1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4500 | 4501-5000 | 5001-5500 | 5501-6000 | 6001-6500 | 6501-7000 | 7001-7500 | 7501-8000 | 8001-8500 | 8501-9000 | 9001-9500 | 9501-10000 | 10001-10500 | 10501-11000 | 11001-11500 | 11501-12000 | 12001-12500 | 12501-13000 | 13001-13500 | 13501-14000 | 14001-14500 | 14501-15000 | 15001-15500 | 15501-16000 | 16001-16500 | 16501-17000 | 17001-17500 | 17501-18000 | 18001-18500 | 18501-19000 | 19001-19500 | 19501-20000 | 20001-20500 | 20501-21000 | 21001-21500 | 21501-22000 | 22001-22500 | 22501-23000 | 23001-23500 | 23501-24000 | 24001-24500 | 24501-25000 | 25001-25500 | 25501-26000 | 26001-26500 | 26501-27000 | 27001-27500 | 27501-28000 | 28001-28500 | 28501-29000 | 29001-29500 | 29501-30000 | 30001-30500 | 30501-31000 | 31001-31500 | 31501-32000 | 32001-32500 | 32501-33000 | 33001-33382
Book Chapter: Verse
2501 Exo 36:17 | gordijn, de uiterste in de samenvoeging; hij maakte
2502 Exo 36:17 | striklisjes aan den kant van de gordijn der andere samenvoeging. ~
2503 Exo 36:18 | vijftig koperen haakjes, om de tent samen te voegen, dat
2504 Exo 36:19 | 19 Ook maakte hij voor de tent een deksel van roodgeverfde
2505 Exo 36:21 | 21 De lengte van een berd was
2506 Exo 36:21 | ene el en ene halve el was de breedte van elk berd. ~
2507 Exo 36:22 | alzo maakte hij het met al de berderen des tabernakels. ~
2508 Exo 36:23 | 23 Hij maakte ook de berderen tot den tabernakel;
2509 Exo 36:23 | tabernakel; twintig berderen naar de zuidzijde zuidwaarts. ~
2510 Exo 36:24 | veertig zilveren voeten onder de twintig berderen; twee voeten
2511 Exo 36:25 | ook twintig berderen aan de andere zijde des tabernakels,
2512 Exo 36:27 | 27 Doch aan de zijde des tabernakels tegen
2513 Exo 36:28 | hoekberderen des tabernakels, aan de beide zijden. ~
2514 Exo 36:29 | deed hij met die beide, aan de twee hoeken. ~
2515 Exo 36:31 | van sittimhout; vijf aan de berderen der ene zijde des
2516 Exo 36:32 | 32 En vijf richelen aan de berderen van de andere zijde
2517 Exo 36:32 | richelen aan de berderen van de andere zijde des tabernakels;
2518 Exo 36:32 | alsook vijf richelen aan de berderen des tabernakels,
2519 Exo 36:32 | berderen des tabernakels, aan de beide zijden westwaarts. ~
2520 Exo 36:33 | 33 En hij maakte de middelste richel doorschietende
2521 Exo 36:34 | 34 En hij overtrok de berderen met goud, en hun
2522 Exo 36:34 | met goud, en hun ringen (de plaatsen voor de richelen)
2523 Exo 36:34 | ringen (de plaatsen voor de richelen) maakte hij van
2524 Exo 36:34 | richelen) maakte hij van goud; de richelen overtrok hij ook
2525 Exo 36:37 | 37 Hij maakte ook aan de deur der tent een deksel
2526 Exo 36:38 | 38 En de vijf pilaren daarvan, en
2527 Exo 37:1 | 1 Alzo maakte Bezaleel de ark van sittimhout; twee
2528 Exo 37:5 | 5 En hij stak de handbomen in de ringen,
2529 Exo 37:5 | hij stak de handbomen in de ringen, aan de zijden der
2530 Exo 37:5 | handbomen in de ringen, aan de zijden der ark, om de ark
2531 Exo 37:5 | aan de zijden der ark, om de ark te dragen. ~
2532 Exo 37:7 | werk maakte hij ze, uit de beide einden des verzoendeksels. ~
2533 Exo 37:8 | verzoendeksel maakte hij de cherubim, uit deszelfs beide
2534 Exo 37:9 | 9 En de cherubim waren de beide
2535 Exo 37:9 | 9 En de cherubim waren de beide vleugelen omhoog uitbreidende,
2536 Exo 37:9 | waren tegenover elkander; de aangezichten der cherubim
2537 Exo 37:13 | ringen daaraan; en hij zette de ringen aan de vier hoeken,
2538 Exo 37:13 | hij zette de ringen aan de vier hoeken, die aan derzelver
2539 Exo 37:14 | 14 Tegenover de lijst waren de ringen tot
2540 Exo 37:14 | Tegenover de lijst waren de ringen tot plaatsen voor
2541 Exo 37:14 | ringen tot plaatsen voor de handbomen, om de tafel te
2542 Exo 37:14 | plaatsen voor de handbomen, om de tafel te dragen. ~
2543 Exo 37:15 | 15 Hij maakte ook de handbomen van sittimhout;
2544 Exo 37:15 | overtrok ze met goud, om de tafel te dragen. ~
2545 Exo 37:16 | het gereedschap, dat op de tafel zijn zoude, haar schotelen,
2546 Exo 37:21 | uitgaande; alzo was het met de zes rieten, die uit denzelven
2547 Exo 37:27 | zijden, tot plaatsen voor de handbomen, dat men het daarmede
2548 Exo 37:28 | 28 En hij maakte de handbomen van sittimhout,
2549 Exo 37:29 | 29 Hij maakte ook de heilige zalfolie, en het
2550 Exo 38:3 | gereedschap des altaars, de potten, en de schoffelen,
2551 Exo 38:3 | des altaars, de potten, en de schoffelen, en de besprengbekkens,
2552 Exo 38:3 | potten, en de schoffelen, en de besprengbekkens, en de krauwelen,
2553 Exo 38:3 | en de besprengbekkens, en de krauwelen, en de koolpannen;
2554 Exo 38:3 | besprengbekkens, en de krauwelen, en de koolpannen; en al zijn vaten
2555 Exo 38:5 | hij goot vier ringen aan de vier einden des koperen
2556 Exo 38:5 | roosters, tot plaatsen voor de handbomen. ~
2557 Exo 38:6 | 6 En hij maakte de handbomen van sittimhout,
2558 Exo 38:7 | 7 En hij deed de handbomen in de ringen,
2559 Exo 38:7 | hij deed de handbomen in de ringen, aan de zijden des
2560 Exo 38:7 | handbomen in de ringen, aan de zijden des altaars, dat
2561 Exo 38:8 | met zijn koperen voet, van de spiegels der te hoop komende
2562 Exo 38:8 | die te hoop kwamen voor de deur van de tent der samenkomst. ~
2563 Exo 38:8 | kwamen voor de deur van de tent der samenkomst. ~
2564 Exo 38:9 | den zuidhoek zuidwaarts; de behangselen tot den voorhof
2565 Exo 38:10 | voeten, waren van koper; de haken dezer pilaren en hun
2566 Exo 38:11 | voeten waren van koper; de haken der pilaren en derzelver
2567 Exo 38:12 | en derzelver voeten tien; de haken der pilaren en hun
2568 Exo 38:14 | 14 De behangselen aan deze zijde
2569 Exo 38:15 | 15 En aan de andere zijde van de deur
2570 Exo 38:15 | aan de andere zijde van de deur des voorhofs, van hier
2571 Exo 38:16 | 16 Al de behangselen des voorhofs
2572 Exo 38:17 | 17 De voeten nu der pilaren waren
2573 Exo 38:17 | pilaren waren van koper, de haken der pilaren, en hun
2574 Exo 38:17 | hoofden was van zilver, en al de pilaren des voorhofs waren
2575 Exo 38:18 | 18 En het deksel van de poort des voorhofs was van
2576 Exo 38:18 | linnen; en twintig ellen was de lengte, en de hoogte in
2577 Exo 38:18 | ellen was de lengte, en de hoogte in de breedte was
2578 Exo 38:18 | lengte, en de hoogte in de breedte was vijf ellen,
2579 Exo 38:18 | was vijf ellen, tegenover de behangselen des voorhofs. ~
2580 Exo 38:20 | 20 En al de pennen des tabernakels en
2581 Exo 38:21 | 21 Dit zijn de getelde dingen van den tabernakel,
2582 Exo 38:21 | dienste der Levieten, door de hand van Ithamar, de zoon
2583 Exo 38:21 | door de hand van Ithamar, de zoon van den priester Aaron. ~
2584 Exo 38:22 | 22 Bezaleel nu, de zoon van Uri, den zoon van
2585 Exo 38:22 | van Juda, maakte al, dat de HEERE aan Mozes geboden
2586 Exo 38:23 | 23 En met hem Aholiab, de zoon van Ahisamach, van
2587 Exo 38:25 | 25 Het zilver nu van de getelden der vergadering
2588 Exo 38:26 | ieder, die overging tot de getelden, van twintig jaren
2589 Exo 38:27 | talenten zilver, om te gieten de voeten des heiligdoms, en
2590 Exo 38:27 | voeten des heiligdoms, en de voeten des voorhangs; tot
2591 Exo 38:28 | 28 Maar uit de duizend zevenhonderd vijf
2592 Exo 38:28 | zeventig sikkelen maakte hij de haken aan de pilaren, en
2593 Exo 38:28 | maakte hij de haken aan de pilaren, en hij overtrok
2594 Exo 38:30 | 30 En hij maakte daarvan de voeten der deur van de tent
2595 Exo 38:30 | daarvan de voeten der deur van de tent der samenkomst, en
2596 Exo 38:31 | 31 En de voeten des voorhofs rondom,
2597 Exo 38:31 | des voorhofs rondom, en de voeten van de poort des
2598 Exo 38:31 | rondom, en de voeten van de poort des voorhofs, ook
2599 Exo 38:31 | poort des voorhofs, ook al de pennen des tabernakels,
2600 Exo 38:31 | pennen des tabernakels, en al de pennen des voorhofs rondom. ~ ~
2601 Exo 39:1 | scharlaken; ook maakten zij de heilige klederen, die voor
2602 Exo 39:1 | voor Aaron waren, gelijk de HEERE aan Mozes geboden
2603 Exo 39:3 | 3 En zij rekten uit de dunne platen van goud, en
2604 Exo 39:5 | 5 En de kunstelijke riem zijns efods,
2605 Exo 39:5 | getweernd linnen, gelijk als de HEERE aan Mozes bevolen
2606 Exo 39:6 | 6 Zij bereidden ook de sardonixstenen, omvat in
2607 Exo 39:6 | zegelgravering gegraveerd, met de namen der zonen van Israel. ~
2608 Exo 39:7 | 7 En hij zette ze op de schouderbanden des efods,
2609 Exo 39:7 | stenen der gedachtenis voor de kinderen Israels, gelijk
2610 Exo 39:7 | kinderen Israels, gelijk de HEERE aan Mozes geboden
2611 Exo 39:8 | 8 Hij maakte ook de borstlap van het allerkunstelijkste
2612 Exo 39:10 | en een Karbonkel; dit is de eerste rij. ~
2613 Exo 39:11 | 11 En de tweede rij van een Smaragd,
2614 Exo 39:12 | 12 En de derde rij van een Hyacinth,
2615 Exo 39:13 | 13 En de vierde rij van een Turkoois,
2616 Exo 39:14 | 14 Deze stenen nu, met de namen der zonen van Israel,
2617 Exo 39:14 | ieder met zijn naam, naar de twaalf stammen. ~
2618 Exo 39:16 | zetten die twee ringen aan de beide einden des borstlaps. ~
2619 Exo 39:17 | 17 En zij zetten de twee gedraaide gouden ketentjes
2620 Exo 39:17 | gedraaide gouden ketentjes aan de twee ringen, aan de einden
2621 Exo 39:17 | aan de twee ringen, aan de einden van den borstlap. ~
2622 Exo 39:18 | 18 Doch de twee andere einden der gedraaide
2623 Exo 39:18 | gedraaide ketenen zetten zij aan de twee kastjes, en zij zetten
2624 Exo 39:18 | kastjes, en zij zetten ze aan de schouderbanden des efods,
2625 Exo 39:18 | schouderbanden des efods, recht op de voorste zijde van dien. ~
2626 Exo 39:19 | gouden ringen, die zij aan de twee andere einden des borstlaps
2627 Exo 39:19 | aan zijn boord, die aan de zijde des efods is. ~
2628 Exo 39:20 | ringen, die zij zetten aan de twee schouderbanden van
2629 Exo 39:21 | borstlap met zijn ringen aan de ringen van den efod, met
2630 Exo 39:21 | van den efod was; opdat de borstlap van den efod niet
2631 Exo 39:21 | afgescheiden wierd, gelijk als de HEERE aan Mozes geboden
2632 Exo 39:24 | 24 En aan de zomen des mantels maakten
2633 Exo 39:25 | louter goud, en zij stelden de schelletjes tussen de granaatappelen,
2634 Exo 39:25 | stelden de schelletjes tussen de granaatappelen, aan de zomen
2635 Exo 39:25 | tussen de granaatappelen, aan de zomen des mantels rondom,
2636 Exo 39:25 | des mantels rondom, tussen de granaatappelen; ~
2637 Exo 39:26 | en een granaatappel; aan de zomen des mantels rondom;
2638 Exo 39:26 | om te dienen, gelijk als de HEERE aan Mozes geboden
2639 Exo 39:27 | 27 Zij maakten ook de rokken van fijn linnen,
2640 Exo 39:28 | hoed van fijn linnen, en de sierlijke mutsen van fijn
2641 Exo 39:28 | mutsen van fijn linnen, en de linnen onderbroeken van
2642 Exo 39:29 | geborduurd werk, gelijk als de HEERE aan Mozes geboden
2643 Exo 39:30 | 30 Zij maakten ook de plaat van de kroon der heiligheid
2644 Exo 39:30 | maakten ook de plaat van de kroon der heiligheid van
2645 Exo 39:30 | schrift, met zegelgravering: De HEILIGHEID DES HEEREN. ~
2646 Exo 39:31 | boven te hechten, gelijk als de HEERE aan Mozes geboden
2647 Exo 39:32 | werk des tabernakels, van de tent der samenkomst voleind;
2648 Exo 39:32 | der samenkomst voleind; en de kinderen Israels hadden
2649 Exo 39:32 | gemaakt naar alles, wat de HEERE aan Mozes geboden
2650 Exo 39:33 | den tabernakel tot Mozes, de tent, en al haar gereedschap,
2651 Exo 39:35 | 35 De ark der getuigenis, en haar
2652 Exo 39:36 | 36 De tafel, met al haar gereedschap,
2653 Exo 39:36 | al haar gereedschap, en de toonbroden; ~
2654 Exo 39:37 | 37 De louteren kandelaar met zijn
2655 Exo 39:37 | kandelaar met zijn lampen, de lampen, die men toerichten
2656 Exo 39:37 | deszelfs gereedschap, en de olie tot het licht; ~
2657 Exo 39:38 | Verder het gouden altaar, en de zalfolie, en het reukwerk
2658 Exo 39:38 | specerijen, en het deksel van de deur der tent. ~
2659 Exo 39:40 | 40 De behangselen des voorhofs,
2660 Exo 39:40 | voeten, en het deksel van de poort des voorhofs, zijn
2661 Exo 39:40 | dienst des tabernakels, tot de tent der samenkomst; ~
2662 Exo 39:41 | 41 De ambtsklederen, om in het
2663 Exo 39:41 | het heiligdom te dienen, de heilige klederen van de
2664 Exo 39:41 | de heilige klederen van de priester Aaron, en de klederen
2665 Exo 39:41 | van de priester Aaron, en de klederen van zijn zonen,
2666 Exo 39:42 | 42 Naar alles, wat de HEERE aan Mozes geboden
2667 Exo 39:42 | geboden had, alzo hadden de kinderen Israels het ganse
2668 Exo 39:43 | het gemaakt, gelijk als de HEERE geboden had; alzo
2669 Exo 40:1 | 1 Verder sprak de HEERE tot Mozes, zeggende: ~
2670 Exo 40:2 | zult gij den tabernakel, de tent der samenkomst, oprichten. ~
2671 Exo 40:3 | En gij zult aldaar zetten de ark der getuigenis; en gij
2672 Exo 40:3 | getuigenis; en gij zult de ark met de voorhang bedekken. ~
2673 Exo 40:3 | en gij zult de ark met de voorhang bedekken. ~
2674 Exo 40:4 | 4 Daarna zult gij de tafel daarin brengen, en
2675 Exo 40:5 | altaar ten reukwerk voor de ark der getuigenis zetten,
2676 Exo 40:5 | zult gij het deksel van de deur des tabernakels ophangen. ~
2677 Exo 40:6 | brandoffers zetten voor de deur van den tabernakel,
2678 Exo 40:6 | van den tabernakel, van de tent der samenkomst. ~
2679 Exo 40:7 | het wasvat zetten tussen de tent der samenkomst, en
2680 Exo 40:8 | het deksel ophangen aan de poort des voorhofs. ~
2681 Exo 40:9 | 9 Dan zult gij de zalfolie nemen en zalven
2682 Exo 40:12 | zonen doen naderen, tot de deur van de tent der samenkomst;
2683 Exo 40:12 | naderen, tot de deur van de tent der samenkomst; en
2684 Exo 40:13 | 13 En gij zult Aaron de heilige klederen aantrekken;
2685 Exo 40:14 | doen naderen, en zult hun de rokken aantrekken. ~
2686 Exo 40:16 | het naar alles, wat hem de HEERE geboden had; alzo
2687 Exo 40:17 | 17 En het geschiedde in de eerste maand, in het tweede
2688 Exo 40:17 | den eersten der maand, dat de tabernakel opgericht werd. ~
2689 Exo 40:19 | 19 En hij spreidde de tent uit over den tabernakel,
2690 Exo 40:19 | daar bovenop, gelijk als de HEERE aan Mozes geboden
2691 Exo 40:20 | Voorts nam hij, en legde de getuigenis in de ark, en
2692 Exo 40:20 | en legde de getuigenis in de ark, en deed de handbomen
2693 Exo 40:20 | getuigenis in de ark, en deed de handbomen aan de ark, en
2694 Exo 40:20 | en deed de handbomen aan de ark, en hij zette het verzoendeksel
2695 Exo 40:20 | het verzoendeksel boven op de ark. ~
2696 Exo 40:21 | 21 En hij bracht de ark in den tabernakel, en
2697 Exo 40:21 | het deksel op, en bedekte de ark der getuigenis, gelijk
2698 Exo 40:21 | der getuigenis, gelijk als de HEERE aan Mozes geboden
2699 Exo 40:22 | 22 Hij zette ook de tafel in de tent der samenkomst,
2700 Exo 40:22 | Hij zette ook de tafel in de tent der samenkomst, aan
2701 Exo 40:22 | tent der samenkomst, aan de zijde des tabernakels tegen
2702 Exo 40:23 | aangezicht des HEEREN, gelijk als de HEERE aan Mozes geboden
2703 Exo 40:24 | zette ook den kandelaar in de tent der samenkomst, recht
2704 Exo 40:24 | der samenkomst, recht over de tafel, aan de zijde des
2705 Exo 40:24 | recht over de tafel, aan de zijde des tabernakels, zuidwaarts. ~
2706 Exo 40:25 | 25 En hij stak de lampen aan voor het aangezicht
2707 Exo 40:25 | aangezicht des HEEREN, gelijk als de HEERE aan Mozes geboden
2708 Exo 40:26 | zette het gouden altaar in de tent der samenkomst, voor
2709 Exo 40:27 | welriekende specerijen, gelijk als de HEERE aan Mozes geboden
2710 Exo 40:28 | hing ook het deksel van de deur des tabernakels. ~
2711 Exo 40:29 | altaar des brandoffers aan de deur des tabernakels, van
2712 Exo 40:29 | deur des tabernakels, van de tent der samenkomst; en
2713 Exo 40:29 | brandoffer, en spijsoffer, gelijk de HEERE aan Mozes geboden
2714 Exo 40:30 | zette ook het wasvat tussen de tent der samenkomst, en
2715 Exo 40:32 | 32 Als zij ingingen tot de tent der samenkomst, en
2716 Exo 40:32 | wiesen zij zich, gelijk als de HEERE aan Mozes geboden
2717 Exo 40:33 | hij hing het deksel van de poort des voorhofs op. Alzo
2718 Exo 40:34 | 34 Toen bedekte de wolk de tent der samenkomst;
2719 Exo 40:34 | 34 Toen bedekte de wolk de tent der samenkomst; en
2720 Exo 40:34 | tent der samenkomst; en de heerlijkheid des HEEREN
2721 Exo 40:35 | Mozes niet kon ingaan in de tent der samenkomst, dewijl
2722 Exo 40:35 | tent der samenkomst, dewijl de wolk daarop bleef, en de
2723 Exo 40:35 | de wolk daarop bleef, en de heerlijkheid des HEEREN
2724 Exo 40:36 | 36 Als nu de wolk opgeheven werd van
2725 Exo 40:36 | den tabernakel, zo reisden de kinderen Israels voort in
2726 Exo 40:37 | 37 Maar als de wolk niet opgeheven werd,
2727 Exo 40:38 | 38 Want de wolk des HEEREN was op den
2728 Exo 40:38 | was er bij nacht op, voor de ogen van het ganse huis
2729 Lev 1:1 | 1 En de HEERE riep Mozes, en sprak
2730 Lev 1:1 | Mozes, en sprak tot hem uit de tent der samenkomst, zeggende: ~
2731 Lev 1:2 | 2 Spreek tot de kinderen Israels, en zeg
2732 Lev 1:3 | volkomen mannetje offeren; aan de deur van de tent der samenkomst
2733 Lev 1:3 | offeren; aan de deur van de tent der samenkomst zal
2734 Lev 1:5 | aangezicht des HEEREN; en de zonen van Aaron, de priesters,
2735 Lev 1:5 | en de zonen van Aaron, de priesters, zullen het bloed
2736 Lev 1:5 | dat altaar, hetwelk voor de deur van de tent der samenkomst
2737 Lev 1:5 | hetwelk voor de deur van de tent der samenkomst is. ~
2738 Lev 1:6 | Dan zal hij het brandoffer de huid aftrekken, en het in
2739 Lev 1:7 | 7 En de zonen van Aaron, den priester,
2740 Lev 1:8 | 8 Ook zullen de zonen van Aaron, de priesters,
2741 Lev 1:8 | zullen de zonen van Aaron, de priesters, de stukken, het
2742 Lev 1:8 | van Aaron, de priesters, de stukken, het hoofd en het
2743 Lev 1:9 | men met water wassen; en de priester zal dat alles aansteken
2744 Lev 1:11 | hij zal dat slachten aan de zijde van het altaar noordwaarts,
2745 Lev 1:11 | aangezicht des HEEREN; en de zonen van Aaron, de priesters,
2746 Lev 1:11 | en de zonen van Aaron, de priesters, zullen zijn bloed
2747 Lev 1:12 | hoofd en zijn smeer; en de priester zal die schikken
2748 Lev 1:13 | 13 Doch het ingewand en de schenkelen zal men met water
2749 Lev 1:13 | men met water wassen; en de priester zal dat alles offeren
2750 Lev 1:15 | 15 En de priester zal die tot het
2751 Lev 1:16 | altaar, oostwaarts, aan de plaats der as. ~
2752 Lev 1:17 | klieven, niet afscheiden; en de priester zal die aansteken
2753 Lev 2:2 | hij zal het brengen tot de zonen van Aaron, de priesters,
2754 Lev 2:2 | tot de zonen van Aaron, de priesters, een van welke
2755 Lev 2:2 | al deszelfs wierook; en de priester zal deszelfs gedenkoffer
2756 Lev 2:3 | heiligheid der heiligheden van de vuurofferen des HEEREN. ~
2757 Lev 2:5 | offerande spijsoffer is, in de pan gekookt, zij zal zijn
2758 Lev 2:9 | 9 En de priester zal van dat spijsoffer
2759 Lev 2:10 | heiligheid der heiligheden van de vuurofferen des HEEREN. ~
2760 Lev 2:12 | 12 De offeranden der eerstelingen
2761 Lev 2:16 | 16 Zo zal de priester deszelfs gedenkoffer
2762 Lev 3:1 | dankoffer is; zo hij ze van de runderen offert, hetzij
2763 Lev 3:2 | en zal ze slachten voor de deur van de tent der samenkomst;
2764 Lev 3:2 | slachten voor de deur van de tent der samenkomst; en
2765 Lev 3:2 | tent der samenkomst; en de zonen van Aaron, de priesters,
2766 Lev 3:2 | en de zonen van Aaron, de priesters, zullen het bloed
2767 Lev 3:4 | 4 Dan zal hij beide de nieren, en het vet, hetwelk
2768 Lev 3:4 | hetwelk daaraan is, dat aan de weekdarmen is; en het net
2769 Lev 3:4 | weekdarmen is; en het net over de lever, met de nieren, zal
2770 Lev 3:4 | het net over de lever, met de nieren, zal hij afnemen. ~
2771 Lev 3:5 | 5 En de zonen van Aaron zullen dat
2772 Lev 3:8 | hij zal die slachten voor de tent der samenkomst; en
2773 Lev 3:8 | tent der samenkomst; en de zonen van Aaron zullen het
2774 Lev 3:9 | staart, dien hij dicht aan de ruggegraat zal afnemen,
2775 Lev 3:10 | 10 Ook beide de nieren, en het vet, dat
2776 Lev 3:10 | dat daaraan is, dat aan de weekdarmen is; en het net
2777 Lev 3:10 | weekdarmen is; en het net over de lever met de nieren, zal
2778 Lev 3:10 | het net over de lever met de nieren, zal hij afnemen. ~
2779 Lev 3:11 | 11 En de priester zal dat aansteken
2780 Lev 3:13 | hij zal hem slachten voor de tent der samenkomst; en
2781 Lev 3:13 | tent der samenkomst; en de zonen van Aaron zullen haar
2782 Lev 3:15 | 15 Mitsgaders de beide nieren, en het vet,
2783 Lev 3:15 | dat daaraan is, dat aan de weekdarmen is; en het net
2784 Lev 3:15 | weekdarmen is; en het net over de lever, met de nieren, zal
2785 Lev 3:15 | het net over de lever, met de nieren, zal hij afnemen.
2786 Lev 3:16 | 16 En de priester zal die aansteken
2787 Lev 4:1 | 1 Verder sprak de HEERE tot Mozes, zeggende: ~
2788 Lev 4:2 | 2 Spreek tot de kinderen Israels, zeggende:
2789 Lev 4:3 | 3 Indien de priester, die gezalfd is,
2790 Lev 4:4 | zal die var brengen tot de deur van de tent der samenkomst,
2791 Lev 4:4 | brengen tot de deur van de tent der samenkomst, voor
2792 Lev 4:5 | nemen, en hij zal dat tot de tent der samenkomst brengen. ~
2793 Lev 4:6 | 6 En de priester zal zijn vinger
2794 Lev 4:7 | 7 Ook zal de priester van dat bloed doen
2795 Lev 4:7 | priester van dat bloed doen op de hoornen des reukaltaars
2796 Lev 4:7 | aangezicht des HEEREN, dat in de tent der samenkomst is;
2797 Lev 4:7 | brandoffers, hetwelk is aan de deur van de tent der samenkomst. ~
2798 Lev 4:7 | hetwelk is aan de deur van de tent der samenkomst. ~
2799 Lev 4:9 | 9 Daartoe de twee nieren, en het vet,
2800 Lev 4:9 | dat daaraan is, dat aan de weekdarmen is, en het net
2801 Lev 4:9 | weekdarmen is, en het net over de lever, met de nieren, zal
2802 Lev 4:9 | het net over de lever, met de nieren, zal hij afnemen; ~
2803 Lev 4:10 | dankoffers opgenomen wordt; en de priester zal die aansteken
2804 Lev 4:11 | 11 Maar de huid van dien var, en al
2805 Lev 4:12 | een reine plaats, waar men de as uitstort, en zal hem
2806 Lev 4:12 | het hout verbranden; bij de uitgegoten as zal hij verbrand
2807 Lev 4:13 | 13 Indien nu de gehele vergadering van Israel
2808 Lev 4:13 | afgedwaald zal zijn, en de zaak voor de ogen der gemeente
2809 Lev 4:13 | zal zijn, en de zaak voor de ogen der gemeente verborgen
2810 Lev 4:14 | bekend is geworden; zo zal de gemeente een var, een jong
2811 Lev 4:14 | zondoffer offeren, en dien voor de tent der samenkomst brengen; ~
2812 Lev 4:15 | 15 En de oudsten der vergadering
2813 Lev 4:16 | het bloed van den var tot de tent der samenkomst brengen. ~
2814 Lev 4:17 | 17 En de priester zal zijn vinger
2815 Lev 4:18 | dat bloed zal hij doen op de hoornen van het altaar,
2816 Lev 4:18 | aangezicht des HEEREN is, dat in de tent der samenkomst is;
2817 Lev 4:18 | brandoffers, hetwelk is voor de deur van de tent der samenkomst. ~
2818 Lev 4:18 | hetwelk is voor de deur van de tent der samenkomst. ~
2819 Lev 4:20 | alzo zal hij hem doen; en de priester zal voor hen verzoening
2820 Lev 4:22 | hebben, en tegen een van de geboden des HEEREN zijns
2821 Lev 4:24 | en zal hem slachten in de plaats, waar men het brandoffer
2822 Lev 4:25 | 25 Daarna zal de priester van het bloed des
2823 Lev 4:25 | vinger nemen, en dat op de hoornen van het altaar des
2824 Lev 4:26 | vet des dankoffers; zo zal de priester voor hem verzoening
2825 Lev 4:27 | iets doet tegen een van de geboden des HEEREN, dat
2826 Lev 4:29 | dat zondoffer slachten in de plaats des brandoffers. ~
2827 Lev 4:30 | 30 Daarna zal de priester van haar bloed
2828 Lev 4:30 | vinger nemen, en doen het op de hoornen van het altaar des
2829 Lev 4:31 | dankoffer afgenomen wordt, en de priester zal het aansteken
2830 Lev 4:31 | liefelijken reuk den HEERE; en de priester zal voor hem verzoening
2831 Lev 4:33 | slachten tot een zondoffer, in de plaats, waar men het brandoffer
2832 Lev 4:34 | 34 Daarna zal de priester van het bloed des
2833 Lev 4:34 | nemen, en zal het doen op de hoornen van het altaar des
2834 Lev 4:35 | dankoffers afgenomen wordt, en de priester zal die aansteken
2835 Lev 4:35 | aansteken op het altaar, op de vuurofferen des HEEREN;
2836 Lev 4:35 | vuurofferen des HEEREN; en de priester zal voor hem verzoening
2837 Lev 5:3 | hij zal aangeroerd hebben de onreinigheid van een mens,
2838 Lev 5:4 | goed te doen; naar al wat de mens in den eed onbedacht
2839 Lev 5:6 | of een jonge geit, voor de zonde; zo zal de priester
2840 Lev 5:6 | geit, voor de zonde; zo zal de priester voor hem vanwege
2841 Lev 5:7 | hij tot zijn offer voor de schuld, die hij gezondigd
2842 Lev 5:10 | 10 En de andere zal hij ten brandoffer
2843 Lev 5:10 | ten brandoffer maken, naar de wijze; zo zal de priester
2844 Lev 5:10 | maken, naar de wijze; zo zal de priester voor hem, vanwege
2845 Lev 5:12 | den priester brengen, en de priester zal daarvan zijn
2846 Lev 5:12 | aansteken op het altaar, op de vuurofferen des HEEREN;
2847 Lev 5:13 | 13 Zo zal de priester voor hem verzoening
2848 Lev 5:14 | 14 Wijders sprak de HEERE tot Mozes, zeggende: ~
2849 Lev 5:15 | hebben, wat onwetende van de heilige dingen des HEEREN,
2850 Lev 5:15 | brengen een volkomen ram uit de kudde, met uw schatting
2851 Lev 5:16 | zondigende heeft onwetend van de heilige dingen, wedergeven,
2852 Lev 5:16 | priester geven zal; alzo zal de priester met den ram des
2853 Lev 5:18 | zal een volkomen ram uit de kudde tot den priester brengen,
2854 Lev 5:18 | schatting, ten schuldoffer; en de priester zal voor hem verzoening
2855 Lev 6:1 | 1 Verder sprak de HEERE tot Mozes, zeggende: ~
2856 Lev 6:3 | over iets van alles, dat de mens doet, daarin zondigende. ~
2857 Lev 6:6 | priester, een volkomen ram uit de kudde, met uw schatting,
2858 Lev 6:7 | 7 Dan zal de priester voor hem verzoening
2859 Lev 6:8 | 8 Verder sprak de HEERE tot Mozes, zeggende: ~
2860 Lev 6:9 | zonen, zeggende: Dit is de wet des brandoffers; het
2861 Lev 6:9 | het is hetgeen, wat door de branding op het altaar den
2862 Lev 6:10 | 10 En de priester zal zijn linnen
2863 Lev 6:10 | linnen kleed aantrekken, en de linnen onderbroek over zijn
2864 Lev 6:10 | vlees aantrekken, en zal de as opnemen, als het vuur
2865 Lev 6:11 | klederen aandoen, en zal de as tot buiten het leger
2866 Lev 6:12 | uitgeblust worden; maar de priester zal daar elken
2867 Lev 6:14 | 14 Dit is nu de wet des spijsoffers; een
2868 Lev 6:15 | opnemen zijn hand vol, uit de meelbloem des spijsoffers,
2869 Lev 6:16 | zal het gegeten worden in de heilige plaats; in den voorhof
2870 Lev 6:16 | plaats; in den voorhof van de tent der samenkomst zullen
2871 Lev 6:18 | Al wat mannelijk is onder de zonen van Aaron zal het
2872 Lev 6:18 | inzetting voor uw geslachten van de vuurofferen des HEEREN;
2873 Lev 6:19 | 19 Wijders sprak de HEERE tot Mozes, zeggende: ~
2874 Lev 6:20 | 20 Dit is de offerande van Aaron en van
2875 Lev 6:20 | een spijsoffer gedurig; de helft daarvan op den morgen,
2876 Lev 6:20 | daarvan op den morgen, en de helft daarvan op den avond. ~
2877 Lev 6:21 | zult gij het brengen; en de gebakken stukken des spijsoffers
2878 Lev 6:22 | 22 Ook zal de priester, die uit zijn zonen
2879 Lev 6:22 | zijn zonen in zijn plaats de gezalfde zal worden, hetzelfde
2880 Lev 6:24 | 24 Verder sprak de HEERE tot Mozes, zeggende: ~
2881 Lev 6:25 | zonen, zeggende: Dit is de wet des zondoffers: in de
2882 Lev 6:25 | de wet des zondoffers: in de plaats, waar het brandoffer
2883 Lev 6:26 | 26 De priester, die het voor de
2884 Lev 6:26 | De priester, die het voor de zonde offert, zal het eten;
2885 Lev 6:26 | offert, zal het eten; in de heilige plaats zal het gegeten
2886 Lev 6:26 | worden, in den voorhof van de tent der samenkomst. ~
2887 Lev 6:27 | zal hebben, zult gij in de heilige plaats wassen. ~
2888 Lev 6:29 | Al wat mannelijk is onder de priesteren, zal dat eten;
2889 Lev 6:30 | zondoffer, van welks bloed in de tent der samenkomst zal
2890 Lev 7:1 | 1 Dit is nu de wet des schuldoffers; het
2891 Lev 7:2 | 2 In de plaats, waar zij het brandoffer
2892 Lev 7:4 | 4 Ook de beide nieren, en het vet,
2893 Lev 7:4 | dat daaraan is, dat op de weekdarmen is; en het net
2894 Lev 7:4 | weekdarmen is; en het net over de lever, met de nieren, zal
2895 Lev 7:4 | het net over de lever, met de nieren, zal men afnemen. ~
2896 Lev 7:5 | 5 En de priester zal die aansteken
2897 Lev 7:6 | Al wat mannelijk is onder de priesteren zal dat eten;
2898 Lev 7:6 | priesteren zal dat eten; in de heilige plaats zal het gegeten
2899 Lev 7:8 | 8 Ook de priester, die iemands brandoffer
2900 Lev 7:8 | offert, die priester zal de huid des brandoffers hebben,
2901 Lev 7:11 | 11 Dit is nu de wet des dankoffers, dat
2902 Lev 7:13 | 13 Benevens de koeken zal hij tot zijn
2903 Lev 7:14 | 14 En een daarvan uit de ganse offerande zal hij
2904 Lev 7:18 | afgrijselijk ding zijn; en de ziel, die daarvan eet, zal
2905 Lev 7:21 | zal aangeroerd hebben, als de onreinigheid des mensen,
2906 Lev 7:22 | 22 Daarna sprak de HEERE tot Mozes, zeggende: ~
2907 Lev 7:23 | 23 Spreek tot de kinderen Israels, zeggende:
2908 Lev 7:28 | 28 Voorts sprak de HEERE tot Mozes, zeggende: ~
2909 Lev 7:29 | 29 Spreek tot de kinderen Israels, zeggende:
2910 Lev 7:30 | 30 Zijn handen zullen de vuurofferen des HEEREN brengen;
2911 Lev 7:30 | HEEREN brengen; het vet aan de borst zal hij met die borst
2912 Lev 7:31 | 31 En de priester zal dat vet op
2913 Lev 7:31 | het altaar aansteken; doch de borst zal voor Aaron en
2914 Lev 7:33 | 33 Wie uit de zonen van Aaron het bloed
2915 Lev 7:33 | het vet offert, dien zal de rechterschouder ten dele
2916 Lev 7:34 | 34 Want de beweegborst en den hefschouder
2917 Lev 7:34 | den hefschouder heb Ik van de kinderen Israels uit hun
2918 Lev 7:34 | eeuwige inzetting gegeven, van de kinderen Israels. ~
2919 Lev 7:35 | 35 Dit is de zalving van Aaron en de
2920 Lev 7:35 | de zalving van Aaron en de zalving van zijn zonen,
2921 Lev 7:35 | zalving van zijn zonen, van de vuurofferen des HEEREN;
2922 Lev 7:36 | 36 Hetwelk de HEERE hun van de kinderen
2923 Lev 7:36 | Hetwelk de HEERE hun van de kinderen Israels te geven
2924 Lev 7:37 | 37 Dit is de wet des brandoffers, des
2925 Lev 7:38 | 38 Die de HEERE Mozes op den berg
2926 Lev 7:38 | offeranden den HEERE, in de woestijn van Sinai, zouden
2927 Lev 8:1 | 1 Verder sprak de HEERE tot Mozes, zeggende: ~
2928 Lev 8:2 | en zijn zonen met hem, en de klederen, en de zalfolie,
2929 Lev 8:2 | hem, en de klederen, en de zalfolie, daartoe den var
2930 Lev 8:2 | den var des zondoffers, en de twee rammen, en den korf
2931 Lev 8:2 | rammen, en den korf van de ongezuurde broden; ~
2932 Lev 8:3 | 3 En verzamel de ganse vergadering aan de
2933 Lev 8:3 | de ganse vergadering aan de deur van de tent der samenkomst. ~
2934 Lev 8:3 | vergadering aan de deur van de tent der samenkomst. ~
2935 Lev 8:4 | Mozes nu deed, gelijk als de HEERE hem geboden had; en
2936 Lev 8:4 | HEERE hem geboden had; en de vergadering werd verzameld
2937 Lev 8:4 | vergadering werd verzameld aan de deur van de tent der samenkomst. ~
2938 Lev 8:4 | verzameld aan de deur van de tent der samenkomst. ~
2939 Lev 8:5 | 5 Toen zeide Mozes tot de vergadering: Dit is de zaak,
2940 Lev 8:5 | tot de vergadering: Dit is de zaak, die de HEERE geboden
2941 Lev 8:5 | vergadering: Dit is de zaak, die de HEERE geboden heeft te doen. ~
2942 Lev 8:7 | aan, en gordde dien met de kunstelijken riem des efods,
2943 Lev 8:8 | voegde aan den borstlap de Urim en de Thummim. ~
2944 Lev 8:8 | den borstlap de Urim en de Thummim. ~
2945 Lev 8:9 | zijn aangezicht zette hij de gouden plaat, de kroon der
2946 Lev 8:9 | zette hij de gouden plaat, de kroon der heiligheid, gelijk
2947 Lev 8:9 | der heiligheid, gelijk als de HEERE Mozes geboden had. ~
2948 Lev 8:10 | 10 Toen nam Mozes de zalfolie, en zalfde den
2949 Lev 8:12 | 12 Daarna goot hij van de zalfolie op het hoofd van
2950 Lev 8:13 | 13 Ook deed Mozes de zonen van Aaron naderen,
2951 Lev 8:13 | hun mutsen op, gelijk als de HEERE Mozes geboden had. ~
2952 Lev 8:15 | met zijn vinger rondom op de hoornen des altaars, en
2953 Lev 8:16 | en het net der lever, en de twee nieren en haar vet;
2954 Lev 8:17 | vuur verbrand, gelijk als de HEERE Mozes geboden had. ~
2955 Lev 8:21 | 21 Doch het ingewand en de schenkelen wies hij met
2956 Lev 8:21 | het den HEERE, gelijk als de HEERE Mozes geboden had. ~
2957 Lev 8:24 | 24 Hij deed ook de zonen van Aaron naderen;
2958 Lev 8:25 | en het net der lever, en de beide nieren, en haar vet,
2959 Lev 8:26 | nam hij uit den korf van de ongezuurde broden, die voor
2960 Lev 8:27 | En hij gaf dat alles in de handen van Aaron, en in
2961 Lev 8:27 | handen van Aaron, en in de handen zijner zonen; en
2962 Lev 8:29 | 29 Voorts nam Mozes de borst, en bewoog ze ten
2963 Lev 8:29 | des vuloffers, gelijk als de HEERE Mozes geboden had. ~
2964 Lev 8:30 | 30 Mozes nam ook van de zalfolie, en van het bloed,
2965 Lev 8:30 | en op zijn zonen, en op de klederen zijner zonen met
2966 Lev 8:30 | klederen, en zijn zonen, en de klederen zijner zonen met
2967 Lev 8:31 | zonen: Ziedt dat vlees voor de deur van de tent der samenkomst,
2968 Lev 8:31 | dat vlees voor de deur van de tent der samenkomst, en
2969 Lev 8:33 | 33 Ook zult gij uit de deur van de tent der samenkomst,
2970 Lev 8:33 | zult gij uit de deur van de tent der samenkomst, zeven
2971 Lev 8:33 | dag, dat vervuld worden de dagen uws vuloffers; want
2972 Lev 8:34 | heeft op dezen dag, heeft de HEERE te doen geboden, om
2973 Lev 8:35 | 35 Gij zult dan aan de deur van de tent der samenkomst
2974 Lev 8:35 | zult dan aan de deur van de tent der samenkomst blijven,
2975 Lev 8:35 | nacht, zeven dagen, en zult de wacht des HEEREN waarnemen,
2976 Lev 8:36 | nu en zijn zonen deden al de dingen, die de HEERE door
2977 Lev 8:36 | deden al de dingen, die de HEERE door den dienst van
2978 Lev 9:1 | Aaron en zijn zonen, en de oudsten van Israel; ~
2979 Lev 9:3 | 3 Daarna spreek tot de kinderen Israels, zeggende:
2980 Lev 9:4 | gemengd; want heden zal de HEERE u verschijnen. ~
2981 Lev 9:5 | brengende dat tot voor aan de tent der samenkomst; en
2982 Lev 9:5 | tent der samenkomst; en de gehele vergadering naderde,
2983 Lev 9:6 | Mozes zeide: Deze zaak, die de HEERE geboden heeft, zult
2984 Lev 9:6 | heeft, zult gij doen; en de heerlijkheid des HEEREN
2985 Lev 9:7 | voor het volk; maak daarna de offerande des volks toe,
2986 Lev 9:7 | offerande des volks toe, en doe de verzoening voor hen, gelijk
2987 Lev 9:7 | verzoening voor hen, gelijk als de HEERE geboden heeft. ~
2988 Lev 9:9 | 9 En de zonen van Aaron brachten
2989 Lev 9:9 | dat bloed, en deed het op de hoornen des altaars; daarna
2990 Lev 9:10 | 10 Maar het vet, en de nieren, en het net van de
2991 Lev 9:10 | de nieren, en het net van de lever van het zondoffer
2992 Lev 9:10 | aangestoken, gelijk als de HEERE Mozes geboden had. ~
2993 Lev 9:11 | 11 Doch het vlees, en de huid verbrandde hij met
2994 Lev 9:12 | slachtte hij het brandoffer; en de zonen van Aaron leverden
2995 Lev 9:14 | hij wies het ingewand en de schenkelen; en hij stak
2996 Lev 9:15 | 15 Daarna deed hij de offerande des volks toebrengen;
2997 Lev 9:18 | dat voor het volk was; en de zonen van Aaron leverden
2998 Lev 9:19 | het ingewand bedekt, en de nieren, en het net der lever; ~
2999 Lev 9:20 | En zij legden het vet op de borsten; en hij stak dat
3000 Lev 9:21 | 21 Maar de borsten en den rechterschouder
1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4500 | 4501-5000 | 5001-5500 | 5501-6000 | 6001-6500 | 6501-7000 | 7001-7500 | 7501-8000 | 8001-8500 | 8501-9000 | 9001-9500 | 9501-10000 | 10001-10500 | 10501-11000 | 11001-11500 | 11501-12000 | 12001-12500 | 12501-13000 | 13001-13500 | 13501-14000 | 14001-14500 | 14501-15000 | 15001-15500 | 15501-16000 | 16001-16500 | 16501-17000 | 17001-17500 | 17501-18000 | 18001-18500 | 18501-19000 | 19001-19500 | 19501-20000 | 20001-20500 | 20501-21000 | 21001-21500 | 21501-22000 | 22001-22500 | 22501-23000 | 23001-23500 | 23501-24000 | 24001-24500 | 24501-25000 | 25001-25500 | 25501-26000 | 26001-26500 | 26501-27000 | 27001-27500 | 27501-28000 | 28001-28500 | 28501-29000 | 29001-29500 | 29501-30000 | 30001-30500 | 30501-31000 | 31001-31500 | 31501-32000 | 32001-32500 | 32501-33000 | 33001-33382 |