Book Chapter: Verse

 1 2Sa   5:11 |      David, en cederenhout, en timmerlieden, en metselaars; en zij bouwden
 2 2Kon  12:11|      besteedden het uit aan de timmerlieden en aan de bouwlieden, die
 3 2Kon  13:11|      besteedden het uit aan de timmerlieden en aan de bouwlieden, die
 4 2Kon  24:6 |                       6 Aan de timmerlieden en de bouwlieden, en de
 5 2Kon  26:14|      duizend gevangen, en alle timmerlieden en smeden; niemand werd
 6 2Kon  26:16|   mannen tot zeven duizend, en timmerlieden en smeden tot een duizend,
 7 1Kro  14:1 | cederenhout, en metselaars, en timmerlieden, dat zij hem een huis bouwden. ~
 8 2Kro  24:12|      en zij huurden houwers en timmerlieden, om het huis des HEEREN
 9 Jer  24:1  |        vorsten van Juda, en de timmerlieden, en de smeden van Jeruzalem,
10 Jer  29:2  |       Jeruzalem, mitsgaders de timmerlieden en smeden van Jeruzalem