Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
david 1016
davids 151
dden 1
de 33382
debir 14
debora 10
dedagen 1
Frequency    [«  »]
-----
-----
46573 en
33382 de
19256 van
18165 het
13263 zijn

Bijbel

IntraText - Concordances

de

1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4500 | 4501-5000 | 5001-5500 | 5501-6000 | 6001-6500 | 6501-7000 | 7001-7500 | 7501-8000 | 8001-8500 | 8501-9000 | 9001-9500 | 9501-10000 | 10001-10500 | 10501-11000 | 11001-11500 | 11501-12000 | 12001-12500 | 12501-13000 | 13001-13500 | 13501-14000 | 14001-14500 | 14501-15000 | 15001-15500 | 15501-16000 | 16001-16500 | 16501-17000 | 17001-17500 | 17501-18000 | 18001-18500 | 18501-19000 | 19001-19500 | 19501-20000 | 20001-20500 | 20501-21000 | 21001-21500 | 21501-22000 | 22001-22500 | 22501-23000 | 23001-23500 | 23501-24000 | 24001-24500 | 24501-25000 | 25001-25500 | 25501-26000 | 26001-26500 | 26501-27000 | 27001-27500 | 27501-28000 | 28001-28500 | 28501-29000 | 29001-29500 | 29501-30000 | 30001-30500 | 30501-31000 | 31001-31500 | 31501-32000 | 32001-32500 | 32501-33000 | 33001-33382

      Book Chapter: Verse
30501 Rom 3:20 | 20 Daarom zal uit de werken der wet geen vlees 30502 Rom 3:20 | worden, voor Hem; want door de wet is de kennis der zonde. ~ 30503 Rom 3:20 | Hem; want door de wet is de kennis der zonde. ~ 30504 Rom 3:21 | 21 Maar nu is de rechtvaardigheid Gods geopenbaard 30505 Rom 3:21 | geopenbaard geworden zonder de wet, hebbende getuigenis 30506 Rom 3:21 | hebbende getuigenis van de wet en de profeten: ~ 30507 Rom 3:21 | getuigenis van de wet en de profeten: ~ 30508 Rom 3:22 | 22 Namelijk de rechtvaardigheid Gods door 30509 Rom 3:23 | allen gezondigd, en derven de heerlijkheid Gods; ~ 30510 Rom 3:24 | gerechtvaardigd, uit Zijn genade, door de verlossing, die in Christus 30511 Rom 3:25 | Zijn rechtvaardigheid, door de vergeving der zonden, die 30512 Rom 3:25 | voren geschied zijn onder de verdraagzaamheid Gods; ~ 30513 Rom 3:27 | 27 Waar is dan de roem? Hij is uitgesloten. 30514 Rom 3:27 | werken? Neen, maar door de wet des geloofs. ~ 30515 Rom 3:28 | 28 Wij besluiten dan, dat de mens door het geloof gerechtvaardigd 30516 Rom 3:28 | gerechtvaardigd wordt, zonder de werken der wet. ~ 30517 Rom 3:30 | Hij een enig God is, Die de besnijdenis rechtvaardigen 30518 Rom 3:30 | rechtvaardigen zal uit het geloof, en de voorhuid door het geloof. ~ 30519 Rom 3:31 | 31 Doen wij dan de wet te niet door het geloof? 30520 Rom 3:31 | verre; maar wij bevestigen de wet. ~  ~  ~  30521 Rom 4:2 | Want indien Abraham uit de werken gerechtvaardigd is, 30522 Rom 4:3 | 3 Want wat zegt de Schrift? En Abraham geloofde 30523 Rom 4:6 | zalig spreekt, welken God de rechtvaardigheid toerekent 30524 Rom 4:8 | 8 Zalig is de man, welken de Heere de 30525 Rom 4:8 | Zalig is de man, welken de Heere de zonden niet toerekent. ~ 30526 Rom 4:8 | de man, welken de Heere de zonden niet toerekent. ~ 30527 Rom 4:9 | dan, is die alleen over de besnijdenis, of ook over 30528 Rom 4:9 | besnijdenis, of ook over de voorhuid? Want wij zeggen, 30529 Rom 4:10 | toegerekend? Als hij in de besnijdenis was, of in de 30530 Rom 4:10 | de besnijdenis was, of in de voorhuid? Niet in de besnijdenis, 30531 Rom 4:10 | in de voorhuid? Niet in de besnijdenis, maar in de 30532 Rom 4:10 | de besnijdenis, maar in de voorhuid. ~ 30533 Rom 4:11 | des geloofs, die hem in de voorhuid was toegerekend; 30534 Rom 4:11 | van allen, die geloven in de voorhuid zijnde, ten einde 30535 Rom 4:11 | zijnde, ten einde ook hun de rechtvaardigheid toegerekend 30536 Rom 4:12 | namelijk, die niet alleen uit de besnijdenis zijn, maar die 30537 Rom 4:12 | maar die ook wandelen in de voetstappen des geloofs 30538 Rom 4:12 | vader Abraham, hetwelk in de voorhuid was. ~ 30539 Rom 4:13 | 13 Want de belofte is niet door de 30540 Rom 4:13 | de belofte is niet door de wet aan Abraham of zijn 30541 Rom 4:13 | wereld zou zijn, maar door de rechtvaardigheid des geloofs. ~ 30542 Rom 4:14 | indien degenen, die uit de wet zijn, erfgenamen zijn, 30543 Rom 4:14 | geloof ijdel geworden, en de beloftenis te niet gedaan. ~ 30544 Rom 4:15 | 15 Want de wet werkt toorn; want waar 30545 Rom 4:16 | naar genade zij; ten einde de belofte vast zij al den 30546 Rom 4:16 | zade, niet alleen dat uit de wet is, maar ook dat uit 30547 Rom 4:17 | heeft, namelijk God, Die de doden levend maakt, en roept 30548 Rom 4:17 | doden levend maakt, en roept de dingen, die niet zijn, alsof 30549 Rom 4:19 | jaren oud was, noch ook dat de moeder in Sara verstorven 30550 Rom 4:20 | 20 En hij heeft aan de beloftenis Gods niet getwijfeld 30551 Rom 4:20 | het geloof, gevende God de eer; ~ 30552 Rom 4:24 | Jezus, onzen Heere, uit de doden opgewekt heeft; ~ 30553 Rom 5:2 | 2 Door Welken wij ook de toeleiding hebben door het 30554 Rom 5:2 | wij staan, en roemen in de hoop der heerlijkheid Gods. ~ 30555 Rom 5:3 | maar wij roemen ook in de verdrukkingen, wetende, 30556 Rom 5:3 | verdrukkingen, wetende, dat de verdrukking lijdzaamheid 30557 Rom 5:4 | 4 En de lijdzaamheid bevinding, 30558 Rom 5:4 | lijdzaamheid bevinding, en de bevinding hoop; ~ 30559 Rom 5:5 | 5 En de hoop beschaamt niet, omdat 30560 Rom 5:5 | hoop beschaamt niet, omdat de liefde Gods in onze harten 30561 Rom 5:6 | is te Zijner tijd voor de goddelozen gestorven. ~ 30562 Rom 5:11 | Christus, door Welken wij nu de verzoening gekregen hebben. ~ 30563 Rom 5:12 | Daarom, gelijk door een mens de zonde in de wereld ingekomen 30564 Rom 5:12 | door een mens de zonde in de wereld ingekomen is, en 30565 Rom 5:12 | wereld ingekomen is, en door de zonde de dood; en alzo de 30566 Rom 5:12 | ingekomen is, en door de zonde de dood; en alzo de dood tot 30567 Rom 5:12 | de zonde de dood; en alzo de dood tot alle mensen doorgegaan 30568 Rom 5:13 | 13 Want tot de wet was de zonde in de wereld; 30569 Rom 5:13 | 13 Want tot de wet was de zonde in de wereld; maar 30570 Rom 5:13 | tot de wet was de zonde in de wereld; maar de zonde wordt 30571 Rom 5:13 | zonde in de wereld; maar de zonde wordt niet toegerekend, 30572 Rom 5:14 | 14 Maar de dood heeft geheerst van 30573 Rom 5:14 | niet gezondigd hadden in de gelijkheid der overtreding 30574 Rom 5:15 | 15 Doch niet, gelijk de misdaad, alzo is ook de 30575 Rom 5:15 | de misdaad, alzo is ook de genadegift, want indien, 30576 Rom 5:15 | genadegift, want indien, door de misdaad van een, velen gestorven 30577 Rom 5:15 | gestorven zijn, zo is veel meer de genade Gods, en de gave 30578 Rom 5:15 | meer de genade Gods, en de gave door de genade, die 30579 Rom 5:15 | genade Gods, en de gave door de genade, die daar is van 30580 Rom 5:16 | 16 En niet, gelijk de schuld was door den een, 30581 Rom 5:16 | gezondigd heeft, alzo is de gift; want de schuld is 30582 Rom 5:16 | heeft, alzo is de gift; want de schuld is wel uit een misdaad 30583 Rom 5:16 | misdaad tot verdoemenis, maar de genadegift is uit vele misdaden 30584 Rom 5:17 | 17 Want indien door de misdaad van een de dood 30585 Rom 5:17 | door de misdaad van een de dood geheerst heeft door 30586 Rom 5:18 | gelijk door een misdaad de schuld gekomen is over alle 30587 Rom 5:18 | een rechtvaardigheid komt de genade over alle mensen 30588 Rom 5:19 | 19 Want gelijk door de ongehoorzaamheid van dien 30589 Rom 5:19 | geworden, alzo zullen ook door de gehoorzaamheid van Enen 30590 Rom 5:20 | 20 Maar de wet is bovendien ingekomen, 30591 Rom 5:20 | bovendien ingekomen, opdat de misdaad te meerder worde; 30592 Rom 5:20 | te meerder worde; en waar de zonde meerder geworden is, 30593 Rom 5:20 | meerder geworden is, daar is de genade veel meer overvloedig 30594 Rom 5:21 | 21 Opdat, gelijk de zonde geheerst heeft tot 30595 Rom 5:21 | heeft tot den dood, alzo ook de genade zou heersen door 30596 Rom 6:1 | dan zeggen? Zullen wij in de zonde blijven, opdat de 30597 Rom 6:1 | de zonde blijven, opdat de genade te meerder worde? ~ 30598 Rom 6:4 | gelijkerwijs Christus uit de doden opgewekt is tot de 30599 Rom 6:4 | de doden opgewekt is tot de heerlijkheid des Vaders, 30600 Rom 6:5 | een plant geworden zijn in de gelijkmaking Zijns doods, 30601 Rom 6:5 | zullen wij het ook zijn in de gelijkmaking Zijner opstanding; ~ 30602 Rom 6:6 | worde, opdat wij niet meer de zonde dienen. ~ 30603 Rom 6:7 | die is gerechtvaardigd van de zonde. ~ 30604 Rom 6:9 | Christus, opgewekt zijnde uit de doden, niet meer sterft; 30605 Rom 6:9 | doden, niet meer sterft; de dood heerst niet meer over 30606 Rom 6:12 | 12 Dat dan de zonde niet heerse in uw 30607 Rom 6:12 | om haar te gehoorzamen in de begeerlijkheden deszelven 30608 Rom 6:13 | stelt uzelven Gode, als uit de doden levende geworden zijnde, 30609 Rom 6:14 | 14 Want de zonde zal over u niet heersen; 30610 Rom 6:14 | want gij zijt niet onder de wet, maar onder de genade. ~ 30611 Rom 6:14 | onder de wet, maar onder de genade. ~ 30612 Rom 6:15 | omdat wij niet zijn onder de wet, maar onder de genade? 30613 Rom 6:15 | onder de wet, maar onder de genade? Dat zij verre. ~ 30614 Rom 6:18 | En vrijgemaakt zijnde van de zonde, zijt gemaakt dienstknechten 30615 Rom 6:20 | zonde, zo waart gij vrij van de gerechtigheid. ~ 30616 Rom 6:21 | Want het einde derzelve is de dood. ~ 30617 Rom 6:22 | 22 Maar nu, van de zonde vrijgemaakt zijnde, 30618 Rom 6:23 | 23 Want de bezoldiging der zonde is 30619 Rom 6:23 | bezoldiging der zonde is de dood, maar de genadegift 30620 Rom 6:23 | der zonde is de dood, maar de genadegift Gods is het eeuwige 30621 Rom 7:1 | spreek tot degenen, die de wet verstaan) dat de wet 30622 Rom 7:1 | die de wet verstaan) dat de wet heerst over den mens, 30623 Rom 7:2 | levenden man verbonden door de wet; maar indien de man 30624 Rom 7:2 | door de wet; maar indien de man gestorven is, zo is 30625 Rom 7:2 | zo is zij vrijgemaakt van de wet des mans. ~ 30626 Rom 7:3 | anderen mans wordt, terwijl de man leeft, zo zal zij een 30627 Rom 7:3 | genaamd worden; maar indien de man gestorven is, zo is 30628 Rom 7:3 | gestorven is, zo is zij vrij van de wet, alzo dat zij geen overspeelster 30629 Rom 7:4 | namelijk Desgenen, Die van de doden opgewekt is, opdat 30630 Rom 7:5 | het vlees waren, wrochten de bewegingen der zonden, die 30631 Rom 7:5 | bewegingen der zonden, die door de wet zijn, in onze leden, 30632 Rom 7:6 | zijn wij vrijgemaakt van de wet, overmits wij dien gestorven 30633 Rom 7:6 | des geestes, en niet in de oudheid der letter. ~ 30634 Rom 7:7 | zullen wij dan zeggen? Is de wet zonde? Dat zij verre. 30635 Rom 7:7 | zij verre. Ja, ik kende de zonde niet dan door de wet; 30636 Rom 7:7 | kende de zonde niet dan door de wet; want ook had ik de 30637 Rom 7:7 | de wet; want ook had ik de begeerlijkheid niet geweten 30638 Rom 7:7 | geweten zonde te zijn, indien de wet niet zeide: Gij zult 30639 Rom 7:8 | 8 Maar de zonde, oorzaak genomen hebbende 30640 Rom 7:8 | begeerlijkheid gewrocht; want zonder de wet is de zonde dood. 30641 Rom 7:8 | gewrocht; want zonder de wet is de zonde dood. 30642 Rom 7:9 | 9 En zonder de wet, zo leefde ik eertijds; 30643 Rom 7:9 | gebod gekomen is, zo is de zonde weder levend geworden, 30644 Rom 7:11 | 11 Want de zonde, oorzaak genomen hebbende 30645 Rom 7:12 | 12 Alzo is dan de wet heilig, en het gebod 30646 Rom 7:13 | 13 Is dan het goede mij de dood geworden? Dat zij verre. 30647 Rom 7:13 | geworden? Dat zij verre. Maar de zonde is mij de dood geworden; 30648 Rom 7:13 | verre. Maar de zonde is mij de dood geworden; opdat zij 30649 Rom 7:13 | het goede den dood; opdat de zonde boven mate werd zondigende 30650 Rom 7:14 | 14 Want wij weten, dat de wet geestelijk is, maar 30651 Rom 7:14 | vleselijk, verkocht onder de zonde. ~ 30652 Rom 7:16 | ik niet wil, zo stem ik de wet toe, dat zij goed is. ~ 30653 Rom 7:17 | datzelve nu niet meer, maar de zonde, die in mij woont. ~ 30654 Rom 7:20 | hetzelve niet meer, maar de zonde, die in mij woont. ~ 30655 Rom 7:22 | Want ik heb een vermaak in de wet Gods, naar den inwendigen 30656 Rom 7:23 | leden, welke strijdt tegen de wet mijns gemoeds, en mij 30657 Rom 7:23 | mij gevangen neemt onder de wet der zonde, die in mijn 30658 Rom 7:26 | dien wel met het gemoed de wet Gods, maar met het vlees 30659 Rom 7:26 | Gods, maar met het vlees de wet der zonde. ~  ~  ~  30660 Rom 8:2 | 2 Want de wet des Geestes des levens 30661 Rom 8:2 | heeft mij vrijgemaakt van de wet der zonde en des doods. ~ 30662 Rom 8:3 | zondigen vleses, en dat voor de zonde, de zonde veroordeeld 30663 Rom 8:3 | vleses, en dat voor de zonde, de zonde veroordeeld in het 30664 Rom 8:6 | het bedenken des vleses is de dood; maar het bedenken 30665 Rom 8:9 | in den Geest, zo anders de Geest Gods in u woont. Maar 30666 Rom 8:10 | om der zonden wil; maar de geest is leven om der gerechtigheid 30667 Rom 8:11 | 11 En indien de Geest Desgenen, Die Jezus 30668 Rom 8:11 | Desgenen, Die Jezus uit de doden opgewekt heeft, in 30669 Rom 8:11 | zal Hij, Die Christus uit de doden opgewekt heeft, ook 30670 Rom 8:13 | indien gij door den Geest de werkingen des lichaams doodt, 30671 Rom 8:18 | niet is te waarderen tegen de heerlijkheid, die aan ons 30672 Rom 8:19 | opgestoken hoofde, verwacht de openbaring der kinderen 30673 Rom 8:21 | zal vrijgemaakt worden van de dienstbaarheid der verderfenis, 30674 Rom 8:21 | dienstbaarheid der verderfenis, tot de vrijheid der heerlijkheid 30675 Rom 8:23 | maar ook wij zelven, die de eerstelingen des Geestes 30676 Rom 8:23 | onszelven, verwachtende de aanneming tot kinderen, 30677 Rom 8:23 | aanneming tot kinderen, namelijk de verlossing onzes lichaams. ~ 30678 Rom 8:24 | in hope zalig geworden. De hoop nu, die gezien wordt, 30679 Rom 8:26 | 26 En desgelijks komt ook de Geest onze zwakheden mede 30680 Rom 8:26 | gelijk het behoort, maar de Geest Zelf bidt voor ons 30681 Rom 8:27 | 27 En Die de harten doorzoekt, weet, 30682 Rom 8:27 | harten doorzoekt, weet, welke de mening des Geestes zij, 30683 Rom 8:27 | dewijl Hij naar God voor de heiligen bidt. ~ 30684 Rom 8:29 | gelijkvormig te zijn, opdat Hij de Eerstgeborene zij onder 30685 Rom 8:33 | beschuldiging inbrengen tegen de uitverkorenen Gods? God 30686 Rom 8:35 | Wie zal ons scheiden van de liefde van Christus? Verdrukking, 30687 Rom 8:39 | zal kunnen scheiden van de liefde Gods, welke is in 30688 Rom 9:1 | 1 Ik zeg de waarheid in Christus, ik 30689 Rom 9:4 | Israelieten zijn, welker is de aanneming tot kinderen, 30690 Rom 9:4 | aanneming tot kinderen, en de heerlijkheid, en de verbonden, 30691 Rom 9:4 | en de heerlijkheid, en de verbonden, en de wetgeving, 30692 Rom 9:4 | heerlijkheid, en de verbonden, en de wetgeving, en de dienst 30693 Rom 9:4 | verbonden, en de wetgeving, en de dienst van God, en de beloftenissen; ~ 30694 Rom 9:4 | en de dienst van God, en de beloftenissen; ~ 30695 Rom 9:5 | 5 Welker zijn de vaders, en uit welke Christus 30696 Rom 9:8 | 8 Dat is, niet de kinderen des vleses, die 30697 Rom 9:8 | zijn kinderen Gods; maar de kinderen der beloftenis 30698 Rom 9:11 | 11 Want als de kinderen nog niet geboren 30699 Rom 9:11 | voornemen Gods, dat naar de verkiezing is, vast bleve, 30700 Rom 9:11 | is, vast bleve, niet uit de werken, maar uit den Roepende; ~ 30701 Rom 9:12 | Zo werd tot haar gezegd: De meerdere zal den mindere 30702 Rom 9:17 | 17 Want de Schrift zegt tot Farao: 30703 Rom 9:17 | Naam verkondigd worde op de ganse aarde. ~ 30704 Rom 9:21 | 21 Of heeft de pottenbakker geen macht 30705 Rom 9:22 | lankmoedigheid verdragen heeft de vaten des toorns, tot het 30706 Rom 9:23 | Zijner heerlijkheid over de vaten der barmhartigheid, 30707 Rom 9:24 | namelijk ons, niet alleen uit de Joden, maar ook uit de heidenen. ~ 30708 Rom 9:24 | uit de Joden, maar ook uit de heidenen. ~ 30709 Rom 9:26 | 26 En het zal zijn, in de plaats, waar tot hen gezegd 30710 Rom 9:28 | in rechtvaardigheid; want de Heere zal een afgesneden 30711 Rom 9:28 | afgesneden zaak doen op de aarde. ~ 30712 Rom 9:29 | voren gezegd heeft: Indien de Heere Sebaoth ons geen zaad 30713 Rom 9:30 | zullen wij dan zeggen? Dat de heidenen, die de rechtvaardigheid 30714 Rom 9:30 | zeggen? Dat de heidenen, die de rechtvaardigheid niet zochten, 30715 Rom 9:30 | rechtvaardigheid niet zochten, de rechtvaardigheid verkregen 30716 Rom 9:30 | rechtvaardigheid verkregen hebben, doch de rechtvaardigheid, die uit 30717 Rom 9:31 | 31 Maar Israel, die de wet der rechtvaardigheid 30718 Rom 9:31 | rechtvaardigheid zocht, is tot de wet der rechtvaardigheid 30719 Rom 9:32 | het geloof, maar als uit de werken der wet, want zij 30720 Rom 10:1 | 1 Broeders, de toegenegenheid mijns harten, 30721 Rom 10:3 | 3 Want alzo zij de rechtvaardigheid Gods niet 30722 Rom 10:5 | 5 Want Mozes beschrijft de rechtvaardigheid, die uit 30723 Rom 10:5 | rechtvaardigheid, die uit de wet is, zeggende: De mens, 30724 Rom 10:5 | uit de wet is, zeggende: De mens, die deze dingen doet, 30725 Rom 10:6 | 6 Maar de rechtvaardigheid, die uit 30726 Rom 10:7 | Hetzelve is Christus uit de doden opbrengen. ~ 30727 Rom 10:9 | geloven, dat God Hem uit de doden opgewekt heeft, zo 30728 Rom 10:11 | 11 Want de Schrift zegt: Een iegelijk, 30729 Rom 10:15 | geschreven is: Hoe liefelijk zijn de voeten dergenen, die vrede 30730 Rom 10:18 | toch, hun geluid is over de gehele aarde uitgegaan, 30731 Rom 10:18 | uitgegaan, en hun woorden tot de einden der wereld. ~ 30732 Rom 11:2 | heeft. Of weet gij niet, wat de Schrift zegt van Elia, hoe 30733 Rom 11:4 | mannen overgelaten, die de knie voor het beeld van 30734 Rom 11:5 | overblijfsel geworden, naar de verkiezing der genade. ~ 30735 Rom 11:6 | zo is het niet meer uit de werken; anderszins is de 30736 Rom 11:6 | de werken; anderszins is de genade geen genade meer; 30737 Rom 11:6 | meer; en indien het is uit de werken, zo is het geen genade 30738 Rom 11:7 | het niet verkregen; maar de uitverkorenen hebben het 30739 Rom 11:7 | hebben het verkregen, en de anderen zijn verhard geworden. ~ 30740 Rom 11:11 | verre; maar door hun val is de zaligheid den heidenen geworden, 30741 Rom 11:12 | 12 En indien hun val de rijkdom is der wereld, en 30742 Rom 11:12 | wereld, en hun vermindering de rijkdom der heidenen, hoeveel 30743 Rom 11:15 | Want indien hun verwerping de verzoening is der wereld, 30744 Rom 11:15 | verzoening is der wereld, wat zal de aanneming wezen, anders 30745 Rom 11:15 | anders dan het leven uit de doden? ~ 30746 Rom 11:16 | 16 En indien de eerstelingen heilig zijn, 30747 Rom 11:16 | het deeg heilig, en indien de wortel heilig is, zo zijn 30748 Rom 11:16 | wortel heilig is, zo zijn ook de takken heilig. ~ 30749 Rom 11:18 | 18 Zo roem niet tegen de takken; en indien gij daartegen 30750 Rom 11:18 | draagt den wortel niet, maar de wortel u. ~ 30751 Rom 11:19 | 19 Gij zult dan zeggen: De takken zijn afgebroken, 30752 Rom 11:21 | 21 Want is het, dat God de natuurlijke takken niet 30753 Rom 11:22 | 22 Zie dan de goedertierenheid en de strengheid 30754 Rom 11:22 | dan de goedertierenheid en de strengheid van God; de strengheid 30755 Rom 11:22 | en de strengheid van God; de strengheid wel over degenen, 30756 Rom 11:22 | die gevallen zijn, maar de goedertierenheid over u, 30757 Rom 11:22 | goedertierenheid over u, indien gij in de goedertierenheid blijft; 30758 Rom 11:25 | zijt, bij uzelven), dat de verharding voor een deel 30759 Rom 11:25 | Israel gekomen is, totdat de volheid der heidenen zal 30760 Rom 11:26 | worden; gelijk geschreven is: De Verlosser zal uit Sion komen 30761 Rom 11:26 | zal uit Sion komen en zal de goddeloosheden afwenden 30762 Rom 11:28 | uwentwil, maar aangaande de verkiezing zijn zij beminden, 30763 Rom 11:29 | 29 Want de genadegiften en de roeping 30764 Rom 11:29 | Want de genadegiften en de roeping Gods zijn onberouwelijk. 30765 Rom 11:32 | God heeft hen allen onder de ongehoorzaamheid besloten, 30766 Rom 11:36 | zijn alle dingen. Hem zij de heerlijkheid in der eeuwigheid. 30767 Rom 12:1 | bid u dan, broeders, door de ontfermingen Gods, dat gij 30768 Rom 12:2 | maar wordt veranderd door de vernieuwing uws gemoeds, 30769 Rom 12:2 | gij moogt beproeven, welke de goede, en welbehagelijke 30770 Rom 12:3 | 3 Want door de genade, die mij gegeven 30771 Rom 12:3 | gelijk als God een iegelijk de mate des geloofs gedeeld 30772 Rom 12:4 | lichaam vele leden hebben, en de leden alle niet dezelfde 30773 Rom 12:6 | verscheidene gaven, naar de genade, die ons gegeven 30774 Rom 12:7 | besteden, hetzij profetie, naar de mate des geloofs; hetzij 30775 Rom 12:9 | 9 De liefde zij ongeveinsd. Hebt 30776 Rom 12:10 | broederlijke liefde; met eer de een de ander voorgaande. ~ 30777 Rom 12:10 | broederlijke liefde; met eer de een de ander voorgaande. ~ 30778 Rom 12:12 | 12 Verblijdt u in de hoop. Zijt geduldig in de 30779 Rom 12:12 | de hoop. Zijt geduldig in de verdrukking. Volhardt in 30780 Rom 12:13 | 13 Deelt mede tot de behoeften der heiligen. 30781 Rom 12:15 | 15 Verblijdt u met de blijden; en weent met de 30782 Rom 12:15 | de blijden; en weent met de wenenden. ~ 30783 Rom 12:16 | elkander. Tracht niet naar de hoge dingen, maar voegt 30784 Rom 12:16 | dingen, maar voegt u tot de nederige. Zijt niet wijs 30785 Rom 12:19 | is geschreven: Mij komt de wraak toe; Ik zal het vergelden, 30786 Rom 12:19 | zal het vergelden, zegt de Heere. ~ 30787 Rom 13:1 | geen macht dan van God, en de machten, die er zijn, die 30788 Rom 13:2 | Alzo dat die zich tegen de macht stelt, de ordinantie 30789 Rom 13:2 | zich tegen de macht stelt, de ordinantie van God wederstaat; 30790 Rom 13:3 | 3 Want de oversten zijn niet tot een 30791 Rom 13:3 | den kwaden. Wilt gij nu de macht niet vrezen, doe het 30792 Rom 13:7 | zijt; schatting, dien gij de schatting, tol, dien gij 30793 Rom 13:7 | den tol, vreze, dien gij de vreze, eer, die gij de eer 30794 Rom 13:7 | gij de vreze, eer, die gij de eer schuldig zijt. ~ 30795 Rom 13:8 | ander liefheeft, die heeft de wet vervuld. ~ 30796 Rom 13:10 | 10 De liefde doet den naaste geen 30797 Rom 13:10 | naaste geen kwaad. Zo is dan de liefde de vervulling der 30798 Rom 13:10 | kwaad. Zo is dan de liefde de vervulling der wet. ~ 30799 Rom 13:11 | zeg ik te meer, dewijl wij de gelegenheid des tijds weten, 30800 Rom 13:11 | des tijds weten, dat het de ure is, dat wij nu uit den 30801 Rom 13:11 | den slaap opwaken; want de zaligheid is ons nu nader, 30802 Rom 13:12 | 12 De nacht is voorbijgegaan, 30803 Rom 13:12 | nacht is voorbijgegaan, en de dag is nabij gekomen. Laat 30804 Rom 13:12 | gekomen. Laat ons dan afleggen de werken der duisternis, en 30805 Rom 13:12 | der duisternis, en aandoen de wapenen des lichts. ~ 30806 Rom 14:2 | 2 De een gelooft wel, dat men 30807 Rom 14:5 | 5 De een acht wel den enen dag 30808 Rom 14:5 | boven den anderen dag; maar de ander acht al de dagen gelijk. 30809 Rom 14:5 | dag; maar de ander acht al de dagen gelijk. Een iegelijk 30810 Rom 14:11 | geschreven: Ik leef, zegt de Heere; voor Mij zal alle 30811 Rom 14:19 | den vrede, en hetgeen tot de stichting onder elkander 30812 Rom 15:1 | sterk zijn, zijn schuldig de zwakheden der onsterken 30813 Rom 15:3 | maar gelijk geschreven is: De smadingen dergenen, die 30814 Rom 15:5 | 5 Doch de God der lijdzaamheid en 30815 Rom 15:7 | ons aangenomen heeft, tot de heerlijkheid Gods. ~ 30816 Rom 15:8 | der besnijdenis, vanwege de waarheid Gods, opdat Hij 30817 Rom 15:8 | opdat Hij bevestigen zou de beloftenissen der vaderen; ~ 30818 Rom 15:9 | 9 En de heidenen God vanwege de 30819 Rom 15:9 | de heidenen God vanwege de barmhartigheid zouden verheerlijken; 30820 Rom 15:9 | zal ik U belijden onder de heidenen, en Uw Naam lofzingen. ~ 30821 Rom 15:12 | zegt Jesaja: Er zal zijn de wortel van Jessai, en Die 30822 Rom 15:12 | en Die opstaat, om over de heidenen te gebieden; op 30823 Rom 15:12 | gebieden; op Hem zullen de heidenen hopen. ~ 30824 Rom 15:13 | 13 De God nu der hoop vervulle 30825 Rom 15:13 | overvloedig moogt zijn in de hoop, door de kracht des 30826 Rom 15:13 | moogt zijn in de hoop, door de kracht des Heiligen Geestes. ~ 30827 Rom 15:15 | dit indachtig makende, om de genade, die mij van God 30828 Rom 15:16 | Jezus Christus zij onder de heidenen, het Evangelie 30829 Rom 15:16 | van God bedienende, opdat de offerande der heidenen aangenaam 30830 Rom 15:19 | en wonderheden, en door de kracht van den Geest Gods, 30831 Rom 15:25 | naar Jeruzalem, dienende de heiligen. ~ 30832 Rom 15:26 | handreiking te doen aan de armen onder de heiligen, 30833 Rom 15:26 | doen aan de armen onder de heiligen, die te Jeruzalem 30834 Rom 15:27 | schuldenaars; want indien de heidenen hunner geestelijke 30835 Rom 15:30 | Jezus Christus, en door de liefde des Geestes, dat 30836 Rom 15:30 | dat gij met mij strijdt in de gebeden tot God voor mij; ~ 30837 Rom 15:31 | ik mag bevrijd worden van de ongehoorzamen in Judea, 30838 Rom 15:33 | 33 En de God des vredes zij met u 30839 Rom 16:4 | alleen ik danke, maar ook al de Gemeenten der heidenen. ~ 30840 Rom 16:5 | 5 Groet ook de Gemeente in hun huis. Groet 30841 Rom 16:5 | Epenetus, mijn beminde, die de eersteling is van Achaje 30842 Rom 16:7 | welke vermaard zijn onder de apostelen, die ook voor 30843 Rom 16:12 | arbeiden. Groet Persis, de beminde zuster, die veel 30844 Rom 16:13 | Heere, en zijn moeder en de mijne. ~ 30845 Rom 16:14 | Hermas, Patrobas, Hermes, en de broeders, die met hen zijn. ~ 30846 Rom 16:15 | zuster, en Olympas, en al de heiligen, die met henlieden 30847 Rom 16:16 | elkander met een heiligen kus. De Gemeenten van Christus groeten 30848 Rom 16:17 | ergernissen aanrichten tegen de leer, die gij van ons geleerd 30849 Rom 16:18 | schoonspreken en prijzen de harten der eenvoudigen. 30850 Rom 16:20 | 20 En de God des vredes zal den satan 30851 Rom 16:20 | uw voeten verpletteren. De genade van onzen Heere Jezus 30852 Rom 16:23 | 23 U groet Gajus, de huiswaard van mij en van 30853 Rom 16:23 | huiswaard van mij en van de gehele Gemeente. U groet 30854 Rom 16:23 | Gemeente. U groet Erastus, de rentmeester der stad, en 30855 Rom 16:23 | rentmeester der stad, en de broeder Quartus. ~ 30856 Rom 16:24 | 24 De genade van onzen Heere Jezus 30857 Rom 16:25 | naar mijn Evangelie en de prediking van Jezus Christus, 30858 Rom 16:25 | van Jezus Christus, naar de openbaring der verborgenheid, 30859 Rom 16:25 | der verborgenheid, die van de tijden der eeuwen verzwegen 30860 Rom 16:26 | geopenbaard is, en door de profetische Schriften, naar 30861 Rom 16:26 | gehoorzaamheid des geloofs, onder al de heidenen bekend is gemaakt; ~ 30862 Rom 16:27 | zij door Jezus Christus de heerlijkheid in der eeuwigheid. 30863 1Kor 1:1 | wil van God, en Sosthenes, de broeder, ~ 30864 1Kor 1:2 | 2 Aan de Gemeente Gods, die te Korinthe 30865 1Kor 1:4 | allen tijd over u, vanwege de genade Gods, die u gegeven 30866 1Kor 1:6 | 6 Gelijk de getuigenis van Christus 30867 1Kor 1:7 | ontbreekt, verwachtende de openbaring van onzen Heere 30868 1Kor 1:9 | Welken gij geroepen zijt tot de gemeenschap van Zijn Zoon 30869 1Kor 1:19 | er is geschreven: Ik zal de wijsheid der wijzen doen 30870 1Kor 1:20 | 20 Waar is de wijze? Waar is de schriftgeleerde? 30871 1Kor 1:20 | Waar is de wijze? Waar is de schriftgeleerde? Waar is 30872 1Kor 1:20 | schriftgeleerde? Waar is de onderzoeker dezer eeuw? 30873 1Kor 1:20 | onderzoeker dezer eeuw? Heeft God de wijsheid dezer wereld niet 30874 1Kor 1:21 | 21 Want nademaal, in de wijsheid Gods, de wereld 30875 1Kor 1:21 | nademaal, in de wijsheid Gods, de wereld God niet heeft gekend 30876 1Kor 1:21 | God niet heeft gekend door de wijsheid, zo heeft het Gode 30877 1Kor 1:21 | heeft het Gode behaagd, door de dwaasheid der prediking, 30878 1Kor 1:22 | 22 Overmits de Joden een teken begeren, 30879 1Kor 1:22 | Joden een teken begeren, en de Grieken wijsheid zoeken; ~ 30880 1Kor 1:24 | prediken wij Christus, de kracht Gods, en de wijsheid 30881 1Kor 1:24 | Christus, de kracht Gods, en de wijsheid Gods. ~ 30882 1Kor 1:25 | dwaze Gods is wijzer dan de mensen; en het zwakke Gods 30883 1Kor 1:25 | zwakke Gods is sterker dan de mensen. ~ 30884 1Kor 1:27 | God uitverkoren, opdat Hij de wijzen beschamen zou; en 30885 1Kor 2:1 | wijsheid, u verkondigende de getuigenis van God. ~ 30886 1Kor 2:5 | wijsheid der mensen, maar in de kracht Gods. ~ 30887 1Kor 2:6 | wij spreken wijsheid onder de volmaakten; doch een wijsheid, 30888 1Kor 2:7 | 7 Maar wij spreken de wijsheid Gods, bestaande 30889 1Kor 2:7 | heerlijkheid van ons, eer de wereld was; ~ 30890 1Kor 2:8 | 8 Welke niemand van de oversten dezer wereld gekend 30891 1Kor 2:10 | geopenbaard door Zijn Geest; want de Geest onderzoekt alle dingen, 30892 1Kor 2:10 | onderzoekt alle dingen, ook de diepten Gods. ~ 30893 1Kor 2:11 | 11 Want wie van de mensen weet, hetgeen des 30894 1Kor 2:11 | hetgeen des mensen is, dan de geest des mensen, die in 30895 1Kor 2:11 | niemand, hetgeen Gods is, dan de Geest Gods. ~ 30896 1Kor 2:12 | opdat wij zouden weten de dingen, die ons van God 30897 1Kor 2:13 | spreken, niet met woorden, die de menselijke wijsheid leert, 30898 1Kor 2:13 | leert, maar met woorden, die de Heilige Geest leert, geestelijke 30899 1Kor 2:14 | 14 Maar de natuurlijke mens begrijpt 30900 1Kor 2:14 | natuurlijke mens begrijpt niet de dingen, die des Geestes 30901 1Kor 2:15 | 15 Doch de geestelijke mens onderscheidt 30902 1Kor 3:4 | 4 Want als de een zegt: Ik ben van Paulus; 30903 1Kor 3:5 | geloofd hebt, en dat, gelijk de Heere aan een iegelijk gegeven 30904 1Kor 3:10 | 10 Naar de genade Gods, die mij gegeven 30905 1Kor 3:13 | zal openbaar worden; want de dag zal het verklaren, dewijl 30906 1Kor 3:16 | gij Gods tempel zijt, en de Geest Gods in ulieden woont? ~ 30907 1Kor 3:17 | dien zal God schenden; want de tempel Gods is heilig, welke 30908 1Kor 3:19 | 19 Want de wijsheid dezer wereld is 30909 1Kor 3:19 | er is geschreven: Hij vat de wijzen in hun arglistigheid; ~ 30910 1Kor 3:20 | 20 En wederom: De Heere kent de overleggingen 30911 1Kor 3:20 | En wederom: De Heere kent de overleggingen der wijzen, 30912 1Kor 3:22 | Apollos, hetzij Cefas, hetzij de wereld, hetzij leven, hetzij 30913 1Kor 4:2 | 2 En voorts wordt in de uitdelers vereist, dat elk 30914 1Kor 4:4 | maar Die mij oordeelt, is de Heere. ~ 30915 1Kor 4:5 | niets voor den tijd, totdat de Heere zal gekomen zijn, 30916 1Kor 4:5 | zal brengen, hetgeen in de duisternis verborgen is, 30917 1Kor 4:5 | verborgen is, en openbaren de raadslagen der harten; en 30918 1Kor 4:6 | geschreven is, dat gij niet, de een om eens anders wil, 30919 1Kor 4:9 | ik acht, dat God ons, die de laatste apostelen zijn, 30920 1Kor 4:19 | zal haast tot u komen, zo de Heere wil, en ik zal dan 30921 1Kor 4:19 | ik zal dan verstaan, niet de woorden dergenen, die opgeblazen 30922 1Kor 4:19 | die opgeblazen zijn, maar de kracht. ~ 30923 1Kor 4:21 | Wat wilt gij? Zal ik met de roede tot u komen, of in 30924 1Kor 5:1 | hoererij, die ook onder de heidenen niet genoemd wordt, 30925 1Kor 5:4 | vergaderd zullen zijn, met de kracht van onzen Heere Jezus 30926 1Kor 5:5 | verderf des vleses, opdat de geest behouden moge worden 30927 1Kor 5:8 | en der boosheid, maar in de ongezuurde broden der oprechtheid 30928 1Kor 5:9 | niet zoudt vermengen met de hoereerders; ~ 30929 1Kor 5:10 | Doch niet geheellijk met de hoereerders dezer wereld, 30930 1Kor 5:10 | hoereerders dezer wereld, of met de gierigaards, of met de rovers, 30931 1Kor 5:10 | met de gierigaards, of met de rovers, of met de afgodendienaars; 30932 1Kor 5:10 | of met de rovers, of met de afgodendienaars; want anders 30933 1Kor 5:10 | anders zoudt gij moeten uit de wereld gaan. ~ 30934 1Kor 6:1 | ander, te recht gaan voor de onrechtvaardigen, en niet 30935 1Kor 6:1 | onrechtvaardigen, en niet voor de heiligen? ~ 30936 1Kor 6:2 | 2 Weet gij niet, dat de heiligen de wereld oordelen 30937 1Kor 6:2 | gij niet, dat de heiligen de wereld oordelen zullen? 30938 1Kor 6:2 | zullen? En indien door u de wereld geoordeeld wordt, 30939 1Kor 6:2 | wordt, zijt gij onwaardig de minste gerechtzaken? ~ 30940 1Kor 6:3 | 3 Weet gij niet, dat wij de engelen oordelen zullen? 30941 1Kor 6:3 | zullen? Hoeveel te meer de zaken, die dit leven aangaan? ~ 30942 1Kor 6:4 | zet die daarover, die in de Gemeente minst geacht zijn. ~ 30943 1Kor 6:6 | 6 Maar de ene broeder gaat met den 30944 1Kor 6:9 | 9 Of weet gij niet, dat de onrechtvaardigen het Koninkrijk 30945 1Kor 6:12 | geoorloofd, maar ik zal onder de macht van geen mij laten 30946 1Kor 6:13 | 13 De spijzen zijn voor de buik, 30947 1Kor 6:13 | 13 De spijzen zijn voor de buik, en de buik is voor 30948 1Kor 6:13 | spijzen zijn voor de buik, en de buik is voor de spijzen; 30949 1Kor 6:13 | buik, en de buik is voor de spijzen; maar God zal beide 30950 1Kor 6:13 | het lichaam is niet voor de hoererij, maar voor den 30951 1Kor 6:13 | maar voor den Heere en de Heere voor het lichaam. ~ 30952 1Kor 6:15 | Christus zijn? Zal ik dan de leden van Christus nemen, 30953 1Kor 6:16 | Of weet gij niet, dat die de hoer aanhangt, een lichaam 30954 1Kor 6:18 | 18 Vliedt de hoererij. Alle zonde, die 30955 1Kor 6:18 | hoererij. Alle zonde, die de mens doet, is buiten het 30956 1Kor 7:1 | 1 Aangaande nu de dingen, waarvan gij mij 30957 1Kor 7:3 | 3 De man zal aan de vrouw de 30958 1Kor 7:3 | 3 De man zal aan de vrouw de schuldige goedwilligheid 30959 1Kor 7:3 | De man zal aan de vrouw de schuldige goedwilligheid 30960 1Kor 7:3 | betalen; en desgelijks ook de vrouw aan den man. ~ 30961 1Kor 7:4 | 4 De vrouw heeft de macht niet 30962 1Kor 7:4 | 4 De vrouw heeft de macht niet over haar eigen 30963 1Kor 7:4 | haar eigen lichaam, maar de man; en desgelijks ook de 30964 1Kor 7:4 | de man; en desgelijks ook de man heeft de macht niet 30965 1Kor 7:4 | desgelijks ook de man heeft de macht niet over zijn eigen 30966 1Kor 7:4 | zijn eigen lichaam, maar de vrouw. ~ 30967 1Kor 7:5 | wederom bijeen, opdat u de satan niet verzoeke, omdat 30968 1Kor 7:7 | zijn eigen gave van God, de een wel aldus, maar de andere 30969 1Kor 7:7 | de een wel aldus, maar de andere alzo. ~ 30970 1Kor 7:10 | getrouwden gebiede niet ik, maar de Heere, dat de vrouw van 30971 1Kor 7:10 | niet ik, maar de Heere, dat de vrouw van den man niet scheide. ~ 30972 1Kor 7:11 | den man verzoene; en dat de man de vrouw niet verlate. ~ 30973 1Kor 7:11 | verzoene; en dat de man de vrouw niet verlate. ~ 30974 1Kor 7:12 | den anderen zeg ik, niet de Heere: Indien enig broeder 30975 1Kor 7:14 | 14 Want de ongelovige man is geheiligd 30976 1Kor 7:14 | ongelovige man is geheiligd door de vrouw, en de ongelovige 30977 1Kor 7:14 | geheiligd door de vrouw, en de ongelovige vrouw is geheiligd 30978 1Kor 7:15 | 15 Maar indien de ongelovige scheidt, dat 30979 1Kor 7:15 | scheidt, dat hij scheide. De broeder of de zuster wordt 30980 1Kor 7:15 | hij scheide. De broeder of de zuster wordt in zodanige 30981 1Kor 7:16 | wat weet gij, man, of gij de vrouw zult zalig maken? ~ 30982 1Kor 7:17 | heeft uitgedeeld, gelijk de Heere een iegelijk geroepen 30983 1Kor 7:17 | alzo verordene ik in al de Gemeenten. ~ 30984 1Kor 7:18 | aantrekken; is iemand, in de voorhuid zijnde, geroepen, 30985 1Kor 7:19 | 19 De besnijdenis is niets, en 30986 1Kor 7:19 | besnijdenis is niets, en de voorhuid is niets, maar 30987 1Kor 7:19 | voorhuid is niets, maar de onderhouding der geboden 30988 1Kor 7:25 | 25 Aangaande de maagden nu, heb ik geen 30989 1Kor 7:29 | dit zeg ik, broeders, dat de tijd voorts kort is; opdat 30990 1Kor 7:31 | niet misbruikende; want de gedaante dezer wereld gaat 30991 1Kor 7:32 | zonder bekommernis zijt. De ongetrouwde bekommert zich 30992 1Kor 7:32 | ongetrouwde bekommert zich met de dingen des Heeren, hoe hij 30993 1Kor 7:33 | getrouwd is, bekommert zich met de dingen der wereld, hoe hij 30994 1Kor 7:33 | dingen der wereld, hoe hij de vrouw zal behagen. ~ 30995 1Kor 7:34 | maagd zijn onderscheiden. De ongetrouwde bekommert zich 30996 1Kor 7:34 | ongetrouwde bekommert zich met de dingen des Heeren, opdat 30997 1Kor 7:34 | getrouwd is, bekommert zich met de dingen der wereld, hoe zij 30998 1Kor 7:39 | 39 Een vrouw is door de wet verbonden, zo langen 30999 1Kor 8:1 | 1 Aangaande nu de dingen, die den afgoden 31000 1Kor 8:1 | te zamen kennis hebben. De kennis maakt opgeblazen,


1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4500 | 4501-5000 | 5001-5500 | 5501-6000 | 6001-6500 | 6501-7000 | 7001-7500 | 7501-8000 | 8001-8500 | 8501-9000 | 9001-9500 | 9501-10000 | 10001-10500 | 10501-11000 | 11001-11500 | 11501-12000 | 12001-12500 | 12501-13000 | 13001-13500 | 13501-14000 | 14001-14500 | 14501-15000 | 15001-15500 | 15501-16000 | 16001-16500 | 16501-17000 | 17001-17500 | 17501-18000 | 18001-18500 | 18501-19000 | 19001-19500 | 19501-20000 | 20001-20500 | 20501-21000 | 21001-21500 | 21501-22000 | 22001-22500 | 22501-23000 | 23001-23500 | 23501-24000 | 24001-24500 | 24501-25000 | 25001-25500 | 25501-26000 | 26001-26500 | 26501-27000 | 27001-27500 | 27501-28000 | 28001-28500 | 28501-29000 | 29001-29500 | 29501-30000 | 30001-30500 | 30501-31000 | 31001-31500 | 31501-32000 | 32001-32500 | 32501-33000 | 33001-33382

Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License