Book Chapter: Verse

 1 2Sa  11:3  |      en men zeide: Is dat niet Bathseba, de dochter van Eliam, de
 2 2Sa  12:24 |  troostte David zijn huisvrouw Bathseba, en ging tot haar in, en
 3 1Kon   1:11|       11 Toen sprak Nathan tot Bathseba, de moeder van Salomo, zeggende:
 4 1Kon   1:15|                          15 En Bathseba ging in tot den koning in
 5 1Kon   1:16|                          16 En Bathseba neigde het hoofd en boog
 6 1Kon   1:28| antwoordde en zeide: Roept mij Bathseba; en zij kwam voor het aangezicht
 7 1Kon   1:31|            31 Toen neigde zich Bathseba met het aangezicht ter aarde,
 8 1Kon   2:13|       de zoon van Haggith, tot Bathseba, de moeder van Salomo; en
 9 1Kon   2:18|                          18 En Bathseba zeide: Het is goed, ik zal
10 1Kon   2:19|                     19 Zo kwam Bathseba tot den koning Salomo, om
11 Psa  51:2  |     was gekomen, nadat hij tot Bathseba was ingegaan. ~