Book Chapter: Verse
1 Gen 4:11 | opengedaan, om uws broeders bloed van uw hand te ontvangen. ~
2 Gen 9:4 | met zijn ziel, dat is zijn bloed, zult gij niet eten. ~
3 Gen 9:5 | 5 En voorwaar, Ik zal uw bloed, het bloed uwer zielen eisen;
4 Gen 9:5 | voorwaar, Ik zal uw bloed, het bloed uwer zielen eisen; van de
5 Gen 9:6 | 6 Wie des mensen bloed vergiet, zijn bloed zal
6 Gen 9:6 | mensen bloed vergiet, zijn bloed zal door den mens vergoten
7 Gen 34:22 | Ruben tot hen: Vergiet geen bloed; werpt hem in dezen kuil
8 Gen 34:26 | broeder doodslaan, en zijn bloed verbergen? ~
9 Gen 34:31 | zij doopten den rok in het bloed. ~
10 Gen 38:22 | hoordet niet; en ook zijn bloed, ziet, het wordt gezocht! ~
11 Exo 4:9 | nemen, diezelve zullen tot bloed worden op het droge. ~
12 Exo 7:17 | is, slaan, en het zal in bloed veranderd worden. ~
13 Exo 7:19 | hunner wateren, dat zij bloed worden; en er zij bloed
14 Exo 7:19 | bloed worden; en er zij bloed in het ganse Egypteland,
15 Exo 7:20 | water in de rivier werd in bloed veranderd. ~
16 Exo 7:21 | drinken konden; en er was bloed in het ganse Egypteland. ~
17 Exo 12:7 | 7 En zij zullen van het bloed nemen, en strijken het aan
18 Exo 12:13 | 13 En dat bloed zal ulieden tot een teken
19 Exo 12:13 | gij zijt; wanneer Ik het bloed zie, zal Ik ulieden voorbij
20 Exo 12:22 | hysop, en doopt het in het bloed, dat in een bekken zal wezen;
21 Exo 12:22 | beide zijposten van dat bloed, hetwelk in het bekken zijn
22 Exo 12:23 | slaan; doch wanneer Hij het bloed zien zal aan den bovendorpel
23 Exo 23:18 | 18 Gij zult het bloed Mijns offers met geen gedesemde
24 Exo 24:6 | Mozes nam de helft van het bloed, en zette het in bekkens;
25 Exo 24:6 | bekkens; en de helft van het bloed sprengde hij op het altaar. ~
26 Exo 24:8 | 8 Toen nam Mozes dat bloed, en sprengde het op het
27 Exo 24:8 | zeide: Ziet, dit is het bloed des verbonds, hetwelk de
28 Exo 29:12 | Daarna zult gij van het bloed des vars nemen, en met uw
29 Exo 29:12 | altaars doen; en al het bloed zult gij uitgieten aan den
30 Exo 29:16 | slachten, en gij zult zijn bloed nemen, en rondom op het
31 Exo 29:20 | ram slachten, en van zijn bloed nemen, en doen het op het
32 Exo 29:20 | huns rechtervoets; en dat bloed zult gij op het altaar sprengen,
33 Exo 29:21 | Dan zult gij nemen van het bloed, dat op het altaar is, en
34 Exo 30:10 | verzoening doen, met het bloed des zondoffers der verzoeningen;
35 Exo 34:48 | 25 Gij zult het bloed van Mijn slachtoffer niet
36 Lev 1:5 | de priesters, zullen het bloed offeren, en het bloed sprengen
37 Lev 1:5 | het bloed offeren, en het bloed sprengen rondom dat altaar,
38 Lev 1:11 | de priesters, zullen zijn bloed rondom op het altaar sprengen. ~
39 Lev 1:15 | altaar aansteken; en zijn bloed zal aan den wand des altaars
40 Lev 3:2 | de priesters, zullen het bloed rondom op het altaar sprengen. ~
41 Lev 3:8 | zonen van Aaron zullen het bloed daarvan sprengen op het
42 Lev 3:13 | zonen van Aaron zullen haar bloed op het altaar sprengen rondom. ~
43 Lev 3:17 | woningen: geen vet noch bloed zult gij eten. ~ ~ ~ ~ ~
44 Lev 4:5 | gezalfde priester van het bloed van den var nemen, en hij
45 Lev 4:6 | priester zal zijn vinger in dat bloed dopen; en van dat bloed
46 Lev 4:6 | bloed dopen; en van dat bloed zal hij zevenmaal sprengen
47 Lev 4:7 | zal de priester van dat bloed doen op de hoornen des reukaltaars
48 Lev 4:7 | samenkomst is; dan zal hij al het bloed van den var uitgieten aan
49 Lev 4:16 | gezalfde priester van het bloed van den var tot de tent
50 Lev 4:17 | indopen, nemende van dat bloed; en hij zal zevenmaal sprengen
51 Lev 4:18 | 18 En van dat bloed zal hij doen op de hoornen
52 Lev 4:18 | samenkomst is; dan zal hij al het bloed uitgieten, aan den bodem
53 Lev 4:25 | zal de priester van het bloed des zondoffers met zijn
54 Lev 4:25 | brandoffers doen; dan zal hij zijn bloed aan den bodem van het altaar
55 Lev 4:30 | zal de priester van haar bloed met zijn vinger nemen, en
56 Lev 4:30 | brandoffers; dan zal hij al het bloed daarvan aan den bodem van
57 Lev 4:34 | zal de priester van het bloed des zondoffers met zijn
58 Lev 4:34 | brandoffers; dan zal hij al het bloed daarvan aan den bodem van
59 Lev 5:9 | 9 En van het bloed des zondoffers zal hij aan
60 Lev 5:9 | het overgeblevene van dat bloed zal uitgeduwd worden aan
61 Lev 6:27 | heilig zijn; zo wie van zijn bloed op een kleed zal gesprengd
62 Lev 6:30 | geen zondoffer, van welks bloed in de tent der samenkomst
63 Lev 7:2 | slachten; en men zal deszelfs bloed rondom op het altaar sprengen. ~
64 Lev 7:14 | den priester zijn, die het bloed des dankoffers sprengt. ~
65 Lev 7:26 | gij in uw woningen geen bloed eten, hetzij van het gevogelte,
66 Lev 7:27 | 27 Alle ziel, die enig bloed eten zal, die ziel zal uit
67 Lev 7:33 | uit de zonen van Aaron het bloed des dankoffers en het vet
68 Lev 8:15 | slachtte hem; en Mozes nam het bloed, en deed het met zijn vinger
69 Lev 8:15 | altaar; daarna goot hij het bloed uit aan den bodem des altaars,
70 Lev 8:19 | hem; en Mozes sprengde het bloed op het altaar rondom. ~
71 Lev 8:23 | hem; en Mozes nam van zijn bloed, en deed het op het lapje
72 Lev 8:24 | naderen; en Mozes deed van dat bloed op het lapje van hun rechteroor,
73 Lev 8:24 | daarna sprengde Mozes dat bloed rondom op het altaar. ~
74 Lev 8:30 | de zalfolie, en van het bloed, hetwelk op het altaar was,
75 Lev 9:9 | zonen van Aaron brachten het bloed tot hem, en hij doopte zijn
76 Lev 9:9 | doopte zijn vinger in dat bloed, en deed het op de hoornen
77 Lev 9:9 | altaars; daarna goot hij het bloed uit aan den bodem des altaars. ~
78 Lev 9:12 | Aaron leverden aan hem het bloed; en hij sprengde dat rondom
79 Lev 9:18 | zonen van Aaron leverden het bloed aan hem, hetwelk hij rondom
80 Lev 10:18 | 18 Ziet, deszelfs bloed is niet binnen in het heiligdom
81 Lev 12:4 | dertig dagen blijven in het bloed harer reiniging; niets heiligs
82 Lev 12:5 | zestig dagen blijven in het bloed harerreiniging. ~
83 Lev 14:6 | levenden vogel dopen in het bloed des vogels, die boven het
84 Lev 14:14 | de priester zal van het bloed des schuldoffers nemen,
85 Lev 14:17 | rechtervoets, boven op het bloed des schuldoffers. ~
86 Lev 14:25 | de priester zal van het bloed des schuldoffers nemen,
87 Lev 14:28 | rechtervoets, op de plaats van het bloed des schuldoffers. ~
88 Lev 14:51 | nemen, en zal die in het bloed des geslachten vogels en
89 Lev 14:52 | huis ontzondigen met het bloed des vogels, en met dat levend
90 Lev 15:19 | zal, zijnde haar vloed van bloed in haar vlees, zo zal zij
91 Lev 16:14 | 14 En hij zal van het bloed van den var nemen, en zal
92 Lev 16:14 | met zijn vinger van dat bloed sprengen. ~
93 Lev 16:15 | zijn, slachten, en zal zijn bloed tot binnen in den voorhang
94 Lev 16:15 | dragen, en zal met zijn bloed doen, gelijk als hij met
95 Lev 16:15 | gelijk als hij met het bloed van den var gedaan heeft,
96 Lev 16:18 | doen; en hij zal van het bloed van den var, en van het
97 Lev 16:18 | van den var, en van het bloed van den bok nemen, en doen
98 Lev 16:19 | En hij zal daarop van dat bloed met zijn vinger zevenmaal
99 Lev 16:27 | bok des zondoffers, welker bloed ingebracht is, om verzoening
100 Lev 17:4 | des HEEREN te offeren; het bloed zal dienzelven man toegerekend
101 Lev 17:4 | toegerekend worden, hij heeft bloed vergoten; daarom zal dezelve
102 Lev 17:6 | 6 En de priester zal het bloed op het altaar des HEEREN,
103 Lev 17:10 | vreemdelingen verkeren, die enig bloed zal gegeten hebben, tegen
104 Lev 17:10 | tegen diens ziel, die dat bloed zal gegeten hebben, zal
105 Lev 17:11 | van het vlees is in het bloed; daarom heb Ik het u op
106 Lev 17:11 | te doen; want het is het bloed, dat voor de ziel verzoening
107 Lev 17:12 | gezegd: Geen ziel van u zal bloed eten; noch de vreemdeling,
108 Lev 17:12 | midden van u verkeert, zal bloed eten. ~
109 Lev 17:13 | hebben; die zal deszelfs bloed vergieten, en zal dat met
110 Lev 17:14 | ziel van alle vlees; zijn bloed is voor zijn ziel; daarom
111 Lev 17:14 | gezegd: Gij zult geens vleses bloed eten; want de ziel van alle
112 Lev 17:14 | alle vlees, dat is zijn bloed; zo wie dat eet, zal uitgeroeid
113 Lev 19:16 | zult niet staan tegen het bloed van uw naaste; Ik ben de
114 Lev 19:26 | 26 Gij zult niets met het bloed eten. Gij zult op geen vogelgeschrei
115 Lev 20:9 | zijn moeder gevloekt; zijn bloed is op hem! ~
116 Lev 20:11 | zekerlijk gedood worden; hun bloed is op hen! ~
117 Lev 20:12 | gruwelijke vermenging gedaan; hun bloed is op hen! ~
118 Lev 20:13 | zekerlijk gedood worden; hun bloed is op hen! ~
119 Lev 20:16 | zekerlijk gedood worden; hun bloed is op hen! ~
120 Lev 20:27 | met stenen stenigen; hun bloed is op hen. ~
121 Num 18:30 | lossen, zij zijn heilig; hun bloed zult gij sprengen op het
122 Num 19:17 | lossen, zij zijn heilig; hun bloed zult gij sprengen op het
123 Num 23:24 | den roof gegeten, en het bloed der verslagenen gedronken
124 Num 34:12 | toevlucht zijn voor den bloed wreker; opdat de doodslager
125 Num 34:33 | waarin gij zijt; want het bloed ontheiligt het land; en
126 Num 34:33 | verzoening gedaan worden over het bloed, dat daarin vergoten is,
127 Num 34:33 | vergoten is, dan door het bloed desgenen, die dat vergoten
128 Deu 12:16 | 16 Alleenlijk het bloed zult gijlieden niet eten;
129 Deu 12:23 | houdt vast, dat gij het bloed niet eet; want het bloed
130 Deu 12:23 | bloed niet eet; want het bloed is de ziel; daarom zult
131 Deu 12:27 | brandofferen, het vlees en het bloed, bereiden op het altaar
132 Deu 12:27 | HEEREN, uws Gods; en het bloed uwer slachtofferen zal op
133 Deu 15:23 | 23 Zijn bloed alleen zult gij niet eten;
134 Deu 17:8 | te zwaar zal zijn, tussen bloed en bloed, tussen rechtshandel
135 Deu 17:8 | zal zijn, tussen bloed en bloed, tussen rechtshandel en
136 Deu 19:10 | 10 Opdat het bloed des onschuldigen niet vergoten
137 Deu 19:13 | verschonen; maar gij zult het bloed des onschuldigen uit Israel
138 Deu 21:7 | Onze handen hebben dit bloed niet vergoten, en onze ogen
139 Deu 21:8 | en leg geen onschuldig bloed in het midden van Uw volk
140 Deu 21:8 | van Uw volk Israel! En dat bloed zal voor hen verzoend zijn. ~
141 Deu 21:9 | zult gij het onschuldig bloed uit het midden van u wegdoen;
142 Deu 27:25 | neemt, om een ziel, het bloed eens onschuldigen, te verslaan!
143 Deu 32:42 | pijlen dronken maken van bloed, en Mijn zwaard zal vlees
144 Deu 32:42 | zal vlees eten; van het bloed des verslagenen en des gevangenen,
145 Deu 32:43 | Zijn volk! want Hij zal het bloed Zijner knechten wreken;
146 Joz 2:19 | naar buiten gaan zal, zijn bloed zij op zijn hoofd, en wij
147 Joz 2:19 | het huis zijn zal, diens bloed zij op ons hoofd, indien
148 Ric 8:24 | Jerubbaal, kwame, en opdat hun bloed gelegd wierd op Abimelech,
149 1Sa 14:32 | en het volk at ze met het bloed. ~
150 1Sa 14:33 | den HEERE, etende met het bloed. En hij zeide: Gij hebt
151 1Sa 14:34 | HEERE, die etende met het bloed. Toen bracht al het volk
152 1Sa 19:5 | gij dan tegen onschuldig bloed zondigen, David zonder oorzaak
153 1Sa 25:31 | harten, te weten, dat gij bloed zonder oorzaak zoudt vergoten
154 1Sa 26:20 | 20 En nu, mijn bloed valle niet op de aarde van
155 2Sa 1:16 | David zeide tot hem: Uw bloed zij op uw hoofd; want uw
156 2Sa 1:22 | 22 Van het bloed der verslagenen, van het
157 2Sa 3:28 | tot in eeuwigheid, van het bloed van Abner, den zoon van
158 2Sa 4:11 | gedood? Nu dan, zou ik zijn bloed van uw handen niet eisen,
159 2Sa 16:8 | u doen wederkomen al het bloed van Sauls huis, in wiens
160 2Sa 20:12 | 12 Amasa nu lag in het bloed gewenteld, midden op de
161 2Sa 23:17 | doen; zou ik drinken het bloed der mannen, die heengegaan
162 1Kon 2:9 | gij zijn grauwe haar met bloed in het graf doet dalen. ~
163 1Kon 2:31 | van mijns vaders huis, dat bloed, dat Joab zonder oorzaak
164 1Kon 2:32 | 32 Zo zal de HEERE zijn bloed op zijn hoofd doen wederkeren,
165 1Kon 2:33 | 33 Alzo zal hun bloed wederkeren op het hoofd
166 1Kon 2:37 | den dood sterven zult; uw bloed zal op uw hoofd zijn. ~
167 1Kon 18:28 | naar hun wijze, totdat zij bloed over zich uitstortten. ~
168 1Kon 21:19 | plaats dat de honden het bloed van Naboth gelekt hebben,
169 1Kon 21:19 | hebben, zullen de honden uw bloed lekken, ja het uwe! ~
170 1Kon 22:35 | stierf des avonds, en het bloed der wonde vloeide in den
171 1Kon 22:38 | spoelde, lekten de honden zijn bloed, waar de hoeren wiesen,
172 2Kon 3:22 | water tegenover rood, gelijk bloed. ~
173 2Kon 3:23 | 23 En zij zeiden: Dit is bloed; de koningen hebben voorzeker
174 2Kon 9:7 | heer, slaan, opdat Ik het bloed van Mijn knechten, de profeten,
175 2Kon 9:7 | knechten, de profeten, en het bloed van alle knechten des HEEREN,
176 2Kon 9:26 | gisteravond niet gezien heb het bloed van Naboth, en het bloed
177 2Kon 9:26 | bloed van Naboth, en het bloed zijner zonen, zegt de HEERE,
178 2Kon 9:33 | boven neder, zodat van haar bloed aan den wand en aan de paarden
179 2Kon 17:13 | drankoffer en sprengde het bloed zijner dankofferen op dat
180 2Kon 17:15 | en spreng daarop al het bloed des brandoffers, en al het
181 2Kon 17:15 | des brandoffers, en al het bloed des slachtoffer; maar het
182 2Kon 18:13 | drankoffer en sprengde het bloed zijner dankofferen op dat
183 2Kon 18:15 | en spreng daarop al het bloed des brandoffers, en al het
184 2Kon 18:15 | des brandoffers, en al het bloed des slachtoffer; maar het
185 2Kon 23:16 | ook zeer veel onschuldig bloed, totdat hij Jeruzalem van
186 2Kon 26:4 | Als ook om het onschuldig bloed, dat hij vergoten had, zodat
187 2Kon 26:4 | Jeruzalem met onschuldig bloed vervuld had; daarom wilde
188 1Kro 11:19 | zulks te doen! Zou ik het bloed dezer mannen drinken? Met
189 1Kro 23:8 | mij, zeggende: Gij hebt bloed in menigte vergoten, want
190 2Kro 20:10 | tot u zal komen, tussen bloed en bloed, tussen wet en
191 2Kro 20:10 | zal komen, tussen bloed en bloed, tussen wet en gebod, en
192 2Kro 24:25 | maakten zijn knechten, om het bloed der zonen van den priester
193 2Kro 29:22 | priesters ontvingen het bloed, en sprengden het op het
194 2Kro 29:22 | rammen, en sprengden het bloed op het altaar; insgelijks
195 2Kro 29:22 | lammeren, en sprengden het bloed op het altaar. ~
196 2Kro 29:24 | ontzondigden met derzelver bloed op het altaar, om verzoening
197 2Kro 30:16 | priesters sprengden het bloed, dat nemende uit de hand
198 2Kro 35:11 | priesters sprengden het bloed uit hun handen, en de Levieten
199 2Kro 36:11 | priesters sprengden het bloed uit hun handen, en de Levieten
200 Job 16:18 | 18 O, aarde! bedek mijn bloed niet; en voor mijn geroep
201 Job 38:33 | 33 Ook zuipen zijn jongen bloed; en waar verslagenen zijn,
202 Psa 16:4 | zal hun drankofferen van bloed niet offeren, en hun namen
203 Psa 30:10 | Wat gewin is er in mijn bloed, in mijn nederdalen tot
204 Psa 58:11 | zijn voeten wassen in het bloed des goddelozen. ~
205 Psa 68:24 | honden, moogt steken in het bloed van de vijanden, van een
206 Psa 72:14 | geweld bevrijden, en hun bloed zal dierbaar zijn in zijn
207 Psa 78:44 | 44 En hun vloeden in bloed veranderde, en hun stromen,
208 Psa 79:3 | 3 Zij hebben hun bloed rondom Jeruzalem als water
209 Psa 94:21 | zij verdoemen onschuldig bloed. ~
210 Psa 105:29 | Hij keerde hun wateren in bloed, en Hij doodde hun vissen. ~
211 Psa 106:38 | En zij hebben onschuldig bloed vergoten, het bloed hunner
212 Psa 106:38 | onschuldig bloed vergoten, het bloed hunner zonen en hunner dochteren,
213 Spre 1:11 | ons, laat ons loeren op bloed, ons versteken tegen den
214 Spre 1:16 | en zij haasten zich om bloed te storten. ~
215 Spre 1:18 | deze loeren op hun eigen bloed, en versteken zich tegen
216 Spre 6:17 | en handen, die onschuldig bloed vergieten; ~
217 Spre 12:6 | der goddelozen zijn om op bloed te loeren; maar de mond
218 Spre 28:17 | Een mens, gedrukt om het bloed ener ziel, zal naar den
219 Spre 30:33 | drukking van den neus brengt bloed voort, en de drukking des
220 Jes 1:11 | en heb geen lust aan het bloed der varren, noch der
221 Jes 1:15 | want uw handen zijn vol bloed. ~
222 Jes 9:4 | geschiedde, en de klederen in het bloed gewenteld en verbrand werden,
223 Jes 26:21 | bezoeken; en de aarde zal haar bloed ontdekken, en zal haar
224 Jes 34:3 | bergen zullen smelten van hun bloed. ~
225 Jes 34:6 | zwaard des HEEREN is vol van bloed, het is vet geworden van
226 Jes 34:6 | geworden van smeer, van het bloed der lammeren en der bokken,
227 Jes 34:7 | doordronken zijn van het bloed, en hun stof zal van het
228 Jes 49:26 | vlees, en van hun eigen bloed zullen zij dronken worden,
229 Jes 60:3 | Want uw handen zijn met bloed bevlekt; en uw vingeren
230 Jes 60:7 | zij haasten om onschuldig bloed te vergieten; hun gedachten
231 Jer 2:34 | 34 Ja, het bloed van de zielen der onschuldige
232 Jer 7:6 | verdrukken, en geen onschuldig bloed in deze plaats vergieten;
233 Jer 19:4 | deze plaats vervuld met bloed der onschuldigen. ~
234 Jer 22:3 | vergiet geen onschuldig bloed in deze plaats. ~
235 Jer 22:17 | gierigheid, en op onschuldig bloed, om dat te vergieten, en
236 Jer 26:15 | gewisselijk onschuldig bloed zult brengen op u, en op
237 Jer 46:10 | dronken worden van hun bloed; want de Heere, HEERE der
238 Jer 48:10 | die zijn zwaard van het bloed onthoudt! ~
239 Jer 51:35 | inwoneres van Sion; en mijn bloed zij op de inwoners van Chaldea!
240 Klaa 1:123| het midden van haar het bloed der rechtvaardigen vergoten
241 Klaa 1:124| de straten, zij waren met bloed besmet, zodat men niet kon
242 Eze 3:18 | ongerechtigheid sterven, maar zijn bloed zal Ik van uw hand eisen. ~
243 Eze 3:20 | gedacht worden; maar zijn bloed zal Ik van uw hand eisen. ~
244 Eze 5:17 | ook zal pestilentie en bloed onder u omgaan; en het zwaard
245 Eze 9:9 | groot, en het land is met bloed vervuld, en de stad is vol
246 Eze 14:19 | grimmigheid daarover met bloed uitgiete, om daarvan mensen
247 Eze 16:6 | vertreden zijnde in uw bloed, en Ik zeide tot u in uw
248 Eze 16:6 | en Ik zeide tot u in uw bloed: Leef; ja, Ik zeide tot
249 Eze 16:6 | ja, Ik zeide tot u in uw bloed: Leef! ~
250 Eze 16:9 | water, en Ik spoelde uw bloed van u af, en zalfde u met
251 Eze 16:22 | gij vertreden waart in uw bloed. ~
252 Eze 16:36 | uwer gruwelen, en na het bloed uwer kinderen, dat
253 Eze 16:38 | zal u overgeven aan het bloed der grimmigheid en des ijvers. ~
254 Eze 18:10 | die een inbreker is, die bloed vergiet, die zijn broeder
255 Eze 18:13 | voorzeker gedood worden; zijn bloed zal op hem zijn! ~
256 Eze 21:32 | gij tot spijze zijn, uw bloed zal zijn in het midden des
257 Eze 22:3 | stad, die in haar midden bloed vergiet, opdat haar tijd
258 Eze 22:4 | 4 Door uw bloed, dat gij vergoten hebt,
259 Eze 22:6 | ieder naar zijn kracht, om bloed te vergieten. ~
260 Eze 22:9 | Achterklappers zijn in u geweest om bloed te vergieten, en in u hebben
261 Eze 22:12 | geschenken in u genomen, om bloed te vergieten; woeker en
262 Eze 22:13 | bedreven hebt, en om uw bloed, die in het midden van u
263 Eze 22:27 | die een roof roven, om bloed te vergieten, en om zielen
264 Eze 23:37 | overspel gedaan, en er is bloed in haar handen; en zij hebben
265 Eze 23:45 | zijn overspeelsters, en bloed is in haar handen. ~
266 Eze 24:7 | 7 Want haar bloed is in het midden van haar;
267 Eze 24:8 | oefenen, heb Ik ook haar bloed op een gladde steenrots
268 Eze 28:23 | pestilentie in haar zenden, en bloed op haar straten, en de verslagenen
269 Eze 32:6 | waarin gij zwemt, van uw bloed drenken tot aan de bergen;
270 Eze 33:4 | en neemt hem weg, diens bloed is op zijn hoofd. ~
271 Eze 33:5 | zich niet waarschuwen, zijn bloed is op hem; maar hij, die
272 Eze 33:6 | ongerechtigheid weggenomen, maar zijn bloed zal Ik van des hand des
273 Eze 33:8 | sterven, maar zijn bloed zal Ik van uw hand eisen. ~
274 Eze 33:25 | HEERE: Gij eet vlees met het bloed, en heft uw ogen op tot
275 Eze 33:25 | uw drekgoden, en vergiet bloed; en zoudt gij het land erfelijk
276 Eze 35:6 | bloede bereiden, en het bloed zal u vervolgen; alzo gij
277 Eze 35:6 | vervolgen; alzo gij het bloed niet hebt gehaat, zal u
278 Eze 35:6 | hebt gehaat, zal u het bloed ook vervolgen. ~
279 Eze 38:22 | door pestilentie en door bloed; en Ik zal een overstelpenden
280 Eze 39:17 | en eet vlees, en drink bloed. ~
281 Eze 39:18 | helden zult gij eten, en het bloed van de vorsten der aarde
282 Eze 39:19 | tot verzadiging toe, en bloed drinken tot dronkenschap
283 Eze 43:18 | daarop te offeren, en om bloed daarop te sprengen. ~
284 Eze 43:20 | En gij zult van deszelfs bloed nemen, en doen het aan zijn
285 Eze 44:7 | brood, het vette en het bloed offerdet, en zij Mijn verbond
286 Eze 44:15 | om Mij het vette en het bloed te offeren, spreekt de Heere
287 Eze 45:19 | de priester zal van het bloed des zondoffers nemen, en
288 Hos 6:8 | ongerechtigheid; zij is betreden van bloed. ~
289 Hos 12:15 | vertoornd; daarom zal Hij zijn bloed op hem laten, en zijn Heere
290 Joe 2:30 | den hemel en op de aarde: bloed, en vuur, en rookpilaren. ~
291 Joe 2:31 | duisternis, en de maan in bloed, eer dat die grote en vreselijke
292 Joe 3:19 | welker land zij onschuldig bloed vergoten hebben. ~
293 Joe 3:21 | En Ik zal hunlieder bloed reinigen, dat Ik niet gereinigd
294 Jona 1:14 | en leg geen onschuldig bloed op ons; want Gij, HEERE!
295 Mic 3:10 | 10 Bouwende Sion met bloed, en Jeruzalem met onrecht. ~
296 Mic 7:2 | zij loeren altemaal op bloed, zij jagen, een iegelijk
297 Zep 1:17 | HEERE gezondigd; en hun bloed zal vergoten worden als
298 Zac 9:7 | 7 En Ik zal zijn bloed uit zijn mond wegdoen, en
299 Zac 9:11 | aangaande, o Sion! door het bloed uws verbonds, heb Ik uw
300 Matt 16:17 | Bar-Jona! want vlees en bloed heeft u dat niet geopenbaard,
301 Matt 23:30 | gemeenschap gehad hebben aan het bloed der profeten. ~
302 Matt 23:35 | kome al het rechtvaardige bloed, dat vergoten is op de aarde,
303 Matt 23:35 | is op de aarde, van het bloed des rechtvaardigen Abels
304 Matt 23:35 | rechtvaardigen Abels af, tot op het bloed van Zacharia, den zoon van
305 Matt 26:28 | 28 Want dat is Mijn bloed, het bloed des Nieuwen Testaments,
306 Matt 26:28 | Want dat is Mijn bloed, het bloed des Nieuwen Testaments,
307 Matt 27:4 | verradende het onschuldig bloed! Maar zij zeiden: Wat gaat
308 Matt 27:24 | Ik ben onschuldig aan het bloed dezes Rechtvaardigen; gijlieden
309 Matt 27:25 | antwoordende, zeide: Zijn bloed kome over ons, en over onze
310 Mark 14:24 | zeide tot hen: Dat is Mijn bloed, het bloed des Nieuwen Testaments,
311 Mark 14:24 | Dat is Mijn bloed, het bloed des Nieuwen Testaments,
312 Luk 11:50 | geslacht afgeeist worde het bloed van al de profeten, dat
313 Luk 11:51 | 51 Van het bloed van Abel, tot het bloed
314 Luk 11:51 | bloed van Abel, tot het bloed van Zacharia, die gedood
315 Luk 13:1 | van de Galileers, welker bloed Pilatus met hun offeranden
316 Luk 22:20 | nieuwe testament in Mijn bloed, hetwelk voor u vergoten
317 Joha 6:53 | des mensen eet, en Zijn bloed drinkt, zo hebt gij geen
318 Joha 6:54 | Mijn vlees eet, en Mijn bloed drinkt, die heeft het eeuwige
319 Joha 6:55 | waarlijk Spijs, en Mijn bloed is waarlijk Drank. ~
320 Joha 6:56 | Mijn vlees eet, en Mijn bloed drinkt, die blijft in Mij,
321 Joha 19:34 | speer, en terstond kwam er bloed en water uit. ~
322 Hand 2:19 | tekenen op de aarde beneden, bloed en vuur, en rookdamp. ~
323 Hand 2:20 | duisternis, en de maan in bloed, eer dat de grote en doorluchtige
324 Hand 9:20 | van het verstikte, en van bloed. ~
325 Hand 9:29 | afgoden geofferd is, en van bloed, en van het verstikte, en
326 Hand 12:6 | af, en zeide tot hen: Uw bloed zij op uw hoofd; ik ben
327 Hand 14:26 | dat ik rein ben van het bloed van u allen. ~
328 Hand 14:28 | verkregen heeft door Zijn eigen bloed. ~
329 Hand 15:25 | afgoden geofferd is, en van bloed, en van het verstikte, en
330 Hand 16:20 | 20 En toen het bloed van Stefanus, Uw getuige,
331 Rom 3:15 | Hun voeten zijn snel om bloed te vergieten; ~
332 Rom 3:25 | door het geloof in Zijn bloed, tot een betoning van Zijn
333 Rom 5:9 | gerechtvaardigd door Zijn bloed, zullen wij door Hem behouden
334 1Kor 11:25 | Nieuwe Testament in Mijn bloed. Doet dat, zo dikwijls als
335 1Kor 11:27 | zijn aan het lichaam en bloed des Heeren. ~
336 1Kor 15:50 | broeders, dat vlees en bloed het Koninkrijk Gods niet
337 Gal 1:16 | rade gegaan met vlees en bloed; ~
338 Efez 1:7 | de verlossing door Zijn bloed, namelijk de vergeving der
339 Efez 2:13 | nabij geworden door het bloed van Christus. ~
340 Efez 6:12 | strijd niet tegen vlees en bloed, maar tegen de overheden,
341 Kol 1:14 | verlossing hebben door Zijn bloed, namelijk de vergeving der
342 Kol 1:20 | gemaakt hebbende door het bloed Zijns kruises, door Hem,
343 Heb 9:7 | eenmaal des jaars, niet zonder bloed, hetwelk hij offerde voor
344 Heb 9:12 | 12 Noch door het bloed der bokken en kalveren,
345 Heb 9:12 | kalveren, maar door Zijn eigen bloed, eenmaal ingegaan in het
346 Heb 9:13 | 13 Want indien het bloed der stieren en bokken, en
347 Heb 9:14 | Hoeveel te meer zal het bloed van Christus, Die door den
348 Heb 9:18 | ook het eerste niet zonder bloed is ingewijd. ~
349 Heb 9:19 | uitgesproken waren, nam hij het bloed der kalveren en bokken,
350 Heb 9:20 | 20 Zeggende: Dit is het bloed des testaments, hetwelk
351 Heb 9:21 | vaten van den dienst met het bloed. ~
352 Heb 9:22 | dingen worden bijna door bloed gereinigd naar de wet, en
353 Heb 9:25 | heiligdom ingaat met vreemd bloed; ~
354 Heb 10:4 | het is onmogelijk, dat het bloed van stieren en bokken de
355 Heb 10:19 | in het heiligdom door het bloed van Jezus, ~
356 Heb 10:29 | vertreden heeft, en het bloed des testaments onrein geacht
357 Heb 12:24 | testaments, Jezus, en het bloed der besprenging, dat betere
358 Heb 13:11 | 11 Want welker dieren bloed voor de zonde gedragen werd
359 Heb 13:12 | opdat Hij door Zijn eigen bloed het volk zou heiligen, buiten
360 Heb 13:20 | Herder der schapen, door het bloed des eeuwigen testaments,
361 1Pet 1:19 | 19 Maar door het dierbaar bloed van Christus, als van een
362 1Joh 1:7 | gemeenschap met elkander, en het bloed van Jezus Christus, Zijn
363 1Joh 5:6 | gekomen is door water en bloed, namelijk Jezus, de Christus;
364 1Joh 5:6 | maar door het water en het bloed. En de Geest is het, Die
365 1Joh 5:8 | Geest, en het water, en het bloed; en die drie zijn tot een. ~
366 Open 1:5 | zonden gewassen heeft in Zijn bloed. ~
367 Open 5:9 | ons Gode gekocht met Uw bloed, uit alle geslacht, en taal,
368 Open 6:10 | oordeelt en wreekt Gij ons bloed niet van degenen, die op
369 Open 6:12 | zak, en de maan werd als bloed. ~
370 Open 7:14 | klederen wit gemaakt in het bloed des Lams. ~
371 Open 8:7 | hagel en vuur, gemengd met bloed, en zij zijn op de aarde
372 Open 8:8 | het derde deel der zee is bloed geworden. ~
373 Open 11:6 | over de wateren, om die in bloed te verkeren, en de aarde
374 Open 12:11 | hem overwonnen door het bloed des Lams, en door het woord
375 Open 14:20 | stad getreden, en er is bloed uit den wijnpersbak gekomen,
376 Open 16:3 | uit in de zee, en zij werd bloed als van een dode; en alle
377 Open 16:4 | wateren; en de wateren werden bloed. ~
378 Open 16:6 | 6 Dewijl zij het bloed der heiligen, en der profeten
379 Open 16:6 | hebben, zo hebt Gij hun ook bloed te drinken gegeven; want
380 Open 17:6 | vrouw dronken was van het bloed der heiligen, en van het
381 Open 17:6 | der heiligen, en van het bloed der getuigen van Jezus.
382 Open 18:24 | dezelve is gevonden het bloed der profeten en der heiligen,
383 Open 19:2 | haar hoererij, en Hij het bloed Zijner dienaren van haar
384 Open 19:13 | bekleed met een kleed, dat met bloed geverfd was; en Zijn naam
|