Book Chapter: Verse

 1 Num  33:11 |   zal afgaan van Sefam naar Ribla, tegen het oosten van Ain;
 2 2Kon  25:33|    Necho liet hem binden te Ribla in het land van Hamath,
 3 2Kon  27:6 |  den koning van Babel, naar Ribla; en zij spraken een oordeel
 4 2Kon  27:20|  den koning van Babel, naar Ribla. ~
 5 2Kon  27:21| sloeg hen, en doodde hen te Ribla, in het land van Hamath.
 6 Jer  39:5  |  den koning van Babel, naar Ribla, in het land van Hamath;
 7 Jer  39:6  |     de zonen van Zedekia te Ribla voor zijn ogen; ook slachtte
 8 Jer  52:9  |   den koning van Babel naar Ribla, in het land van Hamath;
 9 Jer  52:10 |   al de vorsten van Juda te Ribla. ~
10 Jer  52:26 |   den koning van Babel naar Ribla. ~
11 Jer  52:27 |  sloeg hen en doodde hen te Ribla, in het land van Hamath.