1-500 | 501-560
Book Chapter: Verse
1 Gen 1:14 | hemels, om scheiding te maken tussen den dag en tussen
2 Gen 1:18 | nacht, en om scheiding te maken tussen het licht en tussen
3 Gen 1:26 | God zeide: Laat Ons mensen maken, naar Ons beeld, naar Onze
4 Gen 2:18 | zij; Ik zal hem een hulpe maken, die als tegen hem over
5 Gen 3:6 | begeerlijk was om verstandig te maken; en zij nam van zijn vrucht
6 Gen 6:14 | kameren zult gij deze ark maken; en gij zult die bepekken
7 Gen 6:15 | aldus is het, dat gij haar maken zult: driehonderd ellen
8 Gen 6:16 | zult een venster aan de ark maken, en zult haar volmaken tot
9 Gen 6:16 | tweede en derde verdiepingen maken. ~
10 Gen 11:4 | laat ons een naam voor ons maken, opdat wij niet misschien
11 Gen 11:6 | het, dat zij beginnen te maken; maar nu, zoude hun niet
12 Gen 11:6 | wat zij bedacht hebben te maken? ~
13 Gen 12:2 | zal u tot een groot volk maken, en u zegenen, en uw naam
14 Gen 12:2 | zegenen, en uw naam groot maken; en wees een zegen! ~
15 Gen 16:6 | zal u gans zeer vruchtbaar maken, en Ik zal u tot volken
16 Gen 16:20 | gezegend, en zal hem vruchtbaar maken, en hem gans zeer vermenigvuldigen;
17 Gen 17:7 | die haastte, om dat toe te maken. ~
18 Gen 23:40 | Hij zal uw weg voorspoedig maken, dat gij voor mijn zoon
19 Gen 23:42 | nu mijn weg voorspoedig maken zult, op welke ik ga; ~
20 Gen 24:28 | laat ons een verbond met u maken: ~
21 Gen 25:9 | ik zal die voor uw vader maken tot smakelijke spijzen,
22 Gen 28:44 | kom, laat ons een verbond maken, ik en gij, dat het tot
23 Gen 31:30 | beroerd, mits mij stinkende te maken onder de inwoners dezes
24 Gen 32:3 | en ik zal daar een altaar maken dien God, Die mij antwoordt
25 Gen 44:4 | Zie, Ik zal u vruchtbaar maken, en u vermenigvuldigen,
26 Exo 5:7 | stro meer geven, tot het maken der tichelstenen, als gisteren
27 Exo 5:14 | niet voleindigd, in het maken der tichelstenen, gelijk
28 Exo 9:4 | HEERE zal een afzondering maken tussen het vee der Israelieten,
29 Exo 12:4 | eten kan; gij zult rekening maken naar het lam. ~
30 Exo 15:2 | Hem een liefelijke woning maken; Hij is mijns vaders God,
31 Exo 20:4 | beeld, noch enige gelijkenis maken, van hetgeen boven in den
32 Exo 20:23 | Gij zult nevens Mij niet maken zilveren goden, en gouden
33 Exo 20:23 | gouden goden zult gij u niet maken. ~
34 Exo 20:25 | Mij een stenen altaar zult maken, zo zult gij dit niet bouwen
35 Exo 23:27 | hetwelk gij komt, versaagd maken; en Ik zal maken, dat al
36 Exo 23:27 | versaagd maken; en Ik zal maken, dat al uw vijanden u den
37 Exo 23:32 | met hun goden, een verbond maken. ~
38 Exo 25:8 | zullen Mij een heiligdom maken, dat Ik in het midden van
39 Exo 25:9 | alzo zult gijlieden dat maken. ~
40 Exo 25:10 | zij een ark van sittimhout maken; twee ellen en een halve
41 Exo 25:11 | dezelve een gouden krans maken rondom heen. ~
42 Exo 25:17 | zult ook een verzoendeksel maken van louter goud; twee ellen
43 Exo 25:18 | ook twee cherubim van goud maken; van dicht goud zult gij
44 Exo 25:18 | van dicht goud zult gij ze maken, uit de beide einden des
45 Exo 25:19 | zult gijlieden de cherubim maken, uit de beide einden van
46 Exo 25:23 | 23 Gij zult ook een tafel maken van sittimhout; twee ellen
47 Exo 25:24 | een gouden krans daaraan maken, rondom heen. ~
48 Exo 25:25 | een lijst rondom daaraan maken, een hand breed; en gij
49 Exo 25:25 | krans rondom derzelver lijst maken. ~
50 Exo 25:26 | vier gouden ringen daaraan maken; en gij zult de ringen zetten
51 Exo 25:28 | zult gij van sittimhout maken, en gij zult dezelve met
52 Exo 25:29 | 29 Gij zult ook maken haar schotelen, en haar
53 Exo 25:29 | louter goud zult gij ze maken. ~
54 Exo 25:31 | kandelaar van louter goud maken. Van dicht werk zal deze
55 Exo 25:37 | zult hem ook zeven lampen maken, en men zal zijn lampen
56 Exo 25:39 | louter goud zal men dat maken, met al dit gereedschap. ~
57 Exo 26:1 | Den tabernakel nu zult gij maken van tien gordijnen, van
58 Exo 26:1 | allerkunstelijkste werk zult gij ze maken. ~
59 Exo 26:4 | hemelsblauwe striklisjes maken aan den kant van de ene
60 Exo 26:5 | zult gij aan de ene gordijn maken, en vijftig striklisjes
61 Exo 26:5 | vijftig striklisjes zult gij maken aan het uiterste der gordijn,
62 Exo 26:6 | ook vijftig gouden haakjes maken, en zult de gordijnen samenvoegen,
63 Exo 26:7 | gordijnen uit geiten haar maken tot een tent over den tabernakel;
64 Exo 26:7 | elf gordijnen zult gij die maken. ~
65 Exo 26:9 | gordijnen zult gij dubbel maken, recht voorop de tent. ~
66 Exo 26:10 | zult vijftig striklisjes maken aan den kant van de ene
67 Exo 26:11 | vijftig koperen haakjes maken, en gij zult de haakjes
68 Exo 26:14 | voor de tent een deksel maken van roodgeverfde ramsvellen,
69 Exo 26:15 | tabernakel staande berderen maken van sittimhout. ~
70 Exo 26:17 | berderen des tabernakels maken. ~
71 Exo 26:18 | tabernakel zult gij aldus maken; twintig berderen naar de
72 Exo 26:19 | veertig zilveren voeten maken onder de twintig berderen;
73 Exo 26:22 | westen zult gij zes berderen maken. ~
74 Exo 26:23 | Ook zult gij twee berderen maken tot de hoekberderen des
75 Exo 26:26 | 26 Gij zult ook richelen maken van sittimhout; vijf aan
76 Exo 26:29 | richelen) zult gij van goud maken; de richelen zult gij ook
77 Exo 26:31 | Daarna zult gij een voorhang maken, van hemelsblauw, en purper,
78 Exo 26:31 | allerkunstelijkste werk zal men dien maken, met cherubim. ~
79 Exo 26:33 | zal ulieden een scheiding maken tussen het heilige, en tussen
80 Exo 26:36 | deur der tent een deksel maken, van hemelsblauw, en purper,
81 Exo 26:37 | pilaren van sittim hout maken, en die met goud overtrekken;
82 Exo 27:1 | Gij zult ook een altaar maken van sittimhout; vijf ellen
83 Exo 27:2 | En gij zult zijn hoornen maken op zijn vier hoeken; uit
84 Exo 27:3 | Gij zult het ook potten maken, om zijn as te ontvangen,
85 Exo 27:3 | gereedschap zult gij van koper maken. ~
86 Exo 27:4 | Gij zult het een rooster maken van koperen netwerk; en
87 Exo 27:4 | net vier koperen ringen maken aan zijn vier einden. ~
88 Exo 27:6 | 6 Gij zult ook handbomen maken tot het altaar, handbomen
89 Exo 27:8 | hetzelve hol van planken maken; gelijk als Hij u op den
90 Exo 27:9 | voorhof des tabernakels maken; aan den zuidhoek zuidwaarts,
91 Exo 28:2 | broeder Aaron heilige klederen maken, tot heerlijkheid en tot
92 Exo 28:3 | zij voor Aaron klederen maken, om hem te heiligen, dat
93 Exo 28:4 | zijn de klederen, die zij maken zullen: een borstlap, en
94 Exo 28:4 | broeder Aaron heilige klederen maken, en voor zijn zonen, om
95 Exo 28:6 | 6 En zullen den efod maken van goud, hemelsblauw, en
96 Exo 28:11 | van Israel; gij zult ze maken, dat zij omvat zijn in gouden
97 Exo 28:13 | zult ook gouden kastjes maken, ~
98 Exo 28:14 | gelijk-eindigende zult gij die maken, gedraaid werk; en de gedraaide
99 Exo 28:15 | een borstlap des gerichts maken, van het allerkunstelijkste
100 Exo 28:15 | werk des efods zult gij hem maken; van goud, hemelsblauw,
101 Exo 28:15 | getweernd linnen zult gij hem maken. ~
102 Exo 28:22 | gedraaid werk uit louter goud maken. ~
103 Exo 28:23 | borstlap twee gouden ringen maken; en gij zult de twee ringen
104 Exo 28:26 | zult nog twee gouden ringen maken, en zult ze aan de twee
105 Exo 28:27 | zult gij twee gouden ringen maken, die gij zetten zult aan
106 Exo 28:31 | efods geheel van hemelsblauw maken. ~
107 Exo 28:33 | zult gij granaatappelen maken van hemelsblauw, en van
108 Exo 28:36 | Verder zult gij een plaat maken van louter goud, en gij
109 Exo 28:38 | des HEEREN aangenaam te maken. ~
110 Exo 28:39 | zult ook een rok vol oogjes maken, van fijn linnen; gij zult
111 Exo 28:39 | den hoed van fijn linnen maken; maar den gordel zult gij
112 Exo 28:39 | gij van geborduurd werk maken. ~
113 Exo 28:40 | Aaron zult gij ook rokken maken, en gij zult voor hen gordels
114 Exo 28:40 | gij zult voor hen gordels maken; ook zult gij voor hen mutsen
115 Exo 28:40 | zult gij voor hen mutsen maken, tot heerlijkheid en sieraad. ~
116 Exo 29:2 | tarwemeelbloem zult gij dezelve maken. ~
117 Exo 30:1 | reukaltaar des reukwerks maken; van sittimhout zult gij
118 Exo 30:1 | sittimhout zult gij het maken. ~
119 Exo 30:3 | een gouden krans rondom maken. ~
120 Exo 30:4 | twee gouden ringen daaraan maken, onder zijn krans; aan zijn
121 Exo 30:4 | zijden zult gij dezelve maken, aan zijn beide zijden;
122 Exo 30:5 | zult gij van sittimhout maken, en gij zult die met goud
123 Exo 30:18 | zult ook een koperen wasvat maken, met zijn koperen voet,
124 Exo 30:32 | maaksel geen dergelijke maken; het is heiligheid, zij
125 Exo 30:33 | De man, die zulk een zalf maken zal als deze, of die daarvan
126 Exo 30:35 | reukwerk ener zalf daaruit maken, naar het werk des apothekers,
127 Exo 30:37 | gijlieden voor uzelven geen maken; het zal u heiligheid zijn
128 Exo 30:38 | 38 De man, die dergelijke maken zal, om daaraan te rieken,
129 Exo 31:6 | wijsheid gegeven; en zij zullen maken al wat Ik u geboden heb. ~
130 Exo 31:11 | geboden heb, zullen zij het maken. ~
131 Exo 32:10 | Ik u tot een groot volk maken. ~
132 Exo 33:10 | Ik u tot een groot volk maken. ~
133 Exo 34:39 | haar goden nahoererende, maken, dat ook uw zonen haar goden
134 Exo 34:40 | zult u geen gegoten goden maken. ~
135 Exo 35:10 | ulieden, zullen komen, en maken alles, wat de HEERE geboden
136 Exo 35:29 | de HEERE geboden had te maken door de hand van Mozes;
137 Exo 35:35 | wijsheid des harten, om te maken alle werk eens werkmeesters,
138 Exo 36:1 | had, om te weten, hoe zij maken zouden alle werk ten dienste
139 Exo 36:2 | tot het werk, om dat te maken. ~
140 Exo 36:3 | des heiligdoms, om dat te maken; doch zij brachten tot hem
141 Exo 36:5 | werks, hetwelk de HEERE te maken geboden heeft. ~
142 Exo 36:7 | het gehele werk, dat te maken was; ja, er was over. ~
143 Lev 1:7 | den priester, zullen vuur maken op het altaar, en zullen
144 Lev 5:10 | andere zal hij ten brandoffer maken, naar de wijze; zo zal de
145 Lev 10:10 | 10 En om onderscheid te maken tussen het heilige en tussen
146 Lev 16:9 | en zal hem ten zondoffer maken. ~
147 Lev 19:4 | en u geen gegoten goden maken; Ik ben de HEERE, uw God! ~
148 Lev 19:28 | geen snijding in uw vlees maken, noch schrift van een ingedrukt
149 Lev 19:28 | een ingedrukt teken in u maken; Ik ben de HEERE! ~
150 Lev 20:25 | Daarom zult gij onderscheid maken tussen reine en onreine
151 Lev 20:25 | zielen niet verfoeilijk maken aan de beesten en aan het
152 Lev 21:5 | hun hoofd geen kaalheid maken, en zullen den hoek van
153 Lev 25:1 | zult ulieden geen afgoden maken; noch gesneden beeld, noch
154 Lev 25:9 | wenden, en zal u vruchtbaar maken, en u vermenigvuldigen;
155 Lev 25:19 | en zal uw hemel als ijzer maken, en uw aarde als koper. ~
156 Lev 25:31 | zal uw steden een woestijn maken, en uw heiligdommen verwoesten;
157 Lev 25:44 | om een einde van hen te maken, vernietigende Mijn verbond
158 Num 10:2 | van dicht werk zult gij ze maken; en zij zullen u zijn tot
159 Num 10:7 | doch geen gebroken geklank maken. ~
160 Num 10:9 | trompetten een gebroken klank maken; zo zal uwer gedacht worden
161 Num 12:6 | gezicht Mij aan hem bekend maken, door een droom zal Ik met
162 Num 14:12 | een groter en sterker volk maken, dan dit is. ~
163 Num 15:3 | een liefelijken reuk te maken, van runderen of van klein
164 Num 15:38 | Dat zij zich snoertjes maken aan de hoeken hunner klederen,
165 Num 16:5 | dan zal de HEERE bekend maken, wie de Zijne, en de heilige
166 Num 17:10 | alzo zult gij een einde maken van hun murmureringen tegen
167 Num 18:10 | alzo zult gij een einde maken van hun murmureringen tegen
168 Num 23:3 | zal, dat zal ik u bekend maken. Toen ging hij op de hoogte. ~
169 Num 23:19 | spreken, en niet bestendig maken? ~
170 Num 26:54 | gij hun erfenis meerder maken, en aan hen, die weinig
171 Num 26:54 | zult gij hun erfenis minder maken; aan een iegelijk zal, naar
172 Num 30:8 | op haar was, zal te niet maken, mitsgaders de uitspraak
173 Num 30:13 | die zal haar man te niet maken.
174 Num 30:15 | hij ze ganselijk te niet maken zal, nadat hij het gehoord
175 Num 32:54 | gij hun erfenis meerder maken, en dien, die weinig zijn,
176 Num 32:54 | zult gij hun erfenis minder maken; waarheen voor iemand het
177 Num 34:11 | 11 Zo zult gij maken, dat u steden tegemoet liggen,
178 Deu 4:9 | uw kindskinderen bekend maken. ~
179 Deu 4:23 | een gesneden beeld zoudt maken, de gelijkenis van iets,
180 Deu 5:8 | zult u geen gesneden beeld maken, noch enige gelijkenis,
181 Deu 7:2 | zult geen verbond met hen maken, noch hun genadig zijn. ~
182 Deu 9:14 | machtiger en meerder volk maken, dan dit is. ~
183 Deu 10:1 | gij u een kist van hout maken. ~
184 Deu 14:1 | niet snijden, noch kaalheid maken tussen uw ogen, over een
185 Deu 15:1 | zult gij een vrijlating maken. ~
186 Deu 16:21 | HEEREN, uws Gods, dat gij u maken zult. ~
187 Deu 20:12 | zij geen vrede met u zal maken, maar krijg tegen u voeren,
188 Deu 22:8 | gij op uw dak een leuning maken; opdat gij geen bloedschuld
189 Deu 22:12 | 12 Snoeren zult gij u maken aan de vier hoeken uws opperkleeds,
190 Deu 27:15 | werkmeesters handen, zal maken, en zetten in het verborgene!
191 Deu 28:13 | HEERE zal u tot een hoofd maken, en niet tot een staart,
192 Deu 28:29 | wegen niet zult voorspoedig maken; maar gij zult alleenlijk
193 Deu 28:30 | planten, maar dien niet gemeen maken. ~
194 Deu 28:59 | HEERE uw plagen wonderlijk maken, mitsgaders de plagen van
195 Deu 29:1 | HEERE Mozes geboden heeft te maken met de kinderen Israels,
196 Deu 32:7 | vader, die zal het u bekend maken, uw ouden, en zij zullen
197 Deu 32:42 | zal Mijn pijlen dronken maken van bloed, en Mijn zwaard
198 Joz 1:8 | gij uw wegen voorspoedig maken, en alsdan zult gij verstandelijk
199 Joz 3:7 | zal Ik beginnen u groot te maken voor de ogen van gans Israel,
200 Joz 9:7 | wij dan een verbond met u maken? ~
201 Joz 23:26 | Laat ons toch voor ons maken, bouwende een altaar, niet
202 Ric 2:2 | aangaande, gij zult geen verbond maken met de inwoners dezes lands;
203 Ric 16:3 | en een gegoten beeld te maken; zo zal ik het u nu wedergeven. ~
204 Rut 1:17 | dood alleen zal scheiding maken tussen mij en tussen u! ~
205 1Sa 8:12 | dat zij zijn krijgswapenen maken, mitsgaders zijn wapentuig. ~
206 1Sa 11:2 | een verbond met ulieden maken, dat ik u allen het rechteroog
207 1Sa 12:22 | ulieden Zich tot een volk te maken. ~
208 1Sa 13:19 | Hebreen geen zwaard noch spies maken. ~
209 1Sa 14:12 | en wij zullen het u wijs maken. En Jonathan zeide tot zijn
210 1Sa 25:28 | heer een bestendig huis maken, dewijl mijn heer de oorlogen
211 1Sa 29:4 | bij zijn heer aangenaam maken? Is het niet met de hoofden
212 2Sa 3:13 | ik zal een verbond met u maken; doch een ding begeer ik
213 2Sa 3:21 | dat zij een verbond met u maken, en gij regeert over alles,
214 2Sa 7:11 | dat de HEERE u een huis maken zal. ~
215 2Sa 7:21 | aan Uw knecht bekend te maken. ~
216 2Sa 15:34 | raad van Achitofel te niet maken. ~
217 1Kon 5:9 | zult, en zal het aldaar los maken, en gij zult het wegnemen;
218 1Kon 7:14| alle werk in het koper te maken; deze kwam tot den koning
219 1Kon 7:40| voleindde al het werk te maken, dat hij voor den koning
220 1Kon 9:1 | Salomo, die hem gelust had te maken; ~
221 1Kon 12:1 | gekomen, om hem koning te maken. ~
222 1Kon 16:3 | wegdoen; en Ik zal uw huis maken, gelijk het huis van Jerobeam,
223 1Kon 16:21| Ginath, om hem koning te maken; en de helft volgde Omri. ~
224 1Kon 17:13| zoon zult gij daarna wat maken. ~
225 1Kon 21:22| 22 En Ik zal uw huis maken gelijk het huis van Jerobeam,
226 2Kon 4:10| opperkamer van een wand maken, en laat ons daar voor hem
227 2Kon 5:7 | om te doden en levend te maken, dat deze tot mij zendt,
228 2Kon 6:2 | wij ons daar een plaats maken, om er te wonen. En hij
229 2Kon 9:9 | Ik zal het huis van Achab maken als het huis van Jerobeam,
230 2Kon 10:5 | wij zullen niemand koning maken; doe wat goed is in uw ogen. ~
231 2Kon 22:5 | gezien; zie, Ik zal u gezond maken; aan den derden dag zult
232 2Kon 22:8 | dat de HEERE mij gezond maken zal, en dat ik den derden
233 1Kro 11:10| Israel, om hem koning te maken, naar het woord des HEEREN
234 1Kro 12:31| kwamen, om David koning te maken; ~
235 1Kro 12:38| Hebron, om David koning te maken over gans Israel. En ook
236 1Kro 12:38| om David tot koning te maken. ~
237 1Kro 17:14| hem in Mijn huis bestendig maken, en in Mijn Koninkrijk tot
238 1Kro 17:19| deze grote dingen bekend te maken. ~
239 1Kro 23:5 | zal men ten hoogste groot maken, tot een Naam en tot heerlijkheid
240 1Kro 30:5 | hand der werkmeesteren te maken. En wie is er willig, heden
241 1Kro 30:12| in Uw hand alles groot te maken en sterk te maken. ~
242 1Kro 30:12| groot te maken en sterk te maken. ~
243 2Kro 4:11| voleindde Huram het werk te maken, dat hij voor de koning
244 2Kro 8:11| HEEREN en in zijn huis te maken, richtte hij voorspoedig
245 2Kro 8:20| spotrede onder alle volken maken. ~
246 2Kro 11:1 | gekomen, om hem koning te maken. ~
247 2Kro 12:22| het was om hem koning te maken. ~
248 2Kro 14:12| tegen u alarmgeklank te maken; o kinderen Israels, strijdt
249 2Kro 21:36| zich met hem, om schepen te maken, om naar Tharsis te gaan;
250 2Kro 29:10| mijn hart een verbond te maken met den HEERE, den God Israels,
251 2Kro 32:18| was, om die bevreesd te maken en die te beroeren, opdat
252 Ezra 4:16| 16 Wij maken dan de koning bekend, dat,
253 Ezra 7:25| zult gijlieden die bekend maken. ~
254 Ezra 10:3 | Laat ons dan nu een verbond maken met onze God, dat wij al
255 Neh 4:2 | uit de stofhopen levend maken, daar zij verbrand zijn? ~
256 Neh 4:8 | verbijstering daarin te maken. ~
257 Neh 6:9 | zochten ons vreesachtig te maken, zeggende: Hun handen zullen
258 Neh 6:14 | gezocht hebben vreesachtig te maken. ~
259 Neh 6:19 | brieven, om mij vreesachtig te maken. ~ ~ ~
260 Neh 8:13 | en om grote blijdschap te maken; want zij hadden de woorden
261 Neh 8:16 | zij het zouden luidbaar maken, en een stem laten doorgaan
262 Neh 8:16 | bomen, om loofhutten te maken, als er geschreven is. ~
263 Neh 9:38 | 38 En in dit alles maken wij een vast verbond en
264 Est 29:2 | goed, en hij deed de galg maken. ~ ~ ~ ~ ~
265 Est 52:9 | dag; dat zij dezelve dagen maken zouden tot dagen der maaltijden,
266 Job 14:9 | uitspruiten, en zal een tak maken, gelijk een plant. ~
267 Job 18:2 | een einde van woorden zult maken? Merkt op, en daarna zullen
268 Job 24:25 | wie zal mij leugenachtig maken, en mijn rede tot niet brengen? ~
269 Job 30:10 | een gruwel aan mij, zij maken zich verre van mij, ja,
270 Job 39:3 | ook Mijn oordeel te niet maken? Zult Gij Mij verdoemen,
271 Job 39:22 | hij aan u veel smekingen maken? Zal hij zachtjes tot u
272 Job 39:23 | Zal hij een verbond met u maken? Zult gij hem aannemen tot
273 Psa 10:5 | 5 Zijn wegen maken ten allen tijde smarte;
274 Psa 14:1 | Zij verderven het, zij maken het gruwelijk met hun werk;
275 Psa 16:11 | het pad des levens bekend maken; verzadiging der vreugde
276 Psa 25:14 | verbond, om hun die bekend te maken. ~
277 Psa 36:26 | die zich tegen mij groot maken. ~
278 Psa 38:5 | vertrouw op Hem; Hij zal het maken; ~
279 Psa 39:17 | zij zich tegen mij groot maken. ~
280 Psa 50:5 | gunstgenoten, die Mijn verbond maken met offerande! ~
281 Psa 55:18 | zal ik klagen en getier maken; en Hij zal mijn stem horen. ~
282 Psa 69:27 | dien Gij geslagen hebt; en maken een praat van de smart Uwer
283 Psa 71:14 | zal al Uw lof nog groter maken. ~
284 Psa 71:20 | zien, zult mij weder levend maken, en zult mij weder ophalen
285 Psa 76:11 | des mensen zal U loffelijk maken; het overblijfsel der grimmigheden
286 Psa 78:5 | hun kinderen zouden bekend maken; ~
287 Psa 83:3 | 3 Want zie, Uw vijanden maken getier, en Uw haters steken
288 Psa 83:4 | 4 Zij maken listiglijk een heimelijken
289 Psa 85:7 | Gij ons niet weder levend maken, opdat Uw volk zich in U
290 Psa 89:2 | waarheid met mijn mond bekend maken, van geslacht tot geslacht. ~
291 Psa 102:21 | gevangenen te horen, om los te maken de kinderen des doods; ~
292 Psa 104:22 | 22 De zon opgaande, maken zij zich weg, en liggen
293 Psa 110:6 | zal het vol dode lichamen maken; Hij zal verslaan dengene,
294 Psa 115:8 | 8 Dat die hen maken hun gelijk worden, en al
295 Psa 135:18 | 18 Dat die ze maken, hun gelijk worden, en al
296 Psa 145:12 | mensenkinderen bekend te maken Zijn mogendheden, en de
297 Spre 1:23| zal Mijn woorden u bekend maken. ~
298 Spre 3:6 | en Hij zal uw paden recht maken. ~
299 Spre 5:19| borsten te allen tijd dronken maken; dool steeds in haar liefde. ~
300 Spre 7:18| toe; laat ons ons vrolijk maken in grote liefde. ~
301 Spre 9:15| voorbijgaan, die hun paden recht maken, zeggende: ~
302 Spre 15:13| zal het aangezicht blijde maken; maar door de smart des
303 Spre 17:22| hart zal een medicijn goed maken; maar een verslagen geest
304 Spre 20:11| handelingen zich bekend maken, of zijn werk zuiver, en
305 Spre 22:5 | zal zich verre van die maken. ~
306 Spre 22:21| 21 Om u bekend te maken de zekerheid van de redenen
307 Spre 23:5 | zich gewisselijk vleugelen maken gelijk een arend, die naar
308 Spre 30:29| 29 Deze drie maken een goeden tred; ja, vier
309 Spre 30:29| er, die een goeden gang maken; ~
310 Pred 7:7 | onderdrukking zou wel een wijze dol maken; en het geschenk verderft
311 Pred 7:13| Gods; want wie kan recht maken, dat Hij krom gemaakt heeft? ~
312 Pred 10:10| zaak, om iets recht te maken. ~
313 Pred 12:12| gewaarschuwd; van vele boeken te maken is geen einde, en veel lezens
314 Hoo 1:11 | zullen u gouden spangen maken, met zilveren stipjes. ~
315 Jes 1:5 | zoudt des afvals des te meer maken; het ganse hoofd is krank,
316 Jes 3:17 | dochteren van Sion schurftig maken, en de HEERE zal haar schaamte
317 Jes 5:5 | Ik zal ulieden nu bekend maken, wat Ik Mijn wijngaard doen
318 Jes 5:6 | Ik zal hem tot woestheid maken; hij zal niet besnoeid,
319 Jes 7:6 | den zoon van Tabeal koning maken in het midden van hen. ~
320 Jes 11:15 | stromen, en Hij zal maken, dat men met schoenen daardoor
321 Jes 13:12 | 12 Ik zal maken, dat een man dierbaarder
322 Jes 14:7 | aarde rust, zij is stil; zij maken groot geschal met gejuich. ~
323 Jes 15:4 | gehoord tot Jahaz toe; daarom maken de toegerusten van Moab
324 Jes 19:8 | stromen werpen, zullen rouw maken; en die het werpnet uitbreiden
325 Jes 19:10 | lustige staande wateren maken. ~
326 Jes 22:11 | Ook zult gij een gracht maken tussen beide de muren, voor
327 Jes 23:9 | der aarde verachtelijk te maken. ~
328 Jes 25:6 | volken een vetten maaltijd maken, een maaltijd van reinen
329 Jes 25:9 | verwacht, en Hij zal ons zalig maken. Deze is de HEERE, wij hebben
330 Jes 27:5 | aangrijpen, hij zal vrede met Mij maken; vrede zal hij met Mij maken. ~
331 Jes 27:5 | maken; vrede zal hij met Mij maken. ~
332 Jes 27:9 | al de stenen des altaar maken zal als verstrooide
333 Jes 29:21 | Die een mens schuldig maken om een woord, en leggen
334 Jes 30:1 | HEERE, om een raadslag te maken, maar niet uit Mij, en om
335 Jes 30:5 | zal hen allen beschaamd maken door een volk, dat hun geen
336 Jes 38:19 | kinderen Uw waarheid bekend maken. ~
337 Jes 38:21 | een pleister op het gezwel maken, en hij zal genezen. ~
338 Jes 40:14 | leren, en Hem zou bekend maken den weg des veelvoudigen
339 Jes 42:13 | Hij zal een groot getier maken; Hij zal Zijn vijanden overweldigen. ~
340 Jes 42:15 | bergen en heuvelen woest maken, en al hun gras zal Ik doen
341 Jes 42:15 | de rivieren tot eilanden maken, en de poelen uitdrogen. ~
342 Jes 42:16 | aangezicht ten licht maken, en het kromme tot recht;
343 Jes 43:19 | Ziet, Ik zal wat nieuws maken, nu zal het uitspruiten,
344 Jes 44:19 | overblijfsel daarvan tot een gruwel maken, zou ik nederknielen voor
345 Jes 45:2 | zal de kromme wegen recht maken; de koperen deuren zal Ik
346 Jes 45:13 | zijn wegen zal Ik recht maken; hij zal Mijn stad bouwen,
347 Jes 45:16 | heengaan, die de afgoden maken. ~
348 Jes 46:5 | nabeelden, en evengelijk maken, en Mij vergelijken, dat
349 Jes 49:11 | Mijn bergen tot een weg maken, en Mijn banen zullen verhoogd
350 Jes 49:19 | zullen zich verre van u maken. ~
351 Jes 51:3 | en Hij zal haar woestijn maken als Eden, en haar wildernis
352 Jes 53:11 | Rechtvaardige, velen rechtvaardig maken, want Hij zal hun ongerechtigheden
353 Jes 54:12 | glasvensters zal Ik kristallijnen maken, en uw poorten van robijnstenen,
354 Jes 55:3 | met u een eeuwig verbond maken, en u geven de gewisse weldadigheden
355 Jes 55:12 | heuvelen zullen geschal maken met vrolijk gezang voor
356 Jes 56:3 | met u een eeuwig verbond maken, en u geven de gewisse weldadigheden
357 Jes 56:12 | heuvelen zullen geschal maken met vrolijk gezang voor
358 Jes 58:12 | uw gerechtigheid bekend maken, en uw werken, dat zij u
359 Jes 59:11 | en uw beenderen vaardig maken; en gij zult zijn als een
360 Jes 60:2 | Maar uw ongerechtigheden maken een scheiding tussen ulieden
361 Jes 60:8 | in hun gangen; hun paden maken zij verkeerd voor zich zelven,
362 Jes 61:7 | heerlijkheid heerlijk maken. ~
363 Jes 61:13 | Mijner voeten heerlijk maken. ~
364 Jes 61:17 | zal uw opzieners vreedzaam maken, en uw drijvers rechtvaardigen.
365 Jes 62:8 | een eeuwig verbond met hen maken. ~
366 Jes 64:14 | een heerlijken Naam zoudt maken. ~
367 Jes 65:2 | wederpartijders bekend te maken! Laat alzo de heidenen voor
368 Jes 67:22 | die nieuwe aarde, die Ik maken zal, voor Mijn aangezicht
369 Jer 4:27 | doch Ik zal geen voleinding maken); ~
370 Jer 5:14 | woorden in uw mond tot vuur maken, en dit volk tot hout, en
371 Jer 5:17 | gij vertrouwt, zal het arm maken, door het zwaard. ~
372 Jer 5:18 | geen voleinding met ulieden maken. ~
373 Jer 5:31 | zult gij ten einde van dien maken? ~ ~
374 Jer 6:15 | ook niet van schaamrood te maken; daarom zullen zij vallen
375 Jer 7:5 | handelingen waarlijk zult goed maken; indien gij waarlijk zult
376 Jer 7:18 | deeg, om gebeelde koeken te maken voor de Melecheth des hemels,
377 Jer 9:5 | tong leugen spreken, zij maken zich moede met verkeerdelijk
378 Jer 12:5 | loopt met de voetgangers, zo maken zij u moede; hoe zult gij
379 Jer 12:5 | vrede, hoe zult gij het dan maken in de verheffing van
380 Jer 16:6 | zichzelven insnijden, noch kaal maken om hunnentwil. ~
381 Jer 16:20 | Zal een mens zich goden maken? Zij zijn toch geen goden. ~
382 Jer 16:21 | ziet, Ik zal hun bekend maken op ditmaal; Ik zal hun bekend
383 Jer 16:21 | ditmaal; Ik zal hun bekend maken Mijn hand en Mijn macht;
384 Jer 18:4 | des pottenbakkers te maken. ~
385 Jer 23:16 | profeten, die u profeteren; zij maken u ijdel; zij spreken het
386 Jer 24:8 | zegt de HEERE), alzo zal Ik maken Zedekia, den koning van
387 Jer 28:13 | plaats van die ijzeren jukken maken. ~
388 Jer 29:17 | hen zenden; en Ik zal ze maken als de afschuwelijke vijgen,
389 Jer 30:11 | want Ik zal een voleinding maken met al de heidenen, waarhenen
390 Jer 30:11 | Ik geen voleinding maken; maar Ik zal u kastijden
391 Jer 31:14 | priesteren met vettigheid dronken maken; en Mijn volk zal met Mijn
392 Jer 31:31 | Juda een nieuw verbond zal maken; ~
393 Jer 31:33 | met het huis van Israel maken zal, spreekt de HEERE: Ik
394 Jer 32:40 | een eeuwig verbond met hen maken, dat Ik van achter hen niet
395 Jer 33:3 | antwoorden, en Ik zal u bekend maken grote en vaste dingen, die
396 Jer 36:16 | woorden den koning bekend maken. ~
397 Jer 36:29 | en dit land verderven, en maken, dat mens en beest daarin
398 Jer 42:4 | antwoorden, zal ik u bekend maken, ik zal u niet een woord
399 Jer 44:19 | haar drankofferen offeren, maken wij haar gebeelde koeken,
400 Jer 46:28 | want Ik zal een voleinding maken met al de heidenen, waarhenen
401 Jer 46:28 | u zal Ik geen voleinding maken, maar u kastijden met mate,
402 Jer 47:5 | gij uzelven insnijdingen maken? ~
403 Jer 48:36 | Mijn hart over Moab getier maken als de fluiten; ook zal
404 Jer 48:36 | lieden van Kir-heres getier maken als de fluiten, omdat het
405 Jer 49:16 | gij uw nest zo hoog maken als de arend, zo zal Ik
406 Jer 49:37 | En Ik zal Elam versaagd maken voor het aangezicht hunner
407 Jer 51:31 | koning van Babel bekend te maken, dat zijn stad van het einde
408 Jer 51:36 | en Ik zal haar zee droog maken, en haar springader opdrogen. ~
409 Jer 51:39 | opzetten, en zal hen dronken maken, opdat zij opspringen; maar
410 Jer 51:57 | en haar helden dronken maken; en zij zullen een eeuwigen
411 Eze 6:14 | uitstrekken, en zal het land woest maken, ja, woester dan de woestijn
412 Eze 11:13 | Gij gans een voleinding maken met het overblijfsel van
413 Eze 13:18 | alle okselen der armen, en maken hoofddeksels voor het hoofd
414 Eze 15:3 | genomen, om een stuk werk te maken? Neemt men daarvan een pin,
415 Eze 15:8 | En Ik zal het land woest maken, omdat zij zwaarlijk overtreden
416 Eze 17:8 | wateren geplant, om takken te maken en vrucht te dragen, opdat
417 Eze 22:26 | heilige en het onheilige maken zij geen onderscheid, en
418 Eze 24:9 | ook den brandstapel groot maken! ~
419 Eze 24:17 | gij zult geen dodenrouw maken, bind uw hoed op u, en doe
420 Eze 25:5 | Rabba tot een kemelstal maken, en de kinderen Ammons tot
421 Eze 26:4 | tot een gladde steenrots maken. ~
422 Eze 26:8 | hij zal sterkten tegen u maken, en een wal tegen u opwerpen,
423 Eze 26:14 | 14 Ja, Ik zal u maken tot een gladde steenrots;
424 Eze 27:5 | gehaald, om masten voor u te maken. ~
425 Eze 27:31 | zullen zich over u gans kaal maken, en zakken aangorden; en
426 Eze 30:12 | de rivieren tot droogte maken, en het land verkopen in
427 Eze 32:7 | bedekken, en zijn sterren zwart maken; Ik zal de zon met wolken
428 Eze 32:8 | zal Ik om uwentwil zwart maken; en Ik zal een duisternis
429 Eze 32:8 | duisternis over uw land maken, spreekt de Heere HEERE. ~
430 Eze 32:9 | van vele volken verdrietig maken, als Ik uw verbreking onder
431 Eze 32:10 | 10 En Ik zal maken, dat zich vele volken over
432 Eze 33:31 | zij doen ze niet; want zij maken liefkozingen met hun
433 Eze 34:25 | verbond des vredes met hen maken, en zal het boos gedierte
434 Eze 36:11 | ja, Ik zal het beter maken dan in uw beginselen; en
435 Eze 36:15 | 15 En Ik zal maken, dat men den schimp der
436 Eze 36:27 | binnenste van u; en Ik zal maken, dat gij in Mijn inzettingen
437 Eze 37:19 | hout van Juda, en zal ze maken tot een enig hout; en zij
438 Eze 37:22 | 22 En Ik zal ze maken tot een enig volk in het
439 Eze 37:26 | verbond des vredes met hen maken, het zal een eeuwig verbond
440 Eze 38:23 | Alzo zal Ik Mij groot maken, en Mij heiligen, en bekend
441 Eze 39:7 | Mijn volk Israel bekend maken, en zal Mijn heiligen Naam
442 Eze 42:20 | vijfhonderd, om onderscheid te maken tussen het heilige en
443 Eze 43:18 | ten dage als men het zal maken, om brandoffer daarop te
444 Eze 44:23 | onheilige, en hun bekend maken het onderscheid tussen het
445 Dan 1:10 | bij den koning schuldig maken. ~
446 Dan 2:25 | uitlegging zal bekend maken. ~
447 Dan 2:26 | gij machtig mij bekend te maken den droom, dien ik gezien
448 Dan 2:30 | de uitlegging zou bekend maken, en opdat gij de gedachten
449 Dan 3:19 | zevenmaal meer heet zou maken dan men dien pleegt heet
450 Dan 3:19 | men dien pleegt heet te maken. ~
451 Dan 4:6 | dien droom zouden bekend maken. ~
452 Dan 4:18 | hebben kunnen bekend maken; maar gij kunt wel, dewijl
453 Dan 5:8 | deszelfs uitlegging bekend maken. ~
454 Dan 5:15 | uitlegging mij bekend te maken; maar zij kunnen de uitlegging
455 Dan 5:16 | deszelfs uitlegging mij bekend maken, gij zult met purper
456 Dan 5:17 | uitlegging zal ik hem bekend maken. ~
457 Dan 6:8 | een sterk gebod te maken, dat al wie in dertig dagen
458 Dan 11:6 | billijke voorwaarden te maken; doch zij zal de macht des
459 Dan 11:35 | en te reinigen, en wit te maken, tot den tijd van het einde
460 Dan 11:36 | zichzelven verheffen, en groot maken boven allen God, en hij
461 Dan 11:37 | zal zich boven alles groot maken. ~
462 Dan 11:39 | vastigheden der sterkten maken met den vreemden god; dengenen,
463 Hos 2:5 | en Ik zal een heiningmuur maken, dat zij haar paden niet
464 Hos 2:17 | dage een verbond voor hen maken met het wild gedierte des
465 Hos 4:12 | stok zal het hem bekend maken; want de geest der hoererijen
466 Hos 6:2 | ons na twee dagen levend maken; op den derden dag zal Hij
467 Hos 7:5 | onzes konings; de vorsten maken hem krank door verhitting
468 Hos 8:7 | uitspruitsel zal geen meel maken; of het misschien maakte,
469 Hos 9:12 | hun kinderen mochten groot maken, Ik zal er hen toch van
470 Hos 10:4 | zwerende in het verbond maken; daarom zal het oordeel
471 Hos 11:8 | o Israel? Hoe zou Ik u maken als Adama, u stellen als
472 Hos 12:2 | leugen en verwoesting; en zij maken verbond met Assur, en de
473 Amos 9:14| en zij zullen hoven maken, en derzelver vrucht eten. ~
474 Mic 1:8 | naakt gaan; ik zal misbaar maken als de draken, en treuren
475 Mic 4:7 | haar, die hinkende was, maken tot een overblijfsel, en
476 Mic 4:9 | zoudt gij zo groot geschrei maken? Is er geen Koning onder
477 Mic 4:13 | Want Ik zal uw hoorn ijzer maken, en uw klauwen koper maken,
478 Mic 4:13 | maken, en uw klauwen koper maken, en gij zult vele volken
479 Nah 1:8 | Hij haar plaats te niet maken; en duisternis zal Zijn
480 Nah 1:9 | zal zelf een voleinding maken; de benauwdheid zal niet
481 Nah 1:14 | zal u daar een graf maken, als gij zult veracht zijn
482 Nah 3:6 | werpen, en u tot schande maken, en Ik zal u als een spiegel
483 Zep 1:17 | En Ik zal de mensen bang maken, dat zij zullen gaan als
484 Zep 1:18 | zal een voleinding maken, gewisselijk, een haastige,
485 Zac 1:21 | zeide ik: Wat komen die maken? En Hij sprak, zeggende:
486 Zac 9:15 | drinken, en een gedruis maken als de wijn; en zij
487 Zac 9:17 | de jonkvrouwen sprekende maken. ~ ~
488 Mal 3:17 | heirscharen, te dien dage, dien Ik maken zal, Mij een eigendom zijn;
489 Mal 4:3 | voeten, te dien dage, dien Ik maken zal, zegt de HEERE der heirscharen. ~
490 Matt 1:19| openbaarlijk te schande maken, was van wil haar heimelijk
491 Matt 1:21| Hij zal Zijn volk zalig maken van hun zonden. ~
492 Matt 4:19| zal u vissers der mensen maken. ~
493 Matt 5:36| een haar kunt wit of zwart maken; ~
494 Matt 10:35| den mens tweedrachtig te maken tegen zijn vader, en de
495 Matt 12:16| dat zij Hem niet openbaar maken zouden; ~
496 Matt 17:4 | ons hier drie tabernakelen maken, voor U een, en voor Mozes
497 Matt 18:11| mensen is gekomen om zalig te maken, dat verloren was. ~
498 Matt 23:5 | gezien te worden; want zij maken hun gedenkcedels breed,
499 Matt 23:5 | hun gedenkcedels breed, en maken de zomen van hun klederen
500 Matt 23:15| land, om een Jodengenoot te maken, en als hij het geworden
1-500 | 501-560 |