Book Chapter: Verse

 1 Gen  17:30|      Dat toch de Heere niet ontsteke, dat ik spreke; misschien
 2 Gen  17:32|      Dat toch de Heere niet ontsteke, dat ik alleenlijk ditmaal
 3 Gen  28:35|    vader: Dat de toorn niet ontsteke in mijns heren ogen, omdat
 4 Gen  41:5 | niet bekommerd, en de toorn ontsteke niet in uw ogen, omdat gij
 5 Exo  32:10|    dat Mijn toorn tegen hen ontsteke, en hen vertere; zo zal
 6 Exo  32:22| Aaron: De toorn mijns heren ontsteke niet! gij kent dit volk,
 7 Exo  33:10|    dat Mijn toorn tegen hen ontsteke, en hen vertere; zo zal
 8 Exo  33:22| Aaron: De toorn mijns heren ontsteke niet! gij kent dit volk,
 9 Deu   6:15|      uws Gods, tegen u niet ontsteke, en Hij u van den aardbodem
10 Deu  11:17|    des HEEREN tegen ulieden ontsteke, en Hij den hemel toesluite,
11 Ric   5:39|     zeide tot God: Uw toorn ontsteke niet tegen mij, dat ik alleenlijk