Book Chapter: Verse

16501 Matt  27:56 |                  en de moeder der zonen van Zebedeus. ~
16502 Matt  27:57 |         geworden was, kwam een rijk man van Arimathea, met name Jozef,
16503 Matt  27:57 |               die ook zelf een discipel van Jezus was. ~
16504 Matt  27:58 |                 en begeerde het lichaam van Jezus. Toen beval Pilatus,
16505 Matt  27:64 |              het volk: Hij is opgestaan van de doden; en zo zal de laatste
16506 Matt  28:2  |                 en wentelde de steen af van de deur, en zat op denzelven. ~
16507 Matt  28:4  |                          4 En uit vrees van hem zijn de wachters zeer
16508 Matt  28:7  |        discipelen, dat Hij opgestaan is van de doden; en ziet, Hij gaat
16509 Matt  28:8  |                 En haastelijk uitgaande van het graf, met vreze en grote
16510 Matt  28:11 |                heengingen, ziet, enigen van de wacht kwamen in de stad,
16511 Matt  28:14 |            zulks komt gehoord te worden van den stadhouder, wij zullen
16512 Mark   1:1  |                Het begin des Evangelies van JEZUS CHRISTUS, den Zone
16513 Mark   1:5  |                ging tot hem uit, en die van Jeruzalem; en werden allen
16514 Mark   1:5  |              Jeruzalem; en werden allen van hem gedoopt in de rivier
16515 Mark   1:9  |         diezelfde dagen, dat Jezus kwam van Nazareth, gelegen in Galilea,
16516 Mark   1:9  |             gelegen in Galilea, en werd van Johannes gedoopt in de Jordaan. ~
16517 Mark   1:13 |                 veertig dagen, verzocht van den satan; en was bij de
16518 Mark   1:14 |                predikende het Evangelie van het Koninkrijk Gods. ~
16519 Mark   1:19 |                                   19 En van daar een weinig voortgegaan
16520 Mark   1:19 |               zag Hij Jakobus, den zoon van Zebedeus, en Johannes, zijn
16521 Mark   1:25 |         zeggende: Zwijg stil, en ga uit van hem. ~
16522 Mark   1:26 |                een grote stem, ging uit van hem. ~
16523 Mark   1:28 |              het gehele omliggende land van Galilea. ~
16524 Mark   1:29 |                                   29 En van stonde aan uit de synagoge
16525 Mark   1:29 |                  kwamen zij in het huis van Simon en Andreas, met Jakobus
16526 Mark   1:30 |                 terstond zeiden zij Hem van haar. ~
16527 Mark   1:32 |                 die kwalijk gesteld, en van den duivel bezeten waren. ~
16528 Mark   1:42 |                 de melaatsheid terstond van hem, en hij werd gereinigd. ~
16529 Mark   1:43 |              had, deed Hij hem terstond van Zich gaan; ~
16530 Mark   1:45 |         plaatsen; en zij kwamen tot Hem van alle kanten. ~  ~
16531 Mark   2:3  |             brengende een geraakte, die van vier gedragen werd. ~
16532 Mark   2:6  |                           6 En sommigen van de Schriftgeleerden zaten
16533 Mark   2:14 |    voorbijgaande zag Hij Levi, den zoon van Alfeus, zitten in het tolhuis,
16534 Mark   2:17 |                 de medicijnmeester niet van node, maar die ziek zijn.
16535 Mark   2:18 |                     18 En de discipelen van Johannes en der Farizeen
16536 Mark   2:18 |             Waarom vasten de discipelen van Johannes en der Farizeen,
16537 Mark   2:20 |             komen, wanneer de Bruidegom van hen zal weggenomen zijn,
16538 Mark   2:21 |                 aangenaaide lap iets af van het oude kleed, en er wordt
16539 Mark   2:26 |                het huis Gods, ten tijde van Abjathar, den hogepriester,
16540 Mark   2:28 |                des mensen een Heere ook van den sabbat. ~  ~
16541 Mark   3:5  |               zijnde over de verharding van hun hart, zeide Hij tot
16542 Mark   3:7  |                volgde een grote menigte van Galilea, en van Judea. ~
16543 Mark   3:7  |                 menigte van Galilea, en van Judea. ~
16544 Mark   3:8  |                                    8 En van Jeruzalem, en van Idumea,
16545 Mark   3:8  |                  8 En van Jeruzalem, en van Idumea, en van over de Jordaan;
16546 Mark   3:8  |            Jeruzalem, en van Idumea, en van over de Jordaan; en die
16547 Mark   3:8  |                 over de Jordaan; en die van omtrent Tyrus en Sidon,
16548 Mark   3:17 |                 17 En Jakobus, den zoon van Zebedeus, en Johannes, den
16549 Mark   3:17 |                en Johannes, den broeder van Jakobus; en gaf hun toe
16550 Mark   3:18 |            Thomas, en Jakobus, den zoon van Alfeus, en Thaddeus, en
16551 Mark   3:22 |                de Schriftgeleerden, die van Jeruzalem afgekomen waren,
16552 Mark   3:35 |                  35 Want zo wie den wil van God doet, die is Mijn broeder,
16553 Mark   4:5  |               op, omdat het geen diepte van aarde had. ~
16554 Mark   4:11 |               verstaan de verborgenheid van het Koninkrijk Gods; maar
16555 Mark   4:25 |              worden; en wie niet heeft, van dien zal genomen worden,
16556 Mark   4:28 |                 28 Want de aarde brengt van zelve vruchten voort: eerst
16557 Mark   4:31 |            gezaaid wordt, het minste is van al de zaden, die op de aarde
16558 Mark   4:32 |                 op, en wordt het meeste van al de moeskruiden, en maakt
16559 Mark   4:37 |                 er werd een grote storm van wind, en de baren sloegen
16560 Mark   5:4  |            geweest, en de ketenen waren van hem in stukken getrokken,
16561 Mark   5:6  |                      6 Als hij nu Jezus van verre zag, liep hij toe,
16562 Mark   5:8  |               Gij onreine geest, ga uit van den mens!) ~
16563 Mark   5:13 |            zwijnen; en de kudde stortte van de steilte af in de zee (
16564 Mark   5:16 |           bezetene geschied was, en ook van de zwijnen. ~
16565 Mark   5:17 |         begonnen Hem te bidden, dat Hij van hun landpalen wegging. ~
16566 Mark   5:20 |                 verkondigen in het land van Dekapolis, wat grote dingen
16567 Mark   5:22 |                 22 En ziet, er kwam een van de oversten der synagoge,
16568 Mark   5:26 |                  26 En veel geleden had van vele medicijnmeesters, en
16569 Mark   5:27 |                                 27 Deze van Jezus horende, kwam onder
16570 Mark   5:27 |           horende, kwam onder de schare van achteren, en raakte Zijn
16571 Mark   5:29 |               aan haar lichaam, dat zij van die kwaal genezen was. ~
16572 Mark   5:30 |               Zichzelven de kracht, die van Hem uitgegaan was, keerde
16573 Mark   5:34 |               in vrede, en zijt genezen van deze uw kwaal. ~
16574 Mark   5:35 |                nog sprak, kwamen enigen van het huis des oversten der
16575 Mark   5:37 |                en Johannes, den broeder van Jakobus; ~
16576 Mark   6:1  |                           1 En Hij ging van daar weg, en kwam in Zijn
16577 Mark   6:2  |               ontzetten zich, zeggende: Van waar komen Dezen deze dingen,
16578 Mark   6:3  |              niet de timmerman, de zoon van Maria, en de broeder van
16579 Mark   6:3  |                van Maria, en de broeder van Jakobus en Joses, en van
16580 Mark   6:3  |                van Jakobus en Joses, en van Judas en Simon, en zijn
16581 Mark   6:10 |                 blijft daar, totdat gij van daar uitgaat. ~
16582 Mark   6:11 |              noch u horen, vertrekkende van daar, schudt het stof af,
16583 Mark   6:14 |           Johannes, die daar doopte, is van de doden opgewekt, en daarom
16584 Mark   6:16 |                 ik onthoofd heb; die is van de doden opgewekt. ~
16585 Mark   6:17 |        gevangenis gebonden, uit oorzaak van Herodias, de huisvrouw van
16586 Mark   6:17 |              van Herodias, de huisvrouw van zijn broeder Filippus, omdat
16587 Mark   6:21 |             duizend, en de voornaamsten van Galilea; ~
16588 Mark   6:22 |                    22 En als de dochter van dezelve Herodias inkwam,
16589 Mark   6:22 |                 tot het dochtertje: Eis van mij, wat gij ook wilt, en
16590 Mark   6:23 |              hij zwoer haar: Zo wat gij van mij zult eisen, zal ik u
16591 Mark   6:24 |                 En die zeide: Het hoofd van Johannes den Doper. ~
16592 Mark   6:25 |                schotel, geeft het hoofd van Johannes den Doper. ~
16593 Mark   6:33 |              liepen gezamenlijk te voet van alle steden derwaarts, en
16594 Mark   6:36 |                              36 Laat ze van U, opdat zij heengaan in
16595 Mark   6:43 |                volle korven brokken, en van de vissen. ~
16596 Mark   6:45 |        Bethsaida, terwijl Hij de schare van Zich zou laten. ~
16597 Mark   6:47 |                 het schip in het midden van de zee, en Hij was alleen
16598 Mark   7:1  |               der Schriftgeleerden, die van Jeruzalem gekomen waren; ~
16599 Mark   7:2  |                 En ziende, dat sommigen van Zijn discipelen met onreine,
16600 Mark   7:4  |                                    4 En van de markt komende, eten zij
16601 Mark   7:6  |              tot hen: Wel heeft Jesaja, van u, geveinsden, geprofeteerd,
16602 Mark   7:6  |               hun hart houdt zich verre van Mij. ~
16603 Mark   7:11 |             zeggen, een gave), zo wat u van mij zou kunnen ten nutte
16604 Mark   7:15 |                          15 Er is niets van buiten den mens in hem ingaande,
16605 Mark   7:15 |        ontreinigen; maar de dingen, die van hem uitgaan, die zijn het,
16606 Mark   7:17 |                          17 En toen Hij van de schare in huis gekomen
16607 Mark   7:17 |            vraagden Hem Zijn discipelen van de gelijkenis. ~
16608 Mark   7:18 |           Verstaat gij niet, dat al wat van buiten in den mens ingaat,
16609 Mark   7:21 |                                 21 Want van binnen uit het hart der
16610 Mark   7:23 |                 boze dingen komen voort van binnen, en ontreinigen den
16611 Mark   7:24 |                                   24 En van daar opstaande, ging Hij
16612 Mark   7:24 |               Hij weg naar de landpalen van Tyrus en Sidon; en in een
16613 Mark   7:25 |                 een onreinen geest had, van Hem gehoord hebbende, kwam
16614 Mark   7:26 |               nu was een Griekse vrouw, van geboorte uit Syro-Fenicie;
16615 Mark   7:28 |           hondekens eten onder de tafel van de kruimkens der kinderen. ~
16616 Mark   7:31 |                wederom weggegaan zijnde van de landpalen van Tyrus en
16617 Mark   7:31 |                 zijnde van de landpalen van Tyrus en Sidon, kwam aan
16618 Mark   7:31 |               en Sidon, kwam aan de zee van Galilea, door het midden
16619 Mark   7:31 |                het midden der landpalen van Dekapolis. ~
16620 Mark   7:33 |                               33 En hem van de schare alleen genomen
16621 Mark   8:3  |                bezwijken; want sommigen van hen komen van verre. ~
16622 Mark   8:3  |             want sommigen van hen komen van verre. ~
16623 Mark   8:4  |             discipelen antwoordden Hem: Van waar zal iemand dezen met
16624 Mark   8:10 |                 Hij gekomen in de delen van Dalmanutha. ~
16625 Mark   8:11 |               Hem te twisten, begerende van Hem een teken van den hemel,
16626 Mark   8:11 |             begerende van Hem een teken van den hemel, Hem verzoekende. ~
16627 Mark   8:15 |             zeggende: Ziet toe, wacht u van den zuurdesem der Farizeen,
16628 Mark   8:15 |              zuurdesem der Farizeen, en van den zuurdesem van Herodes. ~
16629 Mark   8:15 |          Farizeen, en van den zuurdesem van Herodes. ~
16630 Mark   8:27 |              discipelen naar de vlekken van Cesarea Filippi. En op den
16631 Mark   8:28 |                  Elias; en anderen: Een van de profeten. ~
16632 Mark   8:30 |               het niemand zouden zeggen van Hem. ~
16633 Mark   8:31 |             lijden, en verworpen worden van de ouderlingen, en overpriesters,
16634 Mark   8:37 |                 mens geven, tot lossing van zijn ziel? ~
16635 Mark   9:1  |                 u, dat er sommigen zijn van degenen, die hier staan,
16636 Mark   9:2  |            alleen; en Hij werd voor hen van gedaante veranderd. ~
16637 Mark   9:4  |                                    4 En van hen werd gezien Elias met
16638 Mark   9:9  |                            9 En als zij van den berg afkwamen, gebood
16639 Mark   9:12 |        geschieden, gelijk geschreven is van den Zoon des mensen, dat
16640 Mark   9:13 |               zij gewild hebben, gelijk van hem geschreven is. ~
16641 Mark   9:21 |             overkomen is? En hij zeide: Van zijn kindsheid af. ~
16642 Mark   9:25 |              geest! Ik beveel u, ga uit van hem, en kom niet meer in
16643 Mark   9:30 |                                   30 En van daar weggaande, reisden
16644 Mark   9:35 |                zijn, die zal de laatste van allen zijn, en aller dienaar. ~
16645 Mark   9:37 |                           37 Zo wie een van zodanige kinderkens zal
16646 Mark   9:39 |                Mijn Naam, en haastelijk van Mij zal kunnen kwalijk spreken. ~
16647 Mark   9:41 |              Naam, omdat gij discipelen van Christus zijt, voorwaar
16648 Mark   9:42 |                        42 En zo wie een van deze kleinen, die in Mij
16649 Mark  10:1  |                                    1 En van daar opgestaan zijnde, ging
16650 Mark  10:1  |              ging Hij naar de landpalen van Judea, door de overzijde
16651 Mark  10:1  |                Judea, door de overzijde van de Jordaan; en de scharen
16652 Mark  10:6  |                                  6 Maar van het begin der schepping
16653 Mark  10:10 |                 Zijn discipelen wederom van hetzelve. ~
16654 Mark  10:20 |               dingen heb ik onderhouden van mijn jonkheid af. ~
16655 Mark  10:25 |               een kemel ga door het oog van een naald, dan dat een rijke
16656 Mark  10:35 |           Jakobus en Johannes, de zonen van Zebedeus, zeggende: Meester!
16657 Mark  10:41 |               hoorden, begonnen zij het van Jakobus en Johannes zeer
16658 Mark  10:44 |                            44 En zo wie van u de eerste zal willen worden,
16659 Mark  10:46 |         discipelen, en een grote schare van Jericho uitging, zat de
16660 Mark  10:46 |            Jericho uitging, zat de zoon van Timeus, Bar-timeus, de blinde,
16661 Mark  11:1  |                Olijfberg, zond Hij twee van Zijn discipelen uit, ~
16662 Mark  11:3  |             zegt, dat de Heere hetzelve van node heeft; en hij zal het
16663 Mark  11:5  |                           5 En sommigen van degenen, die aldaar stonden,
16664 Mark  11:8  |                en anderen hieuwen meien van de bomen, en spreidden ze
16665 Mark  11:10 |             Gezegend zij het Koninkrijk van onzen vader David, hetwelk
16666 Mark  11:13 |                            13 En ziende van verre een vijgeboom, die
16667 Mark  11:14 |           Niemand ete enige vrucht meer van u in der eeuwigheid! En
16668 Mark  11:20 |               de vijgeboom verdord was, van de wortelen af. ~
16669 Mark  11:30 |                              30 De doop van Johannes, was die uit den
16670 Mark  11:32 |                  want zij hielden allen van Johannes, dat hij waarlijk
16671 Mark  12:2  |                de landlieden, opdat hij van de landlieden ontving van
16672 Mark  12:2  |               van de landlieden ontving van de vrucht des wijngaards. ~
16673 Mark  12:11 |                                      11 Van den Heere is dit geschied,
16674 Mark  12:22 |                geen zaad na; de laatste van allen is ook de vrouw gestorven. ~
16675 Mark  12:23 |               zijn, wiens vrouw zal zij van dezen zijn? Want die zeven
16676 Mark  12:26 |                niet gelezen in het boek van Mozes, hoe God in het doornenbos
16677 Mark  12:28 |                Welk is het eerste gebod van allen? ~
16678 Mark  12:29 |              antwoordde hem: Het eerste van al de geboden is: Hoor,
16679 Mark  12:34 |                hem: Gij zijt niet verre van het Koninkrijk Gods. En
16680 Mark  12:35 |                dat de Christus een Zoon van David is? ~
16681 Mark  12:40 |                 en dat onder den schijn van lang te bidden. Dezen zullen
16682 Mark  12:44 |                44 Want zij allen hebben van hun overvloed daarin geworpen;
16683 Mark  12:44 |               geworpen; maar deze heeft van haar gebrek, al wat zij
16684 Mark  13:1  |              den tempel ging, zeide een van Zijn discipelen tot Hem:
16685 Mark  13:7  |               En wanneer gij zult horen van oorlogen, en geruchten van
16686 Mark  13:7  |              van oorlogen, en geruchten van oorlogen, zo wordt niet
16687 Mark  13:13 |               En gij zult gehaat worden van allen, om Mijns Naams wil;
16688 Mark  13:19 |                 gelijke niet geweest is van het begin der schepselen,
16689 Mark  13:27 |    bijeenvergaderen uit de vier winden, van het uiterste der aarde,
16690 Mark  13:28 |                             28 En leert van den vijgeboom deze gelijkenis;
16691 Mark  13:32 |                                 32 Maar van dien dag en die ure weet
16692 Mark  14:3  |               Bethanie was, in het huis van Simon, den melaatse, daar
16693 Mark  14:3  |              een albasten fles met zalf van onvervalsten nardus, van
16694 Mark  14:3  |                van onvervalsten nardus, van groten prijs; en de albasten
16695 Mark  14:6  |               Maar Jezus zeide: Laat af van haar; wat doet gij haar
16696 Mark  14:9  |           gedachtenis gesproken worden, van hetgeen zij gedaan heeft. ~
16697 Mark  14:10 |               10 En Judas Iskariot, een van de twaalven, ging heen tot
16698 Mark  14:13 |                     13 En Hij zond twee van Zijn discipelen uit, en
16699 Mark  14:18 |             Voorwaar, Ik zeg u, dat een van u, die met Mij eet, Mij
16700 Mark  14:21 |            mensen gaat wel heen, gelijk van Hem geschreven is; maar
16701 Mark  14:25 |                Ik niet meer zal drinken van de vrucht des wijnstoks,
16702 Mark  14:35 |              mogelijk ware, dat die ure van Hem voorbijging. ~
16703 Mark  14:36 |         mogelijk; neem dezen drinkbeker van Mij weg, doch niet wat Ik
16704 Mark  14:43 |             kwam Judas aan, die een was van de twaalven, en met hem
16705 Mark  14:43 |           zwaarden en stokken, gezonden van de overpriesters, en de
16706 Mark  14:52 |           lijnwaad verlatende, is naakt van hen gevloden.
16707 Mark  14:54 |                 54 En Petrus volgde Hem van verre, tot binnen in de
16708 Mark  14:63 |                 hebben wij nog getuigen van node? ~
16709 Mark  14:66 |                in de zaal was, kwam een van de dienstmaagden des hogepriesters; ~
16710 Mark  14:69 |            daarbij stonden: Deze is een van die. ~
16711 Mark  14:70 |                  Waarlijk, gij zijt een van die; want gij zijt ook een
16712 Mark  14:72 |              verloochenen. En hij, zich van daar makende, weende. ~  ~
16713 Mark  15:3  |         overpriesters beschuldigden Hem van vele zaken; maar Hij antwoordde
16714 Mark  15:21 |                En zij dwongen een Simon van Cyrene, die daar voorbijging,
16715 Mark  15:21 |               daar voorbijging, komende van den akker, den vader van
16716 Mark  15:21 |                van den akker, den vader van Alexander en Rufus, dat
16717 Mark  15:30 |               Behoud Uzelven, en kom af van het kruis. ~
16718 Mark  15:32 |              Koning Israels, kome nu af van het kruis, opdat wij het
16719 Mark  15:35 |                          35 En sommigen van die daarbij stonden, dit
16720 Mark  15:37 |                En Jezus, een grote stem van Zich gegeven hebbende, gaf
16721 Mark  15:38 |             tempels scheurde in tweeen, van boven tot beneden. ~
16722 Mark  15:40 |                En er waren ook vrouwen, van verre dit aanschouwende,
16723 Mark  15:40 |          Magdalena, en Maria, de moeder van Jakobus, den kleine, en
16724 Mark  15:40 |                 Jakobus, den kleine, en van Joses, en Salome; ~
16725 Mark  15:43 |                      43 Kwam Jozef, die van Arimathea was, een eerlijk
16726 Mark  15:43 |                 en begeerde het lichaam van Jezus. ~
16727 Mark  15:45 |                       45 En als hij het van den hoofdman over honderd
16728 Mark  15:47 |          Magdalena, en Maria, de moeder van Joses, aanschouwden, waar
16729 Mark  16:1  |          Magdalena, en Maria, de moeder van Jakobus, en Salome specerijen
16730 Mark  16:3  |         elkander: Wie zal ons den steen van de deur des grafs afwentelen? ~
16731 Mark  16:8  |                uitgegaan zijnde, vloden van het graf, en beving en ontzetting
16732 Mark  16:11 |             hoorden, dat Hij leefde, en van haar gezien was, geloofden
16733 Mark  16:12 |               andere gedaante, aan twee van hen, daar zij wandelden,
16734 Luk   1:1   |             orde te stellen een verhaal van de dingen, die onder ons
16735 Luk   1:2   |                overgeleverd hebben, die van den beginne zelven aanschouwers
16736 Luk   1:3   |                 gedacht, hebbende alles van voren aan naarstiglijk onderzocht,
16737 Luk   1:5   |                           5 In de dagen van Herodes, den koning van
16738 Luk   1:5   |                 van Herodes, den koning van Judea, was een zeker priester,
16739 Luk   1:5   |           priester, met name Zacharias, van de dagorde van Abia; en
16740 Luk   1:5   |               Zacharias, van de dagorde van Abia; en zijn vrouw was
16741 Luk   1:5   |              vrouw was uit de dochteren van Aaron, en haar naam Elizabet. ~
16742 Luk   1:11  |                                   11 En van hem werd gezien een engel
16743 Luk   1:11  |               staande ter rechter zijde van het altaar des reukoffers. ~
16744 Luk   1:15  |               Geest vervuld worden, ook van zijner moeders lijf aan. ~
16745 Luk   1:17  |               in den geest en de kracht van Elias, om te bekeren de
16746 Luk   1:26  |             maand werd de engel Gabriel van God gezonden naar een stad
16747 Luk   1:32  |                Heere, zal Hem den troon van Zijn vader David geven. ~
16748 Luk   1:38  |             woord. En de engel ging weg van haar. ~
16749 Luk   1:39  |               het gebergte, in een stad van Juda; ~
16750 Luk   1:40  |                  40 En kwam in het huis van Zacharias, en groette Elizabet. ~
16751 Luk   1:41  |               als Elizabet de groetenis van Maria hoorde, zo sprong
16752 Luk   1:43  |                                   43 En van waar komt mij dit, dat de
16753 Luk   1:44  |                  zo sprong het kindeken van vreugde op in mijn buik. ~
16754 Luk   1:45  |                want de dingen, die haar van den Heere gezegd zijn, zullen
16755 Luk   1:48  |              heeft aangezien; want zie, van nu aan zullen mij zalig
16756 Luk   1:50  |               En Zijn barmhartigheid is van geslacht tot geslacht over
16757 Luk   1:52  |                  52 Hij heeft machtigen van de tronen afgetrokken, en
16758 Luk   1:57  |                           57 En de tijd van Elizabet werd vervuld, dat
16759 Luk   1:65  |               en in het gehele gebergte van Judea werd veel gesproken
16760 Luk   1:65  |               Judea werd veel gesproken van al deze dingen. ~
16761 Luk   1:69  |              ons opgericht, in het huis van David, Zijn knecht; ~
16762 Luk   1:70  |            Zijner heilige profeten, die van het begin der wereld geweest
16763 Luk   1:71  |                 Namelijk een verlossing van onze vijanden, en van de
16764 Luk   1:71  |        verlossing van onze vijanden, en van de hand al dergenen, die
16765 Luk   2:1   |                dat er een gebod uitging van den Keizer Augustus, dat
16766 Luk   2:4   |                  4 En Jozef ging ook op van Galilea, uit de stad Nazareth,
16767 Luk   2:4   |                uit het huis en geslacht van David was); ~
16768 Luk   2:13  |                                   13 En van stonde aan was er met den
16769 Luk   2:15  |              geschiedde, als de engelen van hen weggevaren waren naar
16770 Luk   2:17  |               bekend het woord, dat hun van dit Kindeken gezegd was. ~
16771 Luk   2:18  |                 hetgeen hun gezegd werd van de herders. ~
16772 Luk   2:21  |                JEZUS, welke genaamd was van den engel, eer Hij in het
16773 Luk   2:22  |              vervuld waren, naar de wet van Mozes, brachten zij Hem
16774 Luk   2:31  |                hebt voor het aangezicht van al de volken; ~
16775 Luk   2:32  |           heidenen, en tot heerlijkheid van Uw volk Israel. ~
16776 Luk   2:33  |          verwonderden zich over hetgeen van Hem gezegd werd. ~
16777 Luk   2:36  |                 profetesse, een dochter van Fanuel, uit den stam van
16778 Luk   2:36  |                van Fanuel, uit den stam van Aser; deze was tot groten
16779 Luk   2:36  |                 zeven jaren had geleefd van haar maagdom af. ~
16780 Luk   2:37  |                37 En zij was een weduwe van omtrent vier en tachtig
16781 Luk   2:38  |                 Heere beleden, en sprak van Hem tot allen, die de verlossing
16782 Luk   2:41  |                 Jeruzalem, op het feest van pascha. ~
16783 Luk   2:42  |                 waren, naar de gewoonte van den feestdag; ~
16784 Luk   3:1   |            vijftiende jaar der regering van den keizer Tiberius, als
16785 Luk   3:2   |             Gods tot Johannes, den zoon van Zacharias, in de woestijn. ~
16786 Luk   3:4   |                 in het boek der woorden van Jesaja, den profeet, zeggende:
16787 Luk   3:7   |              scharen, die uitkwamen, om van hem gedoopt te worden: Gij
16788 Luk   3:7   |                 u aangewezen te vlieden van den toekomenden toorn? ~
16789 Luk   3:15  |                in hun harten overleiden van Johannes, of hij niet mogelijk
16790 Luk   3:16  |               niet waardig ben den riem van Zijn schoenen te ontbinden;
16791 Luk   3:19  |               als Herodes, de viervorst van hem bestraft werd, om Herodias'
16792 Luk   3:19  |                 Herodias' wil, de vrouw van Filippus, zijn broeder,
16793 Luk   3:23  |                alzo men meende) de zoon van Jozef, den zoon van Heli, ~
16794 Luk   3:23  |                zoon van Jozef, den zoon van Heli, ~
16795 Luk   3:24  |                             24 Den zoon van Matthat, den zoon van Levi,
16796 Luk   3:24  |              zoon van Matthat, den zoon van Levi, den zoon van Melchi,
16797 Luk   3:24  |                 zoon van Levi, den zoon van Melchi, den zoon van Janna,
16798 Luk   3:24  |               zoon van Melchi, den zoon van Janna, den zoon van Jozef, ~
16799 Luk   3:24  |                zoon van Janna, den zoon van Jozef, ~
16800 Luk   3:25  |                             25 Den zoon van Mattathias, den zoon van
16801 Luk   3:25  |                van Mattathias, den zoon van Amos, den zoon van Naum,
16802 Luk   3:25  |                 zoon van Amos, den zoon van Naum, den zoon van Esli,
16803 Luk   3:25  |                 zoon van Naum, den zoon van Esli, den zoon van Naggai, ~
16804 Luk   3:25  |                 zoon van Esli, den zoon van Naggai, ~
16805 Luk   3:26  |                             26 Den zoon van Maath, den zoon van Mattathias,
16806 Luk   3:26  |                zoon van Maath, den zoon van Mattathias, den zoon van
16807 Luk   3:26  |                van Mattathias, den zoon van Semei, den zoon van Jozef,
16808 Luk   3:26  |                zoon van Semei, den zoon van Jozef, den zoon van Juda, ~
16809 Luk   3:26  |                zoon van Jozef, den zoon van Juda, ~
16810 Luk   3:27  |                             27 Den zoon van Johannes, den zoon van Rhesa,
16811 Luk   3:27  |             zoon van Johannes, den zoon van Rhesa, den zoon van Zorobabel,
16812 Luk   3:27  |                zoon van Rhesa, den zoon van Zorobabel, den zoon van
16813 Luk   3:27  |                 van Zorobabel, den zoon van Salathiel, den zoon van
16814 Luk   3:27  |                 van Salathiel, den zoon van Neri, ~
16815 Luk   3:28  |                             28 Den zoon van Melchi, den zoon van Addi,
16816 Luk   3:28  |               zoon van Melchi, den zoon van Addi, den zoon van Kosam,
16817 Luk   3:28  |                 zoon van Addi, den zoon van Kosam, den zoon van Elmodam,
16818 Luk   3:28  |                zoon van Kosam, den zoon van Elmodam, den zoon van Er, ~
16819 Luk   3:28  |              zoon van Elmodam, den zoon van Er, ~
16820 Luk   3:29  |                             29 Den zoon van Joses, den zoon van Eliezer,
16821 Luk   3:29  |                zoon van Joses, den zoon van Eliezer, den zoon van Jorim,
16822 Luk   3:29  |              zoon van Eliezer, den zoon van Jorim, den zoon van Matthat,
16823 Luk   3:29  |                zoon van Jorim, den zoon van Matthat, den zoon van Levi, ~
16824 Luk   3:29  |              zoon van Matthat, den zoon van Levi, ~
16825 Luk   3:30  |                             30 Den zoon van Simeon, den zoon van Juda,
16826 Luk   3:30  |               zoon van Simeon, den zoon van Juda, den zoon van Jozef,
16827 Luk   3:30  |                 zoon van Juda, den zoon van Jozef, den zoon van Jonan,
16828 Luk   3:30  |                zoon van Jozef, den zoon van Jonan, den zoon van Eljakim, ~
16829 Luk   3:30  |                zoon van Jonan, den zoon van Eljakim, ~
16830 Luk   3:31  |                             31 Den zoon van Meleas, den zoon van Mainan,
16831 Luk   3:31  |               zoon van Meleas, den zoon van Mainan, den zoon van Mattatha,
16832 Luk   3:31  |               zoon van Mainan, den zoon van Mattatha, den zoon van Nathan,
16833 Luk   3:31  |             zoon van Mattatha, den zoon van Nathan, den zoon van David, ~
16834 Luk   3:31  |               zoon van Nathan, den zoon van David, ~
16835 Luk   3:32  |                             32 Den zoon van Jesse, den zoon van Obed,
16836 Luk   3:32  |                zoon van Jesse, den zoon van Obed, den zoon van Booz,
16837 Luk   3:32  |                 zoon van Obed, den zoon van Booz, den zoon van Salmon,
16838 Luk   3:32  |                 zoon van Booz, den zoon van Salmon, den zoon van Nahasson, ~
16839 Luk   3:32  |               zoon van Salmon, den zoon van Nahasson, ~
16840 Luk   3:33  |                             33 Den zoon van Aminadab, den zoon van Aram,
16841 Luk   3:33  |             zoon van Aminadab, den zoon van Aram, den zoon van Esrom,
16842 Luk   3:33  |                 zoon van Aram, den zoon van Esrom, den zoon van Fares,
16843 Luk   3:33  |                zoon van Esrom, den zoon van Fares, den zoon van Juda, ~
16844 Luk   3:33  |                zoon van Fares, den zoon van Juda, ~
16845 Luk   3:34  |                             34 Den zoon van Jakob, den zoon van Izak,
16846 Luk   3:34  |                zoon van Jakob, den zoon van Izak, den zoon van Abraham,
16847 Luk   3:34  |                 zoon van Izak, den zoon van Abraham, den zoon van Thara,
16848 Luk   3:34  |              zoon van Abraham, den zoon van Thara, den zoon van Nachor, ~
16849 Luk   3:34  |                zoon van Thara, den zoon van Nachor, ~
16850 Luk   3:35  |                             35 Den zoon van Saruch, den zoon van Ragau,
16851 Luk   3:35  |               zoon van Saruch, den zoon van Ragau, den zoon van Falek,
16852 Luk   3:35  |                zoon van Ragau, den zoon van Falek, den zoon van Heber,
16853 Luk   3:35  |                zoon van Falek, den zoon van Heber, den zoon van Sala, ~
16854 Luk   3:35  |                zoon van Heber, den zoon van Sala, ~
16855 Luk   3:36  |                             36 Den zoon van Kainan, den zoon van Arfaxad,
16856 Luk   3:36  |               zoon van Kainan, den zoon van Arfaxad, den zoon van Sem,
16857 Luk   3:36  |              zoon van Arfaxad, den zoon van Sem, den zoon van Noe, den
16858 Luk   3:36  |              den zoon van Sem, den zoon van Noe, den zoon van Lamech, ~
16859 Luk   3:36  |              den zoon van Noe, den zoon van Lamech, ~
16860 Luk   3:37  |                             37 Den zoon van Mathusala, den zoon van
16861 Luk   3:37  |                 van Mathusala, den zoon van Enoch, den zoon van Jared,
16862 Luk   3:37  |                zoon van Enoch, den zoon van Jared, den zoon van Malaleel,
16863 Luk   3:37  |                zoon van Jared, den zoon van Malaleel, den zoon van Kainan, ~
16864 Luk   3:37  |             zoon van Malaleel, den zoon van Kainan, ~
16865 Luk   3:38  |                             38 Den zoon van Enos, den zoon van Seth,
16866 Luk   3:38  |                 zoon van Enos, den zoon van Seth, den zoon van Adam,
16867 Luk   3:38  |                 zoon van Seth, den zoon van Adam, den zoon van God. ~  ~
16868 Luk   3:38  |                 zoon van Adam, den zoon van God. ~  ~
16869 Luk   4:1   |                 Geestes, keerde wederom van de Jordaan, en werd door
16870 Luk   4:2   |             werd veertig dagen verzocht van den duivel; en at gans niet
16871 Luk   4:8   |     antwoordende, zeide tot hem: Ga weg van Mij, satan, want er is geschreven:
16872 Luk   4:9   |                 Gods zijt, werp Uzelven van hier nederwaarts; ~
16873 Luk   4:10  |        geschreven, dat Hij Zijn engelen van U bevelen zal, dat zij U
16874 Luk   4:13  |                voleindigd had, week hij van Hem voor een tijd. ~
16875 Luk   4:14  |                 Galilea; en het gerucht van Hem ging uit door het gehele
16876 Luk   4:15  |               in hun synagogen, en werd van allen geprezen.
16877 Luk   4:17  |               Hem werd gegeven het boek van den profeet Jesaja; en als
16878 Luk   4:18  |              genezen, die gebroken zijn van hart; ~
16879 Luk   4:20  |               zat Hij neder; en de ogen van allen in de synagoge waren
16880 Luk   4:22  |            zeiden: Is deze niet de Zoon van Jozef? ~
16881 Luk   4:25  |           weduwen in Israel in de dagen van Elias, toen de hemel drie
16882 Luk   4:26  |                          26 En tot geen van haar werd Elias gezonden,
16883 Luk   4:27  |          melaatsen in Israel, ten tijde van den profeet Elisa; en geen
16884 Luk   4:27  |              den profeet Elisa; en geen van hen werd gereinigd, dan
16885 Luk   4:29  |                stad gebouwd was, om Hem van de steilte af te werpen. ~
16886 Luk   4:30  |               Maar Hij, door het midden van hen doorgegaan zijnde, ging
16887 Luk   4:31  |               af te Kapernaum, een stad van Galilea, en leerde hen op
16888 Luk   4:35  |             zeggende: Zwijg stil, en ga van hem uit. En de duivel, hem
16889 Luk   4:35  |                 geworpen hebbende, voer van hem uit, zonder hem iets
16890 Luk   4:37  |                       37 En het gerucht van Hem ging uit in alle plaatsen
16891 Luk   4:38  |              synagoge, ging in het huis van Simon; en Simons vrouws
16892 Luk   4:39  |             koorts verliet haar; en zij van stonde aan opstaande, diende
16893 Luk   4:40  |               en Hij legde een iegelijk van hen de handen op, en genas
16894 Luk   4:41  |                 voeren ook duivelen uit van velen, roepende en zeggende:
16895 Luk   4:42  |                 hielden Hem op, dat Hij van hen niet zou weggaan. ~
16896 Luk   4:43  |            anderen steden het Evangelie van het Koninkrijk Gods verkondigen;
16897 Luk   4:44  |                predikte in de synagogen van Galilea. ~  ~  ~  ~ ~
16898 Luk   5:2   |              twee schepen aan den oever van het meer liggende, en de
16899 Luk   5:3   |                    3 En Hij ging in een van die schepen, hetwelk van
16900 Luk   5:3   |                van die schepen, hetwelk van Simon was, en bad hem, dat
16901 Luk   5:3   |                 hem, dat hij een weinig van het land afstak; en nederzittende,
16902 Luk   5:4   |                     4 En als Hij afliet van spreken, zeide Hij tot Simon:
16903 Luk   5:8   |                viel neder aan de knieen van Jezus, zeggende: Heere!
16904 Luk   5:8   |                 zeggende: Heere! ga uit van mij; want ik ben een zondig
16905 Luk   5:10  |           Jakobus en Johannes, de zonen van Zebedeus, die medegenoten
16906 Luk   5:10  |               Zebedeus, die medegenoten van Simon waren. En Jezus zeide
16907 Luk   5:10  |            zeide tot Simon: Vrees niet; van nu aan zult gij mensen vangen. ~
16908 Luk   5:13  |            terstond ging de melaatsheid van hem. ~
16909 Luk   5:15  |                     15 Maar het gerucht van Hem ging te meer voort;
16910 Luk   5:15  |              door Hem genezen te worden van hun krankheden. ~
16911 Luk   5:17  |                 en leraars der wet, die van alle vlekken van Galilea,
16912 Luk   5:17  |               wet, die van alle vlekken van Galilea, en Judea, en Jeruzalem
16913 Luk   5:29  |                 er was een grote schare van tollenaren, en van anderen,
16914 Luk   5:29  |               schare van tollenaren, en van anderen, die met hen aanzaten. ~
16915 Luk   5:31  |                den medicijnmeester niet van node, maar die ziek zijn. ~
16916 Luk   5:33  |             Waarom vasten de discipelen van Johannes dikmaals, en doen
16917 Luk   5:35  |             komen, wanneer de Bruidegom van hen zal weggenomen zijn,
16918 Luk   5:36  |         gelijkenis: Niemand zet een lap van een nieuw kleed op een oud
16919 Luk   5:36  |              nieuwe het oude, en de lap van het nieuwe komt met het
16920 Luk   6:5   |                 mensen is een Heere ook van den sabbat. ~
16921 Luk   6:15  |               Thomas, Jakobus, den zoon van Alfeus, en Simon genaamd
16922 Luk   6:16  |                   16 Judas, den broeder van Jakobus, en Judas Iskariot,
16923 Luk   6:17  |                 grote menigte des volks van geheel Judea en Jeruzalem,
16924 Luk   6:17  |           geheel Judea en Jeruzalem, en van den zeekant van Tyrus en
16925 Luk   6:17  |           Jeruzalem, en van den zeekant van Tyrus en Sidon; ~
16926 Luk   6:18  |                  om Hem te horen, en om van hun ziekten genezen te worden,
16927 Luk   6:18  |               genezen te worden, en die van onreine geesten gekweld
16928 Luk   6:19  |              raken; want er ging kracht van Hem uit, en Hij genas ze
16929 Luk   6:26  |                wanneer al de mensen wel van u spreken, want hun vaders
16930 Luk   6:30  |                 geeft een iegelijk, die van u begeert; en van dengene,
16931 Luk   6:30  |         iegelijk, die van u begeert; en van dengene, die het uwe neemt,
16932 Luk   6:34  |              indien gij leent dengenen, van welke gij hoopt weder te
16933 Luk   6:44  |              want men leest geen vijgen van doornen, en men snijdt geen
16934 Luk   6:44  |                en men snijdt geen druif van bramen. ~
16935 Luk   6:49  |                viel terstond, en de val van datzelve huis was groot. ~  ~
16936 Luk   7:2   |                   2 En een dienstknecht van een zeker hoofdman over
16937 Luk   7:3   |                                    3 En van Jezus gehoord hebbende,
16938 Luk   7:6   |                En als Hij nu niet verre van het huis was, zond de hoofdman
16939 Luk   7:8   |                een mens, onder de macht van anderen gesteld, hebbende
16940 Luk   7:11  |                 en met Hem gingen velen van Zijn discipelen, en een
16941 Luk   7:12  |              weduwe en een grote schare van de stad was met haar. ~
16942 Luk   7:17  |                       17 En dit gerucht van Hem ging uit in geheel Judea,
16943 Luk   7:18  |                     18 En de discipelen van Johannes boodschapten hem
16944 Luk   7:18  |               Johannes boodschapten hem van al deze dingen. ~
16945 Luk   7:19  |                En Johannes, zekere twee van zijn discipelen tot zich
16946 Luk   7:21  |         dezelfde ure genas Hij er velen van ziekten en kwalen, en boze
16947 Luk   7:24  |                      24 Als nu de boden van Johannes weggegaan waren,
16948 Luk   7:24  |                begon Hij tot de scharen van Johannes te zeggen: Wat
16949 Luk   7:24  |              aanschouwen? Een riet, dat van den wind ginds en weder
16950 Luk   7:27  |                         27 Deze is het, van welken geschreven is: Ziet,
16951 Luk   7:28  |               Ik zeg ulieden: Onder die van vrouwen geboren zijn, is
16952 Luk   7:29  |            tollenaars, die met den doop van Johannes gedoopt waren,
16953 Luk   7:30  |             tegen zichzelven verworpen, van hem niet gedoopt zijnde. ~
16954 Luk   7:31  |               wien zal Ik dan de mensen van dit geslacht vergelijken,
16955 Luk   7:34  |               wijnzuiper is, een Vriend van tollenaren en zondaren. ~
16956 Luk   7:35  |                gerechtvaardigd geworden van al haar kinderen. ~
16957 Luk   7:38  |              droogde ze af met het haar van haar hoofd, en kuste Zijn
16958 Luk   7:42  |              beiden kwijt. Zeg dan, wie van deze zal hem meer liefhebben? ~
16959 Luk   7:44  |                gemaakt, en met het haar van haar hoofd afgedroogd. ~
16960 Luk   7:45  |                 kus gegeven; maar deze, van dat zij ingekomen is, heeft
16961 Luk   8:1   |       geschiedde daarna, dat Hij reisde van de ene stad en vlek tot
16962 Luk   8:1   |             verkondigende het Evangelie van het Koninkrijk Gods; en
16963 Luk   8:2   |                 En sommige vrouwen, die van boze geesten en krankheden
16964 Luk   8:2   |               Maria, genaamd Magdalena, van welke zeven duivelen uitgegaan
16965 Luk   8:3   |                En Johanna, de huisvrouw van Chusas, den rentmeester
16966 Luk   8:3   |                 Chusas, den rentmeester van Herodes, en Susanna, en
16967 Luk   8:3   |                anderen, die Hem dienden van haar goederen. ~
16968 Luk   8:4   |                bijeenvergaderde, en zij van alle steden tot Hem kwamen,
16969 Luk   8:7   |               andere viel in het midden van de doornen, en de doornen
16970 Luk   8:10  |              gegeven, de verborgenheden van het Koninkrijk Gods te verstaan;
16971 Luk   8:18  |                hij meent te hebben, zal van hem genomen worden. ~
16972 Luk   8:20  |                En Hem werd geboodschapt van enigen, die zeiden: Uw moeder
16973 Luk   8:22  |                En het geschiedde in een van die dagen, dat Hij in een
16974 Luk   8:22  |           overvaren aan de andere zijde van het meer. En zij staken
16975 Luk   8:23  |             slaap; en er kwam een storm van wind op het meer, en zij
16976 Luk   8:27  |              zeker man uit de stad, die van over langen tijd met duivelen
16977 Luk   8:29  |         onreinen geest geboden, dat hij van den mens zou uitvaren; want
16978 Luk   8:29  |              verbrak de banden, en werd van den duivel gedreven in de
16979 Luk   8:33  |                 de duivelen, uitvarende van den mens, voeren in de zwijnen;
16980 Luk   8:33  |            zwijnen; en de kudde stortte van de steilte af in het meer;
16981 Luk   8:35  |              Jezus, en vonden den mens, van welken de duivelen uitgevaren
16982 Luk   8:35  |            waren, zittend aan de voeten van Jezus, gekleed en wel bij
16983 Luk   8:37  |                 37 En de gehele menigte van het omliggende land der
16984 Luk   8:37  |            Gadarenen baden Hem, dat Hij van hen wegging; want zij waren
16985 Luk   8:38  |                           38 En de man, van welken de duivelen uitgevaren
16986 Luk   8:38  |               zijn. Maar Jezus liet hem van Zich gaan, zeggende: ~
16987 Luk   8:41  |               en hij viel aan de voeten van Jezus, en bad Hem, dat Hij
16988 Luk   8:42  |              hij had een enige dochter, van omtrent twaalf jaren, en
16989 Luk   8:43  |                ten koste gelegd had; en van niemand had kunnen genezen
16990 Luk   8:44  |                                      44 Van achteren tot Hem komende,
16991 Luk   8:46  |               Ik heb bekend, dat kracht van Mij uitgegaan is. ~
16992 Luk   8:49  |              Hij nog sprak, kwam er een van het huis des oversten der
16993 Luk   9:3   |                  noch geld; noch iemand van u zal twee rokken hebben. ~
16994 Luk   9:4   |                  blijft aldaar, en gaat van daar uit. ~
16995 Luk   9:5   |             zullen ontvangen, uitgaande van die stad, schudt ook het
16996 Luk   9:5   |                  schudt ook het stof af van uw voeten, tot een getuigenis
16997 Luk   9:7   |                hoorde al de dingen, die van Hem geschiedden; en was
16998 Luk   9:7   |                was twijfelmoedig, omdat van sommigen gezegd werd, dat
16999 Luk   9:7   |               gezegd werd, dat Johannes van de doden was opgestaan; ~
17000 Luk   9:8   |                                    8 En van sommigen, dat Elias verschenen