Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
gekocht 27
gekochte 2
gekochten 2
gekomen 531
gekookt 6
gekoppeld 2
gekozen 2
Frequency    [«  »]
548 26
543 geweest
542 woorden
531 gekomen
529 geworden
529 mensen
527 stem

Bijbel

IntraText - Concordances

gekomen

1-500 | 501-531

    Book Chapter: Verse
1 Gen 6:13 | is voor Mijn aangezicht gekomen; want de aarde is door hen 2 Gen 17:21 | hun geroep, dat tot Mij gekomen is, het uiterste gedaan 3 Gen 18:5 | mannen, die deze nacht tot u gekomen zijn? breng hen uit tot 4 Gen 18:9 | zeiden zij: Deze ene is gekomen, om als vreemdeling hier 5 Gen 24:27 | Waarom zijt gij tot mij gekomen, daar gij mij haat, en hebt 6 Gen 25:35 | hij zeide: Uw broeder is gekomen met bedrog, en heeft uw 7 Gen 29:6 | Jakob, zeggende: Wij zijn gekomen tot uw broeder, tot Ezau; 8 Gen 32:9 | als hij van Paddan-Aram gekomen was; en Hij zegende hem. ~ 9 Gen 36:14 | spotten; hij is tot mij gekomen, om bij mij te liggen, en 10 Gen 36:17 | hebt ingebracht, is tot mij gekomen, om met mij te spotten. ~ 11 Gen 38:9 | zijt verspieders, gij zijt gekomen om te bezichtigen, waar 12 Gen 38:10 | heer! maar uw knechten zijn gekomen, om spijze te kopen. ~ 13 Gen 38:12 | hen: Neen, maar gij zijt gekomen, om te bezichtigen, waar 14 Gen 38:15 | kleinste broeder herwaarts zal gekomen zijn! ~ 15 Gen 39:21 | geschied, als wij in de herberg gekomen waren, en wij onze zakken 16 Gen 39:23 | gegeven; uw geld is tot mij gekomen. En hij bracht Simeon tot 17 Gen 39:26 | 26 Als nu Jozef te huis gekomen was, zo brachten zij hem 18 Gen 40:4 | uitgegaan; zij waren niet verre gekomen, als Jozef tot dengene, 19 Gen 41:16 | zeide: Jozefs broeders zijn gekomen! was het goed in de ogen 20 Gen 42:31 | Kanaan waren, zijn tot mij gekomen. ~ 21 Gen 43:1 | alles wat zij hebben, zijn gekomen uit het land Kanaan, en 22 Gen 43:4 | zij tot Farao: Wij zijn gekomen, om als vreemdelingen in 23 Gen 43:5 | en uw broeders zijn tot u gekomen; ~ 24 Gen 43:18 | de bezitting der beesten gekomen aan mijn heer, zo is er 25 Gen 44:5 | eer ik in Egypte tot u gekomen ben, zijn mijne; Efraim 26 Exo 1:1 | van Israel, die in Egypte gekomen zijn, met Jakob; zij kwamen 27 Exo 3:9 | kinderen Israels is tot Mij gekomen; en ook heb Ik gezien de 28 Exo 14:10 | 10 Als Farao nabij gekomen was, zo hieven de kinderen 29 Exo 15:19 | ruiters, zijn in de zee gekomen, en de HEERE heeft de wateren 30 Exo 20:20 | Vreest niet, want God is gekomen, opdat Hij u verzocht, en 31 Exo 22:15 | zo is het voor zijn huur gekomen. ~ 32 Exo 32:24 | vuur, en dit kalf is er uit gekomen. ~ 33 Exo 33:24 | vuur, en dit kalf is er uit gekomen. ~ 34 Lev 11:34 | eet, waarop het water zal gekomen zijn, die zal onrein zijn; 35 Lev 14:34 | 34 Als gij zult gekomen zijn in het land van Kanaan, 36 Lev 16:9 | het lot voor den HEERE zal gekomen zijn, toebrengen, en zal 37 Lev 16:10 | op denwelken het lot zal gekomen zijn, om een weggaande bok 38 Lev 19:23 | Als gij ook in dat land gekomen zult zijn, en alle geboomte 39 Lev 22:41 | Als gij in het land zult gekomen zijn, hetwelk Ik u geven 40 Lev 24:2 | tot hen: Wanneer gij zult gekomen zijn in dat land, dat Ik 41 Num 5:14 | En de ijvergeest over hem gekomen is, dat hij ijvert over 42 Num 5:14 | dat over hem de ijvergeest gekomen is, dat hij over zijn huisvrouw 43 Num 5:30 | en man die ijvergeest zal gekomen zijn, en hij over zijn huisvrouw 44 Num 13:27 | hem, en zeiden: Wij zijn gekomen tot dat land, waarheen gij 45 Num 14:24 | het land, in hetwelk hij gekomen was, en zijn zaad zal het 46 Num 15:2 | zeg tot hen: Wanneer gij gekomen zult zijn in het land uwer 47 Num 15:18 | zeg tot hen: Als gij zult gekomen zijn in het land, waarheen 48 Num 20:1 | vergadering, in de woestijn Zin gekomen waren, in de eerste maand, 49 Num 22:20 | tot hem: Dewijl die mannen gekomen zijn, om u te roepen, sta 50 Num 22:37 | Waarom zijt gij niet tot mij gekomen? Kan ik u niet te recht 51 Num 22:38 | Balak: Zie, ik ben tot u gekomen; zal ik nu enigzins iets 52 Deu 1:20 | ik tot ulieden: Gij zijt gekomen tot het gebergte der Amorieten, 53 Deu 11:5 | de woestijn, totdat gij gekomen zijt aan deze plaats. ~ 54 Deu 12:9 | gij zijt tot nu toe niet gekomen in de rust en in de erfenis, 55 Deu 17:14 | 14 Wanneer gij zult gekomen zijn in het land, dat u 56 Deu 26:1 | geschieden, wanneer gij zult gekomen zijn in het land, dat u 57 Deu 26:3 | den HEERE, uw God, dat ik gekomen ben in het land, hetwelk 58 Deu 30:1 | deze dingen over u zullen gekomen zijn, deze zegen of deze 59 Deu 32:17 | kenden; nieuwe, die van nabij gekomen waren, voor dewelke uw vaders 60 Deu 33:2 | dan: De HEERE is van Sinai gekomen, en is hunlieden opgegaan 61 Joz 2:2 | dezen nacht zijn hier mannen gekomen van de kinderen Israels, 62 Joz 2:3 | de mannen uit, die tot u gekomen zijn, die te uwen huize 63 Joz 2:3 | zijn, die te uwen huize gekomen zijn; want zij zijn gekomen, 64 Joz 2:3 | gekomen zijn; want zij zijn gekomen, om het ganse land te doorzoeken. ~ 65 Joz 2:4 | Er zijn mannen tot mij gekomen, maar ik wist niet, van 66 Joz 3:15 | droegen, tot aan de Jordaan gekomen waren, en de voeten der 67 Joz 5:14 | heir des HEEREN: Ik ben nu gekomen! Toen viel Jozua op zijn 68 Joz 9:6 | mannen van Israel: Wij zijn gekomen uit een ver land, zo maakt 69 Joz 9:9 | zijn uit een zeer ver land gekomen, om den Naam des HEEREN, 70 Joz 10:20 | waren, in de vaste steden gekomen waren; ~ 71 Joz 24:15 | die goede dingen over u gekomen zijn, die de HEERE, uw God, 72 Ric 4:47 | geduriglijk; omdat zij niet gekomen zijn tot de hulp des HEEREN, 73 Ric 7:4 | 4 Als nu Gideon gekomen was aan de Jordaan, ging 74 Ric 8:31 | broeders zijn te Sichem gekomen, en zie, zij, met deze stad, 75 Ric 10:7 | zijt gij dan nu tot mij gekomen, terwijl gij in benauwdheid 76 Ric 10:12 | te doen, dat gij tot mij gekomen zijt, om tegen mijn land 77 Ric 15:17 | scheermes op mijn hoofd gekomen, want ik ben een Nazireer 78 Ric 17:22 | nu verre van Micha's huis gekomen waren, zo werden de mannen, 79 Ric 18:22 | den man, die in uw huis gekomen is, uit, opdat wij hem bekennen. ~ 80 Ric 18:23 | naardien deze man in mijn huis gekomen is, zo doet zulke dwaasheid 81 Rut 2:7 | achter de maaiers; zo is zij gekomen en heeft gestaan van des 82 Rut 2:12 | onder wiens vleugelen gij gekomen zijt om toevlucht te nemen! ~ 83 Rut 3:14 | een vrouw op den dorsvloer gekomen is. ~ 84 1Sa 4:3 | volk wederom in het leger gekomen was, zo zeiden de oudsten 85 1Sa 4:6 | des HEEREN in het leger gekomen was. ~ 86 1Sa 4:7 | zeiden: God is in het leger gekomen. En zij zeiden: Wee ons, 87 1Sa 6:7 | koeien, op dewelke geen juk gekomen is; spant de koeien aan 88 1Sa 9:12 | hij is heden in de stad gekomen, dewijl het volk heden een 89 1Sa 9:16 | deszelfs geroep tot Mij gekomen is. ~ 90 1Sa 11:9 | zeiden zij tot de boden, die gekomen waren: Aldus zult gijlieden 91 1Sa 12:8 | 8 Nadat Jakob in Egypte gekomen was, zo riepen uw vaders 92 1Sa 15:12 | zeggende: Saul is te Karmel gekomen, en zie, hij heeft zich 93 1Sa 16:2 | runderen met u, en zeg: Ik ben gekomen, om den HEERE offerande 94 1Sa 16:5 | zeide: Met vrede; ik ben gekomen om den HEERE offerande te 95 1Sa 16:11 | aanzitten, totdat hij hier zal gekomen zijn. ~ 96 1Sa 20:27 | noch heden tot de spijze gekomen? ~ 97 1Sa 20:29 | aan des konings tafel niet gekomen. ~ 98 1Sa 20:37 | Jonathan geschoten had, gekomen was, zo riep Jonathan den 99 1Sa 23:7 | werd, dat David te Kehila gekomen was, zo zeide Saul: God 100 1Sa 25:8 | wij zijn op een goeden dag gekomen; geef toch uw knechten, 101 1Sa 25:9 | de jongelingen van David gekomen waren, en in Davids naam 102 1Sa 25:34 | gehaast hadt, en mij tegemoet gekomen waart, zo ware van Nabal 103 1Sa 25:40 | knechten van David tot Abigail gekomen waren te Karmel, zo spraken 104 1Sa 26:13 | David over aan gene zijde gekomen was, zo stond hij op de 105 1Sa 26:15 | daar is een van het volk gekomen, om den koning, uw heer, 106 1Sa 29:6 | af, dat gij tot mij zijt gekomen, tot dezen dag toe; maar 107 1Sa 29:10 | knechten uws heren, die met u gekomen zijn; en als gijlieden u 108 2Sa 2:24 | zon ging onder, als zij gekomen waren tot den heuvel van 109 2Sa 3:23 | Abner, de zoon van Ner, is gekomen tot den koning, en hij heeft 110 2Sa 3:24 | gedaan? Zie, Abner is tot u gekomen; waarom nu hebt gij hem 111 2Sa 3:25 | den zoon van Ner; dat hij gekomen is om u te overreden, en 112 2Sa 5:13 | Jeruzalem, nadat hij van Hebron gekomen was; en David werden meer 113 2Sa 11:20 | zijt gij zo na aan de stad gekomen om te strijden? Wist gij 114 2Sa 12:4 | reizenden man, die tot hem gekomen was, wat te bereiden; en 115 2Sa 12:4 | voor den man, die tot hem gekomen was. ~ 116 2Sa 14:15 | 15 Nu dan, dat ik gekomen ben, om ditzelve woord tot 117 2Sa 14:32 | Waarom ben ik van Gesur gekomen? Het ware mij goed, dat 118 2Sa 15:18 | man, die van Gath te voet gekomen waren, gingen voor des konings 119 2Sa 15:20 | 20 Gisteren zijt gij gekomen, en heden zou ik u met ons 120 2Sa 17:27 | geschiedde, als David te Mahanaim gekomen was, dat Sobi, de zoon van 121 2Sa 19:7 | al het kwaad, dat over u gekomen is van uw jeugd af tot nu 122 2Sa 19:11 | Israel was tot den koning gekomen in zijn huis.) ~ 123 2Sa 19:20 | doch zie, ik ben heden gekomen, de eerste van het ganse 124 2Sa 19:30 | met vrede in zijn huis is gekomen. ~ 125 1Kon 1:47 | de knechten des konings gekomen, om onzen heer, den koning 126 1Kon 10:7 | niet geloofd, totdat ik gekomen ben, en mijn ogen dat gezien 127 1Kon 10:10 | er nooit meer in menigte gekomen. 128 1Kon 10:12 | almuggimhout was zo niet gekomen noch gezien geweest, tot 129 1Kon 12:1 | ganse Israel was te Sichem gekomen, om hem koning te maken. ~ 130 1Kon 12:21 | nu Rehabeam te Jeruzalem gekomen was, vergaderde hij het 131 1Kon 13:10 | door welken hij te Beth-El gekomen was. ~ 132 1Kon 13:12 | was getogen, die uit Juda gekomen was. ~ 133 1Kon 13:14 | de man Gods, die uit Juda gekomen zijt? En hij zeide: Ik ben 134 1Kon 13:21 | den man Gods, die uit Juda gekomen was, zeggende: Zo zegt de 135 1Kon 14:12 | voeten in de stad zullen gekomen zijn, zo zal het kind sterven. ~ 136 1Kon 22:15 | 15 Als hij tot den koning gekomen was, zo zeide de koning 137 2Kon 4:1 | vrezende; nu is de schuldheer gekomen, om mijn beide kinderen 138 2Kon 5:6 | nu deze brief tot u zal gekomen zijn, zie, ik heb mijn knecht 139 2Kon 5:22 | het gebergte van Efraim gekomen; geef hun toch een talent 140 2Kon 6:4 | Als zij nu aan de Jordaan gekomen waren, hieuwen zij hout 141 2Kon 6:20 | geschiedde, als zij te Samaria gekomen waren, dat Elisa zeide: 142 2Kon 6:32 | maar eer de bode tot hem gekomen was, had hij gezegd tot 143 2Kon 7:10 | hun, zeggende: Wij zijn gekomen tot het leger der Syriers, 144 2Kon 8:7 | De man Gods is herwaarts gekomen. ~ 145 2Kon 9:2 | 2 Als gij daar zult gekomen zijn, zo zie, waar Jehu, 146 2Kon 9:11 | is deze onzinnige tot u gekomen? En hij zeide tot hen: Gij 147 2Kon 9:18 | zeggende: De bode is tot hen gekomen, maar hij komt niet weder. ~ 148 2Kon 9:19 | paard; en als deze tot hen gekomen was, zeide hij: Zo zegt 149 2Kon 9:20 | zeggende: Hij is tot aan hen gekomen, maar hij komt niet weder; 150 2Kon 10:2 | nu deze brief tot u zal gekomen zijn, dewijl de zonen van 151 2Kon 17:12 | nu de koning van Damaskus gekomen was, zag de koning het altaar; 152 2Kon 18:12 | nu de koning van Damaskus gekomen was, zag de koning het altaar; 153 2Kon 20:17 | Jeruzalem. En als zij optogen en gekomen waren, bleven zij staan 154 2Kon 21:3 | lastering; want de kinderen zijn gekomen tot aan de geboorte, en 155 2Kon 21:28 | weg, door denwelken gij gekomen zijt. ~ 156 2Kon 21:33 | 33 Door den weg, dien hij gekomen is, door dien zal hij wederkeren; 157 2Kon 22:14 | van waar zijn zij tot u gekomen? En Hizkia zeide: Zij zijn 158 2Kon 22:14 | Zij zijn uit verren lande gekomen, uit Babel. ~ 159 2Kon 25:18 | profeet, die uit Samaria gekomen was. ~ 160 1Kro 2:55 | dezen zijn de Kenieten, die gekomen zijn van Hammath, den vader 161 1Kro 6:31 | HEEREN, nadat de ark tot rust gekomen was. ~ 162 1Kro 12:17 | gijlieden ten vrede tot mij gekomen zijt, om mij te helpen, 163 1Kro 13:9 | den dorsvloer van Chidon gekomen waren, zo strekte Uza zijn 164 1Kro 15:29 | HEEREN tot aan de stad Davids gekomen was, dat Michal, de dochter 165 1Kro 20:3 | niet zijn knechten tot u gekomen, om te doorzoeken, en om 166 1Kro 20:9 | stad; maar de koningen, die gekomen waren, die waren bijzonder 167 1Kro 28:24 | grote toorn over Israel gekomen was; daarom is het getal 168 2Kro 8:11 | al wat in Salomo's hart gekomen was, om in het huis des 169 2Kro 9:11 | dewelke de ark des HEEREN gekomen is. ~ 170 2Kro 10:6 | niet geloofd, totdat ik gekomen ben, en mijn ogen dat gezien 171 2Kro 11:1 | ganse Israel was te Sichem gekomen, om hem koning te maken. ~ 172 2Kro 12:1 | nu Rehabeam te Jeruzalem gekomen was, vergaderde hij het 173 2Kro 15:11 | en in Uw Naam zijn wij gekomen tegen deze menigte; o HEERE! 174 2Kro 19:14 | 14 Als hij tot den koning gekomen was, zo zeide de koning 175 2Kro 20:8 | als zij weder te Jeruzalem gekomen waren. ~ 176 2Kro 21:22 | gebergte Seir, die tegen Juda gekomen waren; en zij werden geslagen. ~ 177 2Kro 21:24 | wachttoren in de woestijn gekomen was, wendden zij zich naar 178 2Kro 23:1 | de Arabieren in het leger gekomen was, had al de eersten gedood. 179 2Kro 23:7 | Joram kwam; want als hij gekomen was, toog hij met Joram 180 2Kro 25:10 | die uit Efraim tot hem gekomen waren, dat zij naar hun 181 2Kro 25:14 | het slaan der Edomieten gekomen was, en dat hij de goden 182 2Kro 28:17 | Daarenboven waren ook de Edomieten gekomen, en hadden Juda geslagen 183 2Kro 30:25 | dergenen, die uit Israel gekomen waren; ook de vreemdelingen, 184 2Kro 30:25 | uit het land van Israel gekomen waren, en die in Juda woonden. ~ 185 Ezra 3:8 | gevangenis te Jeruzalem gekomen waren; en zij stelden de 186 Ezra 4:12 | zijn opgetogen, tot ons gekomen zijn te Jeruzalem, bouwende 187 Ezra 8:35 | weggevoerden, die uit de gevangenis gekomen waren, offerden den God 188 Ezra 9:13 | En na alles, wat over ons gekomen is, om onze boze werken, 189 Neh 2:7 | overgeleiden, totdat ik in Juda zal gekomen zijn; ~ 190 Neh 2:10 | mishagen, dat er een mens gekomen was, om wat goeds te zoeken 191 Neh 9:24 | zijn de kinderen daarin gekomen, en hebben dat land erfelijk 192 Est 26 | gekomen was, ~ 193 Est 30:4 | het voorhof? (Haman nu was gekomen in het buitenvoorhof van 194 Est 32:1 | Toen de koning met Haman gekomen was, om te drinken met de 195 Est 50:1 | woord en zijn wet nabij gekomen was, dat men het doen zou, 196 Est 52:9 | dewelke de Joden tot rust gekomen waren van hun vijanden, 197 Est 52:12 | als zij voor den koning gekomen was, heeft hij door brieven 198 Job 1:21 | uit mijner moeders buik gekomen, en naakt zal ik daarhenen 199 Job 2:11 | dit kwaad, dat over hem gekomen was, kwamen zij, ieder uit 200 Job 3:26 | niet; en de beroering is gekomen. ~  ~ 201 Job 37:16 | 16 Zijt gij gekomen tot aan de oorsprongen der 202 Job 37:18 | Zijt gij met uw verstand gekomen tot aan de breedte der aarde? 203 Job 37:22 | 22 Zijt gij gekomen tot de schatkameren der 204 Psa 51:2 | profeet Nathan tot hem was gekomen, nadat hij tot Bathseba 205 Psa 52:2 | 2 Als Doeg, de Edomiet, gekomen was, en Saul te kennen gegeven, 206 Psa 52:2 | hem gezegd had: David is gekomen ten huize van Achimelech. ~ 207 Psa 54:2 | 2Als de Zifieten gekomen waren, en tot Saul gezegd 208 Psa 66:12 | het vuur en in het water gekomen; maar Gij hebt ons uitgevoerd 209 Psa 69:2 | God! want de wateren zijn gekomen tot aan de ziel. ~ 210 Psa 69:3 | men niet kan staan; ik ben gekomen in de diepten der wateren, 211 Psa 79:1 | Asaf. O God! Heidenen zijn gekomen in Uw erfenis; zij hebben 212 Psa 102:14 | want de bestemde tijd is gekomen. ~ 213 Psa 107:18 | aan de poorten des doods gekomen. ~ 214 Spre 2:10 | wijsheid in uw hart zal gekomen zijn, en de wetenschap voor 215 Spre 6:3 | gij in de hand uws naasten gekomen zijt; ga, onderwerp uzelven, 216 Spre 13:11 | Goed, van ijdelheid gekomen, zal verminderd worden; 217 Pred 5:14 | wederkeren, gaande gelijk hij gekomen was; en hij zal niet medenemen 218 Pred 5:15 | alle manier, gelijk hij gekomen is, alzo heengaat; en wat 219 Pred 11:8 | veel zijn; en al wat zal gekomen is, is      ijdelheid. ~ 220 Hoo 5:1 | Ik ben in Mijn hof gekomen, o Mijn zuster, o bruid! 221 Jes 7:17 | doen komen, hoedanige niet gekomen zijn van dien dag af, dat 222 Jes 21:12 | zeide: De morgenstond is gekomen, en het is nog nacht; wilt 223 Jes 30:4 | en zijn gezanten zullen gekomen zijn tot nabij Chanes; ~ 224 Jes 37:3 | lastering; want de kinderen zijn gekomen tot aan de geboorte, en 225 Jes 37:29 | weg, door denwelken gij gekomen zijt. ~ 226 Jes 37:34 | Door den weg, dien hij gekomen is, door dien zal hij wederkeren; 227 Jes 39:3 | van waar zijn zij tot u gekomen? En Hizkia zeide: Zij zijn 228 Jes 39:3 | uit verren lande   tot mij gekomen, uit Babel. ~ 229 Jes 42:9 | de voorgaande dingen zijn gekomen, en nieuwe dingen verkondig 230 Jes 44:19 | hetgeen van een boom      gekomen is? ~ 231 Jes 48:3 | snellijk gedaan, en zij zijn gekomen; ~ 232 Jes 64:4 | jaar Mijner verlosten was gekomen. ~ 233 Jer 9:21 | hij is in onze paleizen gekomen, om de kinderkens uit te 234 Jer 12:12 | woestijn zijn verstoorders gekomen, want het zwaard des HEEREN 235 Jer 28:4 | zijn van Juda, die te Babel gekomen zijn, tot deze plaats wederbrengen,      236 Jer 32:24 | Zie, de wallen! zij zijn gekomen aan de stad, om die in te 237 Jer 37:16 | des kuils, en in de kotjes gekomen was, en Jeremia aldaar veel 238 Jer 41:7 | zij in het midden der stad gekomen waren, dat Ismael, de zoon 239 Jer 42:18 | als gij in Egypte zult gekomen zijn; en gij zult wezen 240 Jer 44:8 | land van Egypte, alwaar gij gekomen zijt, om daar als vreemdeling 241 Jer 44:14 | Juda, die in Egypteland gekomen zijn, om aldaar als vreemdelingen 242 Jer 44:28 | Juda, die in Egypteland gekomen zijn,      om aldaar als 243 Jer 46:21 | verderfs      is over hen gekomen, de tijd hunner bezoeking. ~ 244 Jer 47:5 | 5   Kaalheid is op Gaza gekomen; Askelon is uitgeroeid, 245 Jer 48:21 | 21      En het oordeel is gekomen over het vlakke land; over 246 Jer 49:9 | Zo er wijnlezers tot u gekomen waren, zouden zij niet een 247 Jer 49:9 | Zo er dieven bij nacht gekomen waren, zouden zij niet verdorven 248 Jer 50:27 | over hen, want hun dag is gekomen, de tijd hunner bezoeking! ~ 249 Jer 50:31 | heirscharen; want uw dag is gekomen, de tijd, dat Ik u bezoeken 250 Jer 51:13 | van schatten! uw einde is gekomen, de maat uwer gierigheid. ~ 251 Jer 51:51 | heiligdommen van des HEEREN huis gekomen zijn; ~ 252 Jer 52:12 | Babel stond, te Jeruzalem gekomen was; ~ 253 Klaa 1:91 | en de kuil zijn over ons gekomen, de verwoesting en de verbreking. ~ 254 Klaa 1:128| vervuld, ja, ons einde is gekomen. ~ 255 Eze 4:14 | verfoeilijk vlees is in mijn mond gekomen. ~ 256 Eze 7:2 | einde is er, het einde is gekomen over de vier hoeken des 257 Eze 7:5 | een enig kwaad, ziet, is gekomen; ~ 258 Eze 7:6 | 6      Een einde is er gekomen, dat einde is gekomen, het 259 Eze 7:6 | er gekomen, dat einde is gekomen, het is opgewaakt tegen 260 Eze 7:6 | tegen u; ziet, het kwaad is gekomen! ~ 261 Eze 7:7 | De morgenstond is tot u gekomen, o inwoner des lands, de 262 Eze 7:7 | inwoner des lands, de tijd is gekomen, de dag der beroerte is 263 Eze 7:10 | ziet, de morgenstond is gekomen, de morgenstond is voortgekomen, 264 Eze 7:12 | 12      De tijd is gekomen, de dag is genaakt; de koper 265 Eze 11:16 | in de landen, waarin zij gekomen zijn. ~ 266 Eze 12:23 | De      dagen zijn nabij gekomen, en het woord van ieder 267 Eze 16:7 | groot geworden, en zijt gekomen tot grote sierlijkheid; 268 Eze 16:16 | gehoereerd; zulks is niet gekomen, en zal niet geschieden. ~ 269 Eze 17:12 | van Babel is tot Jeruzalem gekomen, en heeft haar koning genomen, 270 Eze 21:29 | verslagen zijn, welker dag gekomen was ten tijde der      uiterste 271 Eze 22:4 | en zijt tot      uw jaren gekomen; daarom heb Ik u den heidenen 272 Eze 36:21 | heidenen, waarhenen zij gekomen waren. ~ 273 Eze 36:22 | heidenen, waarhenen gij gekomen zijt. ~ 274 Eze 47:9 | wateren      daarhenen zullen gekomen zijn, en zij zullen gezond 275 Dan 9:13 | is al dat kwaad over ons gekomen; en wij smeekten het aangezicht 276 Dan 9:23 | woord uitgegaan, en ik ben gekomen, om u dat te kennen te geven; 277 Dan 10:12 | uwer woorden wil ben Ik gekomen. ~ 278 Dan 10:14 | 14      Nu ben Ik gekomen, om u te doen verstaan, 279 Dan 10:20 | gij, waarom dat Ik tot u gekomen ben? Doch nu zal Ik wederkeren 280 Hos 9:7 | dagen der bezoeking zijn gekomen, de dagen der vergelding 281 Hos 9:7 | dagen der vergelding zijn gekomen; die van Israel zullen het 282 Amos 8:2 | HEERE tot mij: Het einde is gekomen over Mijn volk Israel; Ik 283 Oba 1:5 | zo er nachtrovers tot u gekomen waren (hoe zijt gij uitgeroeid!), 284 Oba 1:5 | Zo er wijnlezers tot u gekomen waren,      zouden zij niet 285 Mic 1:9 | dodelijk; want zij zijn gekomen tot aan Juda; hij is geraakt 286 Mic 7:4 | wachters, uw bezoeking, is gekomen; nu zal hunlieder verwarring 287 Zac 1:21 | hoofd ophief; maar deze zijn gekomen om      die te verschrikken, 288 Zac 6:10 | dewelke uit Babel      gekomen zijn; ~ 289 Zac 14:16 | die tegen Jeruzalem zullen gekomen zijn, die zullen van jaar 290 Matt 2:2 | ster in het Oosten, en zijn gekomen om Hem te aanbidden. ~ 291 Matt 2:11 | 11 En in het huis gekomen zijnde, vonden zij het Kindeken 292 Matt 2:21 | Kindeken en Zijn moeder, en is gekomen in het land Israels. ~ 293 Matt 2:23 | 23 En daar gekomen zijnde, nam hij zijn woonplaats 294 Matt 2:25 | Koninkrijk der hemelen is nabij gekomen. ~ 295 Matt 4:3 | En de verzoeker, tot Hem gekomen zijnde, zeide: Indien Gij 296 Matt 4:17 | Koninkrijk der hemelen is nabij gekomen. ~ 297 Matt 5:17 | 17 Meent niet, dat Ik gekomen ben, om de wet of de profeten 298 Matt 5:17 | te ontbinden; Ik ben niet gekomen, om die te ontbinden, maar 299 Matt 7:25 | en de waterstromen zijn gekomen, en de winden hebben gewaaid, 300 Matt 7:27 | en de waterstromen zijn gekomen, en de winden hebben gewaaid, 301 Matt 8:14 | 14 En Jezus gekomen zijnde in het huis van Petrus, 302 Matt 8:28 | aan de andere zijde was gekomen in het land der Gergesenen, 303 Matt 8:29 | U te doen? Zijt Gij hier gekomen om ons te pijnigen voor 304 Matt 8:33 | gevlucht; en als zij in de stad gekomen waren, boodschapten zij 305 Matt 9:13 | offerande; want Ik ben niet gekomen om te roepen rechtvaardigen, 306 Matt 9:28 | 28 En als Hij in huis gekomen was, kwamen de blinden tot 307 Matt 10:7 | Koninkrijk der hemelen is nabij gekomen. ~ 308 Matt 10:23 | of de Zoon des mensen zal gekomen zijn. ~ 309 Matt 10:34 | 34 Meent niet, dat Ik gekomen ben, om vrede te brengen 310 Matt 10:34 | op de aarde; Ik ben niet gekomen om vrede te brengen, maar 311 Matt 10:35 | 35 Want Ik ben gekomen, om den mens tweedrachtig 312 Matt 11:18 | 18 Want Johannes is gekomen, noch etende, noch drinkende, 313 Matt 11:19 | 19 De Zoon des mensen is gekomen, etende en drinkende, en 314 Matt 12:28 | het Koninkrijk Gods tot u gekomen. ~ 315 Matt 12:42 | veroordelen; want zij is gekomen van de einden der aarde, 316 Matt 13:54 | 54 En gekomen zijnde in Zijn vaderland, 317 Matt 15:30 | vele scharen zijn tot Hem gekomen, hebbende bij zich kreupelen, 318 Matt 16:1 | Farizeen en Sadduceen tot Hem gekomen zijnde, en Hem verzoekende, 319 Matt 16:5 | discipelen op de andere zijde gekomen waren, hadden zij vergeten 320 Matt 16:13 | 13 Als nu Jezus gekomen was in de delen van Cesarea 321 Matt 17:12 | Maar Ik zeg u, dat Elias nu gekomen is, en zij hebben hem niet 322 Matt 17:14 | En als zij bij de schare gekomen waren, kwam tot Hem een 323 Matt 17:25 | Ja. En toen hij in huis gekomen was, voorkwam hem Jezus, 324 Matt 18:11 | Want de Zoon des mensen is gekomen om zalig te maken, dat verloren 325 Matt 20:28 | Zoon des mensen niet is gekomen om gediend te worden, maar 326 Matt 21:1 | Jeruzalem genaakten, en gekomen waren te Beth-fage, aan 327 Matt 21:23 | En als Hij in den tempel gekomen was, kwamen tot Hem, terwijl 328 Matt 21:32 | 32 Want Johannes is tot u gekomen in den weg der gerechtigheid, 329 Matt 25:36 | gevangenis, en gij zijt tot Mij gekomen. ~ 330 Matt 25:39 | gevangenis, en zijn tot U gekomen? ~ 331 Matt 26:45 | rust; ziet, de ure is nabij gekomen, en de Zoon des mensen wordt 332 Matt 27:33 | 33 En gekomen zijnde tot de plaats, genaamd 333 Matt 28:13 | discipelen zijn des nachts gekomen, en hebben Hem gestolen, 334 Mark 1:15 | het Koninkrijk Gods nabij gekomen; bekeert u, en gelooft het 335 Mark 1:24 | Jezus Nazarener, zijt Gij gekomen om ons te verderven? Ik 336 Mark 2:1 | wederom binnen Kapernaum gekomen; en het werd gehoord, dat 337 Mark 2:17 | die ziek zijn. Ik ben niet gekomen, om te roepen rechtvaardigen, 338 Mark 6:21 | als er een welgelegen dag gekomen was, toen Herodes, op den 339 Mark 7:1 | Schriftgeleerden, die van Jeruzalem gekomen waren; ~ 340 Mark 7:17 | Hij van de schare in huis gekomen was, vraagden Hem Zijn discipelen 341 Mark 8:10 | Zijn discipelen, is Hij gekomen in de delen van Dalmanutha. ~ 342 Mark 9:1 | Koninkrijk Gods met kracht gekomen is. ~ 343 Mark 9:13 | Ik zeg u, dat ook Elias gekomen is, en zij hebben hem gedaan 344 Mark 9:14 | als Hij bij de discipelen gekomen was, zag Hij een grote schare 345 Mark 9:33 | Kapernaum, en in het huis gekomen zijnde, vraagde Hij hun: 346 Mark 10:45 | Zoon des mensen is niet gekomen, om gediend te worden, maar 347 Mark 11:13 | denzelven zou vinden; en daarbij gekomen zijnde, vond Hij niets dan 348 Mark 14:41 | het is genoeg, de ure is gekomen; ziet, de Zoon des mensen 349 Mark 14:45 | 45 En als hij gekomen was, ging hij terstond tot 350 Mark 15:33 | 33 En als de zesde ure gekomen was, werd er duisternis 351 Luk 1:7 | beiden verre op hun dagen gekomen waren. ~ 352 Luk 1:18 | vrouw is verre op haar dagen gekomen. ~ 353 Luk 2:36 | was tot groten ouderdom gekomen, welke met haar man zeven 354 Luk 4:34 | Jezus Nazarener? Zijt Gij gekomen, om ons te verderven? Ik 355 Luk 5:17 | en Judea, en Jeruzalem gekomen waren; en de kracht des 356 Luk 5:32 | 32 Ik ben niet gekomen om te roepen rechtvaardigen, 357 Luk 6:18 | 18 Die gekomen waren, om Hem te horen, 358 Luk 7:4 | 4 Dezen nu, tot Jezus gekomen zijnde, baden Hem ernstelijk, 359 Luk 7:20 | En als de mannen tot Hem gekomen waren, zeiden zij: Johannes 360 Luk 7:33 | Want Johannes de Doper is gekomen, noch brood etende, noch 361 Luk 7:34 | 34 De Zoon des mensen is gekomen, etende en drinkende, en 362 Luk 7:44 | vrouw? Ik ben in uw huis gekomen; water hebt gij niet tot 363 Luk 9:56 | Zoon des mensen is niet gekomen om der mensen zielen te 364 Luk 10:9 | Koninkrijk Gods is nabij u gekomen. ~ 365 Luk 10:11 | Koninkrijk Gods nabij u gekomen is. ~ 366 Luk 11:6 | vriend van de reis tot mij gekomen is, en ik heb niet, dat 367 Luk 11:20 | het Koninkrijk Gods tot u gekomen. ~ 368 Luk 11:31 | veroordelen; want zij is gekomen van de einden der aarde, 369 Luk 12:49 | 49 Ik ben gekomen, om vuur op de aarde te 370 Luk 12:51 | 51 Meent gij, dat Ik gekomen ben, om vrede te geven op 371 Luk 13:35 | zien, totdat de tijd zal gekomen zijn, als gij zult zeggen: 372 Luk 14:1 | het geschiedde, als Hij gekomen was in het huis van een 373 Luk 14:21 | dezelve dienstknecht weder gekomen zijnde, boodschapte deze 374 Luk 15:17 | 17 En tot zichzelven gekomen zijnde, zeide hij: Hoe vele 375 Luk 15:27 | zeide tot hem: Uw broeder is gekomen, en uw vader heeft het gemeste 376 Luk 15:30 | 30 Maar als deze uw zoon gekomen is, die uw goed met hoeren 377 Luk 18:40 | zou; en als hij nabij Hem gekomen was, vraagde Hij hem, ~ 378 Luk 19:10 | Want de Zoon des mensen is gekomen, om te zoeken en zalig te 379 Luk 19:29 | nabij Beth-fage en Bethanie gekomen was, aan den berg, genaamd 380 Luk 21:8 | Christus; en de tijd is nabij gekomen, gaat dan hen niet na. ~ 381 Luk 21:20 | dat haar verwoesting nabij gekomen is. ~ 382 Luk 22:10 | als gij in de stad zult gekomen zijn, zo zal u een mens 383 Luk 22:14 | 14 En als de ure gekomen was, zat Hij aan, en de 384 Luk 22:18 | het Koninkrijk Gods zal gekomen zijn. ~ 385 Luk 22:40 | En als Hij aan die plaats gekomen was, zeide Hij tot hen: 386 Luk 22:52 | ouderlingen, die tegen Hem gekomen waren: Zijt gij uitgegaan 387 Luk 23:42 | Gij in Uw Koninkrijk zult gekomen zijn. ~ 388 Luk 23:55 | de vrouwen, die met Hem gekomen waren uit Galilea, volgden 389 Joha 1:11 | 11 Hij is gekomen tot het Zijne, en de Zijnen 390 Joha 1:31 | geopenbaard worden, daarom ben ik gekomen, dopende met het water. ~ 391 Joha 2:4 | doen? Mijn ure is nog niet gekomen. ~ 392 Joha 3:2 | zijt een Leraar van God gekomen; want niemand kan deze tekenen 393 Joha 3:19 | dat het licht in de wereld gekomen is, en de mensen hebben 394 Joha 4:25 | Christus); wanneer Die zal gekomen zijn, zo zal Hij ons alle 395 Joha 4:40 | dan de Samaritanen tot Hem gekomen waren, baden zij Hem, dat 396 Joha 4:54 | Hij uit Judea in Galilea gekomen was. ~  ~ 397 Joha 5:43 | 43 Ik ben gekomen in den Naam Mijns Vaders, 398 Joha 6:17 | en Jezus was tot hen niet gekomen. ~ 399 Joha 6:25 | Rabbi, wanneer zijt Gij hier gekomen? ~ 400 Joha 7:28 | Ik ben van Mijzelven niet gekomen, maar Hij is waarachtig, 401 Joha 7:30 | want Zijn ure was nog niet gekomen. ~ 402 Joha 7:31 | Wanneer de Christus zal gekomen zijn, zal Hij ook meer tekenen 403 Joha 7:50 | welke des nachts tot Hem gekomen was, zijnde een uit hen: ~ 404 Joha 8:14 | want Ik weet, van waar Ik gekomen ben, en waar Ik heenga; 405 Joha 8:20 | want Zijn ure was nog niet gekomen. ~ 406 Joha 8:42 | ben ook van Mijzelven niet gekomen, maar Hij heeft Mij gezonden. ~ 407 Joha 9:39 | een oordeel in deze wereld gekomen, opdat degenen, die niet 408 Joha 10:8 | zovelen als er voor Mij zijn gekomen, zijn dieven en moordenaars; 409 Joha 10:10 | slachte, en verderve; Ik ben gekomen, opdat zij het leven hebben, 410 Joha 11:17 | 17 Jezus dan, gekomen zijnde, vond, dat hij nu 411 Joha 11:19 | velen uit de Joden waren gekomen tot Martha en Maria, opdat 412 Joha 11:30 | was nog in het vlek niet gekomen, maar was in de plaats, 413 Joha 11:30 | waar Hem Martha tegemoet gekomen was.) ~ 414 Joha 11:45 | de Joden, die tot Maria gekomen waren, en aanschouwd hadden, 415 Joha 12:12 | schare, die tot het feest gekomen was, horende, dat Jezus 416 Joha 12:23 | hun, zeggende: De ure is gekomen, dat de Zoon des mensen 417 Joha 12:27 | hierom ben Ik in deze ure gekomen. ~ 418 Joha 12:46 | een Licht, in de wereld gekomen, opdat een iegelijk, die 419 Joha 12:47 | hem niet; want Ik ben niet gekomen, opdat Ik de wereld oordele, 420 Joha 13:1 | Jezus wetende, dat Zijn ure gekomen was, dat Hij uit deze wereld 421 Joha 15:22 | 22 Indien Ik niet gekomen ware, en tot hen gesproken 422 Joha 15:26 | wanneer de Trooster zal gekomen zijn, Dien Ik u zenden zal 423 Joha 16:4 | opdat, wanneer de ure zal gekomen zijn, gij dezelve moogt 424 Joha 16:8 | 8 En Die gekomen zijnde, zal de wereld overtuigen 425 Joha 16:13 | 13 Maar wanneer Die zal gekomen zijn, namelijk de Geest 426 Joha 16:21 | droefheid, dewijl haar ure gekomen is; maar wanneer zij het 427 Joha 16:28 | uitgegaan, en ben in de wereld gekomen; wederom verlaat Ik de wereld, 428 Joha 16:32 | Ziet, de ure komt, en is nu gekomen, dat gij zult verstrooid 429 Joha 17:1 | zeide: Vader, de ure is gekomen, verheerlijk Uw Zoon, opdat 430 Joha 18:37 | hiertoe ben Ik in de wereld gekomen, opdat Ik der waarheid getuigenis 431 Joha 19:39 | des nachts tot Jezus eerst gekomen was), brengende een mengsel 432 Joha 20:8 | die eerst tot het graf gekomen was, en zag het, en geloofde. ~ 433 Hand 3:19 | tijden der verkoeling zullen gekomen zijn van het aangezicht 434 Hand 5:29 | ook zonder tegenspreken gekomen, ontboden zijnde. Zo vraag 435 Hand 5:32 | aan de zee, welke, hier gekomen zijnde, tot u spreken zal. ~ 436 Hand 5:33 | welgedaan, dat gij hier gekomen zijt. Wij zijn dan allen 437 Hand 5:45 | zovelen als met Petrus gekomen waren, ontzetten zich, dat 438 Hand 6:20 | hen, welken te Antiochie gekomen zijnde, spraken tot de Grieksen, 439 Hand 6:23 | 23 Dewelke, daar gekomen zijnde, en de genade Gods 440 Hand 6:28 | gehele wereld; dewelke ook gekomen is onder den keizer Claudius. ~ 441 Hand 6:41 | En Petrus, tot zichzelven gekomen zijnde, zeide: Nu weet ik 442 Hand 7:5 | 5 En gekomen zijnde te Salamis, verkondigden 443 Hand 8:27 | 27 En daar gekomen zijnde, en de Gemeente vergaderd 444 Hand 9:4 | 4 En te Jeruzalem gekomen zijnde, werden zij ontvangen 445 Hand 10:7 | 7 En aan Mysie gekomen zijnde, poogden zij naar 446 Hand 11:6 | hebben gesteld, zijn ook hier gekomen; ~ 447 Hand 11:10 | naar Berea; welke, daar gekomen zijnde, gingen heen naar 448 Hand 12:2 | die onlangs van Italie gekomen was, en Priscilla, zijn 449 Hand 12:22 | En als hij te Cesarea was gekomen, ging hij op naar Jeruzalem, 450 Hand 12:27 | ontvangen zouden; welke, daar gekomen zijnde, heeft veel toegebracht 451 Hand 14:18 | 18 En als zij tot hem gekomen waren, zeide hij tot hen: 452 Hand 15:17 | En als wij te Jeruzalem gekomen waren, ontvingen ons de 453 Hand 15:18 | de ouderlingen waren daar gekomen. ~ 454 Hand 15:22 | zij zullen horen, dat gij gekomen zijt. ~ 455 Hand 15:35 | En als hij aan de trappen gekomen was, gebeurde het, dat hij 456 Hand 17:27 | geworden zijn, ben ik daarover gekomen met het krijgsvolk, en heb 457 Hand 17:33 | Dewelken als zij te Cesarea gekomen waren, en den brief den 458 Hand 17:35 | beschuldigers hier zullen gekomen zijn. En hij beval, dat 459 Hand 18:17 | Doch na vele jaren ben ik gekomen om aalmoezen te doen aan 460 Hand 18:24 | sommige dagen, Felix, daar gekomen zijnde met Drusilla, zijn 461 Hand 19:1 | Festus dan, in de provincie gekomen zijnde, ging na drie dagen 462 Hand 19:7 | 7 En als hij daar gekomen was, stonden de Joden, die 463 Hand 19:17 | zij dan gezamenlijk alhier gekomen waren, zo heb ik, geen uitstel 464 Hand 19:23 | anderen daags dan, als Agrippa gekomen was en Bernice, met grote 465 Hand 21:7 | nauwelijks tegenover Knidus gekomen waren, overmits het ons 466 Hand 21:27 | Als nu de veertiende nacht gekomen was, alzo wij in de Adriatische 467 Hand 21:44 | allen behouden aan het land gekomen zijn. ~  ~ 468 Hand 22:16 | 16 En toen wij te Rome gekomen waren, gaf de hoofdman de 469 Hand 22:21 | iemand van de broeders, hier gekomen zijnde, heeft van u iets 470 Rom 5:18 | door een misdaad de schuld gekomen is over alle mensen tot 471 Rom 7:9 | eertijds; maar als het gebod gekomen is, zo is de zonde weder 472 Rom 9:31 | der rechtvaardigheid niet gekomen. ~ 473 Rom 11:25 | voor een deel over Israel gekomen is, totdat de volheid der 474 Rom 13:12 | voorbijgegaan, en de dag is nabij gekomen. Laat ons dan afleggen de 475 Rom 16:19 | is tot kennis van allen gekomen. Ik verblijde mij dan uwenthalve; 476 1Kor 2:1 | broeders, als ik tot u ben gekomen, ben niet gekomen met uitnemendheid 477 1Kor 2:1 | u ben gekomen, ben niet gekomen met uitnemendheid van woorden, 478 1Kor 4:5 | tijd, totdat de Heere zal gekomen zijn, Welke ook in het licht 479 1Kor 10:11 | dewelke de einden der eeuwen gekomen zijn. ~ 480 1Kor 11:34 | ik verordenen, als ik zal gekomen zijn. ~  ~  ~  481 1Kor 13:10 | wanneer het volmaakte zal gekomen zijn, dan zal hetgeen ten 482 1Kor 14:36 | Of is het tot u alleen gekomen? ~ 483 1Kor 16:2 | eerst geschieden, wanneer ik gekomen zal zijn. ~ 484 1Kor 16:3 | 3 En wanneer ik daar zal gekomen zijn, zal ik hen, die gij 485 2Kor 1:23 | nog te Korinthe niet ben gekomen. ~ 486 2Kor 7:5 | ook, als wij in Macedonie gekomen zijn, zo heeft ons vlees 487 2Kor 10:13 | heeft, ook tot u toe zijn gekomen. ~ 488 2Kor 10:14 | komen; want wij zijn ook gekomen tot u toe, in het Evangelie 489 2Kor 12:20 | Want ik vrees, dat als ik gekomen zal zijn, ik u niet enigszins 490 2Kor 12:21 | Opdat wederom, als ik zal gekomen zijn, mijn God mij niet 491 Gal 1:21 | 21 Daarna ben ik gekomen in de gewesten van Syrie 492 Gal 2:11 | toen Petrus te Antiochie gekomen was, wederstond ik hem in 493 Gal 2:12 | eer sommigen van Jakobus gekomen waren, at hij mede met de 494 Gal 2:12 | heidenen; maar toen zij gekomen waren, onttrok hij zich 495 Gal 3:17 | vierhonderd en dertig jaren gekomen is, niet krachteloos gemaakt, 496 Gal 3:19 | gesteld, totdat het zaad zou gekomen zijn, dien het beloofd was; 497 Gal 3:25 | 25 Maar als het geloof gekomen is, zo zijn wij niet meer 498 Gal 4:4 | wanneer de volheid des tijds gekomen is, heeft God Zijn Zoon 499 Fili 1:12 | bevordering van het Evangelie gekomen is; ~ 500 Fili 2:30 | was hij tot nabij den dood gekomen, zijn leven niet achtende,


1-500 | 501-531

Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License