Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
david 1016
davids 151
dden 1
de 33382
debir 14
debora 10
dedagen 1
Frequency    [«  »]
-----
-----
46573 en
33382 de
19256 van
18165 het
13263 zijn

Bijbel

IntraText - Concordances

de

1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4500 | 4501-5000 | 5001-5500 | 5501-6000 | 6001-6500 | 6501-7000 | 7001-7500 | 7501-8000 | 8001-8500 | 8501-9000 | 9001-9500 | 9501-10000 | 10001-10500 | 10501-11000 | 11001-11500 | 11501-12000 | 12001-12500 | 12501-13000 | 13001-13500 | 13501-14000 | 14001-14500 | 14501-15000 | 15001-15500 | 15501-16000 | 16001-16500 | 16501-17000 | 17001-17500 | 17501-18000 | 18001-18500 | 18501-19000 | 19001-19500 | 19501-20000 | 20001-20500 | 20501-21000 | 21001-21500 | 21501-22000 | 22001-22500 | 22501-23000 | 23001-23500 | 23501-24000 | 24001-24500 | 24501-25000 | 25001-25500 | 25501-26000 | 26001-26500 | 26501-27000 | 27001-27500 | 27501-28000 | 28001-28500 | 28501-29000 | 29001-29500 | 29501-30000 | 30001-30500 | 30501-31000 | 31001-31500 | 31501-32000 | 32001-32500 | 32501-33000 | 33001-33382

      Book Chapter: Verse
21001 Jes 49:6 | zoudt zijn, om op te richten de stammen van Jakob, en om 21002 Jes 49:6 | en om weder te brengen de bewaarden in Israel; Ik 21003 Jes 49:7 | 7      Alzo zegt de HEERE, de Verlosser van 21004 Jes 49:7 | Alzo zegt de HEERE, de Verlosser van Israel, Zijn 21005 Jes 49:7 | Israel, Zijn Heilige, tot de verachte ziel, tot Dien, 21006 Jes 49:8 | 8      Alzo zegt de HEERE: In dien tijd des 21007 Jes 49:8 | aardrijk op te richten, om de verwoeste erfenissen te 21008 Jes 49:9 | 9      Om te zeggen tot de gebondenen: Gaat uit; tot 21009 Jes 49:9 | voorschijn; zij zullen op de wegen weiden, en op alle 21010 Jes 49:10 | hongeren, noch dorsten, en de hitte en de zon zal hen 21011 Jes 49:10 | dorsten, en de hitte en de zon zal hen niet steken; 21012 Jes 49:10 | leiden, en Hij zal hen aan de springaders der wateren 21013 Jes 49:13 | gedreun met gejuich; want de HEERE heeft Zijn volk vertroost, 21014 Jes 49:14 | 14      Doch Sion zegt: De HEERE heeft mij verlaten, 21015 Jes 49:14 | HEERE heeft mij verlaten, en de HEERE heeft mij vergeten. ~ 21016 Jes 49:16 | 16      Zie, Ik heb u in de beide handpalmen gegraveerd; 21017 Jes 49:18 | waarachtig als Ik leef, spreekt de HEERE, zekerlijk, gij zult 21018 Jes 49:20 | 20      Nog zullen de kinderen, waarvan gij beroofd 21019 Jes 49:20 | waart, zeggen voor uw oren: De plaats is mij te nauw, wijk 21020 Jes 49:21 | en eenzaam was? Ik was in de gevangenis gegaan, en weggeweken; 21021 Jes 49:22 | 22      Alzo zegt de Heere HEERE: Ziet, Ik zal 21022 Jes 49:22 | zal Mijn hand opheffen tot de heidenen, en tot de volken 21023 Jes 49:22 | tot de heidenen, en tot de volken zal Ik Mijn banier 21024 Jes 49:22 | dan zullen zij uw zonen in de armen brengen, en uw      21025 Jes 49:23 | gij zult weten, dat Ik de HEERE ben, dat zij niet 21026 Jes 49:24 | Zou ook een machtige de vangst ontnomen worden, 21027 Jes 49:24 | ontnomen worden, of zouden de gevangenen eens rechtvaardigen 21028 Jes 49:25 | 25      Doch alzo zegt de HEERE: Ja, de gevangenen 21029 Jes 49:25 | alzo zegt de HEERE: Ja, de gevangenen des machtigen 21030 Jes 49:25 | hem ontnomen worden, en de vangst des tirans zal ontkomen; 21031 Jes 49:26 | zal gewaar worden, dat Ik, de HEERE,      uw Heiland ben, 21032 Jes 49:26 | Heiland ben, en uw Verlosser, de Machtige Jakobs. ~  ~ 21033 Jes 50:1 | 1      Alzo zegt de HEERE: Waar is de scheidbrief 21034 Jes 50:1 | Alzo zegt de HEERE: Waar is de scheidbrief van ulieder 21035 Jes 50:2 | door Mijn schelding maak Ik de zee droog, Ik stel de rivieren 21036 Jes 50:2 | Ik de zee droog, Ik stel de rivieren tot een woestijn, 21037 Jes 50:4 | 4      De Heere HEERE heeft Mij een 21038 Jes 50:5 | 5      De Heere HEERE heeft Mij het 21039 Jes 50:7 | 7      Want de Heere HEERE helpt Mij, daarom 21040 Jes 50:9 | 9      Ziet, de Heere HEERE helpt Mij, wie 21041 Jes 50:10 | den HEERE vreest, die naar de stem Zijns Knechts hoort? 21042 Jes 50:10 | Knechts hoort? Als hij in de duisternissen wandelt, en 21043 Jes 50:11 | spranken omgordt! wandelt in de vlam van uw vuur, en in 21044 Jes 50:11 | vlam van uw vuur, en in de spranken, die gij ontstoken 21045 Jes 51:1 | Hoort naar Mij, gij, die de gerechtigheid najaagt, gij, 21046 Jes 51:1 | gijlieden gehouwen zijt, en de holligheid des bornputs, 21047 Jes 51:3 | 3      Want de HEERE zal Sion troosten, 21048 Jes 51:5 | uit, en Mijn armen zullen de volken richten; op Mij zullen 21049 Jes 51:5 | volken richten; op Mij zullen de eilanden wachten, en op 21050 Jes 51:6 | den hemel, en aanschouwt de aarde beneden; want de hemel 21051 Jes 51:6 | aanschouwt de aarde beneden; want de hemel zal als een rook verdwijnen, 21052 Jes 51:6 | een rook verdwijnen, en de aarde zal als een kleed 21053 Jes 51:7 | naar Mij, gijlieden, die de gerechtigheid kent, gij 21054 Jes 51:7 | Mijn wet is! vreest niet de smaadheid van den mens, 21055 Jes 51:8 | 8      Want de mot zal ze opeten als een 21056 Jes 51:9 | des HEEREN! ontwaak als in de verledene dagen, als in 21057 Jes 51:9 | verledene dagen, als in de geslachten van ouds; zijt 21058 Jes 51:10 | Zijt Gij het niet, Die de zee, de wateren des groten 21059 Jes 51:10 | Gij het niet, Die de zee, de wateren des groten afgronds, 21060 Jes 51:10 | droog gemaakt hebt? Die de diepten der zee gemaakt 21061 Jes 51:10 | hebt tot een weg, opdat de verlosten daardoor gingen? ~ 21062 Jes 51:11 | 11      Alzo zullen de vrijgekochten des HEEREN 21063 Jes 51:13 | Die u gemaakt heeft, Die de hemelen heeft uitgebreid, 21064 Jes 51:13 | hemelen heeft uitgebreid, en de aarde gegrond heeft, en 21065 Jes 51:13 | den gansen dag, vanwege de grimmigheid des      benauwers, 21066 Jes 51:13 | te verderven? Waar is dan de grimmigheid des benauwers? ~ 21067 Jes 51:14 | 14      De omzwevende gevangene zal 21068 Jes 51:15 | 15      Want Ik ben de HEERE, uw God, Die de zee 21069 Jes 51:15 | ben de HEERE, uw God, Die de zee klieft, dat haar golven 21070 Jes 51:16 | uw mond, en bedek u onder de schaduw Mijner hand; om 21071 Jes 51:16 | hemel te planten, en om de aarde te gronden, en om 21072 Jes 51:17 | die gedronken hebt van de hand des HEEREN den beker 21073 Jes 51:18 | Er is niemand van al de kinderen, die zij gebaard 21074 Jes 51:18 | leidt; en niemand van al de kinderen, die zij opgevoed 21075 Jes 51:18 | opgevoed heeft, die haar bij de hand grijpt. ~ 21076 Jes 51:20 | het net; zij zijn vol van de grimmigheid des HEEREN, 21077 Jes 51:20 | grimmigheid des HEEREN, van de schelding uws      Gods. ~ 21078 Jes 51:22 | Alzo zegt uw Heere, de HEERE en uw God, Die Zijns 21079 Jes 51:23 | die u bedroefd hebben, in de hand zetten, die tot uw 21080 Jes 52:2 | Jeruzalem! maak u los van de banden van uw hals, gij 21081 Jes 52:3 | 3      Want zo zegt de HEERE; Gijlieden zijt om 21082 Jes 52:4 | 4      Want zo zegt de Heere HEERE: In vorige tijden 21083 Jes 52:5 | Ik hier te doen? spreekt de HEERE, dewijl Mijn volk 21084 Jes 52:5 | het doen huilen, spreekt de HEERE, en Mijn      Naam 21085 Jes 52:7 | Hoe liefelijk zijn op de bergen de voeten desgenen, 21086 Jes 52:7 | liefelijk zijn op de bergen de voeten desgenen, die het 21087 Jes 52:8 | wachters; zij verheffen de stem, zij juichen te zamen; 21088 Jes 52:8 | zullen oog aan oog zien, als de HEERE Sion wederbrengen 21089 Jes 52:9 | plaatsen van Jeruzalem! want de HEERE heeft Zijn volk getroost, 21090 Jes 52:10 | 10      De HEERE heeft Zijn heiligen 21091 Jes 52:10 | heiligen arm ontbloot voor de ogen aller heidenen; en 21092 Jes 52:10 | ogen aller heidenen; en al de einden der aarde zullen 21093 Jes 52:11 | hen, reinigt u, gij, die de vaten des HEEREN draagt! ~ 21094 Jes 52:12 | der vlucht henengaan; want de HEERE zal voor ulieder aangezicht 21095 Jes 52:12 | aangezicht henentrekken, en de God van Israel zal uw achtertocht      21096 Jes 52:15 | heidenen besprengen, ja, de koningen zullen hun mond 21097 Jes 53:1 | geloofd, en aan wien is de arm des HEEREN geopenbaard? ~ 21098 Jes 53:3 | Hij was veracht, en de onwaardigste onder de mensen, 21099 Jes 53:3 | en de onwaardigste onder de mensen, een Man van smarten, 21100 Jes 53:5 | ongerechtigheden is Hij verbrijzeld; de straf, die ons den vrede 21101 Jes 53:6 | iegelijk naar zijn weg; doch de HEERE heeft onzer aller 21102 Jes 53:8 | het land der levenden; om de overtreding Mijns volks 21103 Jes 53:8 | overtreding Mijns volks is de plage      op Hem geweest. ~ 21104 Jes 53:9 | men heeft Zijn graf bij de goddelozen gesteld, en Hij 21105 Jes 53:10 | zal Hij zaad zien, Hij zal de dagen      verlengen; en 21106 Jes 53:11 | kennis zal Mijn Knecht, de Rechtvaardige, velen rechtvaardig 21107 Jes 53:12 | geven van velen, en Hij zal de machtigen als een roof delen, 21108 Jes 53:12 | heeft in den dood, en met de overtreders is geteld      21109 Jes 53:12 | gedragen heeft, en voor de overtreders gebeden heeft. ~  ~ 21110 Jes 54:1 | barensnood gehad hebt! want de kinderen der eenzame zijn 21111 Jes 54:1 | eenzame zijn meer, dan      de kinderen der getrouwde, 21112 Jes 54:1 | kinderen der getrouwde, zegt de HEERE. ~ 21113 Jes 54:2 | 2      Maak de plaats uwer tenten wijd, 21114 Jes 54:2 | tenten wijd, en dat men de gordijnen uwer woningen 21115 Jes 54:3 | linkerhand; en uw zaad zal de heidenen erven, en zij zullen 21116 Jes 54:3 | heidenen erven, en zij zullen de verwoeste steden doen bewonen. ~ 21117 Jes 54:4 | schande worden; maar gij zult de schaamte uwer jonkheid vergeten, 21118 Jes 54:5 | heirscharen is Zijn Naam; en de Heilige Israels is uw Verlosser; 21119 Jes 54:5 | is uw Verlosser; Hij zal de God des gansen aardbodems 21120 Jes 54:6 | 6      Want de HEERE heeft u geroepen, 21121 Jes 54:6 | geest; nochtans zijt gij de huisvrouw der jeugd, hoewel 21122 Jes 54:8 | Mij uwer ontfermen, zegt de HEERE, uw Verlosser. ~ 21123 Jes 54:9 | Want dat zal Mij zijn als de wateren van Noach, toen 21124 Jes 54:9 | Noach, toen Ik zwoer, dat de wateren van Noach niet meer 21125 Jes 54:9 | van Noach niet meer over de aarde zouden gaan; alzo 21126 Jes 54:10 | zal niet wankelen, zegt de HEERE, uw      Ontfermer. ~ 21127 Jes 54:13 | den HEERE geleerd zijn, en de vrede uwer kinderen zal 21128 Jes 54:16 | den smid geschapen, die de kolen in het vuur opblaast, 21129 Jes 54:17 | zult gij verdoemen; dit is de erve der knechten des HEEREN, 21130 Jes 54:17 | gerechtigheid is uit Mij, spreekt de HEERE. ~  ~  ~  ~ ~ 21131 Jes 55:1 | gij dorstigen! komt tot de wateren, en gij, die geen 21132 Jes 55:3 | verbond maken, en u geven de gewisse weldadigheden van 21133 Jes 55:7 | 7      De goddeloze verlate zijn weg, 21134 Jes 55:7 | goddeloze verlate zijn weg, en de ongerechtige man zijn gedachten; 21135 Jes 55:8 | niet Mijn wegen, spreekt de HEERE. ~ 21136 Jes 55:9 | 9      Want gelijk de hemelen hoger zijn dan de 21137 Jes 55:9 | de hemelen hoger zijn dan de aarde, alzo zijn Mijn wegen 21138 Jes 55:10 | 10      Want gelijk de regen en de sneeuw van den 21139 Jes 55:10 | Want gelijk de regen en de sneeuw van den hemel nederdaalt, 21140 Jes 55:10 | wederkeert; maar doorvochtigt de aarde, en maakt, dat zij 21141 Jes 55:12 | vrede voortgeleid worden; de bergen en heuvelen zullen 21142 Jes 55:12 | bomen      des velds zullen de handen samenklappen. ~ 21143 Jes 56:1 | gij dorstigen! komt tot de wateren, en gij, die geen 21144 Jes 56:3 | verbond maken, en u geven de gewisse weldadigheden van 21145 Jes 56:7 | 7      De goddeloze verlate zijn weg, 21146 Jes 56:7 | goddeloze verlate zijn weg, en de ongerechtige man zijn gedachten; 21147 Jes 56:8 | niet Mijn wegen, spreekt de HEERE. ~ 21148 Jes 56:9 | 9      Want gelijk de hemelen hoger zijn dan de 21149 Jes 56:9 | de hemelen hoger zijn dan de aarde, alzo zijn Mijn wegen 21150 Jes 56:10 | 10      Want gelijk de regen en de sneeuw van den 21151 Jes 56:10 | Want gelijk de regen en de sneeuw van den hemel nederdaalt, 21152 Jes 56:10 | wederkeert; maar doorvochtigt de aarde, en maakt, dat zij 21153 Jes 56:12 | vrede voortgeleid worden; de bergen en heuvelen zullen 21154 Jes 56:12 | bomen      des velds zullen de handen samenklappen. ~ 21155 Jes 57:1 | 1      Alzo zegt de HEERE: Bewaart het recht, 21156 Jes 57:2 | 2      Welgelukzalig is de mens, die zulks doet, en 21157 Jes 57:3 | 3      En de vreemde, die zich tot den 21158 Jes 57:3 | spreke niet, zeggende: De HEERE heeft mij gans en 21159 Jes 57:3 | Zijn volk gescheiden; en de gesnedene zegge niet: Ziet, 21160 Jes 57:4 | 4      Want alzo zegt de HEERE van de gesnedenen, 21161 Jes 57:4 | Want alzo zegt de HEERE van de gesnedenen, die Mijn sabbatten 21162 Jes 57:6 | 6      En de vreemden, die zich tot den 21163 Jes 57:8 | 8      De Heere HEERE, Die de verdrevenen 21164 Jes 57:8 | De Heere HEERE, Die de verdrevenen van Israel vergadert, 21165 Jes 57:12 | sterken drank zuipen; en de dag van morgen zal zijn 21166 Jes 58:1 | 1      De rechtvaardige komt om, en 21167 Jes 58:1 | het ter harte neemt; en de weldadige lieden worden 21168 Jes 58:1 | dat er iemand op let, dat de rechtvaardige weggeraapt      21169 Jes 58:4 | mond wijd open en steekt de tong lang uit? Zijt gij 21170 Jes 58:5 | Die hittig zijt in de eikenbossen, onder allen 21171 Jes 58:5 | groenen boom; slachtende de kinderen aan de beken, onder 21172 Jes 58:5 | slachtende de kinderen aan de beken, onder de hoeken der 21173 Jes 58:5 | kinderen aan de beken, onder de hoeken der steenrotsen. ~ 21174 Jes 58:6 | 6      Aan de gladde stenen der beken 21175 Jes 58:8 | 8      En achter de deur en posten zet gij uw 21176 Jes 58:9 | weg, en vernedert u tot de hel toe. ~ 21177 Jes 58:13 | vergaderd zijn, u redden; doch de wind zal hen allen wegvoeren, 21178 Jes 58:13 | zal hen allen wegvoeren, de ijdelheid zal hen wegnemen. 21179 Jes 58:14 | men zal zeggen: Verhoogt de baan, verhoogt de baan, 21180 Jes 58:14 | Verhoogt de baan, verhoogt de baan, bereidt den weg, neemt 21181 Jes 58:15 | 15      Want alzo zegt de Hoge en Verhevene, Die in 21182 Jes 58:15 | Hoge en Verhevene, Die in de eeuwigheid woont, en Wiens 21183 Jes 58:15 | Naam heilig is: Ik woon in de hoogte en in het heilige, 21184 Jes 58:16 | geduriglijk verbolgen zijn; want de geest zou van voor Mijn 21185 Jes 58:16 | aangezicht overstelpt worden, en de zielen, die Ik gemaakt heb. ~ 21186 Jes 58:17 | Ik was verbolgen over de ongerechtigheid hunner gierigheid, 21187 Jes 58:19 | 19      Ik schep de vrucht der lippen, vrede, 21188 Jes 58:19 | dengenen, die nabij zijn, zegt de HEERE, en Ik zal hen genezen. ~ 21189 Jes 58:20 | 20      Doch de goddelozen zijn als een 21190 Jes 58:21 | 21      De goddelozen, zegt mijn God, 21191 Jes 59:1 | 1      Roep uit de keel, houd niet in, verhef 21192 Jes 59:2 | en een lust hebben aan de kennis Mijner wegen, als 21193 Jes 59:2 | verlaat, vragen zij Mij naar de      rechten der gerechtigheid; 21194 Jes 59:4 | en om goddelooslijk met de vuist te slaan; vast niet 21195 Jes 59:4 | uw stem te doen horen in de hoogte. ~ 21196 Jes 59:5 | dat Ik verkiezen zou, dat de mens zijn ziel een dag kwelle, 21197 Jes 59:6 | verkies: dat gij losmaakt de knopen der goddeloosheid, 21198 Jes 59:6 | goddeloosheid, dat gij ontdoet de banden des juks, en dat 21199 Jes 59:6 | en dat gij vrij loslaat de verpletterden, en alle juk      21200 Jes 59:7 | hongerige uw brood mededeelt, en de armen, verdrevenen in huis 21201 Jes 59:8 | uw licht voortbreken als de dageraad, en uw genezing 21202 Jes 59:8 | aangezicht heengaan, en de heerlijkheid des HEEREN 21203 Jes 59:9 | Dan zult gij roepen, en de HEERE zal antwoorden; gij 21204 Jes 59:10 | opent voor den hongerige, en de bedrukte ziel verzadigt; 21205 Jes 59:10 | verzadigt; dan zal uw licht in de duisternis opgaan, en uw 21206 Jes 59:10 | donkerheid zal zijn als de middag. ~ 21207 Jes 59:11 | 11      En de HEERE zal u geduriglijk 21208 Jes 59:12 | voortkomen, zullen bouwen de oude verwoeste plaatsen; 21209 Jes 59:12 | oude verwoeste plaatsen; de fondamenten, van geslacht 21210 Jes 59:12 | zult genaamd worden: Die de      bressen toemuurt, die 21211 Jes 59:12 | bressen toemuurt, die de paden weder opmaakt, om 21212 Jes 59:13 | een verlustiging, opdat de HEERE geheiligd worde, Die 21213 Jes 59:14 | Ik zal u doen rijden op de hoogten der aarde, en Ik 21214 Jes 59:14 | en Ik zal u spijzigen met de erve van uw vader Jakob; 21215 Jes 59:14 | van uw vader Jakob; want de mond des HEEREN heeft      21216 Jes 60:1 | 1      Ziet, de hand des HEEREN is niet 21217 Jes 60:4 | Er is niemand, die voor de gerechtigheid roept, en 21218 Jes 60:4 | roept, en niemand, die voor de waarheid in het gericht 21219 Jes 60:9 | recht verre van ons, en de gerechtigheid achterhaalt 21220 Jes 60:10 | tasten naar den wand, gelijk de blinden, en, gelijk die 21221 Jes 60:10 | ons op den middag, als in de schemering, wij zijn in 21222 Jes 60:10 | in woeste plaatsen gelijk de      doden. ~ 21223 Jes 60:11 | brommen allen gelijk als de beren, en wij kirren doorgaans 21224 Jes 60:11 | kirren doorgaans gelijk de duiven; wij wachten naar 21225 Jes 60:14 | achterwaarts geweken, en de gerechtigheid staat van 21226 Jes 60:14 | gerechtigheid staat van verre; want de waarheid struikelt op de 21227 Jes 60:14 | de waarheid struikelt op de straat, en wat recht is, 21228 Jes 60:15 | 15      Ja, de waarheid ontbreekt er, en 21229 Jes 60:15 | stelt zich tot een roof; en de HEERE zag het, en het was 21230 Jes 60:17 | zette Hij op Zijn hoofd, en de klederen der wraak trok 21231 Jes 60:18 | 18      Even naar de werken, even daarnaar zal 21232 Jes 60:19 | den opgang der zon; als de vijand zal komen gelijk 21233 Jes 60:19 | komen gelijk een stroom, zal de Geest des      HEEREN de 21234 Jes 60:19 | de Geest des      HEEREN de banier tegen hen oprichten. ~ 21235 Jes 60:20 | hen, die zich bekeren van de overtreding in Jakob, spreekt 21236 Jes 60:20 | overtreding in Jakob, spreekt de HEERE. ~ 21237 Jes 60:21 | Mijn Verbond met hen, zegt de HEERE: Mijn Geest, Die op 21238 Jes 60:21 | het zaad uws zaads, zegt de HEERE, van nu aan tot in 21239 Jes 61:1 | want uw Licht komt, en de heerlijkheid des HEEREN 21240 Jes 61:2 | 2      Want zie, de duisternis zal de aarde 21241 Jes 61:2 | Want zie, de duisternis zal de aarde bedekken, en donkerheid 21242 Jes 61:2 | bedekken, en donkerheid de volken; doch over u zal 21243 Jes 61:2 | volken; doch over u zal de HEERE opgaan, en Zijn heerlijkheid 21244 Jes 61:3 | 3      En de heidenen zullen tot uw licht 21245 Jes 61:5 | en verwijd worden; want de menigte de zee zal tot u 21246 Jes 61:5 | worden; want de menigte de zee zal tot u gekeerd worden, 21247 Jes 61:6 | kemelen zal u bedekken, de snelle kemelen van Midian 21248 Jes 61:7 | 7      Al de schapen van Kedar zullen 21249 Jes 61:7 | tot u verzameld worden; de rammen van Nebajoth zullen 21250 Jes 61:9 | 9      Want de eilanden zullen Mij verwachten, 21251 Jes 61:9 | zullen Mij verwachten, en de schepen van Tarsis vooreerst, 21252 Jes 61:10 | 10      En de vreemden zullen uw muren 21253 Jes 61:13 | 13      De heerlijkheid van Libanon 21254 Jes 61:13 | Libanon zal tot u komen, de denneboom, de beukeboom 21255 Jes 61:13 | tot u komen, de denneboom, de beukeboom en de busboom 21256 Jes 61:13 | denneboom, de beukeboom en de busboom te gelijk, om te 21257 Jes 61:13 | gelijk, om te versieren de plaats Mijns heiligdoms, 21258 Jes 61:13 | Mijns heiligdoms, en Ik zal de plaats Mijner      voeten 21259 Jes 61:14 | zich buigende, tot u komen de kinderen dergenen, die u 21260 Jes 61:14 | zullen zich nederbuigen aan de planten uwer voeten;      21261 Jes 61:14 | en zij zullen u noemen de stad des HEEREN, het Sion 21262 Jes 61:16 | 16      En gij zult de melk der heidenen zuigen, 21263 Jes 61:16 | heidenen zuigen, en gij zult de borsten der koningen zuigen; 21264 Jes 61:16 | en gij zult weten, dat Ik de HEERE ben, uw Heiland, en 21265 Jes 61:16 | Heiland, en uw Verlosser, de Machtige Jakobs. ~ 21266 Jes 61:19 | 19      De zon zal u niet meer wezen 21267 Jes 61:19 | en tot een glans zal u de maan niet lichten; maar 21268 Jes 61:19 | maan niet lichten; maar de HEERE zal u wezen tot een 21269 Jes 61:20 | licht niet intrekken; want de HEERE zal u tot een eeuwig 21270 Jes 61:20 | een eeuwig licht wezen, en de dagen uwer treuring zullen 21271 Jes 61:21 | zij zullen in eeuwigheid de aarde erfelijk bezitten; 21272 Jes 61:22 | 22      De kleinste zal tot duizend 21273 Jes 61:22 | zal tot duizend worden, en de minste tot een machtig volk; 21274 Jes 61:22 | tot een machtig volk; Ik, de HEERE, zal zulks te zijner 21275 Jes 62:1 | 1      De Geest des Heeren HEEREN 21276 Jes 62:1 | HEEREN is op Mij, omdat de Heere Mij gezalfd heeft, 21277 Jes 62:1 | gezonden om te verbinden      de gebrokenen van harte, om 21278 Jes 62:4 | 4      En zij zullen de oude verwoeste plaatsen 21279 Jes 62:4 | verwoeste plaatsen bouwen, de vorige verstoringen weder 21280 Jes 62:4 | verstoringen weder oprichten, en de verwoeste steden vernieuwen, 21281 Jes 62:8 | 8      Want Ik, de HEERE, heb het recht lief, 21282 Jes 62:9 | En hun zaad zal onder de heidenen bekend worden, 21283 Jes 62:9 | dat zij zijn een zaad, dat de      HEERE gezegend heeft. ~ 21284 Jes 62:10 | Hij heeft mij bekleed met de klederen des heils, den 21285 Jes 62:11 | 11      Want gelijk de aarde haar spruit voortbrengt, 21286 Jes 62:11 | doet uitspruiten; alzo zal de Heere HEERE gerechtigheid 21287 Jes 62:11 | uitspruiten voor al      de volken. ~  ~ 21288 Jes 63:2 | 2      En de heidenen zullen uw gerechtigheid 21289 Jes 63:3 | sierlijke kroon zijn in de hand des HEEREN, en een 21290 Jes 63:3 | een koninklijke hoed in de hand uws Gods. ~ 21291 Jes 63:4 | niet meer gezegd worden: De verlatene, en tot uw land 21292 Jes 63:4 | Het getrouwde; want de HEERE heeft een lust aan 21293 Jes 63:5 | kinderen u trouwen; en gelijk de bruidegom vrolijk is over 21294 Jes 63:5 | bruidegom vrolijk is over de bruid, alzo zal uw God over 21295 Jes 63:8 | 8      De HEERE heeft gezworen bij 21296 Jes 63:8 | voor uw vijanden, en indien de vreemden zullen drinken      21297 Jes 63:9 | zullen, zullen hem drinken in de voorhoven Mijns heiligdoms. ~ 21298 Jes 63:10 | Gaat door, gaat door, door de poorten, bereidt den weg 21299 Jes 63:10 | verhoogt een baan, ruimt de stenen weg, steekt een banier 21300 Jes 63:10 | steekt een banier omhoog tot de volken! ~ 21301 Jes 63:11 | 11      Ziet, de HEERE heeft doen horen, 21302 Jes 63:11 | het einde der aarde: zegt de dochter van Sion: Zie, uw 21303 Jes 63:12 | noemen het heilige volk, de verlosten des HEEREN; en 21304 Jes 63:12 | gij zult genoemd worden de gezochte, de stad, die niet 21305 Jes 63:12 | genoemd worden de gezochte, de stad, die niet verlaten 21306 Jes 64:2 | klederen als van een, die in de wijnpers treedt? ~ 21307 Jes 64:3 | 3      Ik heb de pers alleen getreden, en 21308 Jes 64:3 | getreden, en er was niemand van de volken met Mij; en Ik heb 21309 Jes 64:4 | 4      Want de dag der wraak was in Mijn 21310 Jes 64:6 | 6      En Ik heb de volken vertreden in Mijn 21311 Jes 64:7 | 7      Ik zal de goedertierenheden des HEEREN 21312 Jes 64:7 | HEEREN, naar alles, wat de HEERE ons heeft bewezen, 21313 Jes 64:7 | HEERE ons heeft bewezen, en de grote goedigheid aan het 21314 Jes 64:7 | barmhartigheden, en naar de veelheid Zijner goedertierenheden. ~ 21315 Jes 64:9 | benauwdheid was Hij benauwd, en de Engel Zijns aangezichts 21316 Jes 64:9 | en      Hij droeg hen al de dagen van ouds. ~ 21317 Jes 64:11 | Nochtans dacht Hij aan de dagen van ouds, aan Mozes 21318 Jes 64:11 | waar is Hij, Die hen uit de zee opgebracht heeft, met 21319 Jes 64:11 | zee opgebracht heeft, met de herders Zijner kudde? Waar 21320 Jes 64:12 | heerlijkheid heeft doen gaan aan de rechterhand van Mozes; Die 21321 Jes 64:12 | rechterhand van Mozes; Die de wateren voor hunlieder aangezichten 21322 Jes 64:13 | Die hen leidde door de afgronden; als een paard 21323 Jes 64:13 | afgronden; als een paard in de woestijn, struikelden zij 21324 Jes 64:14 | een beest, dat afgaat in de valleien, heeft hun de Geest 21325 Jes 64:14 | in de valleien, heeft hun de Geest des HEEREN rust gegeven. 21326 Jes 64:17 | weder om Uwer knechten wil, de stammen Uws erfdeels. ~ 21327 Jes 65:1 | 1      Och, dat Gij de hemelen scheurdet, dat Gij 21328 Jes 65:1 | dat Gij nederkwaamt, dat de bergen van Uw aangezicht 21329 Jes 65:2 | smeltvuur brandt, en het vuur de wateren doet opbobbelen, 21330 Jes 65:2 | bekend te maken! Laat alzo de heidenen voor Uw aangezicht      21331 Jes 65:3 | Uw aangezicht vervloten de bergen. ~ 21332 Jes 65:5 | gezondigd hebben; in dezelve is de      eeuwigheid, opdat wij 21333 Jes 66:4 | 4      Zittende bij de graven, zo vernachten zij 21334 Jes 66:7 | ongerechtigheden tegelijk, zegt de HEERE, die gerookt hebben 21335 Jes 66:7 | HEERE, die gerookt hebben op de bergen, en Mij smaadheid 21336 Jes 66:7 | smaadheid aangedaan hebben op de heuvelen;      daarom zal 21337 Jes 66:8 | 8      Alzo zegt de HEERE: Gelijk wanneer men 21338 Jes 66:13 | 13      Daarom zegt de Heere HEERE alzo: Ziet, 21339 Jes 66:15 | een vervloeking laten; en de Heere HEERE zal ulieden 21340 Jes 66:16 | God der waarheid, omdat de vorige      benauwdheden 21341 Jes 66:17 | en een nieuwe aarde; en de vorige dingen zullen niet 21342 Jes 66:19 | niet meer gehoord worden de stem der wening, noch de 21343 Jes 66:19 | de stem der wening, noch de stem des geschreeuws. ~ 21344 Jes 66:22 | het een ander ete, want de dagen Mijns volks zullen 21345 Jes 66:22 | Mijns volks zullen zijn als de dagen eens booms, en Mijn      21346 Jes 66:25 | 25      De wolf en het lam zullen te 21347 Jes 66:25 | zullen te zamen weiden, en de leeuw zal stro eten als 21348 Jes 66:25 | als een rund, en stof zal de spijze der slang zijn; zij 21349 Jes 66:25 | heiligen berg zegt de HEERE. ~  ~ 21350 Jes 67:1 | 1      Alzo zegt de HEERE: De hemel is Mijn 21351 Jes 67:1 | Alzo zegt de HEERE: De hemel is Mijn troon, en 21352 Jes 67:1 | hemel is Mijn troon, en de aarde is de voetbank Mijner 21353 Jes 67:1 | Mijn troon, en de aarde is de voetbank Mijner voeten; 21354 Jes 67:1 | zoudt bouwen, en waar is de plaats Mijner rust? ~ 21355 Jes 67:2 | dingen zijn geweest, spreekt de HEERE; maar op dezen zal 21356 Jes 67:5 | Mijns Naams wil, zeggen: Dat de HEERE heerlijk worde! Doch 21357 Jes 67:6 | van een groot rumoer uit de stad zijn, een stem uit 21358 Jes 67:6 | een stem uit den tempel, de stem des HEEREN, Die Zijn 21359 Jes 67:6 | HEEREN, Die Zijn vijanden de verdiensten vergeldt. ~ 21360 Jes 67:9 | 9      Zou Ik de baarmoeder openbreken, en 21361 Jes 67:9 | en niet genereren? zegt de HEERE; zou Ik, Die genereer, 21362 Jes 67:11 | en verzadigd worden van de borsten harer vertroostingen; 21363 Jes 67:12 | 12      Want alzo zegt de HEERE: Ziet, Ik zal den 21364 Jes 67:12 | uitstrekken als een rivier, en de heerlijkheid der heidenen 21365 Jes 67:12 | zuigen; gij zult      op de zijden gedragen worden, 21366 Jes 67:12 | zijden gedragen worden, en op de knieen zeer vriendelijk 21367 Jes 67:14 | het tedere gras; dan zal de hand des HEEREN bekend worden 21368 Jes 67:15 | 15      Want ziet, de HEERE zal met vuur komen, 21369 Jes 67:16 | en met Zijn zwaard zal de HEERE in het recht treden 21370 Jes 67:16 | treden met alle vlees; en de verslagenen des HEEREN zullen 21371 Jes 67:17 | en zichzelven reinigen in de hoven, achter een in het 21372 Jes 67:17 | verteerd      worden, spreekt de HEERE. ~ 21373 Jes 67:19 | zijn, zal Ik zenden tot de heidenen naar Tarsis, Pul, 21374 Jes 67:19 | naar Tarsis, Pul, en Lud, de boogschutters, naar Tubal 21375 Jes 67:19 | naar Tubal en Javan, tot de      ver gelegen eilanden, 21376 Jes 67:19 | Mijn heerlijkheid onder de heidenen verkondigen. ~ 21377 Jes 67:20 | toe, naar Jeruzalem, zegt de HEERE, gelijk als de kinderen 21378 Jes 67:20 | zegt de HEERE, gelijk als de kinderen Israels het spijsoffer 21379 Jes 67:21 | tot Levieten nemen, zegt de HEERE. ~ 21380 Jes 67:22 | aangezicht zullen staan, spreekt de HEERE, alzo zal ook ulieder 21381 Jes 67:23 | zal geschieden, dat van de ene nieuwe maan tot de andere, 21382 Jes 67:23 | van de ene nieuwe maan tot de andere, en van den enen 21383 Jes 67:23 | Mijn aangezicht, zegt      de HEERE. ~ 21384 Jes 67:24 | henen uitgaan, en zij zullen de dode lichamen der lieden 21385 Jer 1:1 | 1      De woorden van Jeremia, den 21386 Jer 1:1 | den zoon van Hilkia, uit de priesteren, die te Anathoth 21387 Jer 1:2 | des HEEREN geschiedde, in de dagen van Josia, zoon van 21388 Jer 1:3 | geschiedde het tot hem in de dagen van Jojakim, zoon 21389 Jer 1:3 | gevankelijk werd weggevoerd in de vijfde maand. ~ 21390 Jer 1:5 | u gekend, en eer gij uit de baarmoeder voortkwaamt, 21391 Jer 1:7 | 7      Maar de HEERE zeide tot mij: Zeg 21392 Jer 1:8 | om u te redden, spreekt de HEERE. ~ 21393 Jer 1:9 | 9      En de HEERE stak Zijn hand uit, 21394 Jer 1:9 | roerde mijn mond aan; en de HEERE zeide tot mij: Zie, 21395 Jer 1:10 | stel u te dezen dage over de volken en over de koninkrijken, 21396 Jer 1:10 | dage over de volken en over de koninkrijken, om uit te 21397 Jer 1:12 | 12      En de HEERE zeide tot mij: Gij 21398 Jer 1:14 | 14      En de HEERE zeide tot mij: Van 21399 Jer 1:15 | van het noorden, spreekt de HEERE; en zij zullen komen, 21400 Jer 1:15 | iegelijk zijn troon voor de deur der poorten van      21401 Jer 1:16 | zich gebogen hebben voor de werken hunner      handen. ~ 21402 Jer 1:18 | tegen het ganse land; tegen de koningen van Juda, tegen 21403 Jer 1:19 | want Ik ben met u, spreekt de HEERE, om u uit te helpen. ~  ~ 21404 Jer 2:2 | 2      Ga en roep voor de oren van Jeruzalem, zeggende: 21405 Jer 2:2 | Jeruzalem, zeggende: Zo zegt de HEERE: Ik gedenk der weldadigheid 21406 Jer 2:2 | toen gij Mij nawandeldet in de      woestijn, in onbezaaid 21407 Jer 2:3 | den HEERE een heiligheid, de eerstelingen Zijner inkomste; 21408 Jer 2:3 | kwaad kwam hun over, spreekt de HEERE. ~ 21409 Jer 2:5 | 5      Zo zegt de HEERE: Wat voor onrecht 21410 Jer 2:5 | geweken zijn, en hebben de ijdelheid nagewandeld, en 21411 Jer 2:6 | En zeiden niet: Waar is de HEERE, Die ons opvoerde 21412 Jer 2:6 | Egypteland, Die ons leidde in de woestijn, in een land van 21413 Jer 2:7 | een vruchtbaar land, om de vrucht van hetzelve en het 21414 Jer 2:8 | 8      De priesters zeiden niet: Waar 21415 Jer 2:8 | priesters zeiden niet: Waar is de HEERE? en die de wet handelden, 21416 Jer 2:8 | Waar is de HEERE? en die de wet handelden, kenden Mij 21417 Jer 2:8 | handelden, kenden Mij niet; en de herders overtraden tegen 21418 Jer 2:8 | overtraden tegen Mij; en de profeten profeteerden door 21419 Jer 2:9 | ulieden twisten, spreekt de HEERE; ja, met uw kindskinderen 21420 Jer 2:10 | Want, gaat over in de eilanden der Chitteers, 21421 Jer 2:11 | Heeft ook een volk de goden veranderd, hoewel 21422 Jer 2:12 | wordt zeer woest, spreekt de HEERE. ~ 21423 Jer 2:15 | 15      De jonge leeuwen hebben over 21424 Jer 2:16 | 16      Ook hebben u de kinderen van Nof en Tachpanhes 21425 Jer 2:18 | met den weg van Egypte, om de wateren van Sihor te drinken? 21426 Jer 2:18 | met den weg van Assur, om de wateren der rivier te drinken? ~ 21427 Jer 2:19 | niet bij u is, spreekt      de Heere, de HEERE der heirscharen. ~ 21428 Jer 2:19 | spreekt      de Heere, de HEERE der heirscharen. ~ 21429 Jer 2:22 | aangezicht getekend, spreekt de Heere HEERE. ~ 21430 Jer 2:23 | niet verontreinigd, ik heb de Baals niet nagewandeld? 21431 Jer 2:24 | een woudezelin, gewend in de woestijn, naar den lust 21432 Jer 2:25 | hoop; neen, want ik heb de vreemden lief, en die zal 21433 Jer 2:29 | Mij overtreden, spreekt de HEERE. ~ 21434 Jer 2:30 | kinderen geslagen; zij hebben de tucht niet aangenomen; ulieder 21435 Jer 2:33 | boelering zoekt? Waarom gij ook de booste hoeren uw wegen geleerd 21436 Jer 2:34 | 34      Ja, het bloed van de zielen der onschuldige nooddruftigen 21437 Jer 2:37 | handen op uw hoofd; want de HEERE heeft al uw vertrouwen 21438 Jer 3:1 | nochtans weder tot Mij, spreekt de HEERE. ~ 21439 Jer 3:2 | Hef uw ogen op naar de hoge plaatsen, en zie toe, 21440 Jer 3:2 | hebt voor hen gezeten aan de wegen, als een Arabier in 21441 Jer 3:2 | wegen, als een Arabier in de woestijn; alzo hebt gij 21442 Jer 3:3 | 3      Daarom zijn de regendruppelen ingehouden, 21443 Jer 3:4 | roepen: Mijn Vader! Gij zijt de leidsman mijner jeugd! ~ 21444 Jer 3:5 | die boosheden, en neemt de overhand. ~ 21445 Jer 3:6 | 6      Voorts zeide de HEERE tot mij, in de dagen 21446 Jer 3:6 | zeide de HEERE tot mij, in de dagen van den koning Josia: 21447 Jer 3:6 | Josia: Hebt gij gezien, wat de afgekeerde Israel gedaan 21448 Jer 3:7 | bekeerde zich niet. Dit zag de trouweloze, haar zuster 21449 Jer 3:8 | oorzake van alles, waarin de afgekeerde Israel overspel 21450 Jer 3:8 | scheidbrief gegeven had, dat de trouweloze, haar zuster      21451 Jer 3:10 | maar valselijk, spreekt de HEERE. ~ 21452 Jer 3:11 | 11      Dies de HEERE tot mij zeide: De 21453 Jer 3:11 | de HEERE tot mij zeide: De afgekeerde Israel heeft 21454 Jer 3:11 | gerechtvaardigd, meer dan de trouweloze Juda. ~ 21455 Jer 3:12 | afgekeerde Israel! spreekt de HEERE, zo zal Ik Mijn toorn 21456 Jer 3:12 | goedertieren, spreekt de HEERE. Ik zal den toorn 21457 Jer 3:13 | wegen verstrooid hebt tot de vreemden, onder allen groenen 21458 Jer 3:13 | gehoorzaam geweest, spreekt de HEERE. ~ 21459 Jer 3:14 | afkerige kinderen! spreekt de HEERE, want Ik heb u getrouwd, 21460 Jer 3:16 | land, in die dagen, spreekt de HEERE, zullen zij niet meer 21461 Jer 3:16 | zullen zij niet meer zeggen: De ark des      verbonds des 21462 Jer 3:17 | des HEEREN troon; en al de heidenen zullen tot haar 21463 Jer 3:19 | wel: Hoe zal Ik u onder de kinderen zetten, en u geven 21464 Jer 3:19 | geven het gewenste land, de sierlijke erfenis van de 21465 Jer 3:19 | de sierlijke erfenis van de heirscharen der heidenen? 21466 Jer 3:20 | gij huis Israels! spreekt de HEERE. ~ 21467 Jer 3:21 | Er is een stem gehoord op de hoge plaatsen, een geween 21468 Jer 3:22 | komen tot U, want Gij zijt de HEERE, onze God! ~ 21469 Jer 3:23 | tevergeefs verwacht men het van de heuvelen en de menigte der 21470 Jer 3:23 | men het van de heuvelen en de menigte der bergen; waarlijk, 21471 Jer 3:24 | 24      Want de schaamte heeft den arbeid 21472 Jer 4:1 | bekeren zult, Israel! spreekt de HEERE, bekeer u tot Mij; 21473 Jer 4:2 | zweer: Zo waarachtig als de HEERE leeft! in waarheid, 21474 Jer 4:2 | gerechtigheid; zo zullen zich de heidenen in Hem zegenen, 21475 Jer 4:3 | 3      Want zo zegt de HEERE tot de mannen van 21476 Jer 4:3 | Want zo zegt de HEERE tot de mannen van Juda, en tot 21477 Jer 4:3 | braakland, en zaait niet onder de doornen. ~ 21478 Jer 4:4 | u den HEERE en doet weg de voorhuiden uwer harten, 21479 Jer 4:4 | niemand blussen kunne, vanwege de boosheid uwer handelingen. ~ 21480 Jer 4:5 | en zegt het; ja, blaast de bazuin in het land; roept 21481 Jer 4:5 | ulieden, en laat ons ingaan in de vaste      steden! ~ 21482 Jer 4:6 | 6      Werpt de banier op naar Sion, vlucht 21483 Jer 4:7 | 7      De leeuw is opgekomen uit zijn 21484 Jer 4:7 | opgekomen uit zijn haag, en de verderver der heidenen is 21485 Jer 4:8 | bedrijft misbaar en huilt; want de hittigheid van des HEEREN 21486 Jer 4:9 | tijd geschieden, spreekt de HEERE, dat het hart des 21487 Jer 4:9 | vorsten vergaan zal; en de priesters zullen zich ontzetten, 21488 Jer 4:9 | zullen zich ontzetten, en de profeten zich      verwonderen. ~ 21489 Jer 4:10 | daar het zwaard tot aan de ziel raakt. ~ 21490 Jer 4:11 | worden: Een dorre wind van de hoge plaatsen in de woestijn, 21491 Jer 4:11 | van de hoge plaatsen in de woestijn, van den weg der 21492 Jer 4:14 | wordt; hoe lang zult gij de gedachten uwer ijdelheid 21493 Jer 4:16 | verheffen hun stem tegen de steden van Juda. ~ 21494 Jer 4:17 | 17      Als de wachters der velden zijn 21495 Jer 4:17 | wederspannig geweest is, spreekt de HEERE. ~ 21496 Jer 4:21 | 21      Hoe lang zal ik de banier zien, het geluid 21497 Jer 4:24 | 24      Ik zag de bergen aan, en ziet, zij 21498 Jer 4:24 | ziet, zij beefden; en al de heuvelen schudden. ~ 21499 Jer 4:26 | vanwege den HEERE, vanwege de hittigheid Zijns toorns. ~ 21500 Jer 4:27 | 27      Want zo zegt de HEERE: Dit ganse land zal


1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4500 | 4501-5000 | 5001-5500 | 5501-6000 | 6001-6500 | 6501-7000 | 7001-7500 | 7501-8000 | 8001-8500 | 8501-9000 | 9001-9500 | 9501-10000 | 10001-10500 | 10501-11000 | 11001-11500 | 11501-12000 | 12001-12500 | 12501-13000 | 13001-13500 | 13501-14000 | 14001-14500 | 14501-15000 | 15001-15500 | 15501-16000 | 16001-16500 | 16501-17000 | 17001-17500 | 17501-18000 | 18001-18500 | 18501-19000 | 19001-19500 | 19501-20000 | 20001-20500 | 20501-21000 | 21001-21500 | 21501-22000 | 22001-22500 | 22501-23000 | 23001-23500 | 23501-24000 | 24001-24500 | 24501-25000 | 25001-25500 | 25501-26000 | 26001-26500 | 26501-27000 | 27001-27500 | 27501-28000 | 28001-28500 | 28501-29000 | 29001-29500 | 29501-30000 | 30001-30500 | 30501-31000 | 31001-31500 | 31501-32000 | 32001-32500 | 32501-33000 | 33001-33382

Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License