Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
david 1016
davids 151
dden 1
de 33382
debir 14
debora 10
dedagen 1
Frequency    [«  »]
-----
-----
46573 en
33382 de
19256 van
18165 het
13263 zijn

Bijbel

IntraText - Concordances

de

1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4500 | 4501-5000 | 5001-5500 | 5501-6000 | 6001-6500 | 6501-7000 | 7001-7500 | 7501-8000 | 8001-8500 | 8501-9000 | 9001-9500 | 9501-10000 | 10001-10500 | 10501-11000 | 11001-11500 | 11501-12000 | 12001-12500 | 12501-13000 | 13001-13500 | 13501-14000 | 14001-14500 | 14501-15000 | 15001-15500 | 15501-16000 | 16001-16500 | 16501-17000 | 17001-17500 | 17501-18000 | 18001-18500 | 18501-19000 | 19001-19500 | 19501-20000 | 20001-20500 | 20501-21000 | 21001-21500 | 21501-22000 | 22001-22500 | 22501-23000 | 23001-23500 | 23501-24000 | 24001-24500 | 24501-25000 | 25001-25500 | 25501-26000 | 26001-26500 | 26501-27000 | 27001-27500 | 27501-28000 | 28001-28500 | 28501-29000 | 29001-29500 | 29501-30000 | 30001-30500 | 30501-31000 | 31001-31500 | 31501-32000 | 32001-32500 | 32501-33000 | 33001-33382

      Book Chapter: Verse
2501 Exo 36:17 | gordijn, de uiterste in de samenvoeging; hij maakte 2502 Exo 36:17 | striklisjes aan den kant van de gordijn der andere samenvoeging. ~ 2503 Exo 36:18 | vijftig koperen haakjes, om de tent samen te voegen, dat 2504 Exo 36:19 | 19 Ook maakte hij voor de tent een deksel van roodgeverfde 2505 Exo 36:21 | 21 De lengte van een berd was 2506 Exo 36:21 | ene el en ene halve el was de breedte van elk berd. ~ 2507 Exo 36:22 | alzo maakte hij het met al de berderen des tabernakels. ~ 2508 Exo 36:23 | 23 Hij maakte ook de berderen tot den tabernakel; 2509 Exo 36:23 | tabernakel; twintig berderen naar de zuidzijde zuidwaarts. ~ 2510 Exo 36:24 | veertig zilveren voeten onder de twintig berderen; twee voeten 2511 Exo 36:25 | ook twintig berderen aan de andere zijde des tabernakels, 2512 Exo 36:27 | 27 Doch aan de zijde des tabernakels tegen 2513 Exo 36:28 | hoekberderen des tabernakels, aan de beide zijden. ~ 2514 Exo 36:29 | deed hij met die beide, aan de twee hoeken. ~ 2515 Exo 36:31 | van sittimhout; vijf aan de berderen der ene zijde des 2516 Exo 36:32 | 32 En vijf richelen aan de berderen van de andere zijde 2517 Exo 36:32 | richelen aan de berderen van de andere zijde des tabernakels; 2518 Exo 36:32 | alsook vijf richelen aan de berderen des tabernakels, 2519 Exo 36:32 | berderen des tabernakels, aan de beide zijden westwaarts. ~ 2520 Exo 36:33 | 33 En hij maakte de middelste richel doorschietende 2521 Exo 36:34 | 34 En hij overtrok de berderen met goud, en hun 2522 Exo 36:34 | met goud, en hun ringen (de plaatsen voor de richelen) 2523 Exo 36:34 | ringen (de plaatsen voor de richelen) maakte hij van 2524 Exo 36:34 | richelen) maakte hij van goud; de richelen overtrok hij ook 2525 Exo 36:37 | 37 Hij maakte ook aan de deur der tent een deksel 2526 Exo 36:38 | 38 En de vijf pilaren daarvan, en 2527 Exo 37:1 | 1 Alzo maakte Bezaleel de ark van sittimhout; twee 2528 Exo 37:5 | 5 En hij stak de handbomen in de ringen, 2529 Exo 37:5 | hij stak de handbomen in de ringen, aan de zijden der 2530 Exo 37:5 | handbomen in de ringen, aan de zijden der ark, om de ark 2531 Exo 37:5 | aan de zijden der ark, om de ark te dragen. ~ 2532 Exo 37:7 | werk maakte hij ze, uit de beide einden des verzoendeksels. ~ 2533 Exo 37:8 | verzoendeksel maakte hij de cherubim, uit deszelfs beide 2534 Exo 37:9 | 9 En de cherubim waren de beide 2535 Exo 37:9 | 9 En de cherubim waren de beide vleugelen omhoog uitbreidende, 2536 Exo 37:9 | waren tegenover elkander; de aangezichten der cherubim 2537 Exo 37:13 | ringen daaraan; en hij zette de ringen aan de vier hoeken, 2538 Exo 37:13 | hij zette de ringen aan de vier hoeken, die aan derzelver 2539 Exo 37:14 | 14 Tegenover de lijst waren de ringen tot 2540 Exo 37:14 | Tegenover de lijst waren de ringen tot plaatsen voor 2541 Exo 37:14 | ringen tot plaatsen voor de handbomen, om de tafel te 2542 Exo 37:14 | plaatsen voor de handbomen, om de tafel te dragen. ~ 2543 Exo 37:15 | 15 Hij maakte ook de handbomen van sittimhout; 2544 Exo 37:15 | overtrok ze met goud, om de tafel te dragen. ~ 2545 Exo 37:16 | het gereedschap, dat op de tafel zijn zoude, haar schotelen, 2546 Exo 37:21 | uitgaande; alzo was het met de zes rieten, die uit denzelven 2547 Exo 37:27 | zijden, tot plaatsen voor de handbomen, dat men het daarmede 2548 Exo 37:28 | 28 En hij maakte de handbomen van sittimhout, 2549 Exo 37:29 | 29 Hij maakte ook de heilige zalfolie, en het 2550 Exo 38:3 | gereedschap des altaars, de potten, en de schoffelen, 2551 Exo 38:3 | des altaars, de potten, en de schoffelen, en de besprengbekkens, 2552 Exo 38:3 | potten, en de schoffelen, en de besprengbekkens, en de krauwelen, 2553 Exo 38:3 | en de besprengbekkens, en de krauwelen, en de koolpannen; 2554 Exo 38:3 | besprengbekkens, en de krauwelen, en de koolpannen; en al zijn vaten 2555 Exo 38:5 | hij goot vier ringen aan de vier einden des koperen 2556 Exo 38:5 | roosters, tot plaatsen voor de handbomen. ~ 2557 Exo 38:6 | 6 En hij maakte de handbomen van sittimhout, 2558 Exo 38:7 | 7 En hij deed de handbomen in de ringen, 2559 Exo 38:7 | hij deed de handbomen in de ringen, aan de zijden des 2560 Exo 38:7 | handbomen in de ringen, aan de zijden des altaars, dat 2561 Exo 38:8 | met zijn koperen voet, van de spiegels der te hoop komende 2562 Exo 38:8 | die te hoop kwamen voor de deur van de tent der samenkomst. ~ 2563 Exo 38:8 | kwamen voor de deur van de tent der samenkomst. ~ 2564 Exo 38:9 | den zuidhoek zuidwaarts; de behangselen tot den voorhof 2565 Exo 38:10 | voeten, waren van koper; de haken dezer pilaren en hun 2566 Exo 38:11 | voeten waren van koper; de haken der pilaren en derzelver 2567 Exo 38:12 | en derzelver voeten tien; de haken der pilaren en hun 2568 Exo 38:14 | 14 De behangselen aan deze zijde 2569 Exo 38:15 | 15 En aan de andere zijde van de deur 2570 Exo 38:15 | aan de andere zijde van de deur des voorhofs, van hier 2571 Exo 38:16 | 16 Al de behangselen des voorhofs 2572 Exo 38:17 | 17 De voeten nu der pilaren waren 2573 Exo 38:17 | pilaren waren van koper, de haken der pilaren, en hun 2574 Exo 38:17 | hoofden was van zilver, en al de pilaren des voorhofs waren 2575 Exo 38:18 | 18 En het deksel van de poort des voorhofs was van 2576 Exo 38:18 | linnen; en twintig ellen was de lengte, en de hoogte in 2577 Exo 38:18 | ellen was de lengte, en de hoogte in de breedte was 2578 Exo 38:18 | lengte, en de hoogte in de breedte was vijf ellen, 2579 Exo 38:18 | was vijf ellen, tegenover de behangselen des voorhofs. ~ 2580 Exo 38:20 | 20 En al de pennen des tabernakels en 2581 Exo 38:21 | 21 Dit zijn de getelde dingen van den tabernakel, 2582 Exo 38:21 | dienste der Levieten, door de hand van Ithamar, de zoon 2583 Exo 38:21 | door de hand van Ithamar, de zoon van den priester Aaron. ~ 2584 Exo 38:22 | 22 Bezaleel nu, de zoon van Uri, den zoon van 2585 Exo 38:22 | van Juda, maakte al, dat de HEERE aan Mozes geboden 2586 Exo 38:23 | 23 En met hem Aholiab, de zoon van Ahisamach, van 2587 Exo 38:25 | 25 Het zilver nu van de getelden der vergadering 2588 Exo 38:26 | ieder, die overging tot de getelden, van twintig jaren 2589 Exo 38:27 | talenten zilver, om te gieten de voeten des heiligdoms, en 2590 Exo 38:27 | voeten des heiligdoms, en de voeten des voorhangs; tot 2591 Exo 38:28 | 28 Maar uit de duizend zevenhonderd vijf 2592 Exo 38:28 | zeventig sikkelen maakte hij de haken aan de pilaren, en 2593 Exo 38:28 | maakte hij de haken aan de pilaren, en hij overtrok 2594 Exo 38:30 | 30 En hij maakte daarvan de voeten der deur van de tent 2595 Exo 38:30 | daarvan de voeten der deur van de tent der samenkomst, en 2596 Exo 38:31 | 31 En de voeten des voorhofs rondom, 2597 Exo 38:31 | des voorhofs rondom, en de voeten van de poort des 2598 Exo 38:31 | rondom, en de voeten van de poort des voorhofs, ook 2599 Exo 38:31 | poort des voorhofs, ook al de pennen des tabernakels, 2600 Exo 38:31 | pennen des tabernakels, en al de pennen des voorhofs rondom. ~  ~ 2601 Exo 39:1 | scharlaken; ook maakten zij de heilige klederen, die voor 2602 Exo 39:1 | voor Aaron waren, gelijk de HEERE aan Mozes geboden 2603 Exo 39:3 | 3 En zij rekten uit de dunne platen van goud, en 2604 Exo 39:5 | 5 En de kunstelijke riem zijns efods, 2605 Exo 39:5 | getweernd linnen, gelijk als de HEERE aan Mozes bevolen 2606 Exo 39:6 | 6 Zij bereidden ook de sardonixstenen, omvat in 2607 Exo 39:6 | zegelgravering gegraveerd, met de namen der zonen van Israel. ~ 2608 Exo 39:7 | 7 En hij zette ze op de schouderbanden des efods, 2609 Exo 39:7 | stenen der gedachtenis voor de kinderen Israels, gelijk 2610 Exo 39:7 | kinderen Israels, gelijk de HEERE aan Mozes geboden 2611 Exo 39:8 | 8 Hij maakte ook de borstlap van het allerkunstelijkste 2612 Exo 39:10 | en een Karbonkel; dit is de eerste rij. ~ 2613 Exo 39:11 | 11 En de tweede rij van een Smaragd, 2614 Exo 39:12 | 12 En de derde rij van een Hyacinth, 2615 Exo 39:13 | 13 En de vierde rij van een Turkoois, 2616 Exo 39:14 | 14 Deze stenen nu, met de namen der zonen van Israel, 2617 Exo 39:14 | ieder met zijn naam, naar de twaalf stammen. ~ 2618 Exo 39:16 | zetten die twee ringen aan de beide einden des borstlaps. ~ 2619 Exo 39:17 | 17 En zij zetten de twee gedraaide gouden ketentjes 2620 Exo 39:17 | gedraaide gouden ketentjes aan de twee ringen, aan de einden 2621 Exo 39:17 | aan de twee ringen, aan de einden van den borstlap. ~ 2622 Exo 39:18 | 18 Doch de twee andere einden der gedraaide 2623 Exo 39:18 | gedraaide ketenen zetten zij aan de twee kastjes, en zij zetten 2624 Exo 39:18 | kastjes, en zij zetten ze aan de schouderbanden des efods, 2625 Exo 39:18 | schouderbanden des efods, recht op de voorste zijde van dien. ~ 2626 Exo 39:19 | gouden ringen, die zij aan de twee andere einden des borstlaps 2627 Exo 39:19 | aan zijn boord, die aan de zijde des efods is. ~ 2628 Exo 39:20 | ringen, die zij zetten aan de twee schouderbanden van 2629 Exo 39:21 | borstlap met zijn ringen aan de ringen van den efod, met 2630 Exo 39:21 | van den efod was; opdat de borstlap van den efod niet 2631 Exo 39:21 | afgescheiden wierd, gelijk als de HEERE aan Mozes geboden 2632 Exo 39:24 | 24 En aan de zomen des mantels maakten 2633 Exo 39:25 | louter goud, en zij stelden de schelletjes tussen de granaatappelen, 2634 Exo 39:25 | stelden de schelletjes tussen de granaatappelen, aan de zomen 2635 Exo 39:25 | tussen de granaatappelen, aan de zomen des mantels rondom, 2636 Exo 39:25 | des mantels rondom, tussen de granaatappelen; ~ 2637 Exo 39:26 | en een granaatappel; aan de zomen des mantels rondom; 2638 Exo 39:26 | om te dienen, gelijk als de HEERE aan Mozes geboden 2639 Exo 39:27 | 27 Zij maakten ook de rokken van fijn linnen, 2640 Exo 39:28 | hoed van fijn linnen, en de sierlijke mutsen van fijn 2641 Exo 39:28 | mutsen van fijn linnen, en de linnen onderbroeken van 2642 Exo 39:29 | geborduurd werk, gelijk als de HEERE aan Mozes geboden 2643 Exo 39:30 | 30 Zij maakten ook de plaat van de kroon der heiligheid 2644 Exo 39:30 | maakten ook de plaat van de kroon der heiligheid van 2645 Exo 39:30 | schrift, met zegelgravering: De HEILIGHEID DES HEEREN. ~ 2646 Exo 39:31 | boven te hechten, gelijk als de HEERE aan Mozes geboden 2647 Exo 39:32 | werk des tabernakels, van de tent der samenkomst voleind; 2648 Exo 39:32 | der samenkomst voleind; en de kinderen Israels hadden 2649 Exo 39:32 | gemaakt naar alles, wat de HEERE aan Mozes geboden 2650 Exo 39:33 | den tabernakel tot Mozes, de tent, en al haar gereedschap, 2651 Exo 39:35 | 35 De ark der getuigenis, en haar 2652 Exo 39:36 | 36 De tafel, met al haar gereedschap, 2653 Exo 39:36 | al haar gereedschap, en de toonbroden; ~ 2654 Exo 39:37 | 37 De louteren kandelaar met zijn 2655 Exo 39:37 | kandelaar met zijn lampen, de lampen, die men toerichten 2656 Exo 39:37 | deszelfs gereedschap, en de olie tot het licht; ~ 2657 Exo 39:38 | Verder het gouden altaar, en de zalfolie, en het reukwerk 2658 Exo 39:38 | specerijen, en het deksel van de deur der tent. ~ 2659 Exo 39:40 | 40 De behangselen des voorhofs, 2660 Exo 39:40 | voeten, en het deksel van de poort des voorhofs, zijn 2661 Exo 39:40 | dienst des tabernakels, tot de tent der samenkomst; ~ 2662 Exo 39:41 | 41 De ambtsklederen, om in het 2663 Exo 39:41 | het heiligdom te dienen, de heilige klederen van de 2664 Exo 39:41 | de heilige klederen van de priester Aaron, en de klederen 2665 Exo 39:41 | van de priester Aaron, en de klederen van zijn zonen, 2666 Exo 39:42 | 42 Naar alles, wat de HEERE aan Mozes geboden 2667 Exo 39:42 | geboden had, alzo hadden de kinderen Israels het ganse 2668 Exo 39:43 | het gemaakt, gelijk als de HEERE geboden had; alzo 2669 Exo 40:1 | 1 Verder sprak de HEERE tot Mozes, zeggende: ~ 2670 Exo 40:2 | zult gij den tabernakel, de tent der samenkomst, oprichten. ~ 2671 Exo 40:3 | En gij zult aldaar zetten de ark der getuigenis; en gij 2672 Exo 40:3 | getuigenis; en gij zult de ark met de voorhang bedekken. ~ 2673 Exo 40:3 | en gij zult de ark met de voorhang bedekken. ~ 2674 Exo 40:4 | 4 Daarna zult gij de tafel daarin brengen, en 2675 Exo 40:5 | altaar ten reukwerk voor de ark der getuigenis zetten, 2676 Exo 40:5 | zult gij het deksel van de deur des tabernakels ophangen. ~ 2677 Exo 40:6 | brandoffers zetten voor de deur van den tabernakel, 2678 Exo 40:6 | van den tabernakel, van de tent der samenkomst. ~ 2679 Exo 40:7 | het wasvat zetten tussen de tent der samenkomst, en 2680 Exo 40:8 | het deksel ophangen aan de poort des voorhofs. ~ 2681 Exo 40:9 | 9 Dan zult gij de zalfolie nemen en zalven 2682 Exo 40:12 | zonen doen naderen, tot de deur van de tent der samenkomst; 2683 Exo 40:12 | naderen, tot de deur van de tent der samenkomst; en 2684 Exo 40:13 | 13 En gij zult Aaron de heilige klederen aantrekken; 2685 Exo 40:14 | doen naderen, en zult hun de rokken aantrekken. ~ 2686 Exo 40:16 | het naar alles, wat hem de HEERE geboden had; alzo 2687 Exo 40:17 | 17 En het geschiedde in de eerste maand, in het tweede 2688 Exo 40:17 | den eersten der maand, dat de tabernakel opgericht werd. ~ 2689 Exo 40:19 | 19 En hij spreidde de tent uit over den tabernakel, 2690 Exo 40:19 | daar bovenop, gelijk als de HEERE aan Mozes geboden 2691 Exo 40:20 | Voorts nam hij, en legde de getuigenis in de ark, en 2692 Exo 40:20 | en legde de getuigenis in de ark, en deed de handbomen 2693 Exo 40:20 | getuigenis in de ark, en deed de handbomen aan de ark, en 2694 Exo 40:20 | en deed de handbomen aan de ark, en hij zette het verzoendeksel 2695 Exo 40:20 | het verzoendeksel boven op de ark. ~ 2696 Exo 40:21 | 21 En hij bracht de ark in den tabernakel, en 2697 Exo 40:21 | het deksel op, en bedekte de ark der getuigenis, gelijk 2698 Exo 40:21 | der getuigenis, gelijk als de HEERE aan Mozes geboden 2699 Exo 40:22 | 22 Hij zette ook de tafel in de tent der samenkomst, 2700 Exo 40:22 | Hij zette ook de tafel in de tent der samenkomst, aan 2701 Exo 40:22 | tent der samenkomst, aan de zijde des tabernakels tegen 2702 Exo 40:23 | aangezicht des HEEREN, gelijk als de HEERE aan Mozes geboden 2703 Exo 40:24 | zette ook den kandelaar in de tent der samenkomst, recht 2704 Exo 40:24 | der samenkomst, recht over de tafel, aan de zijde des 2705 Exo 40:24 | recht over de tafel, aan de zijde des tabernakels, zuidwaarts. ~ 2706 Exo 40:25 | 25 En hij stak de lampen aan voor het aangezicht 2707 Exo 40:25 | aangezicht des HEEREN, gelijk als de HEERE aan Mozes geboden 2708 Exo 40:26 | zette het gouden altaar in de tent der samenkomst, voor 2709 Exo 40:27 | welriekende specerijen, gelijk als de HEERE aan Mozes geboden 2710 Exo 40:28 | hing ook het deksel van de deur des tabernakels. ~ 2711 Exo 40:29 | altaar des brandoffers aan de deur des tabernakels, van 2712 Exo 40:29 | deur des tabernakels, van de tent der samenkomst; en 2713 Exo 40:29 | brandoffer, en spijsoffer, gelijk de HEERE aan Mozes geboden 2714 Exo 40:30 | zette ook het wasvat tussen de tent der samenkomst, en 2715 Exo 40:32 | 32 Als zij ingingen tot de tent der samenkomst, en 2716 Exo 40:32 | wiesen zij zich, gelijk als de HEERE aan Mozes geboden 2717 Exo 40:33 | hij hing het deksel van de poort des voorhofs op. Alzo 2718 Exo 40:34 | 34 Toen bedekte de wolk de tent der samenkomst; 2719 Exo 40:34 | 34 Toen bedekte de wolk de tent der samenkomst; en 2720 Exo 40:34 | tent der samenkomst; en de heerlijkheid des HEEREN 2721 Exo 40:35 | Mozes niet kon ingaan in de tent der samenkomst, dewijl 2722 Exo 40:35 | tent der samenkomst, dewijl de wolk daarop bleef, en de 2723 Exo 40:35 | de wolk daarop bleef, en de heerlijkheid des HEEREN 2724 Exo 40:36 | 36 Als nu de wolk opgeheven werd van 2725 Exo 40:36 | den tabernakel, zo reisden de kinderen Israels voort in 2726 Exo 40:37 | 37 Maar als de wolk niet opgeheven werd, 2727 Exo 40:38 | 38 Want de wolk des HEEREN was op den 2728 Exo 40:38 | was er bij nacht op, voor de ogen van het ganse huis 2729 Lev 1:1 | 1 En de HEERE riep Mozes, en sprak 2730 Lev 1:1 | Mozes, en sprak tot hem uit de tent der samenkomst, zeggende: ~ 2731 Lev 1:2 | 2 Spreek tot de kinderen Israels, en zeg 2732 Lev 1:3 | volkomen mannetje offeren; aan de deur van de tent der samenkomst 2733 Lev 1:3 | offeren; aan de deur van de tent der samenkomst zal 2734 Lev 1:5 | aangezicht des HEEREN; en de zonen van Aaron, de priesters, 2735 Lev 1:5 | en de zonen van Aaron, de priesters, zullen het bloed 2736 Lev 1:5 | dat altaar, hetwelk voor de deur van de tent der samenkomst 2737 Lev 1:5 | hetwelk voor de deur van de tent der samenkomst is. ~ 2738 Lev 1:6 | Dan zal hij het brandoffer de huid aftrekken, en het in 2739 Lev 1:7 | 7 En de zonen van Aaron, den priester, 2740 Lev 1:8 | 8 Ook zullen de zonen van Aaron, de priesters, 2741 Lev 1:8 | zullen de zonen van Aaron, de priesters, de stukken, het 2742 Lev 1:8 | van Aaron, de priesters, de stukken, het hoofd en het 2743 Lev 1:9 | men met water wassen; en de priester zal dat alles aansteken 2744 Lev 1:11 | hij zal dat slachten aan de zijde van het altaar noordwaarts, 2745 Lev 1:11 | aangezicht des HEEREN; en de zonen van Aaron, de priesters, 2746 Lev 1:11 | en de zonen van Aaron, de priesters, zullen zijn bloed 2747 Lev 1:12 | hoofd en zijn smeer; en de priester zal die schikken 2748 Lev 1:13 | 13 Doch het ingewand en de schenkelen zal men met water 2749 Lev 1:13 | men met water wassen; en de priester zal dat alles offeren 2750 Lev 1:15 | 15 En de priester zal die tot het 2751 Lev 1:16 | altaar, oostwaarts, aan de plaats der as. ~ 2752 Lev 1:17 | klieven, niet afscheiden; en de priester zal die aansteken 2753 Lev 2:2 | hij zal het brengen tot de zonen van Aaron, de priesters, 2754 Lev 2:2 | tot de zonen van Aaron, de priesters, een van welke 2755 Lev 2:2 | al deszelfs wierook; en de priester zal deszelfs gedenkoffer 2756 Lev 2:3 | heiligheid der heiligheden van de vuurofferen des HEEREN. ~ 2757 Lev 2:5 | offerande spijsoffer is, in de pan gekookt, zij zal zijn 2758 Lev 2:9 | 9 En de priester zal van dat spijsoffer 2759 Lev 2:10 | heiligheid der heiligheden van de vuurofferen des HEEREN. ~ 2760 Lev 2:12 | 12 De offeranden der eerstelingen 2761 Lev 2:16 | 16 Zo zal de priester deszelfs gedenkoffer 2762 Lev 3:1 | dankoffer is; zo hij ze van de runderen offert, hetzij 2763 Lev 3:2 | en zal ze slachten voor de deur van de tent der samenkomst; 2764 Lev 3:2 | slachten voor de deur van de tent der samenkomst; en 2765 Lev 3:2 | tent der samenkomst; en de zonen van Aaron, de priesters, 2766 Lev 3:2 | en de zonen van Aaron, de priesters, zullen het bloed 2767 Lev 3:4 | 4 Dan zal hij beide de nieren, en het vet, hetwelk 2768 Lev 3:4 | hetwelk daaraan is, dat aan de weekdarmen is; en het net 2769 Lev 3:4 | weekdarmen is; en het net over de lever, met de nieren, zal 2770 Lev 3:4 | het net over de lever, met de nieren, zal hij afnemen. ~ 2771 Lev 3:5 | 5 En de zonen van Aaron zullen dat 2772 Lev 3:8 | hij zal die slachten voor de tent der samenkomst; en 2773 Lev 3:8 | tent der samenkomst; en de zonen van Aaron zullen het 2774 Lev 3:9 | staart, dien hij dicht aan de ruggegraat zal afnemen, 2775 Lev 3:10 | 10 Ook beide de nieren, en het vet, dat 2776 Lev 3:10 | dat daaraan is, dat aan de weekdarmen is; en het net 2777 Lev 3:10 | weekdarmen is; en het net over de lever met de nieren, zal 2778 Lev 3:10 | het net over de lever met de nieren, zal hij afnemen. ~ 2779 Lev 3:11 | 11 En de priester zal dat aansteken 2780 Lev 3:13 | hij zal hem slachten voor de tent der samenkomst; en 2781 Lev 3:13 | tent der samenkomst; en de zonen van Aaron zullen haar 2782 Lev 3:15 | 15 Mitsgaders de beide nieren, en het vet, 2783 Lev 3:15 | dat daaraan is, dat aan de weekdarmen is; en het net 2784 Lev 3:15 | weekdarmen is; en het net over de lever, met de nieren, zal 2785 Lev 3:15 | het net over de lever, met de nieren, zal hij afnemen. 2786 Lev 3:16 | 16 En de priester zal die aansteken 2787 Lev 4:1 | 1 Verder sprak de HEERE tot Mozes, zeggende: ~ 2788 Lev 4:2 | 2 Spreek tot de kinderen Israels, zeggende: 2789 Lev 4:3 | 3 Indien de priester, die gezalfd is, 2790 Lev 4:4 | zal die var brengen tot de deur van de tent der samenkomst, 2791 Lev 4:4 | brengen tot de deur van de tent der samenkomst, voor 2792 Lev 4:5 | nemen, en hij zal dat tot de tent der samenkomst brengen. ~ 2793 Lev 4:6 | 6 En de priester zal zijn vinger 2794 Lev 4:7 | 7 Ook zal de priester van dat bloed doen 2795 Lev 4:7 | priester van dat bloed doen op de hoornen des reukaltaars 2796 Lev 4:7 | aangezicht des HEEREN, dat in de tent der samenkomst is; 2797 Lev 4:7 | brandoffers, hetwelk is aan de deur van de tent der samenkomst. ~ 2798 Lev 4:7 | hetwelk is aan de deur van de tent der samenkomst. ~ 2799 Lev 4:9 | 9 Daartoe de twee nieren, en het vet, 2800 Lev 4:9 | dat daaraan is, dat aan de weekdarmen is, en het net 2801 Lev 4:9 | weekdarmen is, en het net over de lever, met de nieren, zal 2802 Lev 4:9 | het net over de lever, met de nieren, zal hij afnemen; ~ 2803 Lev 4:10 | dankoffers opgenomen wordt; en de priester zal die aansteken 2804 Lev 4:11 | 11 Maar de huid van dien var, en al 2805 Lev 4:12 | een reine plaats, waar men de as uitstort, en zal hem 2806 Lev 4:12 | het hout verbranden; bij de uitgegoten as zal hij verbrand 2807 Lev 4:13 | 13 Indien nu de gehele vergadering van Israel 2808 Lev 4:13 | afgedwaald zal zijn, en de zaak voor de ogen der gemeente 2809 Lev 4:13 | zal zijn, en de zaak voor de ogen der gemeente verborgen 2810 Lev 4:14 | bekend is geworden; zo zal de gemeente een var, een jong 2811 Lev 4:14 | zondoffer offeren, en dien voor de tent der samenkomst brengen; ~ 2812 Lev 4:15 | 15 En de oudsten der vergadering 2813 Lev 4:16 | het bloed van den var tot de tent der samenkomst brengen. ~ 2814 Lev 4:17 | 17 En de priester zal zijn vinger 2815 Lev 4:18 | dat bloed zal hij doen op de hoornen van het altaar, 2816 Lev 4:18 | aangezicht des HEEREN is, dat in de tent der samenkomst is; 2817 Lev 4:18 | brandoffers, hetwelk is voor de deur van de tent der samenkomst. ~ 2818 Lev 4:18 | hetwelk is voor de deur van de tent der samenkomst. ~ 2819 Lev 4:20 | alzo zal hij hem doen; en de priester zal voor hen verzoening 2820 Lev 4:22 | hebben, en tegen een van de geboden des HEEREN zijns 2821 Lev 4:24 | en zal hem slachten in de plaats, waar men het brandoffer 2822 Lev 4:25 | 25 Daarna zal de priester van het bloed des 2823 Lev 4:25 | vinger nemen, en dat op de hoornen van het altaar des 2824 Lev 4:26 | vet des dankoffers; zo zal de priester voor hem verzoening 2825 Lev 4:27 | iets doet tegen een van de geboden des HEEREN, dat 2826 Lev 4:29 | dat zondoffer slachten in de plaats des brandoffers. ~ 2827 Lev 4:30 | 30 Daarna zal de priester van haar bloed 2828 Lev 4:30 | vinger nemen, en doen het op de hoornen van het altaar des 2829 Lev 4:31 | dankoffer afgenomen wordt, en de priester zal het aansteken 2830 Lev 4:31 | liefelijken reuk den HEERE; en de priester zal voor hem verzoening 2831 Lev 4:33 | slachten tot een zondoffer, in de plaats, waar men het brandoffer 2832 Lev 4:34 | 34 Daarna zal de priester van het bloed des 2833 Lev 4:34 | nemen, en zal het doen op de hoornen van het altaar des 2834 Lev 4:35 | dankoffers afgenomen wordt, en de priester zal die aansteken 2835 Lev 4:35 | aansteken op het altaar, op de vuurofferen des HEEREN; 2836 Lev 4:35 | vuurofferen des HEEREN; en de priester zal voor hem verzoening 2837 Lev 5:3 | hij zal aangeroerd hebben de onreinigheid van een mens, 2838 Lev 5:4 | goed te doen; naar al wat de mens in den eed onbedacht 2839 Lev 5:6 | of een jonge geit, voor de zonde; zo zal de priester 2840 Lev 5:6 | geit, voor de zonde; zo zal de priester voor hem vanwege 2841 Lev 5:7 | hij tot zijn offer voor de schuld, die hij gezondigd 2842 Lev 5:10 | 10 En de andere zal hij ten brandoffer 2843 Lev 5:10 | ten brandoffer maken, naar de wijze; zo zal de priester 2844 Lev 5:10 | maken, naar de wijze; zo zal de priester voor hem, vanwege 2845 Lev 5:12 | den priester brengen, en de priester zal daarvan zijn 2846 Lev 5:12 | aansteken op het altaar, op de vuurofferen des HEEREN; 2847 Lev 5:13 | 13 Zo zal de priester voor hem verzoening 2848 Lev 5:14 | 14 Wijders sprak de HEERE tot Mozes, zeggende: ~ 2849 Lev 5:15 | hebben, wat onwetende van de heilige dingen des HEEREN, 2850 Lev 5:15 | brengen een volkomen ram uit de kudde, met uw schatting 2851 Lev 5:16 | zondigende heeft onwetend van de heilige dingen, wedergeven, 2852 Lev 5:16 | priester geven zal; alzo zal de priester met den ram des 2853 Lev 5:18 | zal een volkomen ram uit de kudde tot den priester brengen, 2854 Lev 5:18 | schatting, ten schuldoffer; en de priester zal voor hem verzoening 2855 Lev 6:1 | 1 Verder sprak de HEERE tot Mozes, zeggende: ~ 2856 Lev 6:3 | over iets van alles, dat de mens doet, daarin zondigende. ~ 2857 Lev 6:6 | priester, een volkomen ram uit de kudde, met uw schatting, 2858 Lev 6:7 | 7 Dan zal de priester voor hem verzoening 2859 Lev 6:8 | 8 Verder sprak de HEERE tot Mozes, zeggende: ~ 2860 Lev 6:9 | zonen, zeggende: Dit is de wet des brandoffers; het 2861 Lev 6:9 | het is hetgeen, wat door de branding op het altaar den 2862 Lev 6:10 | 10 En de priester zal zijn linnen 2863 Lev 6:10 | linnen kleed aantrekken, en de linnen onderbroek over zijn 2864 Lev 6:10 | vlees aantrekken, en zal de as opnemen, als het vuur 2865 Lev 6:11 | klederen aandoen, en zal de as tot buiten het leger 2866 Lev 6:12 | uitgeblust worden; maar de priester zal daar elken 2867 Lev 6:14 | 14 Dit is nu de wet des spijsoffers; een 2868 Lev 6:15 | opnemen zijn hand vol, uit de meelbloem des spijsoffers, 2869 Lev 6:16 | zal het gegeten worden in de heilige plaats; in den voorhof 2870 Lev 6:16 | plaats; in den voorhof van de tent der samenkomst zullen 2871 Lev 6:18 | Al wat mannelijk is onder de zonen van Aaron zal het 2872 Lev 6:18 | inzetting voor uw geslachten van de vuurofferen des HEEREN; 2873 Lev 6:19 | 19 Wijders sprak de HEERE tot Mozes, zeggende: ~ 2874 Lev 6:20 | 20 Dit is de offerande van Aaron en van 2875 Lev 6:20 | een spijsoffer gedurig; de helft daarvan op den morgen, 2876 Lev 6:20 | daarvan op den morgen, en de helft daarvan op den avond. ~ 2877 Lev 6:21 | zult gij het brengen; en de gebakken stukken des spijsoffers 2878 Lev 6:22 | 22 Ook zal de priester, die uit zijn zonen 2879 Lev 6:22 | zijn zonen in zijn plaats de gezalfde zal worden, hetzelfde 2880 Lev 6:24 | 24 Verder sprak de HEERE tot Mozes, zeggende: ~ 2881 Lev 6:25 | zonen, zeggende: Dit is de wet des zondoffers: in de 2882 Lev 6:25 | de wet des zondoffers: in de plaats, waar het brandoffer 2883 Lev 6:26 | 26 De priester, die het voor de 2884 Lev 6:26 | De priester, die het voor de zonde offert, zal het eten; 2885 Lev 6:26 | offert, zal het eten; in de heilige plaats zal het gegeten 2886 Lev 6:26 | worden, in den voorhof van de tent der samenkomst. ~ 2887 Lev 6:27 | zal hebben, zult gij in de heilige plaats wassen. ~ 2888 Lev 6:29 | Al wat mannelijk is onder de priesteren, zal dat eten; 2889 Lev 6:30 | zondoffer, van welks bloed in de tent der samenkomst zal 2890 Lev 7:1 | 1 Dit is nu de wet des schuldoffers; het 2891 Lev 7:2 | 2 In de plaats, waar zij het brandoffer 2892 Lev 7:4 | 4 Ook de beide nieren, en het vet, 2893 Lev 7:4 | dat daaraan is, dat op de weekdarmen is; en het net 2894 Lev 7:4 | weekdarmen is; en het net over de lever, met de nieren, zal 2895 Lev 7:4 | het net over de lever, met de nieren, zal men afnemen. ~ 2896 Lev 7:5 | 5 En de priester zal die aansteken 2897 Lev 7:6 | Al wat mannelijk is onder de priesteren zal dat eten; 2898 Lev 7:6 | priesteren zal dat eten; in de heilige plaats zal het gegeten 2899 Lev 7:8 | 8 Ook de priester, die iemands brandoffer 2900 Lev 7:8 | offert, die priester zal de huid des brandoffers hebben, 2901 Lev 7:11 | 11 Dit is nu de wet des dankoffers, dat 2902 Lev 7:13 | 13 Benevens de koeken zal hij tot zijn 2903 Lev 7:14 | 14 En een daarvan uit de ganse offerande zal hij 2904 Lev 7:18 | afgrijselijk ding zijn; en de ziel, die daarvan eet, zal 2905 Lev 7:21 | zal aangeroerd hebben, als de onreinigheid des mensen, 2906 Lev 7:22 | 22 Daarna sprak de HEERE tot Mozes, zeggende: ~ 2907 Lev 7:23 | 23 Spreek tot de kinderen Israels, zeggende: 2908 Lev 7:28 | 28 Voorts sprak de HEERE tot Mozes, zeggende: ~ 2909 Lev 7:29 | 29 Spreek tot de kinderen Israels, zeggende: 2910 Lev 7:30 | 30 Zijn handen zullen de vuurofferen des HEEREN brengen; 2911 Lev 7:30 | HEEREN brengen; het vet aan de borst zal hij met die borst 2912 Lev 7:31 | 31 En de priester zal dat vet op 2913 Lev 7:31 | het altaar aansteken; doch de borst zal voor Aaron en 2914 Lev 7:33 | 33 Wie uit de zonen van Aaron het bloed 2915 Lev 7:33 | het vet offert, dien zal de rechterschouder ten dele 2916 Lev 7:34 | 34 Want de beweegborst en den hefschouder 2917 Lev 7:34 | den hefschouder heb Ik van de kinderen Israels uit hun 2918 Lev 7:34 | eeuwige inzetting gegeven, van de kinderen Israels. ~ 2919 Lev 7:35 | 35 Dit is de zalving van Aaron en de 2920 Lev 7:35 | de zalving van Aaron en de zalving van zijn zonen, 2921 Lev 7:35 | zalving van zijn zonen, van de vuurofferen des HEEREN; 2922 Lev 7:36 | 36 Hetwelk de HEERE hun van de kinderen 2923 Lev 7:36 | Hetwelk de HEERE hun van de kinderen Israels te geven 2924 Lev 7:37 | 37 Dit is de wet des brandoffers, des 2925 Lev 7:38 | 38 Die de HEERE Mozes op den berg 2926 Lev 7:38 | offeranden den HEERE, in de woestijn van Sinai, zouden 2927 Lev 8:1 | 1 Verder sprak de HEERE tot Mozes, zeggende: ~ 2928 Lev 8:2 | en zijn zonen met hem, en de klederen, en de zalfolie, 2929 Lev 8:2 | hem, en de klederen, en de zalfolie, daartoe den var 2930 Lev 8:2 | den var des zondoffers, en de twee rammen, en den korf 2931 Lev 8:2 | rammen, en den korf van de ongezuurde broden; ~ 2932 Lev 8:3 | 3 En verzamel de ganse vergadering aan de 2933 Lev 8:3 | de ganse vergadering aan de deur van de tent der samenkomst. ~ 2934 Lev 8:3 | vergadering aan de deur van de tent der samenkomst. ~ 2935 Lev 8:4 | Mozes nu deed, gelijk als de HEERE hem geboden had; en 2936 Lev 8:4 | HEERE hem geboden had; en de vergadering werd verzameld 2937 Lev 8:4 | vergadering werd verzameld aan de deur van de tent der samenkomst. ~ 2938 Lev 8:4 | verzameld aan de deur van de tent der samenkomst. ~ 2939 Lev 8:5 | 5 Toen zeide Mozes tot de vergadering: Dit is de zaak, 2940 Lev 8:5 | tot de vergadering: Dit is de zaak, die de HEERE geboden 2941 Lev 8:5 | vergadering: Dit is de zaak, die de HEERE geboden heeft te doen. ~ 2942 Lev 8:7 | aan, en gordde dien met de kunstelijken riem des efods, 2943 Lev 8:8 | voegde aan den borstlap de Urim en de Thummim. ~ 2944 Lev 8:8 | den borstlap de Urim en de Thummim. ~ 2945 Lev 8:9 | zijn aangezicht zette hij de gouden plaat, de kroon der 2946 Lev 8:9 | zette hij de gouden plaat, de kroon der heiligheid, gelijk 2947 Lev 8:9 | der heiligheid, gelijk als de HEERE Mozes geboden had. ~ 2948 Lev 8:10 | 10 Toen nam Mozes de zalfolie, en zalfde den 2949 Lev 8:12 | 12 Daarna goot hij van de zalfolie op het hoofd van 2950 Lev 8:13 | 13 Ook deed Mozes de zonen van Aaron naderen, 2951 Lev 8:13 | hun mutsen op, gelijk als de HEERE Mozes geboden had. ~ 2952 Lev 8:15 | met zijn vinger rondom op de hoornen des altaars, en 2953 Lev 8:16 | en het net der lever, en de twee nieren en haar vet; 2954 Lev 8:17 | vuur verbrand, gelijk als de HEERE Mozes geboden had. ~ 2955 Lev 8:21 | 21 Doch het ingewand en de schenkelen wies hij met 2956 Lev 8:21 | het den HEERE, gelijk als de HEERE Mozes geboden had. ~ 2957 Lev 8:24 | 24 Hij deed ook de zonen van Aaron naderen; 2958 Lev 8:25 | en het net der lever, en de beide nieren, en haar vet, 2959 Lev 8:26 | nam hij uit den korf van de ongezuurde broden, die voor 2960 Lev 8:27 | En hij gaf dat alles in de handen van Aaron, en in 2961 Lev 8:27 | handen van Aaron, en in de handen zijner zonen; en 2962 Lev 8:29 | 29 Voorts nam Mozes de borst, en bewoog ze ten 2963 Lev 8:29 | des vuloffers, gelijk als de HEERE Mozes geboden had. ~ 2964 Lev 8:30 | 30 Mozes nam ook van de zalfolie, en van het bloed, 2965 Lev 8:30 | en op zijn zonen, en op de klederen zijner zonen met 2966 Lev 8:30 | klederen, en zijn zonen, en de klederen zijner zonen met 2967 Lev 8:31 | zonen: Ziedt dat vlees voor de deur van de tent der samenkomst, 2968 Lev 8:31 | dat vlees voor de deur van de tent der samenkomst, en 2969 Lev 8:33 | 33 Ook zult gij uit de deur van de tent der samenkomst, 2970 Lev 8:33 | zult gij uit de deur van de tent der samenkomst, zeven 2971 Lev 8:33 | dag, dat vervuld worden de dagen uws vuloffers; want 2972 Lev 8:34 | heeft op dezen dag, heeft de HEERE te doen geboden, om 2973 Lev 8:35 | 35 Gij zult dan aan de deur van de tent der samenkomst 2974 Lev 8:35 | zult dan aan de deur van de tent der samenkomst blijven, 2975 Lev 8:35 | nacht, zeven dagen, en zult de wacht des HEEREN waarnemen, 2976 Lev 8:36 | nu en zijn zonen deden al de dingen, die de HEERE door 2977 Lev 8:36 | deden al de dingen, die de HEERE door den dienst van 2978 Lev 9:1 | Aaron en zijn zonen, en de oudsten van Israel; ~ 2979 Lev 9:3 | 3 Daarna spreek tot de kinderen Israels, zeggende: 2980 Lev 9:4 | gemengd; want heden zal de HEERE u verschijnen. ~ 2981 Lev 9:5 | brengende dat tot voor aan de tent der samenkomst; en 2982 Lev 9:5 | tent der samenkomst; en de gehele vergadering naderde, 2983 Lev 9:6 | Mozes zeide: Deze zaak, die de HEERE geboden heeft, zult 2984 Lev 9:6 | heeft, zult gij doen; en de heerlijkheid des HEEREN 2985 Lev 9:7 | voor het volk; maak daarna de offerande des volks toe, 2986 Lev 9:7 | offerande des volks toe, en doe de verzoening voor hen, gelijk 2987 Lev 9:7 | verzoening voor hen, gelijk als de HEERE geboden heeft. ~ 2988 Lev 9:9 | 9 En de zonen van Aaron brachten 2989 Lev 9:9 | dat bloed, en deed het op de hoornen des altaars; daarna 2990 Lev 9:10 | 10 Maar het vet, en de nieren, en het net van de 2991 Lev 9:10 | de nieren, en het net van de lever van het zondoffer 2992 Lev 9:10 | aangestoken, gelijk als de HEERE Mozes geboden had. ~ 2993 Lev 9:11 | 11 Doch het vlees, en de huid verbrandde hij met 2994 Lev 9:12 | slachtte hij het brandoffer; en de zonen van Aaron leverden 2995 Lev 9:14 | hij wies het ingewand en de schenkelen; en hij stak 2996 Lev 9:15 | 15 Daarna deed hij de offerande des volks toebrengen; 2997 Lev 9:18 | dat voor het volk was; en de zonen van Aaron leverden 2998 Lev 9:19 | het ingewand bedekt, en de nieren, en het net der lever; ~ 2999 Lev 9:20 | En zij legden het vet op de borsten; en hij stak dat 3000 Lev 9:21 | 21 Maar de borsten en den rechterschouder


1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4500 | 4501-5000 | 5001-5500 | 5501-6000 | 6001-6500 | 6501-7000 | 7001-7500 | 7501-8000 | 8001-8500 | 8501-9000 | 9001-9500 | 9501-10000 | 10001-10500 | 10501-11000 | 11001-11500 | 11501-12000 | 12001-12500 | 12501-13000 | 13001-13500 | 13501-14000 | 14001-14500 | 14501-15000 | 15001-15500 | 15501-16000 | 16001-16500 | 16501-17000 | 17001-17500 | 17501-18000 | 18001-18500 | 18501-19000 | 19001-19500 | 19501-20000 | 20001-20500 | 20501-21000 | 21001-21500 | 21501-22000 | 22001-22500 | 22501-23000 | 23001-23500 | 23501-24000 | 24001-24500 | 24501-25000 | 25001-25500 | 25501-26000 | 26001-26500 | 26501-27000 | 27001-27500 | 27501-28000 | 28001-28500 | 28501-29000 | 29001-29500 | 29501-30000 | 30001-30500 | 30501-31000 | 31001-31500 | 31501-32000 | 32001-32500 | 32501-33000 | 33001-33382

Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License