1-500 | 501-944
Book Chapter: Verse
501 Psa 136:17 | 17 Die grote koningen geslagen
502 Psa 139:17 | 17 Daarom, hoe kostelijk zijn
503 Psa 145:17 | 17 Tsade. De HEERE is rechtvaardig
504 Psa 147:17 | 17 Hij werpt Zijn ijs heen
505 Spre 1:17 | 17 Zekerlijk, het net
506 Spre 2:17 | 17 Die den leidsman harer
507 Spre 3:17 | 17 Haar wegen zijn wegen
508 Spre 4:17 | 17 Want zij eten brood
509 Spre 5:17 | 17 Laat ze de uwe alleen
510 Spre 6:17 | 17 Hoge ogen, een valse
511 Spre 7:17 | 17 Ik heb mijn leger met
512 Spre 8:17 | 17 Ik heb lief, die Mij
513 Spre 9:17 | 17 De gestolen wateren
514 Spre 10:17 | 17 Het pad tot het leven
515 Spre 11:17 | 17 Een goedertieren mens
516 Spre 12:17 | 17 Die waarheid voortbrengt,
517 Spre 13:17 | 17 Een goddeloze bode
518 Spre 14:17 | 17 Die haastig is tot
519 Spre 15:17 | 17 Beter is een gerecht
520 Spre 16:17 | 17 De baan der oprechten
521 Spre 17 | 17 ~
522 Spre 17:17 | 17 Een vriend heeft te
523 Spre 18:17 | 17 Die de eerste is in
524 Spre 19:17 | 17 Die zich des armen
525 Spre 20:17 | 17 Het brood der leugen
526 Spre 21:17 | 17 Die blijdschap liefheeft,
527 Spre 22:17 | 17 Neig uw oor, en hoor
528 Spre 23:17 | 17 Uw hart zij niet nijdig
529 Spre 24:17 | 17 Verblijd u niet als
530 Spre 25:17 | 17 Spaar uw voet van het
531 Spre 26:17 | 17 De voorbijgaande, die
532 Spre 27:17 | 17 Ijzer scherpt men met
533 Spre 28:17 | 17 Een mens, gedrukt om
534 Spre 29:17 | 17 Tuchtig uw zoon, en
535 Spre 30:17 | 17 Het oog, dat den vader
536 Spre 31:17 | 17 Cheth. Zij gordt haar
537 Pred 1:17 | 17 En ik begaf mijn hart
538 Pred 2:17 | 17 Daarom haatte ik dit
539 Pred 3:17 | 17 Ik zeide in mijn hart:
540 Pred 4:17 | 17 Bewaar uw voet, als
541 Pred 5:17 | 17 Ziet, wat ik gezien
542 Pred 7:17 | 17 Wees niet al te goddeloos,
543 Pred 8:17 | 17 Toen zag ik alle werk
544 Pred 9:17 | 17 De woorden der wijzen
545 Pred 10:17 | 17 Welgelukzalig zijt
546 Hoo 1:17 | 17 De balken onzer huizen
547 Hoo 2:17 | 17 Totdat de dag aankomt,
548 Jes 1:17 | 17 Leert goed doen, zoekt
549 Jes 2:17 | 17 En de hoogheid der
550 Jes 3:17 | 17 Zo zal de HEERE den
551 Jes 5:17 | 17 En de lammeren zullen
552 Jes 7:17 | 17 Doch de HEERE zal over
553 Jes 8:17 | 17 Daarom zal ik den Heere
554 Jes 9:17 | 17 Want de goddeloosheid
555 Jes 10:17 | 17 Want het Licht van
556 Jes 13:17 | 17 Ziet, Ik zal de Meden
557 Jes 14:17 | 17 Die de wereld als een
558 Jes 17 | 17 ~
559 Jes 19:17 | 17 En het land van Juda
560 Jes 21:17 | 17 En het overgebleven
561 Jes 22:17 | 17 Zie, de HEERE zal u
562 Jes 23:17 | 17 Want het zal geschieden
563 Jes 24:17 | 17 De vrees, en de kuil,
564 Jes 26:17 | 17 Gelijk een bevruchte
565 Jes 28:17 | 17 En Ik zal het gericht
566 Jes 29:17 | 17 Is het niet nog om
567 Jes 30:17 | 17 Een duizend van het
568 Jes 32:17 | 17 En het werk der gerechtigheid
569 Jes 33:17 | 17 Uw ogen zullen den
570 Jes 34:17 | 17 Want Hij Zelf heeft
571 Jes 36:17 | 17 Totdat ik kom en u
572 Jes 37:17 | 17 O HEERE! neig Uw oor
573 Jes 38:17 | 17 Zie, in vrede is mij
574 Jes 40:17 | 17 Alle volken zijn als
575 Jes 41:17 | 17 De ellendigen en nooddruftigen
576 Jes 42:17 | 17 Maar die zich op gesneden
577 Jes 43:17 | 17 Die wagenen en paarden,
578 Jes 44:17 | 17 Het overige nu daarvan
579 Jes 45:17 | 17 Maar Israel wordt verlost
580 Jes 48:17 | 17 Alzo zegt de HEERE,
581 Jes 49:17 | 17 Uw zonen zullen zich
582 Jes 51:17 | 17 Waak op, waak op, sta
583 Jes 54:17 | 17 Alle instrument, dat
584 Jes 58:17 | 17 Ik was verbolgen over
585 Jes 60:17 | 17 Want Hij trok gerechtigheid
586 Jes 61:17 | 17 Voor koper zal Ik goud
587 Jes 64:17 | 17 HEERE! waarom doet
588 Jes 66:17 | 17 Want ziet, Ik schep
589 Jes 67:17 | 17 Die zichzelven heiligen,
590 Jer 1:17 | 17 Gij dan, gord uw lendenen,
591 Jer 2:17 | 17 Doet gij dit niet zelven,
592 Jer 3:17 | 17 Te dier tijd zullen
593 Jer 4:17 | 17 Als de wachters der
594 Jer 5:17 | 17 En het zal uw oogst
595 Jer 6:17 | 17 Ik heb ook wachters
596 Jer 7:17 | 17 Ziet gij niet, wat
597 Jer 8:17 | 17 Want ziet, Ik zend
598 Jer 9:17 | 17 Zo zegt de HEERE der
599 Jer 10:17 | 17 Raap uw kramerij weg
600 Jer 11:17 | 17 Want de HEERE der heirscharen,
601 Jer 12:17 | 17 Maar indien zij niet
602 Jer 13:17 | 17 Zult gijlieden dat
603 Jer 14:17 | 17 Daarom zult gij dit
604 Jer 15:17 | 17 Ik heb in den raad
605 Jer 16:17 | 17 Want Mijn ogen zijn
606 Jer 17 | 17 ~
607 Jer 17:17 | 17 Wees Gij mij niet tot
608 Jer 18:17 | 17 Als een oostenwind
609 Jer 20:17 | 17 Dat Hij mij niet gedood
610 Jer 22:17 | 17 Maar uw ogen en uw
611 Jer 23:17 | 17 Zij zeggen steeds tot
612 Jer 25:17 | 17 En ik nam den beker
613 Jer 26:17 | 17 Ook stonden er mannen
614 Jer 27:17 | 17 Hoort niet naar hen,
615 Jer 28:17 | 17 Alzo stierf de profeet
616 Jer 29:17 | 17 Alzo zegt de HEERE
617 Jer 30:17 | 17 Want Ik zal u de gezondheid
618 Jer 31:17 | 17 En er is verwachting
619 Jer 32:17 | 17 Ach, Heere HEERE! Zie,
620 Jer 33:17 | 17 Want zo zegt de HEERE:
621 Jer 34:17 | 17 Daarom zegt de HEERE
622 Jer 35:17 | 17 Daarom alzo zegt de
623 Jer 36:17 | 17 En zij vraagden Baruch,
624 Jer 37:17 | 17 Zo zond de koning Zedekia
625 Jer 38:17 | 17 Jeremia dan zeide tot
626 Jer 39:17 | 17 Maar Ik zal u te dien
627 Jer 41:17 | 17 En zij togen henen,
628 Jer 42:17 | 17 Zo zullen al de mannen
629 Jer 44:17 | 17 Maar wij zullen ganselijk
630 Jer 46:17 | 17 Daar riepen zij: Farao,
631 Jer 48:17 | 17 Beklaagt hem, gij allen,
632 Jer 49:17 | 17 Alzo zal Edom worden
633 Jer 50:17 | 17 Israel is een verbijsterd
634 Jer 51:17 | 17 Een ieder mens is onvernuftig
635 Jer 52:17 | 17 Verder braken de Chaldeen
636 Klaa 1:17 | 17 Pe. Sion breidt haar
637 Klaa 1:39 | 17 Ain. De HEERE heeft
638 Klaa 1:61 | 17 Vau. En Gij hebt mijn
639 Klaa 1:127| 17 Ain. Nog bezweken ons
640 Klaa 2:17 | 17 Daarom is ons hart
641 Eze 1:17 | 17 Als zij gingen, zij
642 Eze 3:17 | 17 Mensenkind! Ik heb
643 Eze 4:17 | 17 Opdat zij des broods
644 Eze 5:17 | 17 Ja, honger en boos
645 Eze 7:17 | 17 Alle handen zullen
646 Eze 8:17 | 17 Toen zeide Hij tot
647 Eze 10:17 | 17 Als die stonden, stonden
648 Eze 11:17 | 17 Daarom zeg: Alzo zegt
649 Eze 12:17 | 17 Daarna geschiedde het
650 Eze 13:17 | 17 En gij, mensenkind,
651 Eze 14:17 | 17 Of als Ik het zwaard
652 Eze 16:17 | 17 Daartoe hebt gij genomen
653 Eze 17 | l 17 ~
654 Eze 17:17 | 17 Ook zal Farao, door
655 Eze 18:17 | 17 Zijn hand van den ellendige
656 Eze 20:17 | 17 Doch Mijn oog verschoonde
657 Eze 21:17 | 17 En Ik Zelf zal ook
658 Eze 22:17 | 17 Wijders geschiedde
659 Eze 23:17 | 17 De kinderen van Babel
660 Eze 24:17 | 17 Houd stil van kermen,
661 Eze 25:17 | 17 En Ik zal grote wraak
662 Eze 26:17 | 17 En zij zullen een klaaglied
663 Eze 27:17 | 17 Juda en het land Israels
664 Eze 28:17 | 17 Uw hart verheft zich
665 Eze 29:17 | 17 Voorts gebeurde het
666 Eze 30:17 | 17 De jongelingen van
667 Eze 31:17 | 17 Diezelve daalden ook
668 Eze 32:17 | 17 Voorts gebeurde het
669 Eze 33:17 | 17 Nog zeggen de kinderen
670 Eze 34:17 | 17 Want gij, o Mijn schapen!
671 Eze 36:17 | 17 Mensenkind! het huis
672 Eze 37:17 | 17 Doe gij ze dan naderen,
673 Eze 38:17 | 17 Zo zegt de Heere HEERE:
674 Eze 39:17 | 17 Gij dan, mensenkind!
675 Eze 40:17 | 17 Voorts bracht hij mij
676 Eze 41:17 | 17 Tot hetgeen boven de
677 Eze 42:17 | 17 Hij mat de noordzijde,
678 Eze 43:17 | 17 En het afzetsel veertien
679 Eze 44:17 | 17 En het zal geschieden,
680 Eze 45:17 | 17 En het zal den vorst
681 Eze 46:17 | 17 Maar wanneer hij van
682 Eze 47:17 | 17 Alzo zal de landpale
683 Eze 48:17 | 17 De voorsteden nu der
684 Dan 1:17 | 17 Aan deze vier jongelingen
685 Dan 2:17 | 17 Toen ging Daniel naar
686 Dan 3:17 | 17 Zal het zo zijn, onze
687 Dan 4:17 | 17 Deze zaak is in het
688 Dan 5:17 | 17 Toen antwoordde Daniel,
689 Dan 6:17 | 17 Toen beval de koning,
690 Dan 7:17 | 17 Deze grote dieren,
691 Dan 8:17 | 17 En hij kwam nevens
692 Dan 9:17 | 17 En nu, o onze God!
693 Dan 10:17 | 17 En hoe kan de knecht
694 Dan 11:17 | 17 En hij zal zijn aangezicht
695 Hos 2:17 | 17 En Ik zal te dien dage
696 Hos 4:17 | 17 Efraim is vergezeld
697 Hos 9:17 | 17 Mijn God zal ze verwerpen,
698 Joe 1:17 | 17 De granen zijn onder
699 Joe 2:17 | 17 Laat de priesters,
700 Joe 3:17 | 17 En gijlieden zult weten,
701 Amos 5:17 | 17 Ja, in alle wijngaarden
702 Amos 7:17 | 17 Daarom zegt de HEERE
703 Oba 1:17 | 17 Maar op den berg Sions
704 Jona 1:17 | 17 De HEERE nu beschikte
705 Mic 7:17 | 17 Zij zullen het stof
706 Nah 3:17 | 17 Uw gekroonden zijn
707 Zep 1:17 | 17 En Ik zal de mensen
708 Zep 3:17 | 17 De HEERE uw God, is
709 Zac 1:17 | 17 Roep nog, zeggende:
710 Zac 8:17 | 17 En denkt niet de een
711 Zac 9:17 | 17 Want hoe groot zal
712 Zac 11:17 | 17 Wee den nietigen herder,
713 Zac 14:17 | 17 En het zal geschieden,
714 Mal 2:17 | 17 Gij vermoeit den HEERE
715 Mal 3:17 | 17 En zij zullen, zegt
716 Matt 1:17 | 17 Al de geslachten dan, van
717 Matt 2:17 | 17 Toen is vervuld geworden,
718 Matt 2:40 | 17 En ziet, een stem uit de
719 Matt 4:17 | 17 Van toen aan heeft Jezus
720 Matt 5:17 | 17 Meent niet, dat Ik gekomen
721 Matt 6:17 | 17 Maar gij, als gij vast,
722 Matt 7:17 | 17 Alzo een ieder goede boom
723 Matt 8:17 | 17 Opdat vervuld zou worden,
724 Matt 9:17 | 17 Noch doet men nieuwen wijn
725 Matt 10:17 | 17 Maar wacht u voor de mensen;
726 Matt 11:17 | 17 En zeggen: Wij hebben u
727 Matt 12:17 | 17 Opdat vervuld zou worden,
728 Matt 13:17 | 17 Want voorwaar zeg Ik u,
729 Matt 14:17 | 17 Doch zij zeiden tot Hem:
730 Matt 15:17 | 17 Verstaat gij nog niet, dat
731 Matt 16:17 | 17 En Jezus, antwoordende,
732 Matt 17 | 17 ~
733 Matt 17:17 | 17 En Jezus, antwoordende,
734 Matt 18:17 | 17 En indien hij denzelven
735 Matt 19:17 | 17 En Hij zeide tot hem: Wat
736 Matt 20:17 | 17 En Jezus, opgaande naar
737 Matt 21:17 | 17 En hen verlatende, ging
738 Matt 22:17 | 17 Zeg ons dan: wat dunkt U?
739 Matt 23:17 | 17 Gij dwazen en blinden, want
740 Matt 24:17 | 17 Die op het dak is, kome
741 Matt 25:17 | 17 Desgelijks ook die de twee
742 Matt 26:17 | 17 En op den eerste dag der
743 Matt 27:17 | 17 Als zij dan vergaderd waren,
744 Matt 28:17 | 17 En als zij Hem zagen, baden
745 Mark 1:17 | 17 En Jezus zeide tot hen:
746 Mark 2:17 | 17 En Jezus, dat horende, zeide
747 Mark 3:17 | 17 En Jakobus, den zoon van
748 Mark 4:17 | 17 En hebben geen wortel in
749 Mark 5:17 | 17 En zij begonnen Hem te bidden,
750 Mark 6:17 | 17 Want dezelve Herodes, enigen
751 Mark 7:17 | 17 En toen Hij van de schare
752 Mark 8:17 | 17 En Jezus, dat bekennende,
753 Mark 9:17 | 17 En een uit de schare, antwoordende,
754 Mark 10:17 | 17 En als Hij uitging op den
755 Mark 11:17 | 17 En Hij leerde, zeggende
756 Mark 12:17 | 17 En Jezus, antwoordende,
757 Mark 13:17 | 17 Maar wee den bevruchten
758 Mark 14:17 | 17 En als het avond geworden
759 Mark 15:17 | 17 En deden Hem een purperen
760 Mark 16:17 | 17 En degenen, die geloofd
761 Luk 1:17 | 17 En hij zal voor Hem heengaan,
762 Luk 2:17 | 17 En als zij Het gezien hadden,
763 Luk 3:17 | 17 Wiens wan in Zijn hand is,
764 Luk 4:17 | 17 En Hem werd gegeven het
765 Luk 5:17 | 17 En het geschiedde in een
766 Luk 6:17 | 17 En met hen afgekomen zijnde,
767 Luk 7:17 | 17 En dit gerucht van Hem ging
768 Luk 8:17 | 17 Want er is niets verborgen,
769 Luk 9:17 | 17 En zij aten en werden allen
770 Luk 10:17 | 17 En de zeventigen zijn wedergekeerd
771 Luk 11:17 | 17 Maar Hij, kennende hun gedachten,
772 Luk 12:17 | 17 En hij overleide bij zichzelven,
773 Luk 13:17 | 17 En als Hij dit zeide, werden
774 Luk 14:17 | 17 En hij zond zijn dienstknecht
775 Luk 15:17 | 17 En tot zichzelven gekomen
776 Luk 16:17 | 17 En het is lichter, dat de
777 Luk 17 | 17 ~
778 Luk 17:17 | 17 En Jezus, antwoordende,
779 Luk 18:17 | 17 Voorwaar, zeg Ik u: Zo wie
780 Luk 19:17 | 17 En hij zeide tot hem: Wel,
781 Luk 20:17 | 17 Maar Hij zag hen aan, en
782 Luk 21:17 | 17 En gij zult van allen gehaat
783 Luk 22:17 | 17 En als Hij een drinkbeker
784 Luk 23:17 | 17 En hij moest hun op het
785 Luk 24:17 | 17 En Hij zeide tot hen: Wat
786 Joha 1:17 | 17 Want de wet is door Mozes
787 Joha 2:17 | 17 En Zijn discipelen werden
788 Joha 3:17 | 17 Want God heeft Zijn Zoon
789 Joha 4:17 | 17 De vrouw antwoordde en zeide:
790 Joha 5:17 | 17 En Jezus antwoordde hun:
791 Joha 6:17 | 17 En in het schip gegaan zijnde,
792 Joha 7:17 | 17 Zo iemand wil Deszelfs wil
793 Joha 8:17 | 17 En er is ook in uw wet geschreven,
794 Joha 9:17 | 17 Zij zeiden wederom tot den
795 Joha 10:17 | 17 Daarom heeft mij de Vader
796 Joha 11:17 | 17 Jezus dan, gekomen zijnde,
797 Joha 12:17 | 17 De schare dan, die met Hem
798 Joha 13:17 | 17 Indien gij deze dingen weet,
799 Joha 14:17 | 17 Namelijk den Geest der waarheid,
800 Joha 15:17 | 17 Dit gebied Ik u, opdat gij
801 Joha 16:17 | 17 Sommigen dan uit Zijn discipelen
802 Joha 17 | 17 ~
803 Joha 17:17 | 17 Heilig ze in Uw waarheid;
804 Joha 18:17 | 17 De dienstmaagd dan, die
805 Joha 19:17 | 17 En Hij, dragende Zijn kruis,
806 Joha 20:17 | 17 Jezus zeide tot haar: Raak
807 Joha 21:17 | 17 Hij zeide tot hem ten derden
808 Hand 1:17 | 17 Want hij was met ons gerekend,
809 Hand 2:17 | 17 En het zal zijn in de laatste
810 Hand 3:17 | 17 En nu, broeders, ik weet,
811 Hand 4:17 | 17 Maar opdat het niet meer
812 Hand 5:17 | 17 En alzo Petrus in zichzelven
813 Hand 6:17 | 17 Indien dan God hun evengelijke
814 Hand 6:47 | 17 En als hij hen met de hand
815 Hand 7:17 | 17 De God van dit volk Israel
816 Hand 8:17 | 17 Hoewel Hij nochtans Zichzelven
817 Hand 9:17 | 17 Opdat de overblijvende mensen
818 Hand 10:17 | 17 Dezelve volgde Paulus en
819 Hand 11 | 17 ~
820 Hand 11:17 | 17 Hij handelde dan in de synagoge
821 Hand 12:17 | 17 Maar al de Grieken namen
822 Hand 13:17 | 17 En dit werd allen bekend,
823 Hand 14:17 | 17 Maar hij zond van Milete
824 Hand 15:17 | 17 En als wij te Jeruzalem
825 Hand 16:17 | 17 En het gebeurde mij, als
826 Hand 17:17 | 17 En Paulus riep tot zich
827 Hand 18:17 | 17 Doch na vele jaren ben ik
828 Hand 19:17 | 17 Als zij dan gezamenlijk
829 Hand 20:17 | 17 Verlossende u van dit volk,
830 Hand 21:17 | 17 Dewelke opgehaald hebbende,
831 Hand 22:17 | 17 En het geschiedde na drie
832 Rom 1:17 | 17 Want de rechtvaardigheid
833 Rom 2:17 | 17 Zie, gij wordt een Jood
834 Rom 3:17 | 17 En den weg des vredes hebben
835 Rom 4:17 | 17 (Gelijk geschreven staat:
836 Rom 5:17 | 17 Want indien door de misdaad
837 Rom 6:17 | 17 Maar Gode zij dank, dat
838 Rom 7:17 | 17 Ik dan doe datzelve nu niet
839 Rom 8:17 | 17 En indien wij kinderen zijn,
840 Rom 9:17 | 17 Want de Schrift zegt tot
841 Rom 10:17 | 17 Zo is dan het geloof uit
842 Rom 11:17 | 17 En zo enige der takken afgebroken
843 Rom 12:17 | 17 Vergeldt niemand kwaad voor
844 Rom 14:17 | 17 Want het Koninkrijk Gods
845 Rom 15:17 | 17 Zo heb ik dan roem in Christus
846 Rom 16:17 | 17 En ik bid u, broeders, neemt
847 1Kor 1:17 | 17 Want Christus heeft mij
848 1Kor 3:17 | 17 Zo iemand den tempel Gods
849 1Kor 4:17 | 17 Daarom heb ik Timotheus
850 1Kor 6:17 | 17 Maar die den Heere aanhangt,
851 1Kor 7:17 | 17 Doch gelijk God aan een
852 1Kor 9:17 | 17 Want indien ik dat gewillig
853 1Kor 10:17 | 17 Want een brood is het, zo
854 1Kor 11:17 | 17 Dit nu, hetgeen ik u aanzegge,
855 1Kor 12:17 | 17 Ware het gehele lichaam
856 1Kor 14:17 | 17 Want gij dankzegt wel behoorlijk,
857 1Kor 15:17 | 17 En indien Christus niet
858 1Kor 16:17 | 17 En ik verblijde mij over
859 2Kor 1:17 | 17 Als ik dan dit voorgenomen
860 2Kor 2:17 | 17 Want wij dragen niet, gelijk
861 2Kor 3:17 | 17 De Heere nu is de Geest;
862 2Kor 4:17 | 17 Want onze lichte verdrukking,
863 2Kor 5:17 | 17 Zo dan, indien iemand in
864 2Kor 6:17 | 17 Daarom gaat uit het midden
865 2Kor 8:17 | 17 Dat hij de vermaning heeft
866 2Kor 10:17 | 17 Doch wie roemt, die roeme
867 2Kor 11:17 | 17 Dat ik spreek, spreek ik
868 2Kor 12:17 | 17 Heb ik door iemand dergenen,
869 Gal 1:17 | 17 En ben niet wederom gegaan
870 Gal 2:17 | 17 Maar indien wij, die in
871 Gal 3:17 | 17 En dit zeg ik: Het verbond,
872 Gal 4:17 | 17 Zij ijveren niet recht over
873 Gal 5:17 | 17 Want het vlees begeert tegen
874 Gal 6:17 | 17 Voorts, niemand doe mij
875 Efez 1:17 | 17 Opdat de God van onzen Heere
876 Efez 2:17 | 17 En komende, heeft Hij door
877 Efez 3:17 | 17 Opdat Christus door het
878 Efez 4:17 | 17 Ik zeg dan dit, en betuig
879 Efez 5:17 | 17 Daarom zijt niet onverstandig,
880 Efez 6:17 | 17 En neemt den helm der zaligheid,
881 Fili 1:17 | 17 Doch dezen uit liefde, dewijl
882 Fili 2:17 | 17 Ja, indien ik ook tot een
883 Fili 3:17 | 17 Weest mede mijn navolgers,
884 Fili 4:17 | 17 Niet dat ik de gave zoek,
885 Kol 1:17 | 17 En Hij is voor alle dingen,
886 Kol 2:17 | 17 Welke zijn een schaduw der
887 Kol 3:17 | 17 En al wat gij doet met woorden
888 Kol 4:17 | 17 En zegt aan Archippus: Zie
889 1The 2:17 | 17 Maar wij, broeders, van
890 1The 4:17 | 17 Daarna wij, die levend overgebleven
891 1The 5:17 | 17 Bidt zonder ophouden. ~
892 2The 2:17 | 17 Vertrooste uw harten, en
893 2The 3:17 | 17 De groetenis met mijn hand,
894 1Tim 1:17 | 17 Den Koning nu der eeuwen,
895 1Tim 5:17 | 17 Dat de ouderlingen, die
896 1Tim 6:17 | 17 Beveel den rijken in deze
897 2Tim 1:17 | 17 Maar als hij te Rome gekomen
898 2Tim 2:17 | 17 En hun woord zal voorteten,
899 2Tim 3:17 | 17 Opdat de mens Gods volmaakt
900 2Tim 4:17 | 17 Maar de Heere heeft mij
901 File 1:17 | 17 Indien gij mij dan houdt
902 Heb 2:17 | 17 Waarom Hij in alles den
903 Heb 3:17 | 17 Over welke nu is Hij vertoornd
904 Heb 6:17 | 17 Waarin God, willende den
905 Heb 7:17 | 17 Want Hij getuigt: Gij zijt
906 Heb 9:17 | 17 Want een testament is vast
907 Heb 10:17 | 17 En hun zonden en hun ongerechtigheden
908 Heb 11:17 | 17 Door het geloof heeft Abraham,
909 Heb 12:17 | 17 Want gij weet, dat hij ook
910 Heb 13:17 | 17 Zijt uw voorgangeren gehoorzaam,
911 Jako 1:17 | 17 Alle goede gave, en alle
912 Jako 2:17 | 17 Alzo ook het geloof, indien
913 Jako 3:17 | 17 Maar de wijsheid, die van
914 Jako 4:17 | 17 Wie dan weet goed te doen,
915 Jako 5:17 | 17 Elias was een mens van gelijke
916 1Pet 1:17 | 17 En indien gij tot een Vader
917 1Pet 2:17 | 17 Eert een iegelijk; hebt
918 1Pet 3:17 | 17 Want het is beter, dat gij,
919 1Pet 4:17 | 17 Want het is de tijd, dat
920 2Pet 1:17 | 17 Want Hij heeft van God den
921 2Pet 2:17 | 17 Dezen zijn waterloze fonteinen,
922 2Pet 3:17 | 17 Gij dan, geliefden, zulks
923 1Joh 2:17 | 17 En de wereld gaat voorbij,
924 1Joh 3:17 | 17 Zo wie nu het goed der wereld
925 1Joh 4:17 | 17 Hierin is de liefde bij
926 1Joh 5:17 | 17 Alle ongerechtigheid is
927 Jud 1:17 | 17 Maar geliefden, gedenkt
928 Open 1:17 | 17 En toen ik Hem zag, viel
929 Open 2:17 | 17 Die oren heeft, die hore,
930 Open 3:17 | 17 Want gij zegt: Ik ben rijk,
931 Open 6:17 | 17 Want de grote dag Zijns
932 Open 7:17 | 17 Want het Lam, Dat in het
933 Open 9:17 | 17 En ik zag alzo de paarden
934 Open 11:17 | 17 Zeggende: Wij danken U,
935 Open 12:17 | 17 En de draak vergrimde op
936 Open 13:17 | 17 En dat niemand mag kopen
937 Open 14:17 | 17 En een andere engel kwam
938 Open 16:17 | 17 En de zevende engel goot
939 Open 17 | 17 ~
940 Open 17:17 | 17 Want God heeft hun in hun
941 Open 18:17 | 17 En alle stuurlieden, en
942 Open 19:17 | 17 En ik zag een engel, staande
943 Open 21:17 | 17 En hij mat haar muur op
944 Open 22:17 | 17 En de Geest en de Bruid
1-500 | 501-944 |