1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4500 | 4501-5000 | 5001-5500 | 5501-6000 | 6001-6500 | 6501-7000 | 7001-7500 | 7501-8000 | 8001-8500 | 8501-9000 | 9001-9500 | 9501-10000 | 10001-10500 | 10501-11000 | 11001-11500 | 11501-12000 | 12001-12500 | 12501-13000 | 13001-13263
Book Chapter: Verse
8001 Pred 5:17 | genieten het goede van al zijn arbeid, die hij bearbeid
8002 Pred 5:17 | God hem geeft; want dat is zijn deel. ~
8003 Pred 5:18 | om daarvan te eten, en om zijn deel te nemen, en om zich
8004 Pred 5:18 | zich te verheugen van zijn arbeid, datzelve is een
8005 Pred 6:2 | en eer; en hij heeft voor zijn ziel aan geen ding gebrek,
8006 Pred 6:3 | zijner jaren veel waren, doch zijn ziel niet verzadigd werd
8007 Pred 6:7 | arbeid des mensen is voor zijn mond; en nochtans wordt
8008 Pred 6:10 | ook iemand zij, alrede is zijn naam genoemd, en het is
8009 Pred 6:11 | 11 Voorwaar, er zijn veel dingen, die de ijdelheid
8010 Pred 7:2 | en de levende legt het in zijn hart. ~
8011 Pred 7:8 | van een ding is beter dan zijn begin; de lankmoedige is
8012 Pred 7:10 | vorige dagen beter geweest zijn, dan deze? Want gij zoudt
8013 Pred 7:14 | vinden iets, dat na hem zal zijn. ~
8014 Pred 7:15 | een rechtvaardige, die in zijn gerechtigheid omkomt; daarentegen
8015 Pred 7:15 | er een goddeloze, die in zijn boosheid zijn dagen
8016 Pred 7:15 | goddeloze, die in zijn boosheid zijn dagen verlengt. ~
8017 Pred 7:19 | heerschappers, die in een stad zijn. ~
8018 Pred 7:26 | garen, en haar handen banden zijn; wie goed is voor Gods aangezicht,
8019 Pred 8:1 | wijsheid der mensen verlicht zijn aangezicht, en de stuursheid
8020 Pred 8:3 | Haast u niet weg te gaan van zijn aangezicht; blijf niet staande
8021 Pred 8:12 | die God vrezen, die voor Zijn aangezicht vrezen. ~
8022 Pred 8:13 | niet verlengen; hij zal zijn gelijk een schaduw, omdat
8023 Pred 8:14 | aarde geschiedt: dat er zijn rechtvaardigen, dien het
8024 Pred 8:14 | werk der goddelozen, en er zijn goddelozen, dien het wedervaart
8025 Pred 8:15 | te drinken, en blijde te zijn; want dat zal hem aankleven
8026 Pred 8:15 | dat zal hem aankleven van zijn arbeid, de dagen zijns
8027 Pred 9:1 | hun werken in de hand Gods zijn; ook liefde, ook haat,
8028 Pred 9:1 | niet uit al hetgeen voor zijn aangezicht is. ~
8029 Pred 9:3 | leven onzinnigheden zijn in hun hart; en daarna moeten
8030 Pred 9:8 | klederen te allen tijd wit zijn, en laat op uw hoofd geen
8031 Pred 9:12 | 12 Dat ook de mens zijn tijd niet weet, gelijk de
8032 Pred 9:15 | die de stad verloste door zijn wijsheid; maar geen mens
8033 Pred 9:16 | wijsheid des armen veracht, en zijn woorden niet waren gehoord
8034 Pred 10:2 | Het hart des wijzen is tot zijn rechterhand, maar het hart
8035 Pred 10:2 | het hart eens zots is tot zijn linkerhand. ~
8036 Pred 10:3 | dwaas op den weg wandelt, zijn hart ontbreekt hem, en hij
8037 Pred 10:9 | zal daardoor in gevaar zijn. ~
8038 Pred 10:12 | woorden van een wijzen mond zijn aangenaam; maar de lippen
8039 Pred 11:3 | Als de wolken vol geworden zijn, zo storten zij plasregen
8040 Pred 11:5 | of hoedanig de beenderen zijn in den buik van een zwangere
8041 Pred 11:6 | die beide te zamen goed zijn zullen. ~
8042 Pred 11:8 | duisternis, want die zullen veel zijn; en al wat zal gekomen is,
8043 Pred 12:3 | omdat zij minder geworden zijn, en die door de vensteren
8044 Pred 12:5 | er verschrikkingen zullen zijn op den weg, en de amandelboom
8045 Pred 12:5 | want de mens gaat naar zijn eeuwig huis, en de rouwklagers
8046 Pred 12:11 | De woorden der wijzen zijn gelijk prikkelen, en gelijk
8047 Pred 12:11 | verzamelingen, die gegeven zijn van den enigen Herder. ~
8048 Pred 12:13 | zaak: Vrees God, en houd Zijn geboden, want dit betaamt
8049 Hoo 1:3 | 3 Uw olien zijn goed tot reuk, Uw naam is
8050 Hoo 1:4 | Koning heeft mij gebracht in Zijn binnenkameren; wij zullen
8051 Hoo 1:7 | middag; want waarom zou ik zijn als een, die zich bedekt
8052 Hoo 1:10 | 10 Uw wangen zijn liefelijk in de spangen,
8053 Hoo 1:12 | Terwijl de Koning aan Zijn ronde tafel is, geeft mijn
8054 Hoo 1:12 | tafel is, geeft mijn nardus zijn reuk. ~
8055 Hoo 1:15 | gij zijt schoon; uw ogen zijn duiven ogen. ~
8056 Hoo 1:17 | De balken onzer huizen zijn cederen, onze galerijen
8057 Hoo 1:17 | cederen, onze galerijen zijn cypressen. ~ ~ ~
8058 Hoo 2:3 | zonen; ik heb groten lust in Zijn schaduw, en zit er onder,
8059 Hoo 2:3 | schaduw, en zit er onder, en Zijn vrucht is mijn gehemelte
8060 Hoo 2:4 | wijnhuis, en de liefde is Zijn banier over mij. ~
8061 Hoo 2:6 | 6 Zijn linkerhand zij onder mijn
8062 Hoo 2:6 | zij onder mijn hoofd, en Zijn rechterhand omhelze mij. ~
8063 Hoo 2:13 | De vijgeboom brengt zijn jonge vijgjes voort, en
8064 Hoo 2:16 | Liefste is mijn, en ik ben Zijn, Die weidt onder de lelien, ~
8065 Hoo 3:7 | dat Salomo heeft, daar zijn zestig helden rondom van
8066 Hoo 3:8 | ten oorlog, elk hebbende zijn zwaard aan zijn heup, vanwege
8067 Hoo 3:8 | hebbende zijn zwaard aan zijn heup, vanwege den schrik
8068 Hoo 3:11 | met de kroon, waarmede Hem Zijn moeder kroonde op den dag
8069 Hoo 4:1 | gij zijt schoon; uw ogen zijn duiven ogen tussen uw vlechten;
8070 Hoo 4:2 | 2 Uw tanden zijn als een kudde schapen, die
8071 Hoo 4:2 | kudde schapen, die geschoren zijn, die uit de wasstede opkomen;
8072 Hoo 4:3 | 3 Uw lippen zijn als een scharlaken snoer,
8073 Hoo 4:5 | 5 Uw twee borsten zijn gelijk twee welpen, tweelingen
8074 Hoo 4:13 | 13 Uw scheuten zijn een paradijs van granaatappelen,
8075 Hoo 4:16 | doorwaai mijn hof, dat zijn specerijen uitvloeien. O,
8076 Hoo 4:16 | O, dat mijn Liefste tot Zijn hof kwame, en ate zijn edele
8077 Hoo 4:16 | tot Zijn hof kwame, en ate zijn edele vruchten! ~ ~ ~
8078 Hoo 5:4 | 4 Mijn Liefste trok Zijn hand van het gat der deur;
8079 Hoo 5:6 | mijn ziel ging uit vanwege Zijn spreken; ik zocht Hem, maar
8080 Hoo 5:11 | 11 Zijn hoofd is van het fijnste
8081 Hoo 5:11 | van het dichtste goud; Zijn haarlokken zijn gekruld,
8082 Hoo 5:11 | dichtste goud; Zijn haarlokken zijn gekruld, zwart als een raaf. ~
8083 Hoo 5:12 | 12 Zijn ogen zijn als der duiven
8084 Hoo 5:12 | 12 Zijn ogen zijn als der duiven bij de waterstromen,
8085 Hoo 5:13 | 13 Zijn wangen zijn als een bed
8086 Hoo 5:13 | 13 Zijn wangen zijn als een bed van specerijen,
8087 Hoo 5:13 | als welriekende torentjes; Zijn lippen zijn als lelien,
8088 Hoo 5:13 | welriekende torentjes; Zijn lippen zijn als lelien, druppende van
8089 Hoo 5:14 | 14 Zijn handen zijn als gouden ringen,
8090 Hoo 5:14 | 14 Zijn handen zijn als gouden ringen, gevuld
8091 Hoo 5:14 | ringen, gevuld met turkoois; Zijn buik is als blinkend elpenbeen,
8092 Hoo 5:15 | 15 Zijn schenkelen zijn als marmeren
8093 Hoo 5:15 | 15 Zijn schenkelen zijn als marmeren pilaren, gegrond
8094 Hoo 5:15 | voeten van het dichtste goud; Zijn gestalte is als de Libanon,
8095 Hoo 5:16 | 16 Zijn gehemelte is enkel zoetigheid,
8096 Hoo 6:2 | Mijn Liefste is afgegaan in Zijn hof, tot de specerijbedden,
8097 Hoo 6:6 | 6 Uw tanden zijn als een kudde schapen, die
8098 Hoo 6:7 | 7 Uw wangen zijn als een stuk van een granaatappel
8099 Hoo 6:8 | 8 Er zijn zestig koninginnen en tachtig
8100 Hoo 7:1 | 1 Hoe schoon zijn uw gangen in de schoenen,
8101 Hoo 7:1 | omdraaiingen uwer heupen zijn als kostelijke ketens, zijnde
8102 Hoo 7:3 | 3 Uw twee borsten zijn als twee welpen, tweelingen
8103 Hoo 7:4 | elpenbenen toren, uw ogen zijn als de vijvers te Hesbon,
8104 Hoo 7:8 | palmboom klimmen, ik zal zijn takken grijpen; zo zullen
8105 Hoo 7:8 | zo zullen dan uw borsten zijn als druif trossen aan den
8106 Hoo 7:10 | Ik ben mijns Liefsten, en Zijn genegenheid is tot mij. ~
8107 Hoo 7:13 | reuk, en aan onze deuren zijn allerlei edele vruchten,
8108 Hoo 8:3 | 3 Zijn linkerhand zij onder mijn
8109 Hoo 8:3 | zij onder mijn hoofd, en Zijn rechterhand omhelze mij. ~
8110 Hoo 8:6 | als het graf; haar kolen zijn vurige kolen, vlammen des
8111 Hoo 8:7 | gaf iemand al het goed van zijn huis voor deze liefde, men
8112 Hoo 8:10 | een muur en mijn borsten zijn als torens. Toen was ik
8113 Hoo 8:10 | als torens. Toen was ik in Zijn ogen als een, die vrede
8114 Hoo 8:12 | de duizend zilverlingen zijn voor u, o Salomo! maar tweehonderd
8115 Hoo 8:12 | Salomo! maar tweehonderd zijn voor de hoeders van deszelfs
8116 Jes 1:3 | 3 Een os kent zijn bezitter, en een ezel de
8117 Jes 1:6 | uitgedrukt noch verbonden zijn, en geen derzelve is met
8118 Jes 1:7 | een verwoesting, uw steden zijn met het vuur verbrand; uw
8119 Jes 1:9 | Sodom zouden wij geworden zijn; wij zouden Gomorra gelijk
8120 Jes 1:9 | wij zouden Gomorra gelijk zijn geworden. ~
8121 Jes 1:11 | 11 Waartoe zal Mij zijn de veelheid uwer slachtoffers?
8122 Jes 1:14 | hoogtijden haat Mijn ziel, zij zijn Mij tot een last; Ik ben
8123 Jes 1:15 | Ik niet; want uw handen zijn vol bloed. ~
8124 Jes 1:23 | 23 Uw vorsten zijn afvalligen, en metgezellen
8125 Jes 1:28 | Maar er zal verbreking zijn der overtreders, en der
8126 Jes 1:30 | 30 Want gij zult zijn als een eik, welks bladeren
8127 Jes 1:31 | wezen tot grof vlas, en zijn werkmeester tot een vonk,
8128 Jes 2:2 | des HEEREN zal vastgesteld zijn op den top der bergen, en
8129 Jes 2:3 | opdat Hij ons lere van Zijn wegen, en dat wij wandelen
8130 Jes 2:3 | dat wij wandelen in Zijn paden; want uit Sion zal
8131 Jes 2:6 | Jakob, verlaten, want zij zijn vervuld met goddeloosheid,
8132 Jes 2:6 | meer dan het oosten, en zij zijn guichelaars gelijk de Filistijnen,
8133 Jes 2:11 | zal in dien dag verheven zijn. ~
8134 Jes 2:12 | HEEREN der heirscharen zal zijn tegen allen hovaardige en
8135 Jes 2:17 | zal in die dag verheven zijn. ~
8136 Jes 2:20 | In dien dag zal de mens zijn zilveren afgoden, en zijn
8137 Jes 2:20 | zijn zilveren afgoden, en zijn gouden afgoden, welke zij
8138 Jes 2:22 | den mens, wiens adem in zijn neus is, want waarin is
8139 Jes 3:5 | gedrongen worden, de een zal zijn tegen den ander, en een
8140 Jes 3:5 | ander, en een iegelijk tegen zijn naaste; de jongeling zal
8141 Jes 3:5 | de jongeling zal stout zijn tegen den oude, de verachte
8142 Jes 3:6 | 6 Wanneer iemand zijn broeder uit het huis zijns
8143 Jes 3:7 | Zo zal hij in dien dag zijn hand opheffen, zeggende:
8144 Jes 3:8 | handelingen tegen den HEERE zijn, om de ogen Zijner heerlijkheid
8145 Jes 3:12 | De drijvers Mijns volks zijn kinderen, en vrouwen heersen
8146 Jes 3:24 | voor specerij stank zal zijn, en lossigheid voor een
8147 Jes 4:1 | klederen zullen wij bekleed zijn, laat ons alleenlijk naar
8148 Jes 4:2 | dage zal des HEEREN SPRUIT zijn tot sieraad en tot heerlijkheid,
8149 Jes 4:6 | 6 En daar zal een hut zijn tot een schaduw des daags
8150 Jes 5:1 | mijns Liefsten zingen van Zijn wijngaard; Mijn Beminde
8151 Jes 5:5 | wijngaard doen zal; Ik zal zijn tuin wegnemen, opdat hij
8152 Jes 5:5 | opdat hij zij tot afweiding; zijn muur zal Ik verscheuren,
8153 Jes 5:7 | Israel, en de mannen van Juda zijn een plant Zijner verlustigingen;
8154 Jes 5:12 | trommelen en pijpen, en wijn zijn in hun maaltijden; maar
8155 Jes 5:14 | zichzelf wijd opensperren, en zijn mond opendoen, zonder maat;
8156 Jes 5:19 | Dat Hij haaste, dat Hij Zijn werk bespoedige, opdat wij
8157 Jes 5:21 | bij zichzelven verstandig zijn! ~
8158 Jes 5:22 | Wee dengenen, die helden zijn om wijn te drinken, en die
8159 Jes 5:22 | drinken, en die kloeke mannen zijn om sterken drank te mengen! ~
8160 Jes 5:25 | des HEEREN ontstoken tegen Zijn volk, en Hij heeft tegen
8161 Jes 5:25 | Hij heeft tegen hetzelve Zijn hand uitgestrekt, en Hij
8162 Jes 5:25 | en hun dode lichamen zijn geworden als drek in het
8163 Jes 5:25 | Om dit alles keert zich Zijn toorn niet af, maar Zijn
8164 Jes 5:25 | Zijn toorn niet af, maar Zijn hand is nog uitgestrekt. ~
8165 Jes 5:28 | Welker pijlen scherp zullen zijn, en al hun bogen gespannen;
8166 Jes 5:28 | zullen als een rots geacht zijn, en hun raderen als een
8167 Jes 5:29 | 29 Hun gebrul zal zijn als van een ouden leeuw,
8168 Jes 5:29 | en er zal geen verlosser zijn. ~
8169 Jes 5:30 | duisternis en benauwdheid zijn, en het licht zal verduisterd
8170 Jes 6:1 | hogen en verheven troon, en Zijn zomen vervullende den tempel. ~
8171 Jes 6:2 | met twee bedekte ieder zijn aangezicht, en met twee
8172 Jes 6:2 | en met twee bedekte hij zijn voeten, en met twee vloog
8173 Jes 6:3 | heirscharen! De ganse aarde is van Zijn heerlijkheid vol! ~
8174 Jes 6:6 | had een gloeiende kool in zijn hand, die hij met de tang
8175 Jes 6:10 | opdat het niet zie met zijn ogen, noch met zijn oren
8176 Jes 6:10 | met zijn ogen, noch met zijn oren hore, noch met zijn
8177 Jes 6:10 | zijn oren hore, noch met zijn hart versta, noch zich bekere,
8178 Jes 6:13 | een tiende deel zal daarin zijn, en het zal wederkeren,
8179 Jes 6:13 | en het zal wederkeren, en zijn om af te weiden; maar gelijk
8180 Jes 6:13 | zaad het steunsel daarvan zijn. ~ ~
8181 Jes 7:2 | op Efraim, zo bewoog zich zijn hart en het hart zijns volks,
8182 Jes 7:8 | zal het hoofd van Syrie zijn, en Rezin het hoofd van
8183 Jes 7:9 | zal Samaria Efraims hoofd zijn, en de zoon van Remalia
8184 Jes 7:14 | zij zal een Zoon baren, en Zijn naam IMMANUEL heten. ~
8185 Jes 7:16 | verdrietig zijt, verlaten zijn van zijn twee koningen. ~
8186 Jes 7:16 | zijt, verlaten zijn van zijn twee koningen. ~
8187 Jes 7:17 | hoedanige niet gekomen zijn van dien dag af, dat Efraim
8188 Jes 7:18 | der rivieren van Egypte zijn, en de bijen die in het
8189 Jes 7:18 | die in het land van Assur zijn. ~
8190 Jes 7:22 | ieder, die overgebleven zal zijn in het midden des lands,
8191 Jes 7:23 | duizend wijnstokken geweest zijn, van duizend zilverlingen,
8192 Jes 7:23 | doornen en distelen zal zijn; ~
8193 Jes 7:24 | zal doornen en distelen zijn. ~
8194 Jes 8:3 | HEERE zeide tot mij: Noem zijn naam MAHER-SCHALAL, CHAZ-BAZ. ~
8195 Jes 8:7 | koning van Assyrie en al zijn heerlijkheid; en hij zal
8196 Jes 8:7 | hij zal opkomen over al zijn stromen, en gaan over
8197 Jes 8:7 | stromen, en gaan over al zijn oevers; ~
8198 Jes 8:14 | ulieden tot een Heiligdom zijn; maar tot een steen des
8199 Jes 8:17 | den Heere verbeiden, Die Zijn aangezicht verbergt voor
8200 Jes 8:18 | de HEERE gegeven heeft, zijn tot tekenen en tot wonderen
8201 Jes 8:19 | zegt: Zal niet een volk zijn God vragen? zal men
8202 Jes 8:20 | naar dit woord, het zal zijn, dat zij geen dageraad zullen
8203 Jes 8:21 | en hij zeer toornig zal zijn, dan zal hij vloeken op
8204 Jes 8:21 | dan zal hij vloeken op zijn koning en op zijn God,
8205 Jes 8:21 | op zijn koning en op zijn God, als hij opwaarts zal
8206 Jes 8:22 | benauwdheid en duisternis zijn; hij zal verduisterd zijn
8207 Jes 8:22 | zijn; hij zal verduisterd zijn door angst, en voortgedreven
8208 Jes 9:5 | en de heerschappij is op Zijn schouder; en men noemt Zijn
8209 Jes 9:5 | Zijn schouder; en men noemt Zijn naam Wonderlijk, Raad, Sterke
8210 Jes 9:6 | des vredes zal geen einde zijn op den troon van David en
8211 Jes 9:6 | den troon van David en in zijn koninkrijk, om dat te bevestigen,
8212 Jes 9:9 | 9 De tichelstenen zijn gevallen, maar met uitgehouwen
8213 Jes 9:9 | bouwen; de wilde vijgebomen zijn afgehouwen, maar wij zullen
8214 Jes 9:10 | hem verheffen, en Hij zal zijn vijanden samen vermengen: ~
8215 Jes 9:11 | mond. Om dit alles keert Zijn toorn zich niet af, maar
8216 Jes 9:11 | toorn zich niet af, maar Zijn hand is nog uitgestrekt. ~
8217 Jes 9:15 | Want de leiders dezes volks zijn verleiders, en die van hen
8218 Jes 9:16 | niet ontfermen, want zij zijn allen te zamen huichelaars
8219 Jes 9:16 | dwaasheid. Om dit alles keert Zijn toorn zich niet af, maar
8220 Jes 9:16 | toorn zich niet af, maar Zijn hand is nog uitgestrekt. ~
8221 Jes 9:18 | worden; en het volk zal zijn als een voedsel des vuurs:
8222 Jes 9:20 | zullen te zamen tegen Juda zijn. Om dit alles keert Zijn
8223 Jes 9:20 | zijn. Om dit alles keert Zijn toorn zich niet af, maar
8224 Jes 9:20 | toorn zich niet af, maar Zijn hand is nog uitgestrekt. ~ ~ ~ ~ ~
8225 Jes 10:4 | gedoden? Om dit alles keert Zijn toorn zich niet af, maar
8226 Jes 10:4 | toorn zich niet af, maar Zijn hand is nog uitgestrekt. ~
8227 Jes 10:7 | hij het zo niet meent, en zijn hart alzo niet denkt, maar
8228 Jes 10:7 | niet denkt, maar hij zal in zijn hart hebben te verdelgen,
8229 Jes 10:8 | 8 Want hij zegt: Zijn niet mijn vorsten al te
8230 Jes 10:10 | hun gesneden beelden beter zijn, dan die van Jeruzalem,
8231 Jes 10:12 | zal gemaakt hebben van al Zijn werk op den berg Sion en
8232 Jes 10:14 | men de eieren die verlaten zijn, samenraapt; en er is
8233 Jes 10:16 | HEERE der heirscharen onder zijn vetten een magerheid zenden;
8234 Jes 10:16 | magerheid zenden; en onder zijn heerlijkheid zal Hij een
8235 Jes 10:17 | Israel zal tot een vuur zijn, en zijn Heilige tot een
8236 Jes 10:17 | zal tot een vuur zijn, en zijn Heilige tot een vlam, welke
8237 Jes 10:17 | brand steken en verteren zal zijn doornen en zijn distelen,
8238 Jes 10:17 | verteren zal zijn doornen en zijn distelen, op een dag. ~
8239 Jes 10:18 | het vlees toe; en hij zal zijn, gelijk als wanneer een
8240 Jes 10:19 | wouds zullen weinig in getal zijn, ja, een jongen zou ze opschrijven. ~
8241 Jes 10:24 | roede zal slaan, en hij zijn staf tegen u zal opheffen,
8242 Jes 10:26 | rots van Oreb; en gelijk Zijn staf over de zee was, denwelken
8243 Jes 10:27 | geschieden ten zelfden dage, dat zijn last zal afwijken van uw
8244 Jes 10:27 | afwijken van uw schouder, en zijn juk van uw hals; en het
8245 Jes 10:28 | Migron; te Michmas legt hij zijn gereedschap af. ~
8246 Jes 10:32 | blijft hij te Nob; hij zal zijn hand bewegen tegen den berg
8247 Jes 10:33 | en die hoog van gestalte zijn, zullen nedergehouwen worden;
8248 Jes 11:1 | Isai, en een Scheut uit zijn wortelen zal Vrucht voortbrengen. ~
8249 Jes 11:3 | 3 En Zijn rieken zal zijn in de vreze
8250 Jes 11:3 | En Zijn rieken zal zijn in de vreze des HEEREN;
8251 Jes 11:5 | de gordel Zijner lendenen zijn; ook zal de waarheid de
8252 Jes 11:5 | de gordel Zijner lendenen zijn. ~
8253 Jes 11:8 | en een gespeend kind zal zijn hand uitsteken in de kuil
8254 Jes 11:9 | vol van kennis des HEEREN zijn, gelijk de wateren den bodem
8255 Jes 11:10 | volken, zullen vragen, en Zijn rust zal heerlijk zijn. ~
8256 Jes 11:10 | en Zijn rust zal heerlijk zijn. ~
8257 Jes 11:11 | de Heere ten anderen male Zijn hand aanleggen zal om weder
8258 Jes 11:11 | hetwelk overgebleven zal zijn van Assyrie, en van
8259 Jes 11:14 | Ammons zullen hun gehoorzaam zijn.
8260 Jes 11:15 | Egypte verbannen, en Hij zal Zijn hand bewegen tegen de rivier,
8261 Jes 11:16 | er zal een gebaande weg zijn voor het overblijfsel Zijns
8262 Jes 11:16 | volks, dat overgebleven zal zijn van Assur, gelijk als Israel
8263 Jes 12:4 | Dankt den HEERE, roept Zijn Naam aan, maakt Zijn daden
8264 Jes 12:4 | roept Zijn Naam aan, maakt Zijn daden bekend onder de volken!
8265 Jes 12:4 | de volken! vermeldt, dat Zijn Naam verhoogd is. ~
8266 Jes 13:8 | aangrijpen, zij zullen bang zijn als een barende vrouw; een
8267 Jes 13:8 | vrouw; een iegelijk zal over zijn naaste verbaasd zijn; hun
8268 Jes 13:8 | over zijn naaste verbaasd zijn; hun aangezichten zullen
8269 Jes 13:8 | zullen vlammende aangezichten zijn. ~
8270 Jes 13:10 | de sterren des hemels en zijn gesternten zullen haar licht
8271 Jes 13:12 | een man dierbaarder zal zijn dan dicht goud, en een mens
8272 Jes 13:14 | En een iegelijk zal zijn als een verjaagde ree, en
8273 Jes 13:14 | vergadert; een iegelijk zal naar zijn volk omzien, en een iegelijk
8274 Jes 13:14 | en een iegelijk zal naar zijn land vluchten. ~
8275 Jes 13:19 | hovaardigheid der Chaldeen, zijn gelijk als God Sodom en
8276 Jes 13:20 | Daar zal geen woonplaats zijn in der eeuwigheid, en zij
8277 Jes 13:22 | dieren der eilanden zullen in zijn verlaten plaatsen elkander
8278 Jes 14:17 | derzelver steden verstoorde, die zijn gevangenen niet liet los
8279 Jes 14:18 | met eer, een iegelijk in zijn huis; ~
8280 Jes 14:19 | met het zwaard doorstoken zijn; als die nederdalen in een
8281 Jes 14:21 | Maakt de slachting voor zijn kinderen gereed, om hunner
8282 Jes 14:25 | bergen vertreden; opdat zijn juk van hen afwijke, en
8283 Jes 14:25 | juk van hen afwijke, en zijn last van hun schouder wijke. ~
8284 Jes 14:27 | heirscharen heeft het in Zijn raad besloten, wie zal het
8285 Jes 14:27 | wie zal het dan breken? en Zijn hand is uitgestrekt, wie
8286 Jes 14:29 | vurige vliegende draak zijn. ~
8287 Jes 14:31 | en er is geen eenzame in zijn samenkomsten. ~
8288 Jes 15:5 | over Moab, haar grendelen zijn naar Zoar toe, de driejarige
8289 Jes 15:8 | Beer-Elim toe zal haar gehuil zijn. ~
8290 Jes 15:9 | Want de wateren van Dimon zijn vol bloeds, want Ik zal
8291 Jes 16:2 | de veren van Arnon zullen zijn, als een zwervende vogel,
8292 Jes 16:4 | geworden, de vertreders zijn van de aarde verdaan. ~
8293 Jes 16:6 | hij is zeer hovaardig; zijn hoogmoed, en zijn hovaardij,
8294 Jes 16:6 | hovaardig; zijn hoogmoed, en zijn hovaardij, en zijn verbolgenheid,
8295 Jes 16:6 | hoogmoed, en zijn hovaardij, en zijn verbolgenheid, zijn alzo
8296 Jes 16:6 | en zijn verbolgenheid, zijn alzo zijn grendelen niet. ~
8297 Jes 16:6 | verbolgenheid, zijn alzo zijn grendelen niet. ~
8298 Jes 16:7 | zuchten, gewisselijk, zij zijn gebroken. ~
8299 Jes 16:8 | Want de velden van Hesbon zijn verflauwd, ook de wijnstok
8300 Jes 16:8 | heren der heidenen hebben zijn uitgelezen planten verpletterd;
8301 Jes 16:8 | de woestijn; hun scheuten zijn uitgespreid, zij zijn gegaan
8302 Jes 16:8 | scheuten zijn uitgespreid, zij zijn gegaan over zee. ~
8303 Jes 16:12 | hoogten, dan zal hij in zijn heiligdom gaan om te aanbidden,
8304 Jes 17:1 | een vervallen steenhoop zijn. ~
8305 Jes 17:3 | der Syriers; zij zullen zijn gelijk de heerlijkheid der
8306 Jes 17:4 | en dat de vettigheid van zijn vlees mager worden zal. ~
8307 Jes 17:5 | 5 Want hij zal zijn, gelijk wanneer een maaier
8308 Jes 17:5 | staande koren verzamelt, en zijn arm aren afmaait; ja, hij
8309 Jes 17:5 | aren afmaait; ja, hij zal zijn, gelijk wanneer iemand aren
8310 Jes 17:6 | twijg, en vier of vijf aan zijn vruchtbare takken,
8311 Jes 17:7 | Die hem gemaakt heeft, en zijn ogen zullen op den Heilige
8312 Jes 17:8 | zijner handen, ook hetgeen zijn vingeren gemaakt hebben,
8313 Jes 17:9 | Te dien dage zullen zijn sterke steden zijn, als
8314 Jes 17:9 | zullen zijn sterke steden zijn, als een verlaten struik,
8315 Jes 17:11 | een hoop van het gemaaide zijn, in den dag der krankheid
8316 Jes 18:4 | mij gezegd: Ik zal stil zijn, en zien in Mijn woning,
8317 Jes 19:1 | zullen bewogen worden van Zijn aangezicht, en het hart
8318 Jes 19:2 | strijden een iegelijk tegen zijn broeder, en een iegelijk
8319 Jes 19:2 | broeder, en een iegelijk tegen zijn naaste, stad tegen stad,
8320 Jes 19:7 | weggestoten worden, en niet meer zijn. ~
8321 Jes 19:11 | Gewisselijk, de vorsten van Zoan zijn dwazen, de raad der wijzen,
8322 Jes 19:12 | 12 Waar zijn nu uw wijzen? Dat zij u
8323 Jes 19:13 | De vorsten van Zoan zijn zot geworden, de vorsten
8324 Jes 19:13 | geworden, de vorsten van Nof zijn bedrogen; zij zullen ook
8325 Jes 19:14 | Egypte doen dwalen in al zijn doen, gelijk een dronkaard
8326 Jes 19:14 | om en om wentelt in zijn uitspuwsel. ~
8327 Jes 19:16 | dage zullen de Egyptenaars zijn als de vrouwen; en zij zullen
8328 Jes 19:17 | Egyptenaren tot een schrik zijn; zo wie het vermelden zal,
8329 Jes 19:18 | vijf steden in Egypteland zijn, sprekende de spraak van
8330 Jes 19:18 | heirscharen; een zal genoemd zijn een stad der verstoring. ~
8331 Jes 19:20 | 20 En het zal zijn tot een teken, en tot een
8332 Jes 20:5 | verschrikken en beschaamd zijn van de Moren, op dewelke
8333 Jes 21:3 | 3 Daarom zijn mijn lendenen vol van grote
8334 Jes 21:14 | inwoners des lands van Thema zijn den vluchtende met zijn
8335 Jes 21:14 | zijn den vluchtende met zijn brood bejegend. ~
8336 Jes 21:16 | de jaren eens dagloners zijn, zo zal de heerlijkheid
8337 Jes 22:2 | huppelende stad! Uw verslagenen zijn niet verslagen met het zwaard,
8338 Jes 22:3 | 3 Al uw oversten zijn te zamen weggevlucht; zij
8339 Jes 22:3 | te zamen weggevlucht; zij zijn van de schutters gebonden,
8340 Jes 22:3 | allen, die in u gevonden zijn, zijn samengebonden, zij
8341 Jes 22:3 | die in u gevonden zijn, zijn samengebonden, zij zijn
8342 Jes 22:3 | zijn samengebonden, zij zijn van verre gevloden. ~
8343 Jes 22:6 | man is op den wagen, er zijn ruiters; en Kir ontbloot
8344 Jes 22:7 | dalen vol wagenen zullen zijn, en dat de ruiters zich
8345 Jes 22:9 | stad Davids, omdat zij vele zijn; en gij zult de wateren
8346 Jes 22:16 | uitgehouwen hebt als die zijn graf in de hoogte uithouwt,
8347 Jes 22:18 | zullen uw heerlijke wagenen zijn, o gij schandvlek van het
8348 Jes 22:21 | uw heerschappij zal Ik in zijn hand geven; en hij zal den
8349 Jes 22:21 | Juda tot een vader zijn. ~
8350 Jes 22:22 | van het huis van David op zijn schouder leggen; en hij
8351 Jes 23:5 | Egypte, zal men ook in weedom zijn, als men van Tyrus horen
8352 Jes 23:8 | welker kooplieden vorsten zijn, welker handelaars de heerlijkste
8353 Jes 23:8 | heerlijkste in het land zijn? ~
8354 Jes 23:11 | 11 Hij heeft Zijn hand uitgestrekt over de
8355 Jes 23:15 | als een hoerenlied zijn: ~
8356 Jes 23:17 | aarde, die op den aardbodem zijn. ~
8357 Jes 23:18 | hoerenloon zal den HEERE heilig zijn, het zal niet ten schat
8358 Jes 24:1 | gestaltenis om, en Hij verstrooit zijn inwoners. ~
8359 Jes 24:2 | gelijk de knecht, alzo zijn heer; gelijk de dienstmaagd,
8360 Jes 24:5 | land is bevlekt vanwege zijn inwoners; want zij overtreden
8361 Jes 24:9 | sterke drank zal bitter zijn dengenen, die hem drinken. ~
8362 Jes 24:18 | sluizen in de hoogte zijn opengedaan, en de fondamenten
8363 Jes 24:20 | overtreding zal zwaar op haar zijn, en zij zal vallen,
8364 Jes 24:23 | en te Jeruzalem, en voor zijn oudsten zal heerlijkheid
8365 Jes 24:23 | oudsten zal heerlijkheid zijn. ~ ~
8366 Jes 25:1 | Uw raadslagen van verre zijn waarheid en vastigheid. ~
8367 Jes 25:6 | reine wijnen, die gezuiverd zijn. ~
8368 Jes 25:7 | waarmede alle volken bewonden zijn, en het deksel, waarmede
8369 Jes 25:7 | waarmede alle natien bedekt zijn. ~
8370 Jes 25:9 | verheugen en verblijden in Zijn zaligheid. ~
8371 Jes 25:11 | 11 En Hij zal Zijn handen uitbreiden in het
8372 Jes 26:9 | Uw gerichten op de aarde zijn, zo leren de inwoners
8373 Jes 26:17 | schreeuwt in haar weeen, alzo zijn wij geweest, o HEERE! vanwege
8374 Jes 26:19 | woont! want uw dauw zal zijn als een dauw der moeskruiden,
8375 Jes 26:21 | Want ziet, de HEERE zal uit Zijn plaats uitgaan, om de ongerechtigheid
8376 Jes 27:1 | dien dage zal de HEERE met Zijn hard, en groot, en sterk
8377 Jes 27:2 | wijngaard van roden wijn zijn; zingt van denzelven bij
8378 Jes 27:7 | sloeg? Is hij gedood, gelijk zijn gedoden gedood zijn geworden? ~
8379 Jes 27:7 | gelijk zijn gedoden gedood zijn geworden? ~
8380 Jes 27:8 | als Hij hem wegnam door Zijn harden wind, in den dag
8381 Jes 27:11 | haar takken verdord zullen zijn, zullen zij afgebroken worden,
8382 Jes 27:13 | land van Assur verloren zijn, en de heengedrevenen in
8383 Jes 28:4 | zeer vette vallei is, zal zijn gelijk een vroegrijpe vrucht
8384 Jes 28:4 | terwijl zij nog in zijn hand is, slokt hij ze op. ~
8385 Jes 28:5 | tot een sierlijken Krans zijn den overgeblevenen Zijns
8386 Jes 28:7 | van den sterken drank; zij zijn verslonden van den wijn,
8387 Jes 28:8 | 8 Want alle tafels zijn vol van uitspuwsel en van
8388 Jes 28:13 | hun het woord des HEEREN zijn; gebod op gebod, gebod op
8389 Jes 28:20 | Want het bed zal korter zijn, dan dat men zich daarop
8390 Jes 28:21 | Perazim, Hij zal beroerd zijn, gelijk in het dal van Gibeon,
8391 Jes 28:21 | in het dal van Gibeon, om Zijn werk te doen, Zijn werk
8392 Jes 28:21 | Gibeon, om Zijn werk te doen, Zijn werk zal vreemd zijn; en
8393 Jes 28:21 | doen, Zijn werk zal vreemd zijn; en om Zijn daad te
8394 Jes 28:21 | werk zal vreemd zijn; en om Zijn daad te doen, Zijn
8395 Jes 28:21 | Zijn daad te doen, Zijn daad zal vreemd zijn! ~
8396 Jes 28:21 | doen, Zijn daad zal vreemd zijn! ~
8397 Jes 28:24 | zaaien? Opent en egt hij zijn land den gehelen dag? ~
8398 Jes 28:25 | of spelt, elk aan zijn plaats. ~
8399 Jes 28:26 | 26 En zijn God onderricht hem van de
8400 Jes 28:28 | breekt het met het wiel zijn wagens, noch hij verbrijzelt
8401 Jes 28:28 | hij verbrijzelt het met zijn paarden. ~
8402 Jes 29:2 | stad zal Mij gelijk Ariel zijn. ~
8403 Jes 29:4 | voortkomen; en uw stem zal zijn uit de aarde als van een
8404 Jes 29:5 | uwer vreemde soldaten zal zijn gelijk dun stof, en de menigte
8405 Jes 29:7 | veelheid aller heidenen zijn, die tegen Ariel strijden
8406 Jes 29:8 | 8 Het zal alzo zijn, gelijk wanneer een hongerige
8407 Jes 29:8 | als hij ontwaakt, zo is zijn ziel ledig; of, gelijk als
8408 Jes 29:8 | ziet, zo is hij nog mat, en zijn ziel is begerig; alzo zal
8409 Jes 29:8 | de menigte aller heidenen zijn, die tegen den berg Sion
8410 Jes 29:9 | daarom verwondert u; zij zijn vrolijk, derhalve roept
8411 Jes 29:9 | derhalve roept gijlieden; zij zijn dronken, maar niet van wijn;
8412 Jes 29:13 | volk tot Mij nadert met zijn mond, en zij Mij met hun
8413 Jes 29:13 | vrezen, mensengeboden zijn, die hun geleerd zijn; ~
8414 Jes 29:13 | mensengeboden zijn, die hun geleerd zijn; ~
8415 Jes 29:16 | dat het maaksel zeide van zijn maker: Hij heeft mij niet
8416 Jes 29:16 | het geformeerde vat van zijn pottenbakker zeide:
8417 Jes 29:20 | met den bespotter uit zal zijn, en dat allen, die tot ongerechtigheid
8418 Jes 29:20 | waken, uitgeroeid zullen zijn; ~
8419 Jes 29:22 | beschaamd worden, en nu zal zijn aangezicht niet meer bleek
8420 Jes 29:23 | 23 Want als hij zijn kinderen, het werk Mijner
8421 Jes 29:24 | En die dwalende van geest zijn, zullen tot verstand komen,
8422 Jes 30:3 | zal ulieden tot schaamte zijn, en die toevlucht onder
8423 Jes 30:4 | 4 Wanneer zijn vorsten zullen geweest zijn
8424 Jes 30:4 | zijn vorsten zullen geweest zijn tot Zoan, en zijn gezanten
8425 Jes 30:4 | geweest zijn tot Zoan, en zijn gezanten zullen gekomen
8426 Jes 30:4 | gezanten zullen gekomen zijn tot nabij Chanes; ~
8427 Jes 30:5 | schande en ook tot smaadheid zijn zal. ~
8428 Jes 30:7 | Stilzitten zal hun sterkte zijn. ~
8429 Jes 30:9 | een wederspannig volk; het zijn leugenachtige kinderen;
8430 Jes 30:13 | zal ulieden deze misdaad zijn gelijk een vallende scheur,
8431 Jes 30:15 | vertrouwen zou uw sterkte zijn; doch gij hebt niet
8432 Jes 30:16 | zullen uw vervolgers ook snel zijn! ~
8433 Jes 30:18 | gerichts; welgelukzalig zijn die allen, die Hem verwachten. ~
8434 Jes 30:19 | gewisselijk zal Hij u genadig zijn op de stem uws geroeps;
8435 Jes 30:23 | hetzelve zal vet en smoutig zijn; uw vee zal te dien dage
8436 Jes 30:25 | beekjes en watervlieten zijn, in den dag der grote slachting,
8437 Jes 30:26 | En het licht der maan zal zijn als het licht der zon, en
8438 Jes 30:26 | der zon zal zevenvoudig zijn als het licht van zeven
8439 Jes 30:27 | des HEEREN komt van verre, Zijn toorn brandt, en de last
8440 Jes 30:27 | brandt, en de last is zwaar; Zijn lippen zijn vol gramschap,
8441 Jes 30:27 | last is zwaar; Zijn lippen zijn vol gramschap, en Zijn tong,
8442 Jes 30:27 | lippen zijn vol gramschap, en Zijn tong, als een verterend
8443 Jes 30:28 | 28 En Zijn adem is als een overlopende
8444 Jes 30:29 | een lofzang bij ulieden zijn, gelijk in den nacht, wanneer
8445 Jes 30:30 | 30 En de HEERE zal Zijn heerlijke stem doen horen,
8446 Jes 30:32 | gegrondveste staf doorgegaan zal zijn (op welken de HEERE dien
8447 Jes 30:32 | met trommelen en harpen zijn; want met bewegende
8448 Jes 30:33 | gemaakt, het vuur en hout van zijn brandstapel is veel; de
8449 Jes 31:1 | op wagenen, omdat er vele zijn, en op ruiters, omdat die
8450 Jes 31:1 | omdat die zeer machtig zijn; en zien niet op den Heilige
8451 Jes 31:2 | het kwaad komen, en trekt Zijn woorden niet terug; maar
8452 Jes 31:3 | 3 Want de Egyptenaren zijn mensen, en geen God, en
8453 Jes 31:3 | geen God, en hun paarden zijn vlees, en geen geest; en
8454 Jes 31:3 | geen geest; en de HEERE zal Zijn hand uitstrekken, dat de
8455 Jes 31:4 | en een jonge leeuw over zijn roof brult, wanneer schoon
8456 Jes 31:6 | kinderen Israels diep afgeweken zijn. ~
8457 Jes 31:7 | zij verwerpen, een ieder zijn zilveren afgoden en zijn
8458 Jes 31:7 | zijn zilveren afgoden en zijn gouden afgoden, welke u
8459 Jes 31:8 | voor het zwaard vlieden, en zijn jongelingen zullen versmelten. ~
8460 Jes 31:9 | van vreze doorgaan naar zijn rotssteen, en zijn vorsten
8461 Jes 31:9 | naar zijn rotssteen, en zijn vorsten zullen voor de banier
8462 Jes 32:2 | 2 En die man zal zijn als een verberging tegen
8463 Jes 32:4 | stamelenden zal vaardig zijn, om bescheidenlijk te spreken. ~
8464 Jes 32:6 | dwaas spreekt dwaasheid, en zijn hart doet ongerechtigheid,
8465 Jes 32:10 | het jaar zult gij beroerd zijn, gij dochters, die zo zeker
8466 Jes 32:10 | want de wijnoogst zal uit zijn, er zal geen inzameling
8467 Jes 32:14 | het paleis zal verlaten zijn, het gewoel der stad zal
8468 Jes 32:14 | wachttorens zullen tot spelonken zijn, tot in der eeuwigheid,
8469 Jes 32:17 | gerechtigheid zal vrede zijn; en de werking der gerechtigheid
8470 Jes 32:17 | werking der gerechtigheid zal zijn gerustheid en zekerheid
8471 Jes 33:6 | van uw behoudenissen zal zijn wijsheid en kennis; de vreze
8472 Jes 33:6 | de vreze des HEEREN zal zijn schat zijn. ~
8473 Jes 33:6 | des HEEREN zal zijn schat zijn. ~
8474 Jes 33:8 | 8 De gebaande wegen zijn verwoest, die door de paden
8475 Jes 33:9 | woestijn; zo Basan als Karmel zijn geschud. ~
8476 Jes 33:12 | En de volken zullen zijn als de verbrandingen des
8477 Jes 33:14 | De zondaren te Sion zijn verschrikt; beving heeft
8478 Jes 33:15 | onderdrukkingen verwerpt; die zijn handen uitschudt, dat zij
8479 Jes 33:15 | geschenken behouden; die zijn oor stopt, dat hij
8480 Jes 33:15 | geen bloedschulden hore, en zijn ogen toesluit; dat hij het
8481 Jes 33:16 | sterkten der steenrotsen zullen zijn hoog vertrek zijn; zijn
8482 Jes 33:16 | zullen zijn hoog vertrek zijn; zijn brood wordt hem gegeven,
8483 Jes 33:16 | zijn hoog vertrek zijn; zijn brood wordt hem gegeven,
8484 Jes 33:16 | brood wordt hem gegeven, zijn wateren zijn gewis. ~
8485 Jes 33:16 | hem gegeven, zijn wateren zijn gewis. ~
8486 Jes 33:17 | zullen den Koning zien in Zijn schoonheid; zij zullen een
8487 Jes 33:21 | aldaar bij ons heerlijk zijn, het zal zijn een plaats
8488 Jes 33:21 | ons heerlijk zijn, het zal zijn een plaats van rivieren,
8489 Jes 33:23 | 23 Uw touwen zijn slap geworden, zij zullen
8490 Jes 34:7 | hun land zal doordronken zijn van het bloed, en hun stof
8491 Jes 34:8 | 8 Want het zal zijn de dag der wraak des HEEREN,
8492 Jes 34:10 | tot in der eeuwigheid zal zijn rook opgaan; van geslacht
8493 Jes 34:10 | tot geslacht zal het woest zijn, tot in eeuwigheid der eeuwigheden
8494 Jes 34:12 | Hun edelen (doch zij zijn er niet) zullen zij tot
8495 Jes 34:12 | hun vorsten zullen niets zijn. ~
8496 Jes 34:13 | zal een woning der draken zijn, een zaal voor de jongen
8497 Jes 34:14 | ontmoeten, en de duivel zal zijn metgezel toeroepen; ook
8498 Jes 34:16 | zelf heeft het geboden, en Zijn Geest Zelf zal ze samenbrengen. ~
8499 Jes 34:17 | hen het lot geworpen, en Zijn hand heeft het hun uitgedeeld
8500 Jes 35:1 | zullen hierover vrolijk zijn, en de wildernis zal zich
1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4500 | 4501-5000 | 5001-5500 | 5501-6000 | 6001-6500 | 6501-7000 | 7001-7500 | 7501-8000 | 8001-8500 | 8501-9000 | 9001-9500 | 9501-10000 | 10001-10500 | 10501-11000 | 11001-11500 | 11501-12000 | 12001-12500 | 12501-13000 | 13001-13263 |