Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
zijkameren 8
zijkamers 1
zijlieden 2
zijn 13263
zijnde 480
zijne 27
zijnen 9
Frequency    [«  »]
33382 de
19256 van
18165 het
13263 zijn
12370 in
11232 den
10542 hij

Bijbel

IntraText - Concordances

zijn

1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4500 | 4501-5000 | 5001-5500 | 5501-6000 | 6001-6500 | 6501-7000 | 7001-7500 | 7501-8000 | 8001-8500 | 8501-9000 | 9001-9500 | 9501-10000 | 10001-10500 | 10501-11000 | 11001-11500 | 11501-12000 | 12001-12500 | 12501-13000 | 13001-13263

      Book Chapter: Verse
1001 Exo 18:15 | 15 Toen zeide Mozes tot zijn schoonvader: Omdat dit volk 1002 Exo 18:16 | tussen den man en tussen zijn naaste; en dat ik hun bekend 1003 Exo 18:16 | make Gods instellingen en Zijn wetten. ~ 1004 Exo 18:19 | raden, en God zal met u zijn; wees gij voor het volk 1005 Exo 18:23 | al dit volk in vrede aan zijn plaats komen. ~ 1006 Exo 18:24 | hoorde naar de stem van zijn schoonvader, en hij deed 1007 Exo 18:27 | 27 Toen liet Mozes zijn schoonvader trekken; en 1008 Exo 18:27 | trekken; en hij ging naar zijn land. ~  ~  ~  ~ 1009 Exo 19:5 | zo zult gij Mijn eigendom zijn uit alle volken, want de 1010 Exo 19:6 | koninkrijk, en een heilig volk zijn. Dit zijn de woorden, die 1011 Exo 19:6 | een heilig volk zijn. Dit zijn de woorden, die gij tot 1012 Exo 19:11 | 11 En bereid zijn tegen den derden dag; want 1013 Exo 19:18 | denzelven nederkwam in vuur; en zijn rook ging op, als de rook 1014 Exo 20:7 | niet onschuldig houden, die Zijn Naam ijdellijk gebruikt. 1015 Exo 20:17 | uws naasten vrouw, noch zijn dienstknecht, noch zijn 1016 Exo 20:17 | zijn dienstknecht, noch zijn dienstmaagd, noch zijn os, 1017 Exo 20:17 | noch zijn dienstmaagd, noch zijn os, noch zijn ezel, noch 1018 Exo 20:17 | dienstmaagd, noch zijn os, noch zijn ezel, noch iets, dat uws 1019 Exo 20:20 | Hij u verzocht, en opdat Zijn vreze voor uw aangezicht 1020 Exo 20:20 | vreze voor uw aangezicht zou zijn, dat gij niet zondigdet. ~ 1021 Exo 21:1 | 1 Dit nu zijn de rechten, die gij hun 1022 Exo 21:3 | 3 Indien hij met zijn lijf ingekomen zal zijn, 1023 Exo 21:3 | zijn lijf ingekomen zal zijn, zo zal hij met zijn lijf 1024 Exo 21:3 | zal zijn, zo zal hij met zijn lijf uitgaan; indien hij 1025 Exo 21:3 | getrouwd man was, zo zal zijn vrouw met hem uitgaan. ~ 1026 Exo 21:4 | 4 Indien hem zijn heer een vrouw gegeven, 1027 Exo 21:4 | haar kinderen haars heren zijn, en hij zal met zijn lijf 1028 Exo 21:4 | heren zijn, en hij zal met zijn lijf uitgaan. ~ 1029 Exo 21:6 | 6 Zo zal hem zijn heer tot de goden brengen, 1030 Exo 21:6 | aan den post brengen; en zijn heer zal hem met een priem 1031 Exo 21:6 | heer zal hem met een priem zijn oor doorboren, en hij zal 1032 Exo 21:7 | 7 Wanneer nu iemand zijn dochter zal verkocht hebben 1033 Exo 21:9 | Maar indien hij haar aan zijn zoon ondertrouwt, zo zal 1034 Exo 21:13 | heeft, maar God heeft hem zijn hand doen ontmoeten, zo 1035 Exo 21:14 | Maar indien iemand tegen zijn naaste moedwillig gehandeld 1036 Exo 21:15 | 15 Zo wie zijn vader of zijn moeder slaat, 1037 Exo 21:15 | 15 Zo wie zijn vader of zijn moeder slaat, die zal zekerlijk 1038 Exo 21:16 | verkocht heeft, of dat hij in zijn hand gevonden wordt, die 1039 Exo 21:17 | 17 Wie ook zijn vader of zijn moeder vloekt, 1040 Exo 21:17 | 17 Wie ook zijn vader of zijn moeder vloekt, die zal zekerlijk 1041 Exo 21:19 | opstaat, en op straat gaat bij zijn stok, zo zal hij, die hem 1042 Exo 21:19 | die hem sloeg, onschuldig zijn; alleen zal hij geven hetgeen 1043 Exo 21:20 | 20 Wanneer ook iemand zijn dienstknecht of zijn dienstmaagd 1044 Exo 21:20 | iemand zijn dienstknecht of zijn dienstmaagd met een stok 1045 Exo 21:20 | stok slaat, dat hij onder zijn hand sterft, die zal zekerlijk 1046 Exo 21:21 | gewroken worden; want hij is zijn geld. ~ 1047 Exo 21:23 | een dodelijk verderf zal zijn, zo zult gij geven ziel 1048 Exo 21:26 | Wanneer ook iemand het oog van zijn dienstknecht, of het oog 1049 Exo 21:26 | dienstknecht, of het oog van zijn dienstmaagd slaat, en verderft 1050 Exo 21:26 | hem vrij laten gaan voor zijn oog. ~ 1051 Exo 21:27 | indien hij een tand van zijn dienstknecht, of een tand 1052 Exo 21:27 | dienstknecht, of een tand van zijn dienstmaagd uitslaat, zo 1053 Exo 21:27 | zal hij hem vrijlaten voor zijn tand. ~ 1054 Exo 21:28 | zekerlijk gestenigd worden, en zijn vlees zal niet gegeten worden; 1055 Exo 21:28 | van den os zal onschuldig zijn. ~ 1056 Exo 21:29 | voren stotig geweest is, en zijn heer is daarvan overtuigd 1057 Exo 21:29 | os gestenigd worden, en zijn heer zal ook gedood worden. ~ 1058 Exo 21:32 | dienstmaagd stoot, hij zal zijn heer dertig zilverlingen 1059 Exo 21:35 | nu iemands os den os van zijn naaste kwetst, dat hij sterft, 1060 Exo 21:36 | te voren stotig was, en zijn heer heeft hem niet bewaard, 1061 Exo 22:2 | zal hem geen bloedschuld zijn. ~ 1062 Exo 22:3 | het hem een bloedschuld zijn; hij zal het volkomen wedergeven; 1063 Exo 22:3 | hij verkocht worden voor zijn dieverij. ~ 1064 Exo 22:4 | Indien de diefstal levend in zijn hand voorzeker gevonden 1065 Exo 22:5 | wijngaard laat afweiden, en hij zijn beest daarin drijft, dat 1066 Exo 22:7 | 7 Wanneer iemand zijn naaste geld of vaten te 1067 Exo 22:8 | gebracht worden, of hij niet zijn hand aan zijns naasten have 1068 Exo 22:9 | hetwelk iemand zegt, dat het zijn is, beider zaak zal voor 1069 Exo 22:9 | verwijzen, die zal het aan zijn naaste dubbel wedergeven. ~ 1070 Exo 22:10 | 10 Wanneer iemand aan zijn naaste een ezel, of os, 1071 Exo 22:11 | HEEREN eed tussen hen beiden zijn, of hij niet zijn hand aan 1072 Exo 22:11 | beiden zijn, of hij niet zijn hand aan zijns naasten have 1073 Exo 22:12 | gestolen is, hij zal het zijn heer wedergeven. ~ 1074 Exo 22:14 | 14 En wanneer iemand van zijn naaste wat begeert, en het 1075 Exo 22:14 | beschadigd, of het sterft; zijn heer daar niet bij zijnde, 1076 Exo 22:15 | 15 Indien zijn heer daarbij geweest is, 1077 Exo 22:15 | gehuurd is, zo is het voor zijn huur gekomen. ~ 1078 Exo 22:25 | gij tegen hetzelve niet zijn, als een woekeraar; gij 1079 Exo 22:27 | 27 Want dat alleen is zijn deksel, het is zijn kleed 1080 Exo 22:27 | alleen is zijn deksel, het is zijn kleed over zijn huid; waarin 1081 Exo 22:27 | het is zijn kleed over zijn huid; waarin zou hij liggen? 1082 Exo 22:30 | zullen zij bij hun moeder zijn, op den achtsten dag zult 1083 Exo 22:31 | zult Mij heilige lieden zijn; daarom zult gij geen vlees 1084 Exo 23:1 | een getuige tot geweld te zijn. ~ 1085 Exo 23:3 | geringe niet voortrekken en zijn twistige zaak. ~ 1086 Exo 23:4 | Wanneer gij uw vijands os, of zijn dwalenden ezel, ontmoet, 1087 Exo 23:5 | gij uws haters ezel onder zijn last ziet liggen, zult gij 1088 Exo 23:5 | liggen, zult gij dan nalatig zijn, om het uwe te verlaten 1089 Exo 23:6 | uws armen niet buigen in zijn twistige zaak. ~ 1090 Exo 23:13 | heb, zult gij op uw hoede zijn; en den naam van andere 1091 Exo 23:21 | 21 Hoedt u voor Zijn aangezicht, en weest Zijner 1092 Exo 23:22 | wederpartijders wederpartij zijn. ~ 1093 Exo 23:26 | onvruchtbare in uw land zijn; Ik zal het getal uwer dagen 1094 Exo 23:33 | voorzeker tot een valstrik zijn. ~  ~ 1095 Exo 24:10 | God van Israel, en onder Zijn voeten als een werk van 1096 Exo 24:10 | gestaltenis des hemels in Zijn klaarheid. 1097 Exo 24:11 | 11 Doch Hij strekte Zijn hand niet tot de afgezonderden 1098 Exo 24:13 | zich Mozes op, met Jozua, zijn dienaar; en Mozes klom op 1099 Exo 24:14 | komen; en ziet, Aaron en Hur zijn bij u; wie enige zaken heeft, 1100 Exo 25:10 | een halve zal haar lengte zijn, en anderhalve el haar breedte, 1101 Exo 25:12 | op de ene zijde derzelve zijn, en twee ringen op haar 1102 Exo 25:14 | die aan de zijde der ark zijn, dat men de ark daarmede 1103 Exo 25:15 | zullen in de ringen der ark zijn; zij zullen er niet uitgetogen 1104 Exo 25:17 | halve zal deszelfs lengte zijn, en anderhalve el deszelfs 1105 Exo 25:20 | zullen tegenover elkander zijn; de aangezichten der cherubim 1106 Exo 25:20 | zullen naar het verzoendeksel zijn. ~ 1107 Exo 25:22 | op de ark der getuigenis zijn zullen, alles, wat Ik u 1108 Exo 25:23 | twee ellen zal haar lengte zijn, en een el haar breedte, 1109 Exo 25:23 | een halve zal haar hoogte zijn. ~ 1110 Exo 25:26 | aan derzelver vier voeten zijn zullen. 1111 Exo 25:27 | de lijst zullen de ringen zijn, tot plaatsen voor de handbomen, 1112 Exo 25:31 | kandelaar gemaakt worden, zijn schacht, en zijn rietjes; 1113 Exo 25:31 | worden, zijn schacht, en zijn rietjes; zijn schaaltjes, 1114 Exo 25:31 | schacht, en zijn rietjes; zijn schaaltjes, zijn knopen, 1115 Exo 25:31 | rietjes; zijn schaaltjes, zijn knopen, en zijn bloemen 1116 Exo 25:31 | schaaltjes, zijn knopen, en zijn bloemen zullen uit hem zijn. ~ 1117 Exo 25:31 | zijn bloemen zullen uit hem zijn. ~ 1118 Exo 25:32 | En zes rieten zullen uit zijn zijden uitgaan; drie rieten 1119 Exo 25:32 | rieten des kandelaars uit zijn ene zijde, en drie rieten 1120 Exo 25:32 | rieten des kandelaars uit zijn andere zijde. ~ 1121 Exo 25:33 | riet zullen drie schaaltjes zijn, gelijke amandelnoten, een 1122 Exo 25:33 | alzo zullen die zes rieten zijn, die uit den kandelaar gaan. ~ 1123 Exo 25:34 | zelven zullen vier schaaltjes zijn, gelijk amandelnoten, met 1124 Exo 25:34 | amandelnoten, met knopen, en met zijn bloemen. ~ 1125 Exo 25:35 | 35 En daar zal een knoop zijn onder twee rieten, uit denzelven 1126 Exo 25:35 | uitgaande; alzo zal het zijn met zes rieten, die uit 1127 Exo 25:36 | hun rieten zullen uit hem zijn; het zal altemaal een enig 1128 Exo 25:36 | dicht werk van louter goud zijn. ~ 1129 Exo 25:37 | lampen maken, en men zal zijn lampen aansteken, en doen 1130 Exo 25:37 | aansteken, en doen lichten aan zijn zijden. ~ 1131 Exo 25:38 | 38 Zijn snuiters en zijn blusvaten 1132 Exo 25:38 | 38 Zijn snuiters en zijn blusvaten zullen louter 1133 Exo 25:38 | blusvaten zullen louter goud zijn. ~ 1134 Exo 26:2 | van acht en twintig ellen zijn, en de breedte ener gordijn 1135 Exo 26:3 | vijf gordijnen samengevoegd zijn, de een aan de andere; wederom 1136 Exo 26:3 | vijf gordijnen samengevoegd zijn, de een aan de andere. ~ 1137 Exo 26:8 | gordijn zal dertig ellen zijn, en de breedte ener gordijn 1138 Exo 26:13 | van hetgeen, dat overig zijn zal aan de lengte van de 1139 Exo 26:16 | een berd zal tien ellen zijn, en een el en een halve 1140 Exo 26:16 | de breedte van elk berd zijn. ~ 1141 Exo 26:19 | voeten onder een berd, aan zijn twee houvasten, en twee 1142 Exo 26:19 | onder een ander berd, aan zijn twee houvasten. ~ 1143 Exo 26:20 | zullen ook twintig berderen zijn aan de andere zijde des 1144 Exo 26:24 | tweelingen samengevoegd zijn; zij zullen ook als tweelingen 1145 Exo 26:24 | oppereinde deszelven samengevoegd zijn, met een ring; alzo zal 1146 Exo 26:24 | het met de twee berderen zijn; tot twee hoekberderen zullen 1147 Exo 26:24 | hoekberderen zullen zij zijn. ~ 1148 Exo 26:25 | zullen de acht berderen zijn met hun zilveren voeten, 1149 Exo 26:28 | zal midden aan de berderen zijn, doorschietende van het 1150 Exo 26:30 | tabernakel oprichten naar zijn wijze, die u op den berg 1151 Exo 26:32 | hun haken zullen van goud zijn; staande op vier zilveren 1152 Exo 26:37 | hun haken zullen van goud zijn; en gij zult hun vijf koperen 1153 Exo 27:1 | vijf ellen zal de lengte zijn, en vijf ellen de breedte ( 1154 Exo 27:1 | vierkant zal dit altaar zijn), en drie ellen zijn hoogte. ~ 1155 Exo 27:1 | altaar zijn), en drie ellen zijn hoogte. ~ 1156 Exo 27:2 | 2 En gij zult zijn hoornen maken op zijn vier 1157 Exo 27:2 | zult zijn hoornen maken op zijn vier hoeken; uit hetzelve 1158 Exo 27:2 | hoeken; uit hetzelve zullen zijn hoornen zijn, en gij zult 1159 Exo 27:2 | hetzelve zullen zijn hoornen zijn, en gij zult het met koper 1160 Exo 27:3 | het ook potten maken, om zijn as te ontvangen, ook zijn 1161 Exo 27:3 | zijn as te ontvangen, ook zijn schoffelen, en zijn besprengbekkens, 1162 Exo 27:3 | ook zijn schoffelen, en zijn besprengbekkens, en zijn 1163 Exo 27:3 | zijn besprengbekkens, en zijn krauwelen, en zijn koolpannen; 1164 Exo 27:3 | besprengbekkens, en zijn krauwelen, en zijn koolpannen; al zijn gereedschap 1165 Exo 27:3 | en zijn koolpannen; al zijn gereedschap zult gij van 1166 Exo 27:4 | koperen ringen maken aan zijn vier einden. ~ 1167 Exo 27:7 | worden, alzo dat de handbomen zijn aan beide zijden des altaars, 1168 Exo 27:9 | den voorhof behangselen zijn van fijn getweernd linnen; 1169 Exo 27:9 | zijde zal honderd ellen zijn. ~ 1170 Exo 27:10 | 10 Ook zullen zijn twintig pilaren en derzelver 1171 Exo 27:10 | twintig voeten, van koper zijn; de haken dezer pilaren, 1172 Exo 27:10 | banden zullen van zilver zijn. ~ 1173 Exo 27:11 | behangselen honderd ellen lang zijn; en zijn twintig pilaren, 1174 Exo 27:11 | honderd ellen lang zijn; en zijn twintig pilaren, en derzelver 1175 Exo 27:11 | banden zullen van zilver zijn. ~ 1176 Exo 27:12 | westerhoek, zullen behangselen zijn van vijftig ellen; hun pilaren 1177 Exo 27:13 | oostwaarts, van vijftig ellen zijn. ~ 1178 Exo 27:14 | behangselen op de ene zijde zijn; hun pilaren drie, en hun 1179 Exo 27:16 | voorhofs zal een deksel zijn van twintig ellen, hemelsblauw, 1180 Exo 27:17 | met zilveren banden bezet zijn; hun haken zullen van zilver 1181 Exo 27:17 | haken zullen van zilver zijn, maar hun voeten zullen 1182 Exo 27:17 | voeten zullen van koper zijn. ~ 1183 Exo 27:18 | voorhofs zal honderd ellen zijn, en de breedte doorgaans 1184 Exo 27:18 | voeten zullen van koper zijn. ~ 1185 Exo 27:19 | deszelfs dienst, ja, al zijn pennen, en al de pennen 1186 Exo 27:19 | voorhofs, zullen van koper zijn. ~ 1187 Exo 27:21 | getuigenis is, zal ze Aaron en zijn zonen toerichten, van den 1188 Exo 27:21 | zal een eeuwige inzetting zijn voor hun geslachten, vanwege 1189 Exo 28:1 | gij uw broeder Aaron, en zijn zonen met hem, tot u doen 1190 Exo 28:3 | allen, die wijs van hart zijn, die Ik met de geest der 1191 Exo 28:4 | 4 Dit nu zijn de klederen, die zij maken 1192 Exo 28:4 | klederen maken, en voor zijn zonen, om Mij het priesterambt 1193 Exo 28:7 | schouderbanden hebben aan zijn beide einden, waarmede hij 1194 Exo 28:8 | efods, die op hem is, zal zijn gelijk zijn werk, van hetzelfde, 1195 Exo 28:8 | hem is, zal zijn gelijk zijn werk, van hetzelfde, van 1196 Exo 28:11 | ze maken, dat zij omvat zijn in gouden kastjes. ~ 1197 Exo 28:12 | en Aaron zal hun namen op zijn beide schouders dragen, 1198 Exo 28:16 | 16 Vierkant zal hij zijn, en verdubbeld; een span 1199 Exo 28:16 | verdubbeld; een span zal zijn lengte zijn, en een span 1200 Exo 28:16 | een span zal zijn lengte zijn, en een span zijn breedte. ~ 1201 Exo 28:16 | lengte zijn, en een span zijn breedte. ~ 1202 Exo 28:20 | zullen met goud ingevat zijn in hun vullingen. ~ 1203 Exo 28:21 | 21 En deze stenen zullen zijn met de twaalf namen der 1204 Exo 28:21 | gegraveerd worden, elk met zijn naam; voor de twaalf stammen 1205 Exo 28:21 | twaalf stammen zullen zij zijn. ~ 1206 Exo 28:26 | borstlaps zetten; inwendig aan zijn rand, die aan de zijde van 1207 Exo 28:26 | aan de zijde van de efod zijn zal. ~ 1208 Exo 28:27 | voorste zijde, tegenover zijn voege, boven den kunstelijken 1209 Exo 28:28 | zullen den borstlap met zijn ringen aan de ringen van 1210 Exo 28:29 | borstlap des gerichts, op zijn hart, als hij in het heilige 1211 Exo 28:30 | zij op het hart van Aaron zijn, als hij voor het aangezicht 1212 Exo 28:30 | kinderen Israels geduriglijk op zijn hart dragen, voor het aangezicht 1213 Exo 28:32 | zal in het midden daarvan zijn; dit gat zal een boord rondom 1214 Exo 28:32 | pantsiers zal het daaraan zijn, dat het niet gescheurd 1215 Exo 28:33 | en van scharlaken, aan zijn zomen rondom, en gouden 1216 Exo 28:35 | aanhebben, om te dienen; opdat zijn geluid gehoord worde, als 1217 Exo 28:37 | zijde des hoeds zal zij zijn. ~ 1218 Exo 28:38 | het voorhoofd van Aaron zijn, opdat Aaron drage de ongerechtigheid 1219 Exo 28:38 | zij zal geduriglijk aan zijn voorhoofd zijn, om henlieden 1220 Exo 28:38 | geduriglijk aan zijn voorhoofd zijn, om henlieden voor het aangezicht 1221 Exo 28:41 | uw broeder Aaron en ook zijn zonen aantrekken; en gij 1222 Exo 28:42 | te bedekken; zij zullen zijn van de lenden tot de dijen. ~ 1223 Exo 28:43 | 43 Aaron nu en zijn zonen zullen die aanhebben, 1224 Exo 28:43 | zal een eeuwige inzetting zijn, voor hem, en zijn zaad 1225 Exo 28:43 | inzetting zijn, voor hem, en zijn zaad na hem. ~  ~ 1226 Exo 29:4 | Alsdan zult gij Aaron en zijn zonen doen naderen aan de 1227 Exo 29:6 | En gij zult den hoed op zijn hoofd zetten; de kroon der 1228 Exo 29:7 | de zalfolie nemen, en op zijn hoofd gieten; alzo zult 1229 Exo 29:8 | 8 Daarna zult gij zijn zonen doen naderen, en zult 1230 Exo 29:9 | omgorden, namelijk Aaron en zijn zonen; en gij zult hun de 1231 Exo 29:10 | samenkomst; en Aaron en zijn zonen zullen hun handen 1232 Exo 29:14 | Maar het vlees des vars, en zijn vel, en zijn drek, zult 1233 Exo 29:14 | des vars, en zijn vel, en zijn drek, zult gij met vuur 1234 Exo 29:15 | ene ram nemen, en Aaron en zijn zonen zullen hun handen 1235 Exo 29:16 | ram slachten, en gij zult zijn bloed nemen, en rondom op 1236 Exo 29:17 | 17 En den ram zult gij in zijn delen delen; en gij zult 1237 Exo 29:17 | delen delen; en gij zult zijn ingewand en zijn schenkelen 1238 Exo 29:17 | gij zult zijn ingewand en zijn schenkelen wassen, en op 1239 Exo 29:17 | schenkelen wassen, en op zijn delen, en op zijn hoofd 1240 Exo 29:17 | en op zijn delen, en op zijn hoofd leggen. ~ 1241 Exo 29:19 | anderen ram nemen, en Aaron en zijn zonen zullen hun handen 1242 Exo 29:20 | den ram slachten, en van zijn bloed nemen, en doen het 1243 Exo 29:20 | het rechteroorlapje van zijn zonen, desgelijks op den 1244 Exo 29:21 | gij zult op Aaron en op zijn klederen sprengen, en op 1245 Exo 29:21 | klederen sprengen, en op zijn zonen en op de klederen 1246 Exo 29:21 | opdat hij geheiligd zij, en zijn klederen, ook zijn zonen, 1247 Exo 29:21 | zij, en zijn klederen, ook zijn zonen, en de klederen zijner 1248 Exo 29:23 | het aangezicht des HEEREN zijn zal; ~ 1249 Exo 29:26 | HEEREN; en het zal u ten dele zijn. ~ 1250 Exo 29:27 | bewogen, en die opgeheven zal zijn van den ram des vuloffers, 1251 Exo 29:28 | En het zal voor Aaron en zijn zonen zijn tot een eeuwige 1252 Exo 29:28 | voor Aaron en zijn zonen zijn tot een eeuwige inzetting 1253 Exo 29:28 | de kinderen Israels zal zijn van hun dankofferen; hun 1254 Exo 29:28 | hefoffer zal voor den HEERE zijn. ~ 1255 Exo 29:29 | van Aaron zullen geweest zijn, zullen van zijn zonen na 1256 Exo 29:29 | geweest zijn, zullen van zijn zonen na hem zijn, opdat 1257 Exo 29:29 | zullen van zijn zonen na hem zijn, opdat men hen in dezelve 1258 Exo 29:30 | hij ze aantrekken, die uit zijn zonen in zijn plaats priester 1259 Exo 29:30 | aantrekken, die uit zijn zonen in zijn plaats priester zal worden, 1260 Exo 29:31 | vulling nemen, en gij zult zijn vlees in de heilige plaats 1261 Exo 29:32 | 32 Aaron nu en zijn zonen zullen het vlees van 1262 Exo 29:32 | brood, dat in den korf zal zijn, bij de deur van de tent 1263 Exo 29:33 | de verzoening zal gedaan zijn, om hun hand te vullen, 1264 Exo 29:33 | zal ze niet eten, want ze zijn heilig. ~ 1265 Exo 29:35 | zult dan aan Aaron en aan zijn zonen alzo doen, naar alles, 1266 Exo 29:37 | heiligheid der heiligheden zijn; al wat het altaar aanroert, 1267 Exo 29:37 | altaar aanroert, zal heilig zijn. ~ 1268 Exo 29:38 | twee lammeren, die eenjarig zijn, des daags, geduriglijk. ~ 1269 Exo 29:42 | een geduriglijk brandoffer zijn bij uw geslachten, aan de 1270 Exo 29:44 | altaar; Ik zal ook Aaron en zijn zonen heiligen, opdat zij 1271 Exo 29:45 | en Ik zal hun tot een God zijn. ~ 1272 Exo 30:2 | 2 Een el zal zijn lengte zijn, en een el zijn 1273 Exo 30:2 | 2 Een el zal zijn lengte zijn, en een el zijn breedte, 1274 Exo 30:2 | zijn lengte zijn, en een el zijn breedte, vierkant zal het 1275 Exo 30:2 | breedte, vierkant zal het zijn, maar twee ellen deszelfs 1276 Exo 30:2 | hoogte; uit hetzelve zullen zijn hoornen zijn. ~ 1277 Exo 30:2 | hetzelve zullen zijn hoornen zijn. ~ 1278 Exo 30:3 | louter goud overtrekken, zijn dak en deszelfs wanden rondom, 1279 Exo 30:3 | deszelfs wanden rondom, als ook zijn hoornen; en gij zult het 1280 Exo 30:4 | ringen daaraan maken, onder zijn krans; aan zijn twee zijden 1281 Exo 30:4 | maken, onder zijn krans; aan zijn twee zijden zult gij dezelve 1282 Exo 30:4 | zult gij dezelve maken, aan zijn beide zijden; en zij zullen 1283 Exo 30:4 | beide zijden; en zij zullen zijn tot plaatsen voor de handbomen, 1284 Exo 30:6 | voor de ark der getuigenis zijn zal; voor het verzoendeksel, 1285 Exo 30:6 | het verzoendeksel, hetwelk zijn zal boven de getuigenis, 1286 Exo 30:8 | zal een gedurig reukwerk zijn, voor het aangezicht des 1287 Exo 30:16 | Israels ter gedachtenis zijn, voor het aangezicht des 1288 Exo 30:18 | koperen wasvat maken, met zijn koperen voet, om te wassen; 1289 Exo 30:19 | 19 Dat Aaron en zijn zonen zich daaruit wassen, 1290 Exo 30:21 | hun een eeuwige inzetting zijn, voor hem en zijn zaad, 1291 Exo 30:21 | inzetting zijn, voor hem en zijn zaad, bij hun geslachten. ~ 1292 Exo 30:25 | olie der heilige zalving zijn. ~ 1293 Exo 30:27 | gereedschap, en de kandelaar met zijn gereedschap, en het reukaltaar; ~ 1294 Exo 30:28 | des brandoffers, met al zijn gereedschap, en het wasvat 1295 Exo 30:28 | gereedschap, en het wasvat met zijn voet. ~ 1296 Exo 30:29 | heiligheid der heiligheden zijn; al wat ze aanroert, zal 1297 Exo 30:29 | ze aanroert, zal heilig zijn. ~ 1298 Exo 30:30 | 30 Gij zult ook Aaron en zijn zonen zalven, en gij zult 1299 Exo 30:31 | olie der heilige zalving zijn bij uw geslachten. ~ 1300 Exo 30:32 | zij zal ulieden heiligheid zijn. ~ 1301 Exo 30:33 | zal uitgeroeid worden uit zijn volken. ~ 1302 Exo 30:36 | heiligheid der heiligheden zijn. ~ 1303 Exo 30:37 | maken; het zal u heiligheid zijn voor den HEERE. ~ 1304 Exo 30:38 | zal uitgeroeid worden uit zijn volken. ~  ~  ~ 1305 Exo 31:7 | verzoendeksel, dat daarop zal zijn, en al het gereedschap der 1306 Exo 31:8 | louteren kandelaar, met al zijn gereedschap; en het reukaltaar; ~ 1307 Exo 31:9 | brandoffers altaar, met al zijn gereedschap; en het wasvat 1308 Exo 31:9 | gereedschap; en het wasvat met zijn voet; ~ 1309 Exo 31:10 | Aaron, en de klederen van zijn zonen, om het priesterambt 1310 Exo 31:17 | een teken in eeuwigheid zijn; dewijl de HEERE, in zes 1311 Exo 32:2 | zonen, en uwer dochteren zijn; en brengt ze tot mij. ~ 1312 Exo 32:4 | daaruit. Toen zeiden zij: Dit zijn uw goden, Israel! die u 1313 Exo 32:5 | zal den HEERE een feest zijn! ~ 1314 Exo 32:8 | 8 En zij zijn haast afgeweken van den 1315 Exo 32:8 | offerande gedaan, en gezegd: Dit zijn uw goden, Israel, die u 1316 Exo 32:14 | hetwelk Hij gesproken had Zijn volk te zullen doen. ~ 1317 Exo 32:15 | tafelen der getuigenis in zijn hand; deze tafelen waren 1318 Exo 32:19 | en dat hij de tafelen uit zijn handen wierp, en dezelve 1319 Exo 32:27 | van Israel: Een ieder doe zijn zwaard aan zijn heup; gaat 1320 Exo 32:27 | ieder doe zijn zwaard aan zijn heup; gaat door en keert 1321 Exo 32:27 | leger, en een iegelijk dode zijn broeder, en elk zijn vriend, 1322 Exo 32:27 | dode zijn broeder, en elk zijn vriend, en elk zijn naaste! ~ 1323 Exo 32:27 | elk zijn vriend, en elk zijn naaste! ~ 1324 Exo 32:29 | den HEERE; want elk zal zijn tegen zijn zoon, en tegen 1325 Exo 32:29 | want elk zal zijn tegen zijn zoon, en tegen zijn broeder; 1326 Exo 32:29 | tegen zijn zoon, en tegen zijn broeder; en dit, opdat Hij 1327 Exo 33:2 | zonen, en uwer dochteren zijn; en brengt ze tot mij. ~ 1328 Exo 33:4 | daaruit. Toen zeiden zij: Dit zijn uw goden, Israel! die u 1329 Exo 33:5 | zal den HEERE een feest zijn! ~ 1330 Exo 33:8 | 8 En zij zijn haast afgeweken van den 1331 Exo 33:8 | offerande gedaan, en gezegd: Dit zijn uw goden, Israel, die u 1332 Exo 33:14 | hetwelk Hij gesproken had Zijn volk te zullen doen. ~ 1333 Exo 33:15 | tafelen der getuigenis in zijn hand; deze tafelen waren 1334 Exo 33:19 | en dat hij de tafelen uit zijn handen wierp, en dezelve 1335 Exo 33:27 | van Israel: Een ieder doe zijn zwaard aan zijn heup; gaat 1336 Exo 33:27 | ieder doe zijn zwaard aan zijn heup; gaat door en keert 1337 Exo 33:27 | leger, en een iegelijk dode zijn broeder, en elk zijn vriend, 1338 Exo 33:27 | dode zijn broeder, en elk zijn vriend, en elk zijn naaste! ~ 1339 Exo 33:27 | elk zijn vriend, en elk zijn naaste! ~ 1340 Exo 33:29 | den HEERE; want elk zal zijn tegen zijn zoon, en tegen 1341 Exo 33:29 | want elk zal zijn tegen zijn zoon, en tegen zijn broeder; 1342 Exo 33:29 | tegen zijn zoon, en tegen zijn broeder; en dit, opdat Hij 1343 Exo 34:4 | en niemand van hen deed zijn versiersel aan zich. ~ 1344 Exo 34:11 | aangezicht, gelijk een man met zijn vriend spreekt; daarna keerde 1345 Exo 34:11 | weder tot het leger; doch zijn dienaar Jozua, de zoon van 1346 Exo 34:19 | aangezicht; maar Ik zal genadig zijn, wien Ik zal genadig zijn, 1347 Exo 34:19 | zijn, wien Ik zal genadig zijn, en Ik zal Mij ontfermen, 1348 Exo 34:22 | totdat Ik zal voorbijgegaan zijn. ~ 1349 Exo 34:24 | de eerste tafelen geweest zijn, die gij gebroken hebt. ~ 1350 Exo 34:27 | de twee stenen tafelen in zijn hand. ~ 1351 Exo 34:29 | 6 Als nu de HEERE voor zijn aangezicht voorbijging, 1352 Exo 34:33 | doen, die niet geschapen zijn op de ganse aarde, noch 1353 Exo 34:56 | en hij had een deksel op zijn aangezicht gelegd. ~ 1354 Exo 34:58 | Mozes het deksel weder op zijn aangezicht, totdat hij inging 1355 Exo 35:1 | verzamelen, en zeide tot hen: Dit zijn de woorden, die de HEERE 1356 Exo 35:2 | dag zal ulieden heiligheid zijn, een sabbat der rust den 1357 Exo 35:10 | allen, die wijs van hart zijn onder ulieden, zullen komen, 1358 Exo 35:11 | 11 De tabernakel, zijn tent en zijn deksel, zijn 1359 Exo 35:11 | tabernakel, zijn tent en zijn deksel, zijn haakjes en 1360 Exo 35:11 | zijn tent en zijn deksel, zijn haakjes en zijn berderen, 1361 Exo 35:11 | deksel, zijn haakjes en zijn berderen, zijn richelen, 1362 Exo 35:11 | haakjes en zijn berderen, zijn richelen, zijn pilaren, 1363 Exo 35:11 | berderen, zijn richelen, zijn pilaren, en zijn voeten; ~ 1364 Exo 35:11 | richelen, zijn pilaren, en zijn voeten; ~ 1365 Exo 35:14 | kandelaar tot het licht, en zijn gereedschap, en zijn lampen, 1366 Exo 35:14 | en zijn gereedschap, en zijn lampen, en de olie tot het 1367 Exo 35:15 | 15 En het reukaltaar, en zijn handbomen, en de zalfolie, 1368 Exo 35:16 | rooster, dien het hebben zal, zijn handbomen, en al zijn gereedschappen; 1369 Exo 35:16 | zal, zijn handbomen, en al zijn gereedschappen; het wasvat 1370 Exo 35:16 | gereedschappen; het wasvat en zijn voet. ~ 1371 Exo 35:17 | behangselen des voorhofs, zijn pilaren en zijn voeten; 1372 Exo 35:17 | voorhofs, zijn pilaren en zijn voeten; en het deksel van 1373 Exo 35:34 | 34 Hij heeft hem ook in zijn hart gegeven anderen te 1374 Exo 36:4 | heiligdoms maakten, ieder man van zijn werk, hetwelk zij maakten; ~ 1375 Exo 36:24 | voeten onder een berd, aan zijn twee houvasten, en twee 1376 Exo 36:24 | onder een ander berd, aan zijn twee houvasten. ~ 1377 Exo 37:16 | gereedschap, dat op de tafel zijn zoude, haar schotelen, en 1378 Exo 37:17 | maakte hij deze kandelaar, zijn schacht, en zijn rieten; 1379 Exo 37:17 | kandelaar, zijn schacht, en zijn rieten; zijn schaaltjes, 1380 Exo 37:17 | schacht, en zijn rieten; zijn schaaltjes, zijn knopen, 1381 Exo 37:17 | rieten; zijn schaaltjes, zijn knopen, en zijn bloemen 1382 Exo 37:17 | schaaltjes, zijn knopen, en zijn bloemen waren uit hem. ~ 1383 Exo 37:18 | Zes rieten nu gingen uit zijn zijden; drie rieten des 1384 Exo 37:18 | rieten des kandelaars uit zijn ene zijde, en drie rieten 1385 Exo 37:18 | rieten des kandelaars uit zijn andere zijde. ~ 1386 Exo 37:20 | gelijk amandelnoten, met zijn knopen, en met zijn bloemen. ~ 1387 Exo 37:20 | met zijn knopen, en met zijn bloemen. ~ 1388 Exo 37:23 | maakte hem zeven lampen; zijn snuiters en zijn blusvaten 1389 Exo 37:23 | lampen; zijn snuiters en zijn blusvaten waren van louter 1390 Exo 37:24 | talent louter goud, met al zijn vaten, ~ 1391 Exo 37:25 | van sittimhout; een el was zijn lengte en een el zijn breedte, 1392 Exo 37:25 | was zijn lengte en een el zijn breedte, vierkant, maar 1393 Exo 37:25 | vierkant, maar twee ellen zijn hoogte; uit hetzelve waren 1394 Exo 37:25 | hoogte; uit hetzelve waren zijn hoornen. ~ 1395 Exo 37:26 | overtrok het met louter goud, zijn dak, en zijn wanden rondom, 1396 Exo 37:26 | louter goud, zijn dak, en zijn wanden rondom, alsook zijn 1397 Exo 37:26 | zijn wanden rondom, alsook zijn hoornen; en hij maakte het 1398 Exo 37:27 | gouden ringen daaraan, onder zijn krans, aan zijn twee hoeken, 1399 Exo 37:27 | daaraan, onder zijn krans, aan zijn twee hoeken, aan zijn beide 1400 Exo 37:27 | aan zijn twee hoeken, aan zijn beide zijden, tot plaatsen 1401 Exo 38:1 | deszelfs lengte, en vijf ellen zijn breedte, vierkant, en drie 1402 Exo 38:1 | vierkant, en drie ellen zijn hoogte. ~ 1403 Exo 38:2 | maakte deszelfs hoornen op zijn vier hoeken; uit hetzelve 1404 Exo 38:2 | hoeken; uit hetzelve waren zijn hoornen; en hij overtrok 1405 Exo 38:3 | en de koolpannen; en al zijn vaten maakte hij van koper. ~ 1406 Exo 38:4 | van koperen netwerk, onder zijn omloop, van beneden tot 1407 Exo 38:4 | omloop, van beneden tot zijn midden toe. ~ 1408 Exo 38:8 | het koperen wasvat, met zijn koperen voet, van de spiegels 1409 Exo 38:21 | 21 Dit zijn de getelde dingen van den 1410 Exo 38:21 | der getuigenis, die geteld zijn naar den mond van Mozes, 1411 Exo 39:5 | die daarop was, was gelijk zijn werk, van hetzelfde, van 1412 Exo 39:9 | borstlap dubbel; een span was zijn lengte, en een span was 1413 Exo 39:9 | lengte, en een span was zijn breedte, dubbel zijnde. ~ 1414 Exo 39:14 | zegelgravering; ieder met zijn naam, naar de twaalf stammen. ~ 1415 Exo 39:19 | borstlaps zetten, inwendig aan zijn boord, die aan de zijde 1416 Exo 39:20 | voorste zijde, tegenover zijn andere voege, boven den 1417 Exo 39:21 | bonden den borstlap met zijn ringen aan de ringen van 1418 Exo 39:27 | werk, voor Aaron en voor zijn zonen; ~ 1419 Exo 39:37 | De louteren kandelaar met zijn lampen, de lampen, die men 1420 Exo 39:39 | deszelfs handbomen, en al zijn gereedschap; het wasvat 1421 Exo 39:39 | gereedschap; het wasvat en zijn voet; ~ 1422 Exo 39:40 | behangselen des voorhofs, zijn pilaren en zijn voeten, 1423 Exo 39:40 | voorhofs, zijn pilaren en zijn voeten, en het deksel van 1424 Exo 39:40 | van de poort des voorhofs, zijn zelen, en zijn pennen, en 1425 Exo 39:40 | voorhofs, zijn zelen, en zijn pennen, en al het gereedschap 1426 Exo 39:41 | Aaron, en de klederen van zijn zonen, om het priesterambt 1427 Exo 40:4 | kandelaar daarin brengen, en zijn lampen aansteken. ~ 1428 Exo 40:9 | dezelven heiligen, met al zijn gereedschap, en het zal 1429 Exo 40:9 | en het zal een heiligheid zijn. ~ 1430 Exo 40:10 | brandoffers zalven, en al zijn gereedschap; en gij zult 1431 Exo 40:10 | heiligheid der heiligheden zijn. ~ 1432 Exo 40:12 | 12 Gij zult ook Aaron en zijn zonen doen naderen, tot 1433 Exo 40:14 | 14 Gij zult ook zijn zonen doen naderen, en zult 1434 Exo 40:15 | dat hun hun zalving zal zijn tot een eeuwig priesterdom 1435 Exo 40:18 | tabernakel op, en zette zijn voeten, en stelde zijn berderen, 1436 Exo 40:18 | zette zijn voeten, en stelde zijn berderen, en zette zijn 1437 Exo 40:18 | zijn berderen, en zette zijn richelen daaraan, en hij 1438 Exo 40:31 | 31 En Mozes en Aaron, en zijn zonen wiesen daaruit hun 1439 Lev 1:3 | 3 Indien zijn offerande een brandoffer 1440 Lev 1:3 | zal hij dat offeren, naar zijn welgevallen, voor het aangezicht 1441 Lev 1:4 | 4 En hij zal zijn hand op het hoofd des brandoffers 1442 Lev 1:6 | huid aftrekken, en het in zijn stukken delen. ~ 1443 Lev 1:9 | 9 Doch zijn ingewand, en zijn schenkelen 1444 Lev 1:9 | 9 Doch zijn ingewand, en zijn schenkelen zal men met water 1445 Lev 1:10 | 10 En indien zijn offerande is van klein vee, 1446 Lev 1:11 | Aaron, de priesters, zullen zijn bloed rondom op het altaar 1447 Lev 1:12 | 12 Daarna zal hij het in zijn stukken delen, mitsgaders 1448 Lev 1:12 | stukken delen, mitsgaders zijn hoofd en zijn smeer; en 1449 Lev 1:12 | mitsgaders zijn hoofd en zijn smeer; en de priester zal 1450 Lev 1:14 | 14 En indien zijn offerande voor den HEERE 1451 Lev 1:14 | gevogelte is, zo zal hij zijn offerande van tortelduiven, 1452 Lev 1:15 | brengen, en deszelfs hoofd met zijn nagel splijten, en op het 1453 Lev 1:15 | het altaar aansteken; en zijn bloed zal aan den wand des 1454 Lev 1:16 | 16 En zijn krop met zijn vederen zal 1455 Lev 1:16 | 16 En zijn krop met zijn vederen zal hij wegdoen, 1456 Lev 1:17 | 17 Verder zal hij die met zijn vleugelen klieven, niet 1457 Lev 2:1 | spijsoffer den HEERE zal offeren, zijn offerande zal van meelbloem 1458 Lev 2:1 | offerande zal van meelbloem zijn; en hij zal olie daarop 1459 Lev 2:2 | priesters, een van welke daarvan zijn hand vol grijpen zal uit 1460 Lev 2:3 | spijsoffer, zal voor Aaron en zijn zonen zijn; het is een heiligheid 1461 Lev 2:3 | voor Aaron en zijn zonen zijn; het is een heiligheid der 1462 Lev 2:4 | gebak des ovens; het zullen zijn ongezuurde koeken van meelbloem, 1463 Lev 2:5 | de pan gekookt, zij zal zijn van ongezuurde meelbloem, 1464 Lev 2:10 | spijsoffer, zal voor Aaron en zijn zonen zijn; het is een heiligheid 1465 Lev 2:10 | voor Aaron en zijn zonen zijn; het is een heiligheid der 1466 Lev 2:16 | gedenkoffer aansteken van zijn klein gebroken graan en 1467 Lev 2:16 | klein gebroken graan en van zijn olie, met al den wierook; 1468 Lev 3:1 | 1 En indien zijn offer een dankoffer is; 1469 Lev 3:2 | 2 En hij zal zijn hand op het hoofd zijner 1470 Lev 3:5 | hetwelk op het hout zal zijn, dat op het vuur is; het 1471 Lev 3:6 | 6 En indien zijn offerande van klein vee 1472 Lev 3:7 | 7 Indien hij een lam tot zijn offerande offert, zo zal 1473 Lev 3:8 | 8 En hij zal zijn hand op het hoofd zijner 1474 Lev 3:9 | vuuroffer den HEERE offeren; zijn vet, den gehele staart, 1475 Lev 3:12 | 12 Indien nu zijn offerande een geit is, zo 1476 Lev 3:13 | 13 En hij zal zijn hand op haar hoofd leggen, 1477 Lev 3:14 | 14 Dan zal hij daarvan zijn offerande offeren, een vuuroffer 1478 Lev 3:16 | alle vet zal des HEEREN zijn. ~ 1479 Lev 4:3 | des volks, zo zal hij voor zijn zonde, die hij gezondigd 1480 Lev 4:4 | aangezicht des HEEREN; en hij zal zijn hand op het hoofd van dien 1481 Lev 4:6 | 6 En de priester zal zijn vinger in dat bloed dopen; 1482 Lev 4:11 | huid van dien var, en al zijn vlees, met zijn hoofd en 1483 Lev 4:11 | var, en al zijn vlees, met zijn hoofd en met zijn schenkelen, 1484 Lev 4:11 | vlees, met zijn hoofd en met zijn schenkelen, en zijn ingewand, 1485 Lev 4:11 | met zijn schenkelen, en zijn ingewand, en zijn mest; ~ 1486 Lev 4:11 | schenkelen, en zijn ingewand, en zijn mest; ~ 1487 Lev 4:13 | van Israel afgedwaald zal zijn, en de zaak voor de ogen 1488 Lev 4:13 | zoude gedaan worden, en zijn schuldig geworden; ~ 1489 Lev 4:17 | 17 En de priester zal zijn vinger indopen, nemende 1490 Lev 4:19 | 19 Daartoe zal hij al zijn vet van hem opnemen, en 1491 Lev 4:23 | 23 Of men zijn zonde, die hij daartegen 1492 Lev 4:23 | gemaakt hebben; zo zal hij tot zijn offer brengen een geitenbok, 1493 Lev 4:24 | 24 En hij zal zijn hand op het hoofd van den 1494 Lev 4:25 | bloed des zondoffers met zijn vinger nemen, en dat op 1495 Lev 4:25 | brandoffers doen; dan zal hij zijn bloed aan den bodem van 1496 Lev 4:26 | 26 Hij zal ook al zijn vet op het altaar aansteken, 1497 Lev 4:26 | hem verzoening doen van zijn zonden, en het zal hem vergeven 1498 Lev 4:28 | 28 Of men zijn zonde, die hij gezondigd 1499 Lev 4:28 | gemaakt hebben; zo zal hij tot zijn offerande brengen een jonge 1500 Lev 4:28 | een volkomen wijfje, voor zijn zonde, die hij gezondigd


1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4500 | 4501-5000 | 5001-5500 | 5501-6000 | 6001-6500 | 6501-7000 | 7001-7500 | 7501-8000 | 8001-8500 | 8501-9000 | 9001-9500 | 9501-10000 | 10001-10500 | 10501-11000 | 11001-11500 | 11501-12000 | 12001-12500 | 12501-13000 | 13001-13263

Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License