Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
woonplaatsen 2
woonstede 10
woont 99
woord 778
woorde 4
woorden 542
woordenstrijd 2
Frequency    [«  »]
800 hart
792 21
787 af
778 woord
762 daar
736 22
734 laat

Bijbel

IntraText - Concordances

woord

1-500 | 501-778

    Book Chapter: Verse
501 Eze 37:4 | beenderen! hoort des HEEREN woord. ~ 502 Eze 37:15 | Wijders geschiedde des HEEREN woord tot mij, zeggende: ~ 503 Eze 38:1 | Wijders geschiedde des HEEREN woord tot mij, zeggende: ~ 504 Dan 2:9 | leugenachtig en verdicht woord voor mij te zeggen bereid, 505 Dan 2:10 | aardbodem, die des konings woord zou kunnen te kennen geven; 506 Dan 3:22 | Daarom dan, dewijl het woord des konings aandreef, en 507 Dan 3:28 | hebben, en des konings woord veranderd, en hun lichamen 508 Dan 4:17 | deze begeerte is in het woord der heiligen; opdat de levenden 509 Dan 4:31 | 31      Dit woord nog zijnde in des konings 510 Dan 4:33 | Ter zelfder ure werd dat woord volbracht over Nebukadnezar, 511 Dan 7:28 | mij; doch ik bewaarde dat woord in mijn hart. ~  ~ 512 Dan 9:2 | der jaren, van dewelke het woord des HEEREN tot den profeet 513 Dan 9:23 | begin uwer smekingen is het woord uitgegaan, en ik ben gekomen, 514 Dan 9:23 | gewenst man; versta dan dit woord, en merk op dit      gezicht. ~ 515 Dan 10:11 | gezonden; en toen Hij dat woord      tot mij sprak, stond 516 Hos 1:1 | 1      Het woord des HEEREN, dat geschied 517 Hos 1:2 | 2      Het begin van het woord des HEEREN door Hosea. De 518 Hos 4:1 | 1      Hoort des HEEREN woord, gij kinderen Israels! want 519 Hos 4:18 | een schande!) beminnen het woord: Geeft. ~ 520 Joe 1:1 | 1      Het woord des HEEREN, dat geschied 521 Joe 2:11 | is machtig, doende Zijn woord; want de dag des HEEREN 522 Amos 3:1 | 1      Hoort dit woord, dat de HEERE tegen ulieden 523 Amos 4:1 | 1      Hoort dit woord, gij koeien van Basan! gij, 524 Amos 5:1 | 1      Hoort dit woord, dat Ik over ulieden ophef, 525 Amos 7:16| Nu dan, hoor des HEEREN woord: Gij zegt: Gij zult niet 526 Amos 8:12| zij zullen omlopen om het woord des HEEREN te zoeken, maar 527 Jona 1:1 | 1      En het woord des HEEREN geschiedde tot 528 Jona 3:1 | 1      En het woord des HEEREN geschiedde ten 529 Jona 3:3 | ging naar Nineve, naar het woord des HEEREN. Nineve nu was 530 Jona 3:6 | 6      Want dit woord geraakte tot den koning 531 Jona 4:2 | Och HEERE! was dit mijn woord niet, als ik nog in mijn 532 Mic 1:1 | 1      Het woord des HEEREN, dat geschied 533 Mic 4:2 | wet uitgaan, en des HEEREN woord uit Jeruzalem. ~ 534 Zep 1:1 | 1      Het woord des HEEREN, hetwelk geschied 535 Zep 2:5 | volken der Cheretim! Het woord des HEEREN zal tegen ulieden 536 Zac 1:1 | van Darius, geschiedde het woord des HEEREN tot Zacharia, 537 Zac 1:7 | van Darius, geschiedde het woord des HEEREN tot Zacharia, 538 Zac 4:6 | mij, zeggende: Dit is het woord des HEEREN tot Zerubbabel, 539 Zac 4:8 | 8      Het woord des HEEREN geschiedde verder 540 Zac 6:9 | 9      En des HEEREN woord geschiedde tot mij, zeggende: ~ 541 Zac 7:1 | den koning Darius, dat het woord des HEEREN geschiedde tot 542 Zac 7:4 | Toen geschiedde het woord des HEEREN der heirscharen 543 Zac 7:8 | Verder geschiedde het woord des HEEREN tot Zacharia, 544 Zac 8:1 | Daarna geschiedde het woord des HEEREN der heirscharen 545 Zac 8:18 | Wederom geschiedde het woord des HEEREN der heirscharen 546 Zac 9:1 | 1      De last van het woord des HEEREN over het land 547 Zac 11:11 | bekend, dat het des HEEREN woord was. ~ 548 Zac 12:1 | 1      De last van het woord des HEEREN over Israel. 549 Mal 1:1 | 1      De last van het woord des HEEREN tot Israel, door 550 Matt 4:4 | niet leven, maar bij alle woord, dat door den mond Gods 551 Matt 5:37| 37 Maar laat zijn uw woord ja, ja; neen, neen; wat 552 Matt 8:8 | maar spreek alleenlijk een woord, en mijn knecht zal genezen 553 Matt 12:32| 32 En zo wie enig woord gesproken zal hebben tegen 554 Matt 12:36| zeg u, dat van elk ijdel woord, hetwelk de mensen zullen 555 Matt 13:19| 19 Als iemand dat Woord des Koninkrijks hoort, en 556 Matt 13:20| deze is degene, die het Woord hoort, en dat terstond met 557 Matt 13:22| deze is degene, die het Woord hoort; en de zorgvuldigheid 558 Matt 13:22| des rijkdoms verstikt het Woord, en het wordt onvruchtbaar. ~ 559 Matt 13:23| deze is degene, die het Woord hoort en verstaat, die ook 560 Matt 15:23| antwoordde haar niet een woord. En Zijn discipelen, tot 561 Matt 18:16| twee of drie getuigen alle woord besta. ~ 562 Matt 19:11| tot hen: Allen vatten dit woord niet, maar dien het gegeven 563 Matt 19:22| Als nu de jongeling dit woord hoorde, ging hij bedroefd 564 Matt 21:24| tot hen: Ik zal u ook een woord vragen, hetwelk indien gij 565 Matt 22:46| 46 En niemand kon Hem een woord antwoorden; noch iemand 566 Matt 26:75| Petrus werd indachtig het woord van Jezus, Die tot hem gezegd 567 Matt 27:14| antwoordde hem niet op een enig woord, alzo dat de stadhouder 568 Matt 28:15| zij geleerd waren. En dit woord is verbreid geworden bij 569 Mark 1:45| dingen te verkondigen, en dat woord te verbreiden, alzo dat 570 Mark 2:2 | bevatten; en Hij sprak het woord tot hen. ~ 571 Mark 4:14| 14 De zaaier is, die het Woord zaait. ~ 572 Mark 4:15| bezaaid worden, waarin het Woord gezaaid wordt; en als zij 573 Mark 4:15| satan terstond, en neemt het Woord weg, hetwelk in hun harten 574 Mark 4:16| worden; welke, als zij het Woord gehoord hebben, terstond 575 Mark 4:18| namelijk degenen, die het Woord horen; ~ 576 Mark 4:19| inkomende, verstikken het Woord, en het wordt onvruchtbaar. ~ 577 Mark 4:20| bezaaid zijn, welke het Woord horen en aannemen, en dragen 578 Mark 4:33| gelijkenissen sprak Hij tot hen het Woord, naardat zij het horen konden. ~ 579 Mark 5:36| terstond gehoord hebbende het woord, dat er gesproken werd, 580 Mark 7:13| 13 Makende alzo Gods woord krachteloos door uw inzetting, 581 Mark 8:32| 32 En dit woord sprak Hij vrij uit; en Petrus, 582 Mark 9:10| 10 En zij behielden dit woord bij zichzelven, vragende 583 Mark 9:32| Maar zij verstonden dat woord niet, en zij vreesden Hem 584 Mark 10:22| geworden zijnde over dat woord, ging bedroefd weg; want 585 Mark 11:29| tot hen: Ik zal u ook een woord vragen; antwoordt Mij ook, 586 Mark 14:72| Petrus werd indachtig het woord, hetwelk Jezus tot hem gezegd 587 Mark 16:20| mede, en bevestigde het Woord door tekenen, die daarop 588 Luk 1:29 | zeer ontroerd over dit zijn woord, en overlegde, hoedanig 589 Luk 1:38 | Heeren; mij geschiede naar uw woord. En de engel ging weg van 590 Luk 2:15 | Bethlehem, en laat ons zien het woord, dat er geschied is, hetwelk 591 Luk 2:17 | maakten zij alom bekend het woord, dat hun van dit Kindeken 592 Luk 2:29 | dienstknecht gaan in vrede naar Uw woord; ~ 593 Luk 2:50 | 50 En zij verstonden het woord niet, dat Hij tot hen sprak. ~ 594 Luk 3:2 | Kajafas, geschiedde het woord Gods tot Johannes, den zoon 595 Luk 4:4 | zal leven, maar bij alle woord Gods. ~ 596 Luk 4:32 | over Zijn leer, want Zijn woord was met macht. ~ 597 Luk 4:36 | elkander, zeggende: Wat woord is dit, dat Hij met macht 598 Luk 5:1 | op Hem aandrong, om het Woord Gods te horen, dat Hij stond 599 Luk 5:5 | niet gevangen; doch op Uw woord zal ik het net uitwerpen. ~ 600 Luk 7:7 | komen; maar zeg het met een woord, en mijn knecht zal genezen 601 Luk 8:11 | gelijkenis: Het zaad is het Woord Gods. ~ 602 Luk 8:12 | de duivel, en neemt het Woord uit hun hart weg, opdat 603 Luk 8:13 | het gehoord hebben, het Woord met vreugde ontvangen; en 604 Luk 8:15 | valt, zijn dezen, die, het Woord gehoord hebbende, hetzelve 605 Luk 8:21 | broeders zijn dezen, die Gods Woord horen, en datzelve doen. ~ 606 Luk 9:45 | Maar zij verstonden dit woord niet, en het was voor hen 607 Luk 9:45 | en zij vreesden van dat woord Hem te vragen. ~ 608 Luk 10:39 | de voeten van Jezus, Zijn woord hoorde. ~ 609 Luk 11:28 | zalig zijn degenen, die het Woord Gods horen, en hetzelve 610 Luk 12:10 | En een iegelijk, die enig woord spreken zal tegen den Zoon 611 Luk 18:34 | van deze dingen; en dit woord was voor hen verborgen, 612 Luk 20:3 | tot hen: Ik zal u ook een woord vragen, en zegt Mij: ~ 613 Luk 20:26 | En zij konden Hem in Zijn woord niet vatten voor het volk; 614 Luk 22:61 | Petrus werd indachtig het woord des Heeren, hoe Hij hem 615 Joha 1:1 | 1 In den beginne was het Woord, en het Woord was bij God, 616 Joha 1:1 | beginne was het Woord, en het Woord was bij God, en het Woord 617 Joha 1:1 | Woord was bij God, en het Woord was God. ~ 618 Joha 1:14| 14 En het Woord is vlees geworden, en heeft 619 Joha 2:22| geloofden de Schrift, en het woord, dat Jezus gesproken had. ~ 620 Joha 4:39| geloofden in Hem, om het woord der vrouw, die getuigde: 621 Joha 4:50| En de mens geloofde het woord, dat Jezus tot hem zeide, 622 Joha 5:24| voorwaar zeg Ik u: Die Mijn woord hoort, en gelooft Hem, Die 623 Joha 5:38| 38 En Zijn woord hebt gij niet in u blijvende; 624 Joha 8:31| Indien gijlieden in Mijn woord blijft, zo zijt gij waarlijk 625 Joha 8:37| Mij te doden; want Mijn woord heeft in u geen plaats. ~ 626 Joha 8:43| Het is, omdat gij Mijn woord niet kunt horen. ~ 627 Joha 8:51| zeg Ik u: Zo iemand Mijn woord zal bewaard hebben, die 628 Joha 8:52| zegt Gij: Zo iemand Mijn woord bewaard zal hebben, die 629 Joha 8:55| ken Hem, en bewaar Zijn woord. ~ 630 Joha 10:35| genaamd heeft, tot welke het woord Gods geschied is, en de 631 Joha 12:38| 38 Opdat het woord van Jesaja, den profeet, 632 Joha 12:48| heeft, die hem oordeelt; het woord, dat Ik gesproken heb, dat 633 Joha 14:23| liefheeft, die zal Mijn woord bewaren; en Mijn Vader zal 634 Joha 14:24| Mijn woorden niet; en het woord dat gijlieden hoort, is 635 Joha 15:3 | Gijlieden zijt nu rein om het woord, dat Ik tot u gesproken 636 Joha 15:20| vervolgen; indien zij Mijn woord bewaard hebben, zij zullen 637 Joha 15:25| dit geschiedt, opdat het woord vervuld worde, dat in hun 638 Joha 17:6 | gegeven; en zij hebben Uw woord bewaard. ~ 639 Joha 17:14| 14 Ik heb hun Uw woord gegeven; en de wereld heeft 640 Joha 17:17| Heilig ze in Uw waarheid; Uw woord is de waarheid. ~ 641 Joha 17:20| voor degenen, die door hun woord in Mij geloven zullen. ~ 642 Joha 18:9 | 9 Opdat het woord vervuld zou worden, dat 643 Joha 18:32| 32 Opdat het woord van Jezus vervuld wierd, 644 Joha 19:8 | 8 Toen Pilatus dan dit woord hoorde, werd hij meer bevreesd; ~ 645 Joha 19:13| 13 Als Pilatus dan dit woord hoorde, bracht hij Jezus 646 Joha 21:23| 23 Dit woord dan ging uit onder de broederen, 647 Hand 2:41| 41 Die dan zijn woord gaarne aannamen, werden 648 Hand 4:4 | velen van degenen, die het woord gehoord hadden, geloofden; 649 Hand 4:29| met alle vrijmoedigheid Uw woord te spreken; ~ 650 Hand 4:31| Heiligen Geest, en spraken het Woord Gods met vrijmoedigheid. ~ 651 Hand 5:36| 36 Dit is het woord, dat Hij gezonden heeft 652 Hand 5:44| Geest op allen, die het Woord hoorden. ~ 653 Hand 6:1 | dat ook de heidenen het Woord Gods aangenomen hadden. ~ 654 Hand 6:16| ik werd gedachtig aan het woord des Heeren, hoe Hij zeide: 655 Hand 6:19| Antiochie, tot niemand het Woord sprekende, dan alleen tot 656 Hand 6:54| 24 En het Woord Gods wies, en vermenigvuldigde. ~ 657 Hand 7:5 | Salamis, verkondigden zij het woord Gods in de synagogen der 658 Hand 7:7 | hebbende, zocht zeer het Woord Gods te horen. ~ 659 Hand 7:15| broeders, indien er enig woord van vertroosting tot het 660 Hand 7:26| God vrezen, tot u is het woord dezer zaligheid gezonden. ~ 661 Hand 7:44| gehele stad samen, om het Woord Gods te horen. ~ 662 Hand 7:46| nodig, dat eerst tot u het Woord Gods gesproken zou worden; 663 Hand 7:48| zij zich, en prezen het Woord des Heeren; en er geloofden 664 Hand 7:49| 49 En het Woord des Heeren werd door het 665 Hand 8:3 | Die getuigenis gaf aan het Woord Zijner genade, en gaf, dat 666 Hand 8:12| Mercurius, omdat hij het woord voerde. ~ 667 Hand 8:25| En als zij te Perge het Woord gesproken hadden, kwamen 668 Hand 9:7 | heidenen door mijn mond het woord des Evangelies zouden horen, 669 Hand 9:35| met nog vele anderen, het Woord des Heeren. ~ 670 Hand 9:36| elke stad, in welke wij het Woord des Heeren verkondigd hebben, 671 Hand 10:6 | Heiligen Geest verhinderd het Woord in Azie te spreken. 672 Hand 10:32| zij spraken tot hem het woord des Heeren, en tot allen, 673 Hand 11:11| Thessalonica waren, als die het woord ontvingen met alle toegenegenheid, 674 Hand 11:13| Thessalonica verstonden, dat het Woord Gods ook te Berea van Paulus 675 Hand 12:11| maanden, lerende onder hen het Woord Gods. ~ 676 Hand 12:15| indien er geschil is over een woord, en namen, en over de wet, 677 Hand 13:10| die in Azie woonden, het Woord van den Heere Jezus hoorden, 678 Hand 13:20| 20 Alzo wies het Woord des Heeren met macht, en 679 Hand 14:38| zijnde, allermeest over het woord, dat hij gezegd had, dat 680 Hand 16:22| Zij hoorden hem nu tot dit woord toe; en zij verhieven hun 681 Hand 18:21| 21 Dan van dit enig woord, hetwelk ik riep, staande 682 Hand 22:25| zij; als Paulus dit ene woord gezegd had, namelijk: Wel 683 Rom 9:6 | zeg dit niet, alsof het woord Gods ware uitgevallen; want 684 Rom 9:9 | 9 Want dit is het woord der beloftenis: Omtrent 685 Rom 10:8 | zegt zij? Nabij u is het Woord, in uw mond en in uw hart. 686 Rom 10:8 | en in uw hart. Dit is het Woord des geloofs, hetwelk wij 687 Rom 10:17 | en het gehoor door het Woord Gods. ~ 688 Rom 13:9 | ander gebod is, wordt in dit woord als in een hoofdsom begrepen, 689 1Kor 1:18| 18 Want het woord des kruises is wel dengenen, 690 1Kor 12:8 | door den Geest gegeven het woord der wijsheid, en een ander 691 1Kor 12:8 | wijsheid, en een ander het woord der kennis, door denzelfden 692 1Kor 14:36| 36 Is het Woord Gods van u uitgegaan? Of 693 1Kor 15:54| aangedaan hebben, alsdan zal het woord geschieden, dat geschreven 694 2Kor 1:18| God is getrouw, dat ons woord, hetwelk tot u is geschied, 695 2Kor 2:17| niet, gelijk velen, het Woord Gods te koop, maar als uit 696 2Kor 4:2 | arglistigheid, noch het Woord Gods vervalsende, maar door 697 2Kor 5:19| toerekenende; en heeft het woord der verzoening in ons gelegd. ~ 698 2Kor 6:7 | 7 In het woord der waarheid, in de kracht 699 2Kor 8:7 | overvloedig zijt, in geloof, en in woord, en in kennis, en in alle 700 2Kor 10:11| hoedanigen wij zijn in het woord door brieven, als wij afwezig 701 2Kor 13:1 | of drie getuigen zal alle woord bestaan. ~ 702 Gal 5:14 | gehele wet wordt in een woord vervuld, namelijk in dit: 703 Gal 6:6 | onderwezen wordt in het Woord, dele mede van alle goederen 704 Efez 1:13| gij zijt, nadat gij het woord der waarheid, namelijk het 705 Efez 5:26| bad des waters door het Woord; ~ 706 Efez 6:17| Geestes, hetwelk is Gods Woord. ~ 707 Efez 6:19| voor mij, opdat mij het Woord gegeven worde in de opening 708 Fili 1:14| hebbende, overvloediger het Woord onbevreesd durven spreken. ~ 709 Fili 2:16| 16 Voorhoudende het woord des levens, mij tot een 710 Kol 1:5 | voren gehoord hebt, door het Woord der waarheid, namelijk des 711 Kol 1:25 | aan u, om te vervullen het Woord Gods; ~ 712 Kol 3:16 | 16 Het woord van Christus wone rijkelijk 713 Kol 4:6 | 6 Uw woord zij te allen tijde in aangenaamheid, 714 1The 1:6 | geworden, en des Heeren, het Woord aangenomen hebbende in vele 715 1The 1:8 | 8 Want van u is het Woord des Heeren luidbaar geworden 716 1The 2:13| ophouden, dat, als gij het Woord der prediking van God van 717 1The 2:13| hebt, niet als der mensen woord, maar (gelijk het waarlijk 718 1The 2:13| het waarlijk is) als Gods Woord, dat ook werkt in u, die 719 1The 4:15| dat zeggen wij u door het Woord des Heeren, dat wij, die 720 2The 2:2 | noch door geest, noch door woord, noch door zendbrief, als 721 2The 2:15| geleerd zijn, hetzij door ons woord, hetzij door onzen zendbrief. ~ 722 2The 2:17| versterke u in alle goed woord en werk. ~  ~ 723 2The 3:1 | bidt voor ons, opdat het Woord des Heeren zijn loop hebbe, 724 2The 3:14| 14 Maar indien iemand ons woord, door deze brief geschreven, 725 1Tim 1:15| 15 Dit is een getrouw woord, en alle aanneming waardig, 726 1Tim 3:1 | 1 Dit is een getrouw woord: zo iemand tot eens opzieners 727 1Tim 4:5 | wordt geheiligd door het Woord van God, en door het gebed. ~ 728 1Tim 4:9 | 9 Dit is een getrouw woord, en alle aanneming waardig. ~ 729 1Tim 4:12| voorbeeld der gelovigen in woord, in wandel, in liefde, in 730 1Tim 5:17| voornamelijk die arbeiden in het Woord en de leer. ~ 731 2Tim 2:9 | een kwaaddoener; maar het Woord Gods is niet gebonden. ~ 732 2Tim 2:11| 11 Dit is een getrouw woord; want indien wij met Hem 733 2Tim 2:15| beschaamd wordt, die het Woord der waarheid recht snijdt. ~ 734 2Tim 2:17| 17 En hun woord zal voorteten, gelijk de 735 2Tim 4:2 | 2 Predik het woord; houd aan tijdelijk, ontijdelijk; 736 2Tim 5:3 | 3 Namelijk Zijn Woord, door de prediking, die 737 2Tim 5:9 | vasthoudt aan het getrouwe woord, dat naar de leer is, opdat 738 Tit 1:3 | 3 Namelijk Zijn Woord, door de prediking, die 739 Tit 1:9 | vasthoudt aan het getrouwe woord, dat naar de leer is, opdat 740 Tit 2:5 | onderdanig te zijn, opdat het Woord Gods niet gelasterd worde. ~ 741 Tit 2:8 | 8 Het woord gezond en onverwerpelijk, 742 Tit 3:8 | 8 Dit is een getrouw woord, en deze dingen wil ik, 743 Heb 1:3 | alle dingen draagt door het woord Zijner kracht, nadat Hij 744 Heb 2:2 | 2 Want indien het woord, door de engelen gesproken, 745 Heb 4:2 | gelijk als hun; maar het woord der prediking deed hun geen 746 Heb 4:12 | 12 Want het Woord Gods is levend en krachtig, 747 Heb 5:13 | die is onervaren in het woord der gerechtigheid; want 748 Heb 6:5 | gesmaakt hebben het goede woord Gods, en de krachten der 749 Heb 7:28 | zwakheid hebben; maar het woord der eedzwering, die na de 750 Heb 11:3 | dat de wereld door het woord Gods is toebereid, alzo 751 Heb 12:19 | hoorden, baden, dat het woord tot hen niet meer zou gedaan 752 Heb 12:27 | 27 En dit woord: Nog eenmaal, wijst aan 753 Heb 13:7 | voorgangeren, die u het Woord Gods gesproken hebben; en 754 Heb 13:22 | broeders, verdraagt het woord dezer vermaning; want ik 755 Jako 1:18| Hij ons gebaard door het Woord der waarheid, opdat wij 756 Jako 1:21| met zachtmoedigheid het Woord, dat in u geplant wordt, 757 1Pet 1:23| levende en eeuwig blijvende Woord van God. ~ 758 1Pet 1:25| 25 Maar het Woord des Heeren blijft in der 759 1Pet 1:25| eeuwigheid; en dit is het Woord, dat onder u verkondigd 760 1Pet 2:8 | namelijk, die zich aan het Woord stoten, ongehoorzaam zijnde, 761 1Pet 3:1 | wandel der vrouwen zonder Woord mogen gewonnen worden; ~ 762 2Pet 1:19| wij hebben het profetische woord, dat zeer vast is, en gij 763 2Pet 3:5 | hun onbekend, dat door het woord Gods de hemelen van over 764 2Pet 3:7 | aarde, zijn door hetzelfde woord als een schat weggelegd, 765 1Joh 1:1 | handen getast hebben, van het Woord des levens; ~ 766 1Joh 1:10| tot een leugenaar, en Zijn woord is niet in ons. ~  ~ 767 1Joh 2:5 | 5 Maar zo wie Zijn Woord bewaart, in dien is waarlijk 768 1Joh 2:7 | hebt; dit oud gebod is het woord, dat gij van den beginne 769 1Joh 2:14| want gij zijt sterk, en het Woord Gods blijft in u, en gij 770 1Joh 5:7 | den hemel, de Vader, het Woord en de Heilige Geest; en 771 Open 1:2 | 2 Dewelke het woord Gods betuigd heeft, en de 772 Open 1:9 | genaamd Patmos, om het Woord Gods, en om de getuigenis 773 Open 3:8 | kracht, en gij hebt Mijn woord bewaard, en hebt Mijn Naam 774 Open 3:10| 10 Omdat gij het woord Mijner lijdzaamheid bewaard 775 Open 6:9 | die gedood waren om het Woord Gods, en om de getuigenis, 776 Open 12:11| bloed des Lams, en door het woord hunner getuigenis, en zij 777 Open 19:13| Zijn naam wordt genoemd het Woord Gods. ~ 778 Open 20:4 | getuigenis van Jezus, en om het Woord Gods, en die het beest,


1-500 | 501-778

Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License