1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4500 | 4501-5000 | 5001-5500 | 5501-6000 | 6001-6500 | 6501-7000 | 7001-7500 | 7501-8000 | 8001-8500 | 8501-9000 | 9001-9500 | 9501-10000 | 10001-10500 | 10501-11000 | 11001-11500 | 11501-12000 | 12001-12500 | 12501-13000 | 13001-13500 | 13501-14000 | 14001-14500 | 14501-15000 | 15001-15500 | 15501-16000 | 16001-16500 | 16501-17000 | 17001-17500 | 17501-18000 | 18001-18500 | 18501-19000 | 19001-19500 | 19501-20000 | 20001-20500 | 20501-21000 | 21001-21500 | 21501-22000 | 22001-22500 | 22501-23000 | 23001-23500 | 23501-24000 | 24001-24500 | 24501-25000 | 25001-25500 | 25501-26000 | 26001-26500 | 26501-27000 | 27001-27500 | 27501-28000 | 28001-28500 | 28501-29000 | 29001-29500 | 29501-30000 | 30001-30500 | 30501-31000 | 31001-31500 | 31501-32000 | 32001-32500 | 32501-33000 | 33001-33382
Book Chapter: Verse
27001 Matt 12:36 | elk ijdel woord, hetwelk de mensen zullen gesproken
27002 Matt 12:40 | van den walvis, alzo zal de Zoon des mensen drie dagen
27003 Matt 12:41 | 41 De mannen van Nineve zullen
27004 Matt 12:41 | zij hebben zich bekeerd op de prediking van Jonas; en
27005 Matt 12:42 | 42 De koningin van het zuiden
27006 Matt 12:42 | want zij is gekomen van de einden der aarde, om te
27007 Matt 12:42 | der aarde, om te horen, de wijsheid van Salomo; en
27008 Matt 12:43 | 43 En wanneer de onreine geest van den mens
27009 Matt 12:46 | 46 En als Hij nog tot de scharen sprak, ziet, Zijn
27010 Matt 12:50 | Mijns Vaders doet Die in de hemelen is, dezelve is Mijn
27011 Matt 13:1 | huis gegaan zijnde, zat bij de zee. ~
27012 Matt 13:2 | ging en nederzat, en al de schare stond op den oever. ~
27013 Matt 13:4 | het zaad bij den weg; en de vogelen kwamen en aten datzelve
27014 Matt 13:6 | 6 Maar als de zon opgegaan was, zo is
27015 Matt 13:7 | En een ander deel viel in de doornen; en de doornen wiesen
27016 Matt 13:7 | deel viel in de doornen; en de doornen wiesen op, en verstikten
27017 Matt 13:8 | En een ander deel viel in de goede aarde, en gaf vrucht,
27018 Matt 13:10 | 10 En de discipelen tot Hem komende,
27019 Matt 13:11 | Omdat het u gegeven is, de verborgenheden van het Koninkrijk
27020 Matt 13:14 | 14 En in hen wordt de profetie van Jesaja vervuld,
27021 Matt 13:15 | geworden, en zij hebben met de oren zwaarlijk gehoord,
27022 Matt 13:15 | niet te eniger tijd met de ogen zouden zien, en met
27023 Matt 13:15 | ogen zouden zien, en met de oren horen, en met het hart
27024 Matt 13:17 | rechtvaardigen hebben begeerd te zien de dingen, die gij ziet, en
27025 Matt 13:17 | niet gezien; en te horen de dingen, die gij hoort, en
27026 Matt 13:18 | 18 Gij dan, hoort de gelijkenis van den zaaier. ~
27027 Matt 13:19 | en niet verstaat, zo komt de boze, en rukt weg, hetgeen
27028 Matt 13:22 | 22 En die in de doornen bezaaid is, deze
27029 Matt 13:22 | die het Woord hoort; en de zorgvuldigheid dezer wereld,
27030 Matt 13:22 | zorgvuldigheid dezer wereld, en de verleiding des rijkdoms
27031 Matt 13:23 | 23 Die nu in de goede aarde bezaaid is,
27032 Matt 13:23 | vrucht draagt en voortbrengt, de een honderd-, de ander zestig-,
27033 Matt 13:23 | voortbrengt, de een honderd-, de ander zestig-, en de ander
27034 Matt 13:23 | honderd-, de ander zestig-, en de ander dertig voud. ~
27035 Matt 13:25 | 25 En als de mensen sliepen, kwam zijn
27036 Matt 13:25 | zaaide onkruid midden in de tarwe, en ging weg. ~
27037 Matt 13:27 | 27 En de dienstknechten van den heer
27038 Matt 13:28 | mens heeft dat gedaan. En de dienstknechten zeiden tot
27039 Matt 13:29 | ook mogelijk met hetzelve de tarwe niet uittrekt. ~
27040 Matt 13:30 | tijd des oogstes zal ik tot de maaiers zeggen: Vergadert
27041 Matt 13:30 | verbranden; maar brengt de tarwe samen in mijn schuur. ~
27042 Matt 13:32 | wel het minste is onder al de zaden, maar wanneer het
27043 Matt 13:32 | dan is 't het meeste van de moeskruiden, en het wordt
27044 Matt 13:32 | wordt een boom, alzo dat de vogelen des hemels komen
27045 Matt 13:34 | deze dingen heeft Jezus tot de scharen gesproken door gelijkenissen,
27046 Matt 13:35 | die verborgen waren van de grondlegging der wereld. ~
27047 Matt 13:36 | 36 Toen nu Jezus de scharen van Zich gelaten
27048 Matt 13:36 | zeggende: Verklaar ons de gelijkenis van het onkruid
27049 Matt 13:37 | het goede zaad zaait, is de Zoon des mensen; ~
27050 Matt 13:38 | 38 En de akker is de wereld; en het
27051 Matt 13:38 | 38 En de akker is de wereld; en het goede zaad
27052 Matt 13:38 | en het goede zaad zijn de kinderen des Koninkrijks;
27053 Matt 13:38 | Koninkrijks; en het onkruid zijn de kinderen des bozen; ~
27054 Matt 13:39 | 39 En de vijand, die hetzelve gezaaid
27055 Matt 13:39 | hetzelve gezaaid heeft, is de duivel; en de oogst is de
27056 Matt 13:39 | heeft, is de duivel; en de oogst is de voleinding der
27057 Matt 13:39 | de duivel; en de oogst is de voleinding der wereld; en
27058 Matt 13:39 | voleinding der wereld; en de maaiers zijn de engelen. ~
27059 Matt 13:39 | wereld; en de maaiers zijn de engelen. ~
27060 Matt 13:40 | alzo zal het ook zijn in de voleinding dezer wereld. ~
27061 Matt 13:41 | 41 De Zoon des mensen zal Zijn
27062 Matt 13:41 | Koninkrijk vergaderen al de ergernissen, en degenen,
27063 Matt 13:41 | ergernissen, en degenen, die de ongerechtigheid doen; ~
27064 Matt 13:43 | 43 Dan zullen de rechtvaardigen blinken,
27065 Matt 13:43 | rechtvaardigen blinken, gelijk de zon, in het Koninkrijk huns
27066 Matt 13:47 | aan een net, geworpen in de zee, en dat allerlei soorten
27067 Matt 13:48 | wanneer het vol geworden is, de vissers aan den oever optrekken,
27068 Matt 13:49 | 49 Alzo zal het in de voleinding der eeuwen wezen;
27069 Matt 13:49 | voleinding der eeuwen wezen; de engelen zullen uitgaan,
27070 Matt 13:49 | engelen zullen uitgaan, en de bozen uit het midden der
27071 Matt 13:55 | 55 Is Deze niet de Zoon des timmermans? en
27072 Matt 14:1 | dierzelver tijd hoorde Herodes, de viervorst, het gerucht van
27073 Matt 14:2 | knechten: Deze is Johannes de Doper; hij is opgewekt van
27074 Matt 14:2 | Doper; hij is opgewekt van de doden, en daarom werken
27075 Matt 14:3 | gezet, om Herodias' wil, de huisvrouw van Filippus,
27076 Matt 14:6 | 6 Maar als de dag der geboorte van Herodes
27077 Matt 14:6 | Herodes gehouden werd, danste de dochter van Herodias in
27078 Matt 14:9 | 9 En de koning werd bedroefd; doch
27079 Matt 14:9 | koning werd bedroefd; doch om de eden, en degenen, die met
27080 Matt 14:13 | woeste plaats alleen; en de scharen, dat horende, zijn
27081 Matt 14:13 | Hem te voet gevolgd uit de steden. ~
27082 Matt 14:15 | Deze plaats is woest, en de tijd is nu voorbijgegaan;
27083 Matt 14:15 | is nu voorbijgegaan; laat de scharen van U, opdat zij
27084 Matt 14:15 | U, opdat zij heengaan in de vlekken en zichzelven spijs
27085 Matt 14:19 | 19 En Hij beval de scharen neder te zitten
27086 Matt 14:19 | zitten op het gras, en nam de vijf broden en de twee vissen,
27087 Matt 14:19 | en nam de vijf broden en de twee vissen, en opwaarts
27088 Matt 14:19 | ze gebroken had, gaf Hij de broden den discipelen, en
27089 Matt 14:19 | broden den discipelen, en de discipelen aan de scharen. ~
27090 Matt 14:19 | discipelen, en de discipelen aan de scharen. ~
27091 Matt 14:21 | vijf duizend mannen, zonder de vrouwen en kinderen. ~
27092 Matt 14:22 | voor Hem af te varen naar de andere zijde, terwijl Hij
27093 Matt 14:22 | andere zijde, terwijl Hij de scharen van Zich zou laten. ~
27094 Matt 14:23 | 23 En als Hij nu de scharen van Zich gelaten
27095 Matt 14:24 | het schip was nu midden in de zee, zijnde in nood van
27096 Matt 14:24 | zee, zijnde in nood van de baren; want de wind was
27097 Matt 14:24 | nood van de baren; want de wind was hun tegen. ~
27098 Matt 14:25 | af tot hen, wandelende op de zee. ~
27099 Matt 14:26 | 26 En de discipelen, ziende Hem op
27100 Matt 14:26 | discipelen, ziende Hem op de zee wandelen, werden ontroerd,
27101 Matt 14:31 | 31 En Jezus, terstond de hand uitstekende, greep
27102 Matt 14:32 | geklommen waren, stilde de wind. ~
27103 Matt 14:35 | 35 En als de mannen van die plaats Hem
27104 Matt 15:2 | overtreden Uw discipelen de inzetting der ouden? Want
27105 Matt 15:4 | of moeder vloekt, die zal de dood sterven. ~
27106 Matt 15:8 | hun mond, en eert Mij met de lippen, maar hun hart houdt
27107 Matt 15:10 | 10 En als Hij de schare tot Zich geroepen
27108 Matt 15:12 | tot Hem: Weet Gij wel, dat de Farizeen deze rede horende,
27109 Matt 15:14 | leidslieden der blinden. Indien nu de blinde den blinde leidt,
27110 Matt 15:14 | zo zullen zij beiden in de gracht vallen.
27111 Matt 15:17 | wat ten monde ingaat, in de buik komt, en in de heimelijkheid
27112 Matt 15:17 | in de buik komt, en in de heimelijkheid wordt uitgeworpen? ~
27113 Matt 15:21 | daar gaande, vertrok naar de delen van Tyrus en Sidon. ~
27114 Matt 15:24 | ben niet gezonden, dan tot de verloren schapen van het
27115 Matt 15:27 | zij zeide: Ja, Heere! doch de hondekens eten ook van de
27116 Matt 15:27 | de hondekens eten ook van de brokjes die er vallen van
27117 Matt 15:27 | brokjes die er vallen van de tafel hunner heren. ~
27118 Matt 15:29 | daar vertrekkende, kwam aan de zee van Galilea, en klom
27119 Matt 15:30 | anderen, en wierpen ze voor de voeten van Jezus; en Hij
27120 Matt 15:31 | 31 Alzo dat de scharen zich verwonderden,
27121 Matt 15:31 | zich verwonderden, ziende de stommen sprekende, de lammen
27122 Matt 15:31 | ziende de stommen sprekende, de lammen gezond, de kreupelen
27123 Matt 15:31 | sprekende, de lammen gezond, de kreupelen wandelende, en
27124 Matt 15:31 | kreupelen wandelende, en de blinden ziende; en zij verheerlijkten
27125 Matt 15:32 | ontferming bewogen over de schare, omdat zij nu drie
27126 Matt 15:33 | zullen wij zovele broden in de woestijn bekomen, dat wij
27127 Matt 15:35 | scharen neder te zitten op de aarde. ~
27128 Matt 15:36 | 36 En Hij nam de zeven broden en de vissen,
27129 Matt 15:36 | Hij nam de zeven broden en de vissen, en als Hij gedankt
27130 Matt 15:36 | gaf ze Zijn discipelen; en de discipelen gaven ze aan
27131 Matt 15:36 | discipelen gaven ze aan de schare. ~
27132 Matt 15:38 | vier duizend mannen, zonder de vrouwen en kinderen. ~
27133 Matt 15:39 | 39 En de scharen van Zich gelaten
27134 Matt 15:39 | in het schip, en kwam in de landpalen van Magdala. ~ ~
27135 Matt 16:1 | 1 En de Farizeen en Sadduceen tot
27136 Matt 16:2 | gij: Schoon weder; want de hemel is rood; ~
27137 Matt 16:3 | morgens: Heden onweder; want de hemel is droevig rood. Gij
27138 Matt 16:3 | onderscheiden, en kunt gij de tekenen der tijden niet
27139 Matt 16:5 | En als Zijn discipelen op de andere zijde gekomen waren,
27140 Matt 16:9 | en gedenkt gij niet aan de vijf broden der vijf duizend
27141 Matt 16:10 | 10 Noch aan de zeven broden der vier duizend
27142 Matt 16:12 | zuurdesem des broods, maar van de leer der Farizeen en Sadduceen? ~
27143 Matt 16:13 | nu Jezus gekomen was in de delen van Cesarea Filippi,
27144 Matt 16:13 | discipelen, zeggende: Wie zeggen de mensen, dat Ik, de Zoon
27145 Matt 16:13 | zeggen de mensen, dat Ik, de Zoon des mensen, ben? ~
27146 Matt 16:14 | zeiden: Sommigen: Johannes de Doper; en anderen: Elias;
27147 Matt 16:14 | anderen: Jeremia of een van de profeten. ~
27148 Matt 16:16 | antwoordende, zeide: Gij zijt de Christus, de Zoon des levenden
27149 Matt 16:16 | zeide: Gij zijt de Christus, de Zoon des levenden Gods. ~
27150 Matt 16:17 | maar Mijn Vader, Die in de hemelen is. ~
27151 Matt 16:18 | Mijn gemeente bouwen, en de poorten der hel zullen dezelve
27152 Matt 16:19 | 19 En Ik zal u geven de sleutelen van het Koninkrijk
27153 Matt 16:19 | zo wat gij zult binden op de aarde, zal in de hemelen
27154 Matt 16:19 | binden op de aarde, zal in de hemelen gebonden zijn; en
27155 Matt 16:19 | wat gij ontbinden zult op de aarde, zal in de hemelen
27156 Matt 16:19 | zult op de aarde, zal in de hemelen ontbonden zijn. ~
27157 Matt 16:20 | zouden, dat Hij was Jezus, de Christus. ~
27158 Matt 16:21 | Jeruzalem, en veel lijden van de ouderlingen, en overpriesters,
27159 Matt 16:23 | aanstoot, want gij verzint niet de dingen, die Gods zijn, maar
27160 Matt 16:26 | baat het een mens, zo hij de gehele wereld gewint, en
27161 Matt 16:27 | 27 Want de Zoon des mensen zal komen
27162 Matt 16:27 | des mensen zal komen in de heerlijkheid Zijns Vaders,
27163 Matt 17:2 | aangezicht blonk gelijk de zon, en Zijn klederen werden
27164 Matt 17:5 | overschaduwd; en ziet, een stem uit de wolk, zeggende: Deze is
27165 Matt 17:6 | 6 En de discipelen, dit horende,
27166 Matt 17:9 | 9 En als zij van de berg afkwamen, gebood hun
27167 Matt 17:9 | niemand dit gezicht, totdat de Zoon des mensen zal opgestaan
27168 Matt 17:9 | mensen zal opgestaan zijn uit de doden. ~
27169 Matt 17:10 | zeggende: Wat zeggen dan de Schriftgeleerden, dat Elias
27170 Matt 17:12 | hebben gewild; alzo zal ook de Zoon des mensen van hen
27171 Matt 17:13 | 13 Toen verstonden de discipelen dat Hij hun van
27172 Matt 17:13 | dat Hij hun van Johannes de Doper gesproken had. ~
27173 Matt 17:14 | 14 En als zij bij de schare gekomen waren, kwam
27174 Matt 17:14 | mens, vallende voor Hem op de knieen, en zeggende: ~
27175 Matt 17:18 | Jezus bestrafte hem, en de duivel ging van hem uit,
27176 Matt 17:19 | 19 Toen kwamen de discipelen tot Jezus alleen,
27177 Matt 17:22 | verkeerden, zeide Jezus tot hen: De Zoon des mensen zal overgeleverd
27178 Matt 17:22 | zal overgeleverd worden in de handen der mensen; ~
27179 Matt 17:24 | waren, gingen tot Petrus die de didrachmen ontvingen, en
27180 Matt 17:24 | Uw Meester, betaalt Hij de didrachmen niet? ~
27181 Matt 17:25 | zeggende: Wat dunkt u, Simon! de koningen der aarde, van
27182 Matt 17:25 | schatting, van hun zonen, of van de vreemden? ~
27183 Matt 17:26 | Petrus zeide tot Hem: Van de vreemden. Jezus zeide tot
27184 Matt 17:26 | zeide tot hem: Zo zijn dan de zonen vrij. ~
27185 Matt 17:27 | aanstoot geven, ga heen naar de zee, werp de angel uit,
27186 Matt 17:27 | ga heen naar de zee, werp de angel uit, en de eerste
27187 Matt 17:27 | zee, werp de angel uit, en de eerste vis, die opkomt,
27188 Matt 18:1 | Te dierzelfder ure kwamen de discipelen tot Jezus, zeggende:
27189 Matt 18:1 | Jezus, zeggende: Wie is toch de meeste in het Koninkrijk
27190 Matt 18:3 | verandert, en wordt gelijk de kinderkens, zo zult gij
27191 Matt 18:4 | gelijk dit kindeken, deze is de meeste in het Koninkrijk
27192 Matt 18:6 | dat hij verzonken ware in de diepte der zee. ~
27193 Matt 18:7 | 7 Wee der wereld van de ergernissen, want het is
27194 Matt 18:7 | het is noodzakelijk, dat de ergernissen komen; doch
27195 Matt 18:7 | wee dien mens, door welken de ergernis komt! ~
27196 Matt 18:10 | ulieden, dat hun engelen, in de hemelen, altijd zien het
27197 Matt 18:10 | aangezicht Mijns Vaders, Die in de hemelen is. ~
27198 Matt 18:11 | 11 Want de Zoon des mensen is gekomen
27199 Matt 18:12 | afgedwaald ware, zal hij niet de negen en negentig laten,
27200 Matt 18:12 | en negentig laten, en op de bergen heengaande, het afgedwaalde
27201 Matt 18:13 | over hetzelve, dan over de negen en negentig, die niet
27202 Matt 18:14 | 14 Alzo is de wil niet uws Vaders, Die
27203 Matt 18:14 | niet uws Vaders, Die in de hemelen is, dat een van
27204 Matt 18:16 | of twee met u; opdat in de mond van twee of drie getuigen
27205 Matt 18:17 | geeft, zo zij hij u als de heiden en de tollenaar. ~
27206 Matt 18:17 | zij hij u als de heiden en de tollenaar. ~
27207 Matt 18:18 | zeg Ik u: Al wat gij op de aarde binden zult, zal in
27208 Matt 18:18 | aarde binden zult, zal in de hemel gebonden wezen; en
27209 Matt 18:18 | wezen; en al wat gij op de aarde ontbinden zult, zal
27210 Matt 18:19 | twee van u samenstemmen op de aarde, over enige zaak,
27211 Matt 18:19 | geschieden van Mijn Vader, Die in de hemelen is. ~
27212 Matt 18:25 | en al wat hij had, en dat de schuld zou betaald worden. ~
27213 Matt 18:26 | 26 De dienstknecht dan, nedervallende,
27214 Matt 18:27 | 27 En de heer van dezen dienstknecht,
27215 Matt 18:27 | heeft hem ontslagen, en de schuld hem kwijtgescholden. ~
27216 Matt 18:28 | aanvattende, greep hem bij de keel, zeggende: Betaal mij,
27217 Matt 18:30 | ging heen, en wierp hem in de gevangenis, totdat hij de
27218 Matt 18:30 | de gevangenis, totdat hij de schuld zou betaald hebben. ~
27219 Matt 19:1 | van Galilea, en kwam over de Jordaan, in de landpalen
27220 Matt 19:1 | kwam over de Jordaan, in de landpalen van Judea. ~
27221 Matt 19:3 | 3 En de Farizeen kwamen tot Hem,
27222 Matt 19:6 | samengevoegd heeft, scheide de mens niet. ~
27223 Matt 19:8 | hen: Mozes heeft vanwege de hardigheid uwer harten u
27224 Matt 19:9 | die doet overspel, en die de verlatene trouwt, doet ook
27225 Matt 19:10 | discipelen zeiden tot Hem: Indien de zaak des mensen met de vrouw
27226 Matt 19:10 | Indien de zaak des mensen met de vrouw alzo staat, zo is
27227 Matt 19:12 | zijn gesnedenen, die van de mensen gesneden zijn; en
27228 Matt 19:13 | Hem gebracht, opdat Hij de handen hun zou opleggen
27229 Matt 19:13 | zou opleggen en bidden; en de discipelen bestraften dezelve. ~
27230 Matt 19:14 | Jezus zeide: Laat af van de kinderkens, en verhindert
27231 Matt 19:15 | 15 En als Hij hun de handen opgelegd had, vertrok
27232 Matt 19:17 | leven ingaan, onderhoud de geboden. ~
27233 Matt 19:20 | 20 De jongeling zeide tot Hem:
27234 Matt 19:21 | zult een schat hebben in de hemel; en kom herwaarts,
27235 Matt 19:22 | 22 Als nu de jongeling dit woord hoorde,
27236 Matt 19:26 | aanziende, zeide tot hen: Bij de mensen is dat onmogelijk,
27237 Matt 19:28 | die Mij gevolgd zijt, in de wedergeboorte, wanneer de
27238 Matt 19:28 | de wedergeboorte, wanneer de Zoon des mensen zal gezeten
27239 Matt 19:28 | twaalf tronen, oordelende de twaalf geslachten Israels. ~
27240 Matt 19:30 | Maar vele eersten zullen de laatsten zijn, en vele laatsten
27241 Matt 19:30 | laatsten zijn, en vele laatsten de eersten. ~ ~
27242 Matt 20:2 | 2 En als hij met de arbeiders eens geworden
27243 Matt 20:3 | uitgegaan zijnde omtrent de derde ure, zag hij anderen,
27244 Matt 20:3 | anderen, ledig staande op de markt. ~
27245 Matt 20:5 | uitgegaan zijnde omtrent de zesde en negende ure, deed
27246 Matt 20:6 | uitgegaan zijnde omtrent de elfde ure, vond hij anderen
27247 Matt 20:8 | avond geworden was, zeide de heer des wijngaards, tot
27248 Matt 20:8 | tot zijn rentmeester: Roep de arbeiders, en geef hun het
27249 Matt 20:8 | het loon, beginnende van de laatsten tot de eersten. ~
27250 Matt 20:8 | beginnende van de laatsten tot de eersten. ~
27251 Matt 20:10 | 10 En de eersten komende, meenden,
27252 Matt 20:12 | die den last des daags en de hitte gedragen hebben. ~
27253 Matt 20:16 | 16 Alzo zullen de laatsten de eersten zijn,
27254 Matt 20:16 | Alzo zullen de laatsten de eersten zijn, en de eersten
27255 Matt 20:16 | laatsten de eersten zijn, en de eersten de laatsten; want
27256 Matt 20:16 | eersten zijn, en de eersten de laatsten; want velen zijn
27257 Matt 20:17 | Jeruzalem, nam tot Zich de twaalf discipelen alleen
27258 Matt 20:17 | twaalf discipelen alleen op de weg, en zeide tot hen: ~
27259 Matt 20:18 | gaan op naar Jeruzalem, en de Zoon des mensen zal den
27260 Matt 20:20 | 20 Toen kwam de moeder der zonen van Zebedeus
27261 Matt 20:21 | twee zonen zitten mogen, de een tot Uw rechter- en de
27262 Matt 20:21 | de een tot Uw rechter- en de ander tot Uw linker hand
27263 Matt 20:24 | 24 En als de andere tien dat hoorden,
27264 Matt 20:24 | zij het zeer kwalijk van de twee broeders. ~
27265 Matt 20:25 | zeide Hij: Gij weet, dat de oversten der volken heerschappij
27266 Matt 20:25 | heerschappij voeren over hen, en de groten gebruiken macht over
27267 Matt 20:27 | zo wie onder u zal willen de eerste zijn, die zij uw
27268 Matt 20:28 | 28 Gelijk de Zoon des mensen niet is
27269 Matt 20:31 | 31 En de schare bestrafte hen, opdat
27270 Matt 21:1 | waren te Beth-fage, aan de Olijfberg, toen zond Jezus
27271 Matt 21:3 | zo zult gij zeggen, dat de Heere deze van node heeft,
27272 Matt 21:6 | 6 En de discipelen heengegaan zijnde,
27273 Matt 21:7 | 7 Brachten de ezelin en het veulen, en
27274 Matt 21:8 | 8 En de meeste schare spreidden
27275 Matt 21:8 | anderen hieuwen takken van de bomen, en spreidden ze op
27276 Matt 21:9 | 9 En de scharen, die voorgingen
27277 Matt 21:9 | Naam des Heeren! Hosanna in de hoogste hemelen! ~
27278 Matt 21:10 | te Jeruzalem inkwam, werd de gehele stad beroerd, zeggende:
27279 Matt 21:11 | 11 En de scharen zeiden: Deze is
27280 Matt 21:11 | scharen zeiden: Deze is Jezus, de Profeet van Nazareth in
27281 Matt 21:12 | den tempel, en keerde om de tafelen der wisselaars,
27282 Matt 21:12 | tafelen der wisselaars, en de zitstoelen dergenen, die
27283 Matt 21:12 | zitstoelen dergenen, die de duiven verkochten. ~
27284 Matt 21:15 | 15 Als nu de overpriesters en Schriftgeleerden
27285 Matt 21:15 | en Schriftgeleerden zagen de wonderheden, die Hij deed,
27286 Matt 21:15 | wonderheden, die Hij deed, en de kinderen, roepende in den
27287 Matt 21:16 | hebt gij nooit gelezen: Uit de mond der jonge kinderen
27288 Matt 21:17 | verlatende, ging Hij van daar uit de stad, naar Bethanie, en
27289 Matt 21:18 | als Hij wederkeerde naar de stad, hongerde Hem. ~
27290 Matt 21:19 | meer in der eeuwigheid! En de vijgeboom verdorde terstond. ~
27291 Matt 21:20 | 20 En de discipelen, dat ziende,
27292 Matt 21:20 | verwonderden zich, zeggende: Hoe is de vijgeboom zo terstond verdord? ~
27293 Matt 21:21 | zeidet: Word opgeheven en in de zee geworpen! het zou geschieden. ~
27294 Matt 21:23 | Hem, terwijl Hij leerde, de overpriesters en de ouderlingen
27295 Matt 21:23 | leerde, de overpriesters en de ouderlingen des volks, zeggende:
27296 Matt 21:25 | 25 De doop van Johannes, van waar
27297 Matt 21:25 | Johannes, van waar was die, uit de hemel, of uit de mensen?
27298 Matt 21:25 | die, uit de hemel, of uit de mensen? En zij overlegden
27299 Matt 21:25 | Indien wij zeggen: Uit de hemel; zo zal Hij ons zeggen:
27300 Matt 21:26 | En indien wij zeggen: Uit de mensen: zo vrezen wij de
27301 Matt 21:26 | de mensen: zo vrezen wij de schare; want zij houden
27302 Matt 21:31 | gedaan? Zij zeiden tot Hem: De eerste. Jezus zeide tot
27303 Matt 21:31 | Voorwaar, Ik zeg u, dat de tollenaars en de hoeren
27304 Matt 21:31 | u, dat de tollenaars en de hoeren u voorgaan in het
27305 Matt 21:32 | hebt hem niet geloofd; maar de tollenaars en de hoeren
27306 Matt 21:32 | geloofd; maar de tollenaars en de hoeren hebben hem geloofd;
27307 Matt 21:34 | 34 Toen nu de tijd der vruchten genaakte,
27308 Matt 21:34 | zijn dienstknechten tot de landlieden, om zijn vruchten
27309 Matt 21:35 | 35 En de landlieden, nemende zijn
27310 Matt 21:36 | dienstknechten, meer in getal dan de eersten, en zij deden hun
27311 Matt 21:38 | 38 Maar de landlieden, den zoon ziende,
27312 Matt 21:38 | onder elkander: Deze is de erfgenaam, komt, laat ons
27313 Matt 21:39 | wierpen zij hem uit, buiten de wijngaard, en doodden hem. ~
27314 Matt 21:40 | 40 Wanneer dan de heer des wijngaards komen
27315 Matt 21:41 | landlieden verhuren, die hem de vruchten op haar tijden
27316 Matt 21:42 | Hebt gij nooit gelezen in de Schriften: De steen, die
27317 Matt 21:42 | gelezen in de Schriften: De steen, die de bouwlieden
27318 Matt 21:42 | Schriften: De steen, die de bouwlieden verworpen hebben,
27319 Matt 21:42 | een hoofd des hoeks; van de Heere is dit geschied, en
27320 Matt 21:45 | 45 En als de overpriesters en Farizeen
27321 Matt 21:46 | te vangen, vreesden zij de scharen, dewijl deze Hem
27322 Matt 22:3 | zijn dienstknechten uit, om de genoden ter bruiloft te
27323 Matt 22:4 | middagmaal bereid; mijn ossen, en de gemeste beesten zijn geslacht,
27324 Matt 22:4 | dingen zijn gereed; komt tot de bruiloft. ~
27325 Matt 22:6 | 6 En de anderen grepen zijn dienstknechten,
27326 Matt 22:7 | 7 Als nu de koning dat hoorde, werd
27327 Matt 22:8 | tot zijn dienstknechten: De bruiloft is wel bereid,
27328 Matt 22:8 | bruiloft is wel bereid, doch de genoden waren het niet waardig. ~
27329 Matt 22:9 | 9 Daarom gaat op de uitgangen der wegen, en
27330 Matt 22:9 | zult vinden, roept ze tot de bruiloft. ~
27331 Matt 22:10 | dienstknechten, uitgaande op de wegen, vergaderden allen,
27332 Matt 22:10 | beiden kwaden en goeden; en de bruiloft werd vervuld met
27333 Matt 22:11 | 11 En als de koning ingegaan was, om
27334 Matt 22:11 | koning ingegaan was, om de aanzittende gasten te overzien,
27335 Matt 22:13 | 13 Toen zeide de koning tot de dienaars:
27336 Matt 22:13 | Toen zeide de koning tot de dienaars: Bindt zijn handen
27337 Matt 22:13 | weg, en werpt hem uit in de buitenste duisternis; daar
27338 Matt 22:15 | 15 Toen gingen de Farizeen heen, en hielden
27339 Matt 22:16 | Hem hun discipelen, met de Herodianen, zeggende: Meester!
27340 Matt 22:16 | Gij waarachtig zijt, en de weg Gods in der waarheid
27341 Matt 22:19 | verzoekt gij Mij? Toont Mij de schattingpenning. En zij
27342 Matt 22:23 | dienzelfden dage kwamen tot Hem de Sadduceen, die zeggen, dat
27343 Matt 22:25 | bij ons zeven broeders; en de eerste, een vrouw getrouwd
27344 Matt 22:26 | 26 Desgelijks ook de tweede, en de derde, tot
27345 Matt 22:26 | Desgelijks ook de tweede, en de derde, tot de zevende toe. ~
27346 Matt 22:26 | tweede, en de derde, tot de zevende toe. ~
27347 Matt 22:27 | laatste na allen, is ook de vrouw gestorven. ~
27348 Matt 22:28 | 28 In de opstanding dan, wiens vrouw
27349 Matt 22:29 | Gij dwaalt, niet wetende de Schriften, noch de kracht
27350 Matt 22:29 | wetende de Schriften, noch de kracht Gods. ~
27351 Matt 22:30 | 30 Want in de opstanding nemen zij niet
27352 Matt 22:30 | zijn als engelen Gods in de hemel. ~
27353 Matt 22:31 | 31 En wat aangaat de opstanding der doden, hebt
27354 Matt 22:32 | 32 Ik ben de God Abrahams, en de God
27355 Matt 22:32 | ben de God Abrahams, en de God Izaks, en de God Jakobs!
27356 Matt 22:32 | Abrahams, en de God Izaks, en de God Jakobs! God is niet
27357 Matt 22:33 | 33 En de scharen, dit horende, werden
27358 Matt 22:34 | 34 En de Farizeen, gehoord hebbende,
27359 Matt 22:34 | gehoord hebbende, dat Hij de Sadduceen den mond gestopt
27360 Matt 22:36 | welk is het grote gebod in de wet? ~
27361 Matt 22:40 | deze twee geboden hangt de ganse wet en de profeten. ~
27362 Matt 22:40 | geboden hangt de ganse wet en de profeten. ~
27363 Matt 22:41 | 41 Als nu de Farizeen samenvergaderd
27364 Matt 22:43 | noemt Hem dan David, in de Geest, zijn Heere? zeggende: ~
27365 Matt 22:44 | 44 De Heere heeft gezegd tot Mijn
27366 Matt 23:1 | 1 Toen sprak Jezus tot de scharen en tot Zijn discipelen, ~
27367 Matt 23:2 | 2 Zeggende: De Schriftgeleerden en de Farizeen
27368 Matt 23:2 | De Schriftgeleerden en de Farizeen zijn gezeten op
27369 Matt 23:2 | Farizeen zijn gezeten op de stoel van Mozes; ~
27370 Matt 23:4 | dragen, en leggen ze op de schouderen der mensen; maar
27371 Matt 23:5 | werken doen zij, om van de mensen gezien te worden;
27372 Matt 23:5 | gedenkcedels breed, en maken de zomen van hun klederen groot. ~
27373 Matt 23:6 | 6 En zij beminnen de vooraanzitting in de maaltijden,
27374 Matt 23:6 | beminnen de vooraanzitting in de maaltijden, en de voorgestoelten
27375 Matt 23:6 | vooraanzitting in de maaltijden, en de voorgestoelten in de synagogen; ~
27376 Matt 23:6 | en de voorgestoelten in de synagogen; ~
27377 Matt 23:7 | 7 Ook de begroetingen op de markten,
27378 Matt 23:7 | 7 Ook de begroetingen op de markten, en van de mensen
27379 Matt 23:7 | begroetingen op de markten, en van de mensen genaamd te worden:
27380 Matt 23:9 | niemand uw vader noemen op de aarde; want Een is uw Vader,
27381 Matt 23:9 | uw Vader, namelijk Die in de hemelen is. ~
27382 Matt 23:11 | 11 Maar de meeste van u zal uw dienaar
27383 Matt 23:13 | Koninkrijk der hemelen voor de mensen, overmits gij daar
27384 Matt 23:14 | geveinsden, want gij eet de huizen der weduwen op, en
27385 Matt 23:17 | is meerder, het goud, of de tempel, die het goud heiligt? ~
27386 Matt 23:18 | gezworen zal hebben bij de gave, die daarop is, die
27387 Matt 23:19 | blinden, want wat is meerder, de gave, of het altaar, dat
27388 Matt 23:19 | gave, of het altaar, dat de gave heiligt? ~
27389 Matt 23:23 | geveinsden, want gij vertient de munte, en de dille, en den
27390 Matt 23:23 | gij vertient de munte, en de dille, en den komijn, en
27391 Matt 23:23 | namelijk het oordeel, en de barmhartigheid, en het geloof.
27392 Matt 23:23 | dingen moest men doen, en de andere niet nalaten. ~
27393 Matt 23:24 | blinde leidslieden, die de mug uitzijgt, en den kemel
27394 Matt 23:29 | geveinsden, want gij bouwt de graven der profeten op,
27395 Matt 23:29 | profeten op, en versiert de graftekenen der rechtvaardigen; ~
27396 Matt 23:30 | 30 En zegt: Indien wij in de tijden onzer vaderen waren
27397 Matt 23:31 | kinderen zijt dergenen, die de profeten gedood hebben. ~
27398 Matt 23:32 | 32 Gij dan ook, vervult de mate uwer vaderen! ~
27399 Matt 23:33 | adderengebroedsels! hoe zoudt gij de helse verdoemenis ontvlieden? ~
27400 Matt 23:35 | bloed, dat vergoten is op de aarde, van het bloed des
27401 Matt 23:37 | Jeruzalem, Jeruzalem! gij, die de profeten doodt, en stenigt,
27402 Matt 23:37 | kiekens bijeenvergadert onder de vleugels; en gijlieden hebt
27403 Matt 24:1 | discipelen kwamen bij Hem, om Hem de gebouwen des tempels te
27404 Matt 24:3 | Olijfberg gezeten was, gingen de discipelen tot Hem alleen,
27405 Matt 24:3 | van Uw toekomst, en van de voleinding der wereld? ~
27406 Matt 24:5 | Mijn Naam, zeggende: Ik ben de Christus; en zij zullen
27407 Matt 24:12 | 12 En omdat de ongerechtigheid vermenigvuldigd
27408 Matt 24:12 | vermenigvuldigd zal worden, zo zal de liefde van velen verkouden. ~
27409 Matt 24:14 | Evangelie des Koninkrijks zal in de gehele wereld gepredikt
27410 Matt 24:15 | gesproken is door Daniel, de profeet, staande in de heilige
27411 Matt 24:15 | de profeet, staande in de heilige plaats; (die het
27412 Matt 24:16 | in Judea zijn, vlieden op de bergen; ~
27413 Matt 24:19 | 19 Maar wee de bevruchten, en den zogenden
27414 Matt 24:23 | zal zeggen: Ziet, hier is de Christus, of daar, gelooft
27415 Matt 24:24 | indien het mogelijk ware) ook de uitverkorenen zouden verleiden. ~
27416 Matt 24:26 | zeggen: Ziet, hij is in de woestijn; gaat niet uit;
27417 Matt 24:26 | niet uit; Ziet, hij is in de binnenkameren; gelooft het
27418 Matt 24:27 | 27 Want gelijk de bliksem uitgaat van het
27419 Matt 24:27 | het westen, alzo zal ook de toekomst van den Zoon des
27420 Matt 24:28 | lichaam zal zijn, daar zullen de arenden vergaderd worden. ~
27421 Matt 24:29 | 29 En terstond na de verdrukking dier dagen,
27422 Matt 24:29 | verdrukking dier dagen, zal de zon verduisterd worden,
27423 Matt 24:29 | zon verduisterd worden, en de maan zal haar schijnsel
27424 Matt 24:29 | schijnsel niet geven, en de sterren zullen van den hemel
27425 Matt 24:29 | van den hemel vallen, en de krachten der hemelen zullen
27426 Matt 24:30 | mensen; en dan zullen al de geslachten der aarde wenen,
27427 Matt 24:30 | mensen zien, komende op de wolken des hemels, met grote
27428 Matt 24:31 | uitverkorenen bijeenvergaderen uit de vier winden, van het ene
27429 Matt 24:32 | zijn tak nu teder wordt, en de bladeren uitspruiten, zo
27430 Matt 24:32 | uitspruiten, zo weet gij, dat de zomer nabij is. ~
27431 Matt 24:33 | dat het nabij is, voor de deur. ~
27432 Matt 24:35 | 35 De hemel en de aarde zullen
27433 Matt 24:35 | 35 De hemel en de aarde zullen voorbijgaan,
27434 Matt 24:36 | ure weet niemand, ook niet de engelen der hemelen, dan
27435 Matt 24:37 | 37 En gelijk de dagen van Noach waren, alzo
27436 Matt 24:37 | waren, alzo zal ook zijn de toekomst van den Zoon des
27437 Matt 24:38 | Want gelijk zij waren in de dagen voor den zondvloed,
27438 Matt 24:38 | toe, in welken Noach in de ark ging; ~
27439 Matt 24:39 | bekenden het niet, totdat de zondvloed kwam, en hen allen
27440 Matt 24:39 | wegnam; alzo zal ook zijn de toekomst van de Zoon des
27441 Matt 24:39 | ook zijn de toekomst van de Zoon des mensen. ~
27442 Matt 24:40 | twee op den akker zijn, de een zal aangenomen, en de
27443 Matt 24:40 | de een zal aangenomen, en de ander zal verlaten worden. ~
27444 Matt 24:41 | vrouwen malen in den molen, de ene zal aangenomen, en de
27445 Matt 24:41 | de ene zal aangenomen, en de andere zal verlaten worden. ~
27446 Matt 24:43 | 43 Maar weet dit, dat zo de heer des huizes geweten
27447 Matt 24:43 | had, in welke nachtwake de dief komen zou, hij zou
27448 Matt 24:44 | gij het niet meent, zal de Zoon des mensen komen. ~
27449 Matt 24:45 | 45 Wie is dan de getrouwe en voorzichtige
27450 Matt 24:49 | te eten en te drinken met de dronkaards; ~
27451 Matt 24:50 | 50 Zo zal de heer van dezen dienstknecht
27452 Matt 24:51 | en zijn deel zetten met de geveinsden; daar zal wening
27453 Matt 25:4 | 4 Maar de wijzen namen olie in haar
27454 Matt 25:5 | 5 Als nu de bruidegom vertoefde, werden
27455 Matt 25:6 | geschiedde een geroep: Ziet, de bruidegom komt, gaat uit
27456 Matt 25:8 | 8 En de dwazen zeiden tot de wijzen:
27457 Matt 25:8 | En de dwazen zeiden tot de wijzen: Geeft ons van uw
27458 Matt 25:9 | 9 Doch de wijzen antwoordden, zeggende:
27459 Matt 25:9 | zij; maar gaat liever tot de verkopers, en koopt voor
27460 Matt 25:10 | heengingen om te kopen, kwam de bruidegom; en die gereed
27461 Matt 25:10 | waren, gingen met hem in tot de bruiloft, en de deur werd
27462 Matt 25:10 | hem in tot de bruiloft, en de deur werd gesloten. ~
27463 Matt 25:11 | 11 Daarna kwamen ook de andere maagden, zeggende:
27464 Matt 25:13 | weet den dag niet, noch de ure, in welke de Zoon des
27465 Matt 25:13 | niet, noch de ure, in welke de Zoon des mensen komen zal. ~
27466 Matt 25:16 | 16 Die nu de vijf talenten ontvangen
27467 Matt 25:17 | 17 Desgelijks ook die de twee ontvangen had, die
27468 Matt 25:18 | had, ging heen en groef in de aarde, en verborg het geld
27469 Matt 25:19 | na een langen tijd kwam de heer van dezelve dienstknechten,
27470 Matt 25:20 | 20 En die de vijf talenten ontvangen
27471 Matt 25:21 | zal ik u zetten; ga in, in de vreugde uws heeren. ~
27472 Matt 25:22 | 22 En die de twee talenten ontvangen
27473 Matt 25:23 | zal ik u zetten; ga in, in de vreugde uws heeren. ~
27474 Matt 25:25 | heb uw talent verborgen in de aarde; zie, gij hebt het
27475 Matt 25:28 | en geeft het dengene, die de tien talenten heeft. ~
27476 Matt 25:30 | onnutten dienstknecht uit in de buitenste duisternis; daar
27477 Matt 25:31 | 31 En wanneer de Zoon des mensen komen zal
27478 Matt 25:31 | Zijn heerlijkheid, en al de heilige engelen met Hem,
27479 Matt 25:32 | 32 En voor Hem zullen al de volken vergaderd worden,
27480 Matt 25:32 | elkander scheiden, gelijk de herder de schapen van de
27481 Matt 25:32 | scheiden, gelijk de herder de schapen van de bokken scheidt. ~
27482 Matt 25:32 | de herder de schapen van de bokken scheidt. ~
27483 Matt 25:33 | 33 En Hij zal de schapen tot Zijn rechter
27484 Matt 25:33 | rechter hand zetten, maar de bokken tot Zijn linker hand. ~
27485 Matt 25:34 | 34 Alsdan zal de Koning zeggen tot degenen,
27486 Matt 25:34 | hetwelk u bereid is van de grondlegging der wereld. ~
27487 Matt 25:36 | hebt Mij bezocht; Ik was in de gevangenis, en gij zijt
27488 Matt 25:37 | 37 Dan zullen de rechtvaardigen Hem antwoorden,
27489 Matt 25:39 | wij U krank gezien, of in de gevangenis, en zijn tot
27490 Matt 25:40 | 40 En de Koning zal antwoorden en
27491 Matt 25:43 | niet gekleed; krank, en in de gevangenis, en gij hebt
27492 Matt 25:44 | of naakt, of krank, of in de gevangenis, en hebben U
27493 Matt 25:46 | En dezen zullen gaan in de eeuwige pijn; maar de rechtvaardigen
27494 Matt 25:46 | in de eeuwige pijn; maar de rechtvaardigen in het eeuwige
27495 Matt 26:2 | dagen het pascha is, en de Zoon des mensen zal overgeleverd
27496 Matt 26:3 | 3 Toen vergaderden de overpriesters en de Schriftgeleerden,
27497 Matt 26:3 | vergaderden de overpriesters en de Schriftgeleerden, en de
27498 Matt 26:3 | de Schriftgeleerden, en de ouderlingen des volks, in
27499 Matt 26:3 | ouderlingen des volks, in de zaal des hogepriesters,
27500 Matt 26:6 | was, ten huize van Simon, de melaatse, ~
1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4500 | 4501-5000 | 5001-5500 | 5501-6000 | 6001-6500 | 6501-7000 | 7001-7500 | 7501-8000 | 8001-8500 | 8501-9000 | 9001-9500 | 9501-10000 | 10001-10500 | 10501-11000 | 11001-11500 | 11501-12000 | 12001-12500 | 12501-13000 | 13001-13500 | 13501-14000 | 14001-14500 | 14501-15000 | 15001-15500 | 15501-16000 | 16001-16500 | 16501-17000 | 17001-17500 | 17501-18000 | 18001-18500 | 18501-19000 | 19001-19500 | 19501-20000 | 20001-20500 | 20501-21000 | 21001-21500 | 21501-22000 | 22001-22500 | 22501-23000 | 23001-23500 | 23501-24000 | 24001-24500 | 24501-25000 | 25001-25500 | 25501-26000 | 26001-26500 | 26501-27000 | 27001-27500 | 27501-28000 | 28001-28500 | 28501-29000 | 29001-29500 | 29501-30000 | 30001-30500 | 30501-31000 | 31001-31500 | 31501-32000 | 32001-32500 | 32501-33000 | 33001-33382 |