1-500 | 501-596
Book Chapter: Verse
501 Luk 20:25 | 25 En Hij zeide tot hen: Geeft
502 Luk 21:25 | 25 En er zullen tekenen zijn
503 Luk 22:25 | 25 En Hij zeide tot hen: De
504 Luk 23:25 | 25 En hij liet hun los dengene,
505 Luk 24:25 | 25 En Hij zeide tot hen: O
506 Joha 1:25| 25 En zij vraagden hem en spraken
507 Joha 2:25| 25 En omdat Hij niet van node
508 Joha 3:25| 25 Er rees dan een vraag van
509 Joha 4:25| 25 De vrouw zeide tot Hem:
510 Joha 5:25| 25 Voorwaar, voorwaar zeg Ik
511 Joha 6:25| 25 En als zij Hem gevonden
512 Joha 7:25| 25 Sommigen dan uit die van
513 Joha 8:25| 25 Zij zeiden dan tot Hem:
514 Joha 9:25| 25 Hij dan antwoordde en zeide:
515 Joha 10:25| 25 Jezus antwoordde hun: Ik
516 Joha 11:25| 25 Jezus zeide tot haar: Ik
517 Joha 12:25| 25 Die zijn leven liefheeft,
518 Joha 13:25| 25 En deze, vallende op de
519 Joha 14:25| 25 Deze dingen heb Ik tot u
520 Joha 15:25| 25 Maar dit geschiedt, opdat
521 Joha 16:25| 25 Deze dingen heb Ik door
522 Joha 17:25| 25 Rechtvaardige Vader, de
523 Joha 18:25| 25 En Simon Petrus stond en
524 Joha 19:25| 25 En bij het kruis van Jezus
525 Joha 20:25| 25 De andere discipelen dan
526 Joha 21:25| 25 En er zijn nog vele andere
527 Hand 1:25| 25 Om te ontvangen het lot
528 Hand 2:25| 25 Want David zegt van Hem:
529 Hand 3:25| 25 Gijlieden zijt kinderen
530 Hand 4:25| 25 Die door den mond van David
531 Hand 5:25| 25 En als het geschiedde, dat
532 Hand 6:25| 25 En Barnabas ging uit naar
533 Hand 6:55| 25 Barnabas nu en Saulus keerden
534 Hand 7:25| 25 Doch als Johannes den loop
535 Hand 8:25| 25 En als zij te Perge het
536 Hand 9:25| 25 Zo heeft het ons eendrachtelijk
537 Hand 10:25| 25 En omtrent den middernacht
538 Hand 11:25| 25 En wordt ook van mensenhanden
539 Hand 12:25| 25 Deze was in den weg des
540 Hand 13:25| 25 Welke hij samenvergaderd
541 Hand 14:25| 25 En nu ziet, ik weet, dat
542 Hand 15:25| 25 Doch van de heidenen, die
543 Hand 16:25| 25 En alzo zij hem met de riemen
544 Hand 17:25| 25 En hij schreef een brief,
545 Hand 18:25| 25 En als hij handelde van
546 Hand 19 | 25 ~
547 Hand 19:25| 25 Maar ik bevonden hebbende,
548 Hand 20:25| 25 Maar hij zeide: Ik raas
549 Hand 21:25| 25 Daarom zijt goedsmoeds,
550 Hand 22:25| 25 En tegen elkander oneens
551 Rom 1:25 | 25 Als die de waarheid Gods
552 Rom 2:25 | 25 Want de besnijdenis is wel
553 Rom 3:25 | 25 Welken God voorgesteld heeft
554 Rom 4:25 | 25 Welke overgeleverd is om
555 Rom 7:25 | 25 Ik dank God, door Jezus
556 Rom 8:25 | 25 Maar indien wij hopen, hetgeen
557 Rom 9:25 | 25 Gelijk Hij ook in Hosea
558 Rom 11:25 | 25 Want ik wil niet, broeders,
559 Rom 15:25 | 25 Maar nu reis ik naar Jeruzalem,
560 Rom 16:25 | 25 Hem nu, Die machtig is u
561 1Kor 1:25| 25 Want het dwaze Gods is wijzer
562 1Kor 7:25| 25 Aangaande de maagden nu,
563 1Kor 9:25| 25 En een iegelijk, die om
564 1Kor 10:25| 25 Eet al wat in het vleeshuis
565 1Kor 11:25| 25 Desgelijks nam Hij ook den
566 1Kor 12:25| 25 Opdat geen tweedracht in
567 1Kor 14:25| 25 En alzo worden de verborgene
568 1Kor 15:25| 25 Want Hij moet als Koning
569 2Kor 11:25| 25 Driemaal ben ik met roeden
570 Gal 3:25 | 25 Maar als het geloof gekomen
571 Gal 4:25 | 25 Want dit, namelijk Agar,
572 Gal 5:25 | 25 Indien wij door den Geest
573 Efez 4:25| 25 Daarom legt af de leugen,
574 Efez 5:25| 25 Gij mannen, hebt uw eigen
575 Fili 1:25| 25 En dit vertrouw en weet
576 Fili 2:25| 25 Maar ik heb nodig geacht
577 Kol 1:25 | 25 Welker dienaar ik geworden
578 Kol 3:25 | 25 Maar die onrecht doet, die
579 1The 5:25| 25 Broeders, bidt voor ons. ~
580 1Tim 5:25| 25 Desgelijks ook de goede
581 2Tim 2:25| 25 Met zachtmoedigheid onderwijzende
582 File 1:25| 25 De genade van onzen Heere
583 Heb 7:25 | 25 Waarom Hij ook volkomenlijk
584 Heb 9:25 | 25 Noch ook, opdat Hij Zichzelven
585 Heb 10:25 | 25 En laat ons onze onderlinge
586 Heb 11:25 | 25 Verkiezende liever met het
587 Heb 12:25 | 25 Ziet toe, dat gij Dien,
588 Heb 13:25 | 25 De genade zij met u allen.
589 Jako 1:25| 25 Maar die inziet in de volmaakte
590 Jako 2:25| 25 En desgelijks ook Rachab,
591 1Pet 1:25| 25 Maar het Woord des Heeren
592 1Pet 2:25| 25 Want gij waart als dwalende
593 1Joh 2:25| 25 En dit is de belofte, die
594 Jud 1:25 | 25 Den alleen wijzen God, onzen
595 Open 2:25| 25 Maar hetgeen gij hebt, houdt
596 Open 21:25| 25 En haar poorten zullen niet
1-500 | 501-596 |