 Psa 78:31 | van hun vetsten doodde, en de uitgelezenen van Israel
17784 Psa 78:35 | hun Rotssteen was, en God, de Allerhoogste, hun Verlosser. ~
17785 Psa 78:38 | barmhartig zijnde, verzoende de ongerechtigheid, en verdierf
17786 Psa 78:40 | verbitterden zij Hem in de woestijn, deden Hem smart
17787 Psa 78:40 | deden Hem smart aan in de wildernis! ~
17788 Psa 78:48 | over, en hun beesten aan de vurige kolen. ~
17789 Psa 78:49 | 49 Hij zond onder hen de hittigheid Zijns toorns,
17790 Psa 78:50 | hun gedierte gaf Hij aan de pestilentie over. ~
17791 Psa 78:51 | beginsel der krachten in de tenten van Cham. ~
17792 Psa 78:52 | leidde hen, als een kudde, in de woestijn. ~
17793 Psa 78:53 | zij niet vreesden; want de zee had hun vijanden overdekt. ~
17794 Psa 78:54 | 54 En Hij bracht hen tot de landpale Zijner heiligheid,
17795 Psa 78:55 | verdreef voor hun aangezicht de heidenen, en deed hen vallen
17796 Psa 78:55 | hunner erfenis, en deed de stammen Israels in hun tenten
17797 Psa 78:60 | den tabernakel te Silo, de tent, die Hij tot een woning
17798 Psa 78:60 | woning gesteld had onder de mensen. ~
17799 Psa 78:61 | Hij gaf Zijn sterkte in de gevangenis, en Zijn heerlijkheid
17800 Psa 78:61 | en Zijn heerlijkheid in de hand des wederpartijders. ~
17801 Psa 78:65 | 65 Toen ontwaakte de Heere, als een slapende,
17802 Psa 78:67 | 67 Doch Hij verwierp de tent van Jozef, en den stam
17803 Psa 78:69 | heiligdom als hoogten, als de aarde, die Hij gegrond heeft
17804 Psa 78:70 | knecht David, en nam hem van de schaapskooien; ~
17805 Psa 78:71 | 71 Van achter de zogende schapen deed Hij
17806 Psa 78:72 | heeft hij hen geweid naar de oprechtheid zijns harten,
17807 Psa 79:2 | 2 Zij hebben de dode lichamen Uwer knechten
17808 Psa 79:6 | Uw grimmigheid uit over de heidenen, die U niet kennen,
17809 Psa 79:6 | die U niet kennen, en over de koninkrijken, die Uw Naam
17810 Psa 79:8 | 8 Gedenk ons de vorige misdaden niet; haast
17811 Psa 79:9 | onzes heils! ter oorzake van de eer Uws Naams; en red ons,
17812 Psa 79:10 | 10 Waarom zouden de heidenen zeggen: Waar is
17813 Psa 79:10 | zeggen: Waar is hun God? Laat de wraak des vergoten bloeds
17814 Psa 79:10 | bloeds Uwer knechten onder de heidenen voor onze ogen
17815 Psa 79:11 | aanschijn komen; behoud overig de kinderen des doods, naar
17816 Psa 79:11 | kinderen des doods, naar de grootheid Uws arms. ~
17817 Psa 79:13 | Zo zullen wij, Uw volk en de schapen Uwer weide, U loven
17818 Psa 80:2 | schapen leiddet; Die tussen de cherubim zit, verschijn
17819 Psa 80:9 | Egypte overgebracht, hebt de heidenen verdreven, en hebt
17820 Psa 80:10 | 10 Gij hebt de plaats voor hem bereid,
17821 Psa 80:11 | 11 De bergen zijn met zijn schaduw
17822 Psa 80:12 | zijn ranken uit tot aan de zee, en zijn scheuten tot
17823 Psa 80:12 | en zijn scheuten tot aan de rivier. ~
17824 Psa 81:1 | den opperzangmeester, op de Gittith, een psalm van Asaf. ~
17825 Psa 81:3 | Heft een psalm op, en geeft de trommel; de liefelijke harp
17826 Psa 81:3 | op, en geeft de trommel; de liefelijke harp met de luit. ~
17827 Psa 81:3 | de liefelijke harp met de luit. ~
17828 Psa 81:4 | 4 Blaast de bazuin in de nieuwe maan,
17829 Psa 81:4 | 4 Blaast de bazuin in de nieuwe maan, ter bestemder
17830 Psa 81:7 | onttrokken; zijn handen zijn van de potten ontslagen. ~
17831 Psa 81:8 | 8 In de benauwdheid riept gij, en
17832 Psa 81:8 | uit; Ik antwoordde u uit de schuilplaats des donders;
17833 Psa 81:8 | donders; Ik beproefde u aan de wateren van Meriba. Sela. ~
17834 Psa 81:11 | 11 Ik ben de Heere, uw God, Die u heb
17835 Psa 81:17 | verzadigd hebben met honig uit de rotsstenen. ~
17836 Psa 82:1 | psalm van Asaf. God staat in de vergadering Godes; Hij oordeelt
17837 Psa 82:7 | een mens; en als een van de vorsten zult gij vallen. ~
17838 Psa 83:7 | 7 De tenten van Edom en der Ismaelieten,
17839 Psa 83:7 | der Ismaelieten, Moab en de Hagarenen;
17840 Psa 83:8 | en Amalek, Palestina met de inwoners van Tyrus. ~
17841 Psa 83:10 | als Sisera, als Jabin aan de beek Kison; ~
17842 Psa 83:13 | 13 Die zeiden: Laat ons de schone woningen Gods voor
17843 Psa 83:15 | woud verbrandt, en gelijk de vlam de bergen aansteekt; ~
17844 Psa 83:15 | verbrandt, en gelijk de vlam de bergen aansteekt; ~
17845 Psa 83:19 | alleen met Uw Naam zijt de HEERE, de Allerhoogste over
17846 Psa 83:19 | met Uw Naam zijt de HEERE, de Allerhoogste over de ganse
17847 Psa 83:19 | HEERE, de Allerhoogste over de ganse aarde. ~
17848 Psa 84:1 | den opperzangmeester, op de Gittith; een psalm, voor
17849 Psa 84:1 | Gittith; een psalm, voor de kinderen van Korach. ~
17850 Psa 84:3 | ook van verlangen, naar de voorhoven des HEEREN; mijn
17851 Psa 84:4 | 4 Zelfs vindt de mus een huis, en de zwaluw
17852 Psa 84:4 | vindt de mus een huis, en de zwaluw een nest voor zich,
17853 Psa 84:6 | 6 Welgelukzalig is de mens, wiens sterkte in U
17854 Psa 84:6 | in U is, in welker hart de gebaande wegen zijn. ~
17855 Psa 84:7 | tot een fontein; ook zal de regen hen gans rijkelijk
17856 Psa 84:11 | wezen, dan lang te wonen in de tenten der goddeloosheid. ~
17857 Psa 84:12 | 12 Want God, de HEERE, is een Zon en Schild;
17858 Psa 84:12 | HEERE, is een Zon en Schild; de HEERE zal genade en eer
17859 Psa 84:13 | heirscharen! welgelukzalig is de mens, die op U vertrouwt. ~ ~ ~
17860 Psa 85:1 | opperzangmeester, onder de kinderen van Korach. ~
17861 Psa 85:2 | gunstig geweest, HEERE! de gevangenis van Jakob hebt
17862 Psa 85:3 | 3 De misdaad Uws volks hebt Gij
17863 Psa 85:4 | verbolgenheid; Gij hebt U gewend van de hittigheid Uws toorns. ~
17864 Psa 85:9 | 9 Ik zal horen, wat God, de HEERE, spreken zal; want
17865 Psa 85:11 | 11 De goedertierenheid en waarheid
17866 Psa 85:11 | zullen elkander ontmoeten; de gerechtigheid en vrede zullen
17867 Psa 85:12 | 12 De waarheid zal uit de aarde
17868 Psa 85:12 | 12 De waarheid zal uit de aarde spruiten, en gerechtigheid
17869 Psa 85:13 | 13 Ook zal de HEERE het goede geven; en
17870 Psa 85:14 | 14 De gerechtigheid zal voor Zijn
17871 Psa 86:4 | 4 Verheug de ziel Uws knechts; want tot
17872 Psa 86:6 | gebed ter ore, en merk op de stem mijner smekingen. ~
17873 Psa 86:8 | 8 Onder de goden is niemand U gelijk,
17874 Psa 86:9 | 9 Al de heidenen, Heere! die Gij
17875 Psa 86:11 | wandelen; verenig mijn hart tot de vreze Uws Naams. ~
17876 Psa 86:14 | 14 O God! de hovaardigen staan tegen
17877 Psa 86:14 | hovaardigen staan tegen mij op, en de vergaderingen der tirannen
17878 Psa 87:1 | 1Een psalm, een lied voor de kinderen van Korach. Zijn
17879 Psa 87:1 | Korach. Zijn grondslag is op de bergen der heiligheid. ~
17880 Psa 87:2 | 2De HEERE bemint de poorten van Sion boven alle
17881 Psa 87:4 | degenen, die Mij kennen; ziet, de Filistijn, en de Tyrier,
17882 Psa 87:4 | ziet, de Filistijn, en de Tyrier, met den Moor, deze
17883 Psa 87:5 | die is daarin geboren; en de Allerhoogste Zelf zal hen
17884 Psa 87:7 | 7En de zangers, gelijk de speellieden,
17885 Psa 87:7 | 7En de zangers, gelijk de speellieden, mitsgaders
17886 Psa 88:1 | Een lied, een psalm voor de kinderen van Korach, voor
17887 Psa 88:5 | gerekend met degenen, die in de kuil nederdalen; ik ben
17888 Psa 88:6 | 6 Afgezonderd onder de doden, gelijk de verslagenen,
17889 Psa 88:6 | Afgezonderd onder de doden, gelijk de verslagenen, die in het
17890 Psa 88:11 | Zult Gij wonder doen aan de doden? Of zullen de overledenen
17891 Psa 88:11 | aan de doden? Of zullen de overledenen opstaan, zullen
17892 Psa 88:13 | wonderen bekend worden in de duisternis, en Uw gerechtigheid
17893 Psa 89:2 | 2 Ik zal de goedertierenheid des HEEREN
17894 Psa 89:3 | eeuwiglijk gebouwd worden; in de hemelen zelve hebt Gij Uw
17895 Psa 89:6 | 6 Dies loven de hemelen Uw wonderen, o HEERE!
17896 Psa 89:6 | ook is Uw getrouwheid in de gemeente der heiligen. ~
17897 Psa 89:7 | den HEERE gelijk, onder de kinderen der sterken? ~
17898 Psa 89:10 | 10 Gij heerst over de opgeblazenheid der zee;
17899 Psa 89:12 | 12 De hemel is Uwe, ook is de
17900 Psa 89:12 | De hemel is Uwe, ook is de aarde Uwe; de wereld en
17901 Psa 89:12 | Uwe, ook is de aarde Uwe; de wereld en haar volheid,
17902 Psa 89:15 | Gerechtigheid en gericht zijn de vastigheid Uws troons; goedertierenheid
17903 Psa 89:18 | 18 Want Gij zijt de heerlijkheid hunner sterkte;
17904 Psa 89:23 | 23 De vijand zal hem niet dringen,
17905 Psa 89:23 | zal hem niet dringen, en de zoon der ongerechtigheid
17906 Psa 89:26 | 26 En Ik zal zijn hand in de zee zetten, en zijn rechterhand
17907 Psa 89:26 | en zijn rechterhand in de rivieren. ~
17908 Psa 89:27 | mijn Vader! mijn God, en de Rotssteen mijns heils! ~
17909 Psa 89:28 | stellen, ten hoogste over de koningen der aarde. ~
17910 Psa 89:30 | zetten, en zijn troon als de dagen der hemelen. ~
17911 Psa 89:33 | zal Ik hun overtreding met de roede bezoeken, en hun ongerechtigheid
17912 Psa 89:37 | zal voor Mij zijn gelijk de zon. ~
17913 Psa 89:38 | bevestigd worden, gelijk de maan; en de Getuige in den
17914 Psa 89:38 | worden, gelijk de maan; en de Getuige in den hemel is
17915 Psa 89:40 | zijn kroon ontheiligd tegen de aarde. ~
17916 Psa 89:43 | 43 Gij hebt de rechterhand zijner wederpartijders
17917 Psa 89:44 | 44 Gij hebt ook de scherpte zijns zwaards omgekeerd,
17918 Psa 89:46 | 46 Gij hebt de dagen zijner jeugd verkort;
17919 Psa 89:51 | 51 Gedenk, HEERE! aan de smaad Uwer knechten, dien
17920 Psa 89:52 | vijanden smaden, waarmede zij de voetstappen Uws gezalfden
17921 Psa 89:53 | 53 Geloofd zij de HEERE in eeuwigheid! Amen,
17922 Psa 90:2 | 2 Eer de bergen geboren waren, en
17923 Psa 90:2 | bergen geboren waren, en Gij de aarde en de wereld voortgebracht
17924 Psa 90:2 | waren, en Gij de aarde en de wereld voortgebracht hadt,
17925 Psa 90:4 | jaren zijn in Uw ogen als de dag van gisteren, als hij
17926 Psa 90:10 | 10 Aangaande de dagen onzer jaren, daarin
17927 Psa 90:11 | 11 Wie kent de sterkte Uws toorns, en Uw
17928 Psa 90:15 | 15 Verblijd ons naar de dagen, in dewelke Gij ons
17929 Psa 90:15 | Gij ons gedrukt hebt, naar de jaren, in dewelke wij het
17930 Psa 90:17 | 17 En de liefelijkheid des HEEREN,
17931 Psa 91:1 | 1 Die in de schuilplaats des Allerhoogsten
17932 Psa 91:1 | gezeten, die zal vernachten in de schaduw des Almachtigen. ~
17933 Psa 91:3 | strik des vogelvangers, van de zeer verderfelijke pestilentie. ~
17934 Psa 91:6 | 6 Voor de pestilentie, die in de donkerheid
17935 Psa 91:6 | Voor de pestilentie, die in de donkerheid wandelt; voor
17936 Psa 91:8 | aanschouwen; en gij zult de vergelding der goddelozen
17937 Psa 91:9 | HEERE! zijt mijn Toevlucht! De Allerhoogste hebt gij gesteld
17938 Psa 91:12 | 12 Zij zullen u op de handen dragen, opdat gij
17939 Psa 91:13 | 13 Op den fellen leeuw en de adder zult gij treden, gij
17940 Psa 91:15 | Ik zal hem verhoren; in de benauwdheid zal Ik bij hem
17941 Psa 92:3 | verkondige, en Uw getrouwheid in de nachten; ~
17942 Psa 92:4 | tiensnarig instrument en op de luit, met een voorbedacht
17943 Psa 92:4 | een voorbedacht lied op de harp. ~
17944 Psa 92:5 | daden, ik zal juichen over de werken Uwer handen. ~
17945 Psa 92:8 | 8 Dat de goddelozen groeien als het
17946 Psa 92:8 | groeien als het kruid, en al de werkers der ongerechtigheid
17947 Psa 92:9 | 9 Maar Gij zijt de Allerhoogste in eeuwigheid
17948 Psa 92:9 | Allerhoogste in eeuwigheid de HEERE! ~
17949 Psa 92:10 | vijanden zullen vergaan; al de werkers der ongerechtigheid
17950 Psa 92:12 | zullen het horen, aangaande de boosdoeners, die tegen mij
17951 Psa 92:13 | 13 De rechtvaardige zal groeien
17952 Psa 92:14 | gegeven worden te groeien in de voorhoven onzes Gods. ~
17953 Psa 92:16 | 16 Om te verkondigen, dat de HEERE recht is; Hij is mijn
17954 Psa 93:1 | is met hoogheid bekleed; de HEERE is bekleed met sterkte,
17955 Psa 93:1 | heeft Zich omgord. Ook is de wereld bevestigd, zij zal
17956 Psa 93:3 | rivieren verheffen, o HEERE! de rivieren verheffen haar
17957 Psa 93:3 | verheffen haar bruisen; de rivieren verheffen haar
17958 Psa 93:4 | 4Doch de HEERE in de hoogte is geweldiger
17959 Psa 93:4 | 4Doch de HEERE in de hoogte is geweldiger dan
17960 Psa 93:4 | bruisen van grote wateren, dan de geweldige baren der zee. ~
17961 Psa 93:5 | getuigenissen zijn zeer getrouw; de heiligheid is Uw huize sierlijk,
17962 Psa 94:2 | breng vergelding weder over de hovaardigen. ~
17963 Psa 94:3 | 3 Hoe lang zullen de goddelozen, o HEERE! hoe
17964 Psa 94:3 | o HEERE! hoe lang zullen de goddelozen van vreugde opspringen? ~
17965 Psa 94:6 | 6 De weduwe en den vreemdeling
17966 Psa 94:6 | doden zij, en zij vermoorden de wezen. ~
17967 Psa 94:7 | 7 En zeggen: De HEERE ziet het niet, en
17968 Psa 94:7 | HEERE ziet het niet, en de God van Jakob merkt het
17969 Psa 94:10 | 10 Zou Hij, Die de heidenen tuchtigt, niet
17970 Psa 94:11 | 11 De HEERE weet de gedachten
17971 Psa 94:11 | 11 De HEERE weet de gedachten des mensen, dat
17972 Psa 94:12 | 12 Welgelukzalig is de man, o HEERE! dien Gij tuchtigt,
17973 Psa 94:13 | Om hem rust te geven van de kwade dagen; totdat de kuil
17974 Psa 94:13 | van de kwade dagen; totdat de kuil voor den goddeloze
17975 Psa 94:14 | 14 Want de HEERE zal Zijn volk niet
17976 Psa 94:15 | oordeel zal wederkeren tot de gerechtigheid; en alle oprechten
17977 Psa 94:16 | zal voor mij staan tegen de boosdoeners? Wie zal zich
17978 Psa 94:16 | zich voor mij stellen tegen de werkers der ongerechtigheid? ~
17979 Psa 94:17 | 17 Ten ware dat de HEERE mij een Hulp geweest
17980 Psa 94:17 | mijn ziel had bijna in de stilte gewoond. ~
17981 Psa 94:20 | 20 Zou zich de stoel der schadelijkheden
17982 Psa 94:21 | rotten zich samen tegen de ziel des rechtvaardigen,
17983 Psa 94:22 | 22 Doch de HEERE is mij geweest tot
17984 Psa 94:23 | hun boosheid verdelgen; de HEERE, onze God, zal hen
17985 Psa 95:3 | 3 Want de HEERE is een groot God;
17986 Psa 95:4 | 4 In Wiens hand de diepste plaatsen der aarde
17987 Psa 95:4 | plaatsen der aarde zijn, en de hoogten der bergen zijn
17988 Psa 95:5 | 5 Wiens ook de zee is, want Hij heeft ze
17989 Psa 95:7 | het volk Zijner weide, en de schapen Zijner hand. Heden,
17990 Psa 95:8 | gelijk ten dage van Massa in de woestijn; ~
17991 Psa 96:1 | HEERE een nieuw lied; zingt de HEERE, gij ganse aarde! ~
17992 Psa 96:3 | 3 Vertelt onder de heidenen Zijn eer, onder
17993 Psa 96:4 | 4 Want de HEERE is groot, en zeer
17994 Psa 96:5 | 5 Want al de goden der volken zijn afgoden;
17995 Psa 96:5 | volken zijn afgoden; maar de HEERE heeft de hemelen gemaakt. ~
17996 Psa 96:5 | afgoden; maar de HEERE heeft de hemelen gemaakt. ~
17997 Psa 96:8 | 8 Geeft den HEERE de eer Zijns Naams; brengt
17998 Psa 96:9 | 9 Aanbidt den HEERE in de heerlijkheid des heiligdoms;
17999 Psa 96:10 | 10 Zegt onder de heidenen: De HEERE regeert;
18000 Psa 96:10 | Zegt onder de heidenen: De HEERE regeert; ook zal de
1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4500 | 4501-5000 | 5001-5500 | 5501-6000 | 6001-6500 | 6501-7000 | 7001-7500 | 7501-8000 | 8001-8500 | 8501-9000 | 9001-9500 | 9501-10000 | 10001-10500 | 10501-11000 | 11001-11500 | 11501-12000 | 12001-12500 | 12501-13000 | 13001-13500 | 13501-14000 | 14001-14500 | 14501-15000 | 15001-15500 | 15501-16000 | 16001-16500 | 16501-17000 | 17001-17500 | 17501-18000 | 18001-18500 | 18501-19000 | 19001-19500 | 19501-20000 | 20001-20500 | 20501-21000 | 21001-21500 | 21501-22000 | 22001-22500 | 22501-23000 | 23001-23500 | 23501-24000 | 24001-24500 | 24501-25000 | 25001-25500 | 25501-26000 | 26001-26500 | 26501-27000 | 27001-27500 | 27501-28000 | 28001-28500 | 28501-29000 | 29001-29500 | 29501-30000 | 30001-30500 | 30501-31000 | 31001-31500 | 31501-32000 | 32001-32500 | 32501-33000 | 33001-33382 |