1-500 | 501-792
Book Chapter: Verse
501 Jer 5:21 | 21 Hoort nu dit, gij dwaas
502 Jer 6:21 | 21 Daarom zegt de HEERE
503 Jer 7:21 | 21 Zo zegt de HEERE der
504 Jer 8:21 | 21 Ik ben gebroken vanwege
505 Jer 9:21 | 21 Want de dood is geklommen
506 Jer 10:21 | 21 Want de herders zijn
507 Jer 11:21 | 21 Daarom, zo zegt de
508 Jer 13:21 | 21 Wat zult gij zeggen,
509 Jer 14:21 | 21 Versmaad ons niet,
510 Jer 15:21 | 21 Ja, Ik zal u rukken
511 Jer 16:21 | 21 Daarom, ziet, Ik zal
512 Jer 17:21 | 21 Zo zegt de HEERE: Wacht
513 Jer 18:21 | 21 Daarom, geef hun zonen
514 Jer 21 | 21 ~
515 Jer 22:21 | 21 Ik sprak u aan in uw
516 Jer 23:21 | 21 Ik heb die profeten
517 Jer 25:21 | 21 Edom, en Moab, en den
518 Jer 26:21 | 21 En als de koning Jojakim,
519 Jer 27:21 | 21 Ja, zo zegt de HEERE
520 Jer 29:21 | 21 Zo zegt de HEERE der
521 Jer 30:21 | 21 En zijn Heerlijke zal
522 Jer 31:21 | 21 Richt u merktekenen
523 Jer 32:21 | 21 En hebt Uw volk Israel
524 Jer 33:21 | 21 Zo zal ook vernietigd
525 Jer 34:21 | 21 Zelfs Zedekia, den
526 Jer 36:21 | 21 Toen zond de koning
527 Jer 37:21 | 21 Toen gaf de koning
528 Jer 38:21 | 21 Maar indien gij weigert
529 Jer 42:21 | 21 Nu heb ik het u heden
530 Jer 44:21 | 21 Het roken, dat gijlieden
531 Jer 46:21 | 21 Zelfs haar gehuurden
532 Jer 48:21 | 21 En het oordeel is gekomen
533 Jer 49:21 | 21 De aarde heeft gebeefd
534 Jer 50:21 | 21 Tegen het land Merathaim,
535 Jer 51:21 | 21 En door u zal Ik in
536 Jer 52:21 | 21 Aangaande de pilaren,
537 Klaa 1:21 | 21 Schin. Zij horen, dat
538 Klaa 1:43 | 21 Schin. De jongen en
539 Klaa 1:65 | 21 Zain. Dit zal ik mij
540 Klaa 1:131| 21 Schin. Wees vrolijk,
541 Klaa 2:21 | 21 HEERE, bekeer ons tot
542 Eze 1:21 | 21 Als die gingen, gingen
543 Eze 3:21 | 21 Doch als gij den rechtvaardige
544 Eze 7:21 | 21 En Ik zal het in de
545 Eze 10:21 | 21 Elkeen had vier aangezichten,
546 Eze 11:21 | 21 Maar welker hart het
547 Eze 12:21 | 21 Wederom geschiedde
548 Eze 13:21 | 21 Daartoe zal Ik uw hoofddeksels
549 Eze 14:21 | 21 Want alzo zegt de Heere
550 Eze 16:21 | 21 Dat gij Mijn kinderen
551 Eze 17:21 | 21 Daartoe zullen al zijn
552 Eze 18:21 | 21 Maar wanneer de goddeloze
553 Eze 20:21 | 21 Maar die kinderen waren
554 Eze 21 | 21 ~
555 Eze 21:21 | 21 Want de koning van
556 Eze 22:21 | 21 Ja, Ik zal u bijeenbrengen,
557 Eze 23:21 | 21 Alzo hebt gij weder
558 Eze 24:21 | 21 Zeg tot het huis Israels:
559 Eze 26:21 | 21 Maar u zal Ik tot een
560 Eze 27:21 | 21 Arabie en alle vorsten
561 Eze 28:21 | 21 Mensenkind! zet uw
562 Eze 29:21 | 21 Te dien dage zal Ik
563 Eze 30:21 | 21 Mensenkind! Ik heb
564 Eze 32:21 | 21 De machtigste der helden
565 Eze 33:21 | 21 En het geschiedde in
566 Eze 34:21 | 21 Omdat gij al de zwakken
567 Eze 36:21 | 21 Maar Ik verschoonde
568 Eze 37:21 | 21 Spreek dan tot hen:
569 Eze 38:21 | 21 Want Ik zal het zwaard
570 Eze 39:21 | 21 En Ik zal Mijn eer
571 Eze 40:21 | 21 En haar kamertjes,
572 Eze 41:21 | 21 De posten des tempels
573 Eze 43:21 | 21 Daarna zult gij den
574 Eze 44:21 | 21 Ook zal geen priester
575 Eze 45:21 | 21 In de eerste maand,
576 Eze 46:21 | 21 Toen bracht hij mij
577 Eze 47:21 | 21 Ditzelve land nu zult
578 Eze 48:21 | 21 En het overgelatene
579 Dan 1:21 | 21 En Daniel bleef tot
580 Dan 2:21 | 21 Want Hij verandert
581 Dan 3:21 | 21 Toen werden die mannen
582 Dan 4:21 | 21 En wiens loof schoon,
583 Dan 5:21 | 21 En hij werd van de
584 Dan 6:21 | 21 Als hij nu tot den
585 Dan 7:21 | 21 Ik had gezien, dat
586 Dan 8:21 | 21 Die harige bok nu,
587 Dan 9:21 | 21 Als ik nog sprak in
588 Dan 10:21 | 21 Doch Ik zal u te kennen
589 Dan 11:21 | 21 Daarna zal er een verachte
590 Hos 2:21 | 21 En de aarde zal het
591 Joe 2:21 | 21 Vrees niet, o land!
592 Joe 3:21 | 21 En Ik zal hunlieder
593 Amos 5:21 | 21 Ik haat, Ik versmaad
594 Oba 1:21 | 21 En er zullen heilanden
595 Zac 1:21 | 21 Toen zeide ik: Wat
596 Zac 8:21 | 21 En de inwoners der
597 Zac 14:21 | 21 Ja, al de potten in
598 Matt 1:21 | 21 En zij zal een Zoon baren,
599 Matt 2:21 | 21 Hij dan, opgestaan zijnde,
600 Matt 4:21 | 21 En Hij, van daar voortgegaan
601 Matt 5:21 | 21 Gij hebt gehoord, dat tot
602 Matt 6:21 | 21 Want waar uw schat is, daar
603 Matt 7:21 | 21 Niet een iegelijk, die tot
604 Matt 8:21 | 21 En een ander uit Zijn discipelen
605 Matt 9:21 | 21 Want zij zeide in zichzelven:
606 Matt 10:21 | 21 En de ene broeder zal den
607 Matt 11:21 | 21 Wee u, Chorazin! wee u Bethsaida!
608 Matt 12:21 | 21 En in Zijn Naam zullen de
609 Matt 13:21 | 21 Doch hij heeft geen wortel
610 Matt 14:21 | 21 Die nu gegeten hadden, waren
611 Matt 15:21 | 21 En Jezus van daar gaande,
612 Matt 16:21 | 21 Van toen aan begon Jezus
613 Matt 17:21 | 21 Maar dit geslacht vaart
614 Matt 18:21 | 21 Toen kwam Petrus tot Hem,
615 Matt 19:21 | 21 Jezus zeide tot hem: Zo
616 Matt 20:21 | 21 En Hij zeide tot haar: Wat
617 Matt 21 | 21 ~
618 Matt 21:21 | 21 Doch Jezus, antwoordende,
619 Matt 22:21 | 21 Zij zeiden tot Hem: Des
620 Matt 23:21 | 21 En wie zweert bij den tempel,
621 Matt 24:21 | 21 Want alsdan zal grote verdrukking
622 Matt 25:21 | 21 En zijn heer zeide tot hem:
623 Matt 26:21 | 21 En toen zij aten, zeide
624 Matt 27:21 | 21 En de stadhouder, antwoordende,
625 Mark 1:21 | 21 En zij kwamen binnen Kapernaum;
626 Mark 2:21 | 21 En niemand naait een lap
627 Mark 3:21 | 21 En als degenen, die Hem
628 Mark 4:21 | 21 En Hij zeide tot hen: Komt
629 Mark 5:21 | 21 En als Jezus wederom in
630 Mark 6:21 | 21 En als er een welgelegen
631 Mark 7:21 | 21 Want van binnen uit het
632 Mark 8:21 | 21 En Hij zeide tot hen: Hoe
633 Mark 9:21 | 21 En Hij vraagde zijn vader:
634 Mark 10:21 | 21 En Jezus, hem aanziende,
635 Mark 11:21 | 21 En Petrus, zulks indachtig
636 Mark 12:21 | 21 De tweede nam haar ook,
637 Mark 13:21 | 21 En alsdan, zo iemand tot
638 Mark 14:21 | 21 De Zoon des mensen gaat
639 Mark 15:21 | 21 En zij dwongen een Simon
640 Luk 1:21 | 21 En het volk was wachtende
641 Luk 2:21 | 21 En als acht dagen vervuld
642 Luk 3:21 | 21 En het geschiedde, toen
643 Luk 4:21 | 21 En Hij begon tot hen te
644 Luk 5:21 | 21 En de Schriftgeleerden en
645 Luk 6:21 | 21 Zalig zijt gij, die nu hongert;
646 Luk 7:21 | 21 En in dezelfde ure genas
647 Luk 8:21 | 21 Maar Hij antwoordde en zeide
648 Luk 9:21 | 21 En Hij gebood hun scherpelijk
649 Luk 10:21 | 21 Te dier ure verheugde Zich
650 Luk 11:21 | 21 Wanneer een sterke gewapende
651 Luk 12:21 | 21 Alzo is het met dien, die
652 Luk 13:21 | 21 Het is gelijk aan een zuurdesem,
653 Luk 14:21 | 21 En dezelve dienstknecht
654 Luk 15:21 | 21 En de zoon zeide tot hem:
655 Luk 16:21 | 21 En begeerde verzadigd te
656 Luk 17:21 | 21 En men zal niet zeggen:
657 Luk 18:21 | 21 En hij zeide: Al deze dingen
658 Luk 19:21 | 21 Want ik vreesde u, omdat
659 Luk 20:21 | 21 En zij vraagden Hem, zeggende:
660 Luk 21 | 21 ~
661 Luk 21:21 | 21 Alsdan die in Judea zijn,
662 Luk 22:21 | 21 Doch ziet, de hand desgenen,
663 Luk 23:21 | 21 Maar zij riepen daartegen,
664 Luk 24:21 | 21 En wij hoopten, dat Hij
665 Joha 1:21 | 21 En zij vraagden hem: Wat
666 Joha 2:21 | 21 Maar Hij zeide dit van den
667 Joha 3:21 | 21 Maar die de waarheid doet,
668 Joha 4:21 | 21 Jezus zeide tot haar: Vrouw,
669 Joha 5:21 | 21 Want gelijk de Vader de
670 Joha 6:21 | 21 Zij hebben dan Hem gewilliglijk
671 Joha 7:21 | 21 Jezus antwoordde en zeide
672 Joha 8:21 | 21 Jezus dan zeide wederom
673 Joha 9:21 | 21 Maar hoe hij nu ziet, weten
674 Joha 10:21 | 21 Anderen zeiden: Dit zijn
675 Joha 11:21 | 21 Zo zeide Martha dan tot
676 Joha 12:21 | 21 Dezen dan gingen tot Filippus,
677 Joha 13:21 | 21 Jezus, deze dingen gezegd
678 Joha 14:21 | 21 Die Mijn geboden heeft,
679 Joha 15:21 | 21 Maar al deze dingen zullen
680 Joha 16:21 | 21 Een vrouw, wanneer zij baart,
681 Joha 17:21 | 21 Opdat zij allen een zijn,
682 Joha 18:21 | 21 Wat ondervraagt gij Mij?
683 Joha 19:21 | 21 De overpriesters dan der
684 Joha 20:21 | 21 Jezus dan zeide wederom
685 Joha 21 | 21 ~
686 Joha 21:21 | 21 Als Petrus dezen zag, zeide
687 Hand 1:21 | 21 Het is dan nodig, dat van
688 Hand 2:21 | 21 En het zal zijn, dat een
689 Hand 3:21 | 21 Welken de hemel moet ontvangen
690 Hand 4:21 | 21 Maar zij dreigden hen nog
691 Hand 5:21 | 21 En Petrus ging af tot de
692 Hand 6:21 | 21 En de hand des Heeren was
693 Hand 6:51 | 21 En op een gezetten dag,
694 Hand 7:21 | 21 En van toen aan begeerden
695 Hand 8:21 | 21 En als zij derzelve stad
696 Hand 9:21 | 21 Want Mozes heeft er van
697 Hand 10:21 | 21 En zij verkondigen zeden,
698 Hand 11:21 | 21 (Die van Athene nu allen,
699 Hand 12:21 | 21 Maar hij nam afscheid van
700 Hand 13:21 | 21 En als deze dingen volbracht
701 Hand 14:21 | 21 Betuigende, beiden Joden
702 Hand 15 | 21 ~
703 Hand 15:21 | 21 En zij zijn aangaande u
704 Hand 16:21 | 21 En Hij zeide tot mij: Ga
705 Hand 17:21 | 21 Doch geloof hen niet; want
706 Hand 18:21 | 21 Dan van dit enig woord,
707 Hand 19:21 | 21 En als Paulus zich beriep,
708 Hand 20:21 | 21 Om dezer zaken wil hebben
709 Hand 21:21 | 21 En als men langen tijd zonder
710 Hand 22:21 | 21 Maar zij zeiden tot hem:
711 Rom 1:21 | 21 Omdat zij, God kennende,
712 Rom 2:21 | 21 Die dan een anderen leert,
713 Rom 3:21 | 21 Maar nu is de rechtvaardigheid
714 Rom 4:21 | 21 En ten volle verzekerd zijnde,
715 Rom 5:21 | 21 Opdat, gelijk de zonde geheerst
716 Rom 6:21 | 21 Wat vrucht dan hadt gij
717 Rom 7:21 | 21 Zo vind ik dan deze wet
718 Rom 8:21 | 21 Op hoop, dat ook het schepsel
719 Rom 9:21 | 21 Of heeft de pottenbakker
720 Rom 10:21 | 21 Maar tegen Israel zegt Hij:
721 Rom 11:21 | 21 Want is het, dat God de
722 Rom 12:21 | 21 Wordt van het kwade niet
723 Rom 14:21 | 21 Het is goed geen vlees te
724 Rom 15:21 | 21 Maar gelijk geschreven is:
725 Rom 16:21 | 21 U groeten, Timotheus, mijn
726 1Kor 1:21 | 21 Want nademaal, in de wijsheid
727 1Kor 3:21 | 21 Niemand dan roeme op mensen;
728 1Kor 4:21 | 21 Wat wilt gij? Zal ik met
729 1Kor 7:21 | 21 Zijt gij, een dienstknecht
730 1Kor 9:21 | 21 Degenen, die zonder de wet
731 1Kor 10:21 | 21 Gij kunt den drinkbeker
732 1Kor 11:21 | 21 Want in het eten neemt een
733 1Kor 12:21 | 21 En het oog kan niet zeggen
734 1Kor 14:21 | 21 In de wet is geschreven:
735 1Kor 15:21 | 21 Want dewijl de dood door
736 1Kor 16:21 | 21 De groetenis met mijn hand
737 2Kor 1:21 | 21 Maar Die ons met u bevestigt
738 2Kor 5:21 | 21 Want Dien, Die geen zonde
739 2Kor 8:21 | 21 Als die bezorgen, hetgeen
740 2Kor 11:21 | 21 Ik zeg dit naar oneer, gelijk
741 2Kor 12:21 | 21 Opdat wederom, als ik zal
742 Gal 1:21 | 21 Daarna ben ik gekomen in
743 Gal 2:21 | 21 Ik doe de genade Gods niet
744 Gal 3:21 | 21 Is dan de wet tegen de beloftenissen
745 Gal 4:21 | 21 Zegt mij, gij, die onder
746 Gal 5:21 | 21 Nijd, moord, dronkenschappen,
747 Efez 1:21 | 21 Verre boven alle overheid,
748 Efez 2:21 | 21 Op Welken het gehele gebouw,
749 Efez 3:21 | 21 Hem, zeg ik, zij de heerlijkheid
750 Efez 4:21 | 21 Indien gij naar Hem gehoord
751 Efez 5:21 | 21 Elkander onderdanig zijnde
752 Efez 6:21 | 21 En opdat ook gij moogt weten
753 Fili 1:21 | 21 Want het leven is mij Christus,
754 Fili 2:21 | 21 Want zij zoeken allen het
755 Fili 3:21 | 21 Die ons vernederd lichaam
756 Fili 4:21 | 21 Groet alle heiligen in Christus
757 Kol 1:21 | 21 En Hij heeft u, die eertijds
758 Kol 2:21 | 21 Namelijk raak niet, en smaak
759 Kol 3:21 | 21 Gij vaders, tergt uw kinderen
760 1The 5:21 | 21 Beproeft alle dingen; behoudt
761 1Tim 5:21 | 21 Ik betuig voor God, en den
762 1Tim 6:21 | 21 Dewelke sommigen voorgevende,
763 2Tim 2:21 | 21 Indien dan iemand zichzelven
764 2Tim 4:21 | 21 Benaarstig u, om voor den
765 File 1:21 | 21 Ik heb aan u geschreven,
766 Heb 7:21 | 21 Maar Deze met eedzwering,
767 Heb 9:21 | 21 En hij besprengde desgelijks
768 Heb 10:21 | 21 En dewijl wij hebben een
769 Heb 11:21 | 21 Door het geloof heeft Jakob,
770 Heb 12:21 | 21 En Mozes, zo vreselijk was
771 Heb 13:21 | 21 Die volmake u in alle goed
772 Jako 1:21 | 21 Daarom, afgelegd hebbende
773 Jako 2:21 | 21 Abraham, onze vader, is
774 1Pet 1:21 | 21 Die door Hem gelooft in
775 1Pet 2:21 | 21 Want hiertoe zijt gij geroepen,
776 1Pet 3:21 | 21 Waarvan het tegenbeeld,
777 2Pet 1:21 | 21 Want de profetie is voortijds
778 2Pet 2:21 | 21 Want het ware hun beter,
779 1Joh 2:21 | 21 Ik heb u niet geschreven,
780 1Joh 3:21 | 21 Geliefden! Indien ons hart
781 1Joh 4:21 | 21 En dit gebod hebben wij
782 1Joh 5:21 | 21 Kinderkens, bewaart uzelven
783 Jud 1:21 | 21 Bewaart uzelven in de liefde
784 Open 2:21 | 21 En Ik heb haar tijd gegeven,
785 Open 3:21 | 21 Die overwint, Ik zal hem
786 Open 9:21 | 21 En hebben zich ook niet
787 Open 16:21 | 21 En een grote hagel, elk
788 Open 18:21 | 21 En een sterke engel hief
789 Open 19:21 | 21 En de overigen werden gedood
790 Open 21 | 21 ~
791 Open 21:21 | 21 En de twaalf poorten waren
792 Open 22:21 | 21 De genade van onzen Heere
1-500 | 501-792 |