Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
eglaim 1
eglon 13
egt 1
egypte 368
egypteland 212
egyptenaar 7
egyptenaars 53
Frequency    [«  »]
374 eeuwigheid
374 saul
372 hoe
368 egypte
368 hetgeen
367 rondom
360 werk

Bijbel

IntraText - Concordances

egypte

    Book Chapter: Verse
1 Gen 12:10 | land; zo toog Abram af naar Egypte, om daar als een vreemdeling 2 Gen 12:11 | als hij naderde, om in Egypte te komen, dat hij zeide 3 Gen 12:14 | geschiedde, als Abram in Egypte kwam, dat de Egyptenaars 4 Gen 13:1 | 1 Alzo toog Abram op uit Egypte naar het zuiden, hij en 5 Gen 14:42 | gegeven, van de rivier van Egypte af, tot aan die grote rivier, 6 Gen 23:85 | Sur toe, hetwelk tegenover Egypte is, daar gij gaat naar Assur; 7 Gen 24:2 | zeide: Trek niet af naar Egypte; woon in het land, dat Ik 8 Gen 34:25 | om dat af te brengen naar Egypte. ~ 9 Gen 34:28 | die brachten Jozef naar Egypte. ~ 10 Gen 34:36 | Midianieten verkochten hem in Egypte, aan Potifar, een hoveling 11 Gen 36:1 | 1 Jozef nu werd naar Egypte afgevoerd; en Potifar, een 12 Gen 36:24 | schenker des konings van Egypte en de bakker, zondigden 13 Gen 36:24 | heer, tegen den koning van Egypte. ~ 14 Gen 36:28 | bakker, die des konings van Egypte waren, die gevangen waren 15 Gen 37:8 | riep al de tovenaars van Egypte, en al de wijzen, die daarin 16 Gen 37:29 | overvloed in het ganse land van Egypte zijn. ~ 17 Gen 37:30 | dan zal in het land van Egypte al die overvloed vergeten 18 Gen 37:33 | zette hem over het land van Egypte. ~ 19 Gen 37:34 | vijfde deel des lands van Egypte in de zeven jaren des overvloeds. ~ 20 Gen 37:45 | toog uit door het land van Egypte. ~ 21 Gen 37:46 | aangezicht van Farao, koning van Egypte; en Jozef ging uit van Farao' 22 Gen 37:53 | jaren des overvloeds, die in Egypte geweest was. ~ 23 Gen 37:57 | En alle landen kwamen in Egypte tot Jozef, om te kopen; 24 Gen 38:1 | Jakob zag, dat er koren in Egypte was, zo zeide Jakob tot 25 Gen 38:2 | gehoord, dat er koren in Egypte is; trekt daarhenen af, 26 Gen 38:3 | broederen af, om koren uit Egypte te kopen. ~ 27 Gen 39:2 | leeftocht, dien zij uit Egypte gebracht hadden, opgegeten 28 Gen 39:15 | zich op, en togen af naar Egypte, en zij stonden voor Jozefs 29 Gen 41:4 | uw broeder, dien gij naar Egypte verkocht hebt. ~ 30 Gen 41:8 | regeerder in het ganse land van Egypte. ~ 31 Gen 41:13 | al mijn heerlijkheid in Egypte, en alles wat gij gezien 32 Gen 41:23 | dragende van het beste van Egypte, en tien ezelinnen, dragende 33 Gen 41:25 | 25 En zij trokken op uit Egypte, en zij kwamen in het land 34 Gen 42:3 | niet van af te trekken naar Egypte; want Ik zal u aldaar tot 35 Gen 42:4 | zal met u aftrekken naar Egypte en Ik zal u doen weder optrekken, 36 Gen 42:6 | hadden, en zij kwamen in Egypte, Jakob en al zijn zaad met 37 Gen 42:7 | zaad bracht hij met zich in Egypte. ~ 38 Gen 42:8 | zonen van Israel, die in Egypte kwamen: Jakob en zijn zonen. 39 Gen 42:26 | zielen, die met Jakob in Egypte kwamen, uit zijn heup gesproten, 40 Gen 42:27 | zonen van Jozef, die hem in Egypte geboren zijn, waren twee 41 Gen 42:27 | het huis van Jakob, die in Egypte kwamen, waren zeventig. ~ 42 Gen 43:13 | zwaar: zodat het land van Egypte en het land Kanaan raasden 43 Gen 43:20 | Jozef het gehele land van Egypte voor Farao; want de Egyptenaars 44 Gen 43:21 | ene uiterste der palen van Egypte, tot aan het andere uiterste 45 Gen 43:26 | dezen dag, over het land van Egypte, dat Farao het vijfde deel 46 Gen 43:27 | woonde Israel in het land van Egypte, in het land Gosen; en zij 47 Gen 43:28 | Jakob leefde in het land van Egypte zeventien jaar; zodat de 48 Gen 43:29 | begraaf mij toch niet in Egypte; ~ 49 Gen 43:30 | hierom zult gij mij uit Egypte voeren, en mij in hun graf 50 Gen 44:5 | geboren waren, eer ik in Egypte tot u gekomen ben, zijn 51 Gen 46:7 | de oudsten des lands van Egypte; ~ 52 Gen 46:14 | Daarna keerde Jozef weder in Egypte, hij en zijn broeders, en 53 Gen 46:22 | 22 Jozef dan woonde in Egypte, hij en het huis zijns vaders; 54 Gen 46:26 | legde hem in een kist in Egypte. ~ 55 Exo 1:1 | zonen van Israel, die in Egypte gekomen zijn, met Jakob; 56 Exo 1:5 | zielen; doch Jozef was in Egypte. ~ 57 Exo 1:8 | een nieuwe koning op over Egypte, die Jozef niet gekend had; ~ 58 Exo 1:15 | Daarenboven sprak de koning van Egypte tot de vroedvrouwen der 59 Exo 1:17 | gelijk als de koning van Egypte tot haar gesproken had, 60 Exo 1:18 | Toen riep de koning van Egypte de vroedvrouwen, en zeide 61 Exo 2:23 | dagen, als de koning van Egypte gestorven was, dat de kinderen 62 Exo 3:7 | Mijns volks, hetwelk in Egypte is, en heb hun geschrei 63 Exo 3:10 | de kinderen Israels) uit Egypte voert. ~ 64 Exo 3:11 | de kinderen Israels uit Egypte zou voeren? ~ 65 Exo 3:12 | wanneer gij dit volk uit Egypte geleid hebt, zult gijlieden 66 Exo 3:16 | bezocht, en hetgeen ulieden in Egypte is aangedaan; ~ 67 Exo 3:17 | ulieden uit de verdrukking van Egypte opvoeren, tot het land der 68 Exo 3:18 | Israel, tot den koning van Egypte, en gijlieden zult tot hem 69 Exo 3:19 | weet, dat de koning van Egypte ulieden niet zal laten gaan, 70 Exo 3:20 | Mijn hand uitstrekken, en Egypte slaan met al Mijn wonderen, 71 Exo 3:22 | dochteren leggen, en gij zult Egypte beroven. ~  ~ 72 Exo 4:18 | tot mijn broederen, die in Egypte zijn, en zie, of zij nog 73 Exo 4:19 | Ga heen, keer weder in Egypte, want al de mannen zijn 74 Exo 4:21 | gij heentrekt, om weder in Egypte te keren, zie toe, dat gij 75 Exo 5:4 | Toen zeide de koning van Egypte tot hen: Gij, Mozes en Aaron! 76 Exo 5:12 | volk in het ganse land van Egypte, dat het stoppelen verzamelde, 77 Exo 6:10 | tot Farao, den koning van Egypte, dat hij de kinderen Israels 78 Exo 6:12 | aan Farao, den koning van Egypte, om de kinderen Israels 79 Exo 6:26 | tot Farao, den koning van Egypte, spraken, opdat zij de kinderen 80 Exo 6:26 | de kinderen Israels uit Egypte leidden; dit is Mozes en 81 Exo 6:28 | tot Farao, den koning van Egypte, alles, wat Ik tot u spreek. ~ 82 Exo 7:4 | en Ik zal Mijn hand aan Egypte leggen, en voeren Mijn heiren, 83 Exo 7:5 | wanneer Ik Mijn hand over Egypte uitstrekke, en de kinderen 84 Exo 8:6 | uit over de wateren van Egypte, en er kwamen vorsen op 85 Exo 9:18 | doen regenen, desgelijks in Egypte niet geweest is van dien 86 Exo 10:2 | moogt vertellen, wat Ik in Egypte uitgericht heb, en Mijn 87 Exo 10:7 | weet gij nog niet, dat Egypte verloren is? ~ 88 Exo 10:19 | over in al de landpalen van Egypte. ~ 89 Exo 11:1 | plaag over Farao, en over Egypte brengen, daarna zal hij 90 Exo 11:4 | uitgaan door het midden van Egypte; ~ 91 Exo 12:27 | kinderen Israels voorbijging in Egypte, toen Hij de Egyptenaren 92 Exo 12:30 | was een groot geschrei in Egypte; want er was geen huis, 93 Exo 12:39 | van het deeg, dat zij uit Egypte gebracht hadden, ongezuurde 94 Exo 12:39 | gedesemd; overmits zij uit Egypte uitgedreven werden, zodat 95 Exo 12:40 | die de kinderen Israels in Egypte gewoond hebben, is vierhonderd 96 Exo 13:3 | op welken gijlieden uit Egypte, uit het diensthuis, gegaan 97 Exo 13:8 | gedaan heeft, toen ik uit Egypte uittoog. ~ 98 Exo 13:9 | door een sterke hand uit Egypte uitgevoerd heeft. ~ 99 Exo 13:14 | door een sterke hand uit Egypte, uit het diensthuis, uitgevoerd. ~ 100 Exo 13:16 | een sterke hand ons uit Egypte uitgevoerd. ~ 101 Exo 13:17 | zouden, en wederkeren naar Egypte. ~ 102 Exo 14:5 | 5 Toen nu de koning van Egypte werd geboodschapt, dat het 103 Exo 14:7 | wagens, ja, al de wagens van Egypte, en de hoofdlieden over 104 Exo 14:8 | van Farao, den koning van Egypte, dat hij de kinderen Israels 105 Exo 14:11 | ons daarom, omdat er in Egypte gans geen graven waren, 106 Exo 14:11 | gedaan, dat gij ons uit Egypte gevoerd hebt? ~ 107 Exo 14:12 | niet het woord, dat wij in Egypte tot u spraken, zeggende: 108 Exo 17:3 | Waartoe hebt gij ons nu uit Egypte doen optrekken, opdat gij 109 Exo 18:1 | dat de HEERE Israel uit Egypte uitgevoerd had; ~ 110 Exo 23:15 | in dezelve zijt gij uit Egypte getogen; doch men zal niet 111 Exo 34:41 | maand Abib zijt gij uit Egypte uitgegaan. ~ 112 Num 11:5 | aan de vissen, die wij in Egypte om niet aten; aan de komkommers, 113 Num 11:18 | want het ging ons wel in Egypte! Daarom zal de HEERE u vlees 114 Num 11:20 | Waarom nu zijn wij uit Egypte getogen? ~ 115 Num 13:22 | jaren gebouwd voor Zoan in Egypte. ~ 116 Num 14:3 | ons niet goed zijn naar Egypte weder te keren? ~ 117 Num 14:4 | opwerpen, en wederkeren naar Egypte! ~ 118 Num 14:22 | Mijn tekenen, die Ik in Egypte en in de woestijn gedaan 119 Num 20:5 | gijlieden ons doen optrekken uit Egypte, om ons te brengen in deze 120 Num 20:15 | 15 Dat onze vaders naar Egypte afgetogen zijn, en wij in 121 Num 20:15 | afgetogen zijn, en wij in Egypte vele dagen gewoond hebben; 122 Num 20:16 | Engel, en Hij leidde ons uit Egypte; en ziet, wij zijn te Kades, 123 Num 21:5 | gijlieden ons doen optrekken uit Egypte, opdat wij sterven zouden 124 Num 22:5 | Zie, er is een volk uit Egypte getogen; zie, het heeft 125 Num 22:11 | Zie, er is een volk uit Egypte getogen, en het heeft het 126 Num 23:22 | 22 God heeft hen uit Egypte uitgevoerd; zijn krachten 127 Num 24:8 | 8 God heeft hem uit Egypte uitgevoerd; zijn krachten 128 Num 26:59 | huisvrouw van Levi baarde in Egypte; en deze baarde aan Amram, 129 Num 31:64 | Indien deze mannen, die uit Egypte opgetogen zijn, van twintig 130 Num 33:5 | Azmon naar de rivier van Egypte, en haar uitgangen zullen 131 Deu 1:30 | uw ogen gedaan heeft in Egypte. 132 Deu 4:20 | en uit den ijzeroven, uit Egypte, uitgevoerd; opdat gij Hem 133 Deu 4:34 | ulieden voor uw ogen in Egypte gedaan heeft? ~ 134 Deu 4:37 | door Zijn grote kracht uit Egypte uitgevoerd; ~ 135 Deu 4:45 | kinderen Israels, als zij uit Egypte waren uitgetogen; ~ 136 Deu 4:46 | kinderen Israels, als zij uit Egypte waren uitgetogen, ~ 137 Deu 6:21 | dienstknechten van Farao in Egypte; maar de HEERE heeft ons 138 Deu 6:21 | door een sterke hand uit Egypte uitgevoerd. ~ 139 Deu 6:22 | grote en kwade wonderen, in Egypte, aan Farao en aan zijn ganse 140 Deu 7:8 | hand van Farao, koning van Egypte. ~ 141 Deu 9:12 | want uw volk, dat gij uit Egypte hebt uitgevoerd, heeft het 142 Deu 9:26 | verlost hebt; dat Gij uit Egypte door een sterke hand hebt 143 Deu 10:22 | Uw vaderen togen af naar Egypte met zeventig zielen; en 144 Deu 11:3 | die Hij in het midden van Egypte gedaan heeft, aan Farao, 145 Deu 11:3 | aan Farao, den koning van Egypte, en aan zijn ganse land; ~ 146 Deu 16:6 | tijd van uw uittrekken uit Egypte. ~ 147 Deu 16:12 | dienstknecht geweest zijt in Egypte; en gij zult deze inzettingen 148 Deu 17:16 | niet doen wederkeren naar Egypte, om paarden te vermenigvuldigen; 149 Deu 23:4 | en met water, als gij uit Egypte uittoogt; en omdat hij tegen 150 Deu 24:9 | op den weg, als gij uit Egypte waart uitgetogen. ~ 151 Deu 24:18 | gedenken, dat gij een knecht in Egypte geweest zijt, en de HEERE, 152 Deu 25:17 | op den weg, als gij uit Egypte uittoogt; ~ 153 Deu 26:5 | Syrier, en hij toog af naar Egypte, en verkeerde aldaar als 154 Deu 26:8 | de HEERE voerde ons uit Egypte, door een sterke hand, en 155 Deu 28:27 | zal u slaan met zweren van Egypte, en met spenen, en met droge 156 Deu 28:60 | doen keren alle kwalen van Egypte, voor dewelke gij gevreesd 157 Deu 28:68 | 68 En de HEERE zal u naar Egypte doen wederkeren in schepen, 158 Joz 2:10 | aangezicht, toen gij uit Egypte gingt; en wat gijlieden 159 Joz 5:4 | besneed: al het volk, dat uit Egypte getogen was, de manspersonen, 160 Joz 5:4 | op den weg, nadat zij uit Egypte getogen waren. ~ 161 Joz 5:5 | op den weg, nadat zij uit Egypte getrokken waren, hadden 162 Joz 5:6 | der krijgslieden, die uit Egypte gegaan waren; die de stem 163 Joz 5:9 | Heden heb Ik den smaad van Egypte van ulieden afgewenteld; 164 Joz 9:9 | gehoord, en alles wat Hij in Egypte gedaan heeft; ~ 165 Joz 13:3 | de Sichor, die voor aan Egypte is, tot aan de landpale 166 Joz 15:4 | komt uit aan de beek van Egypte; en de uitgangen dezer landpale 167 Joz 15:47 | dorpen, tot aan de rivier van Egypte; en de grote zee, en haar 168 Joz 25:4 | zijn kinderen togen af in Egypte. ~ 169 Joz 25:5 | en Aaron, en Ik plaagde Egypte, gelijk als Ik in deszelfs 170 Joz 25:6 | 6 Als Ik uw vaders uit Egypte gevoerd had, zo kwaamt gij 171 Joz 25:7 | hebben gezien, wat Ik in Egypte gedaan heb. Daarna hebt 172 Joz 25:14 | zijde der rivier, en in Egypte; en dient den HEERE. ~ 173 Joz 25:17 | vaderen uit het land van Egypte, uit het diensthuis heeft 174 Joz 25:32 | die de kinderen Israel uit Egypte opgebracht hadden, te Sichem, 175 Ric 2:1 | zeide: Ik heb ulieden uit Egypte opgevoerd, en u gebracht 176 Ric 5:8 | God Israels: Ik heb u uit Egypte doen opkomen, en u uit het 177 Ric 5:13 | Heeft ons de HEERE niet uit Egypte opgevoerd? Doch nu heeft 178 Ric 10:13 | Omdat Israel, als hij uit Egypte optoog, mijn land genomen 179 Ric 10:16 | 16 Want als zij uit Egypte optogen, zo wandelde Israel 180 1Sa 2:27 | uws vaders, toen zij in Egypte waren, in het huis van Farao? ~ 181 1Sa 8:8 | dag af, toen Ik hen uit Egypte geleid heb, tot op dezen 182 1Sa 10:18 | gesproken: Ik heb Israel uit Egypte opgebracht, en Ik heb ulieden 183 1Sa 12:8 | 8 Nadat Jakob in Egypte gekomen was, zo riepen uw 184 1Sa 12:8 | zij leidden uw vaders uit Egypte, en deden hen aan deze plaats 185 1Sa 15:2 | op den weg, toen hij uit Egypte opkwam. ~ 186 1Sa 15:6 | kinderen Israels, toen zij uit Egypte opkwamen. Alzo weken de 187 1Sa 15:7 | komt te Sur, dat voor aan Egypte is. ~ 188 2Sa 7:6 | de kinderen Israels uit Egypte opvoerde, tot op dezen dag; 189 2Sa 7:23 | Uws volks, dat Gij U uit Egypte verlost hebt, de heidenen 190 1Kon 3:1 | met Farao, den koning van Egypte; en nam de dochter van Farao, 191 1Kon 4:21| tot aan de landpale van Egypte; die brachten geschenken, 192 1Kon 6:1 | der kinderen Israels uit Egypte, in het vierde jaar van 193 1Kon 8:53| als Gij onze vaderen uit Egypte uitvoerdet, Heere HEERE! ~ 194 1Kon 8:65| Hamath tot de rivier van Egypte, voor het aangezicht des 195 1Kon 9:16| Want Farao, de koning van Egypte, was opgekomen, en had Gezer 196 1Kon 10:28| paarden was hetgeen Salomo uit Egypte had; en aangaande het linnen 197 1Kon 10:29| kwam op, en ging uit van Egypte, voor zeshonderd sikkelen 198 1Kon 11:17| knechten met hem, om in Egypte te komen; Hadad nu was een 199 1Kon 11:18| tot Paran, en kwamen in Egypte tot Farao, den koning van 200 1Kon 11:18| tot Farao, den koning van Egypte, die hem een huis gaf, en 201 1Kon 11:21| 21 Toen nu Hadad in Egypte hoorde, dat David met zijn 202 1Kon 11:40| maakte zich op, en vlood in Egypte, tot Sisak, den koning van 203 1Kon 11:40| tot Sisak, den koning van Egypte, en was in Egypte, totdat 204 1Kon 11:40| koning van Egypte, en was in Egypte, totdat Salomo stierf. ~ 205 1Kon 12:2 | hoorde, daar hij nog in Egypte was (want hij was van het 206 1Kon 12:2 | gevloden; en Jerobeam woonde in Egypte), ~ 207 1Kon 14:25| dat Sisak, de koning van Egypte, optoog tegen Jeruzalem. ~ 208 2Kon 19:4 | hij tot So, den koning van Egypte, boden gezonden had, en 209 2Kon 19:7 | van Farao, den koning van Egypte; en hadden andere goden 210 2Kon 20:21| dien gebroken rietstaf, op Egypte, op denwelken zo iemand 211 2Kon 20:21| is Farao, de koning van Egypte, al dengenen, die op hem 212 2Kon 20:24| afkeren? Maar gij vertrouwt op Egypte, om de wagenen en om de 213 2Kon 23:15| dag, dat hun vaderen van Egypte uitgegaan zijn, ook tot 214 2Kon 25:29| Farao Necho, de koning van Egypte, op tegen den koning van 215 2Kon 25:34| hij mede, en hij kwam in Egypte, en stierf aldaar. ~ 216 2Kon 26:7 | 7 De koning nu van Egypte toog voortaan niet meer 217 2Kon 26:7 | Babel had, van de rivier van Egypte af tot aan de rivier Frath, 218 2Kon 26:7 | al wat van den koning van Egypte was. ~ 219 2Kon 27:26| der heiren, en kwamen in Egypte; want zij vreesden voor 220 1Kro 17:21| Uws volks, hetwelk Gij uit Egypte verlost hebt? ~ 221 2Kro 1:16| paarden was hetgeen Salomo uit Egypte had; en aangaande het linnengaren, 222 2Kro 1:17| voerden een wagen uit van Egypte voor zeshonderd sikkelen 223 2Kro 5:10| kinderen Israels, toen zij uit Egypte uitgetogen waren. ~ 224 2Kro 6:10| kinderen Israels, toen zij uit Egypte uitgetogen waren. ~ 225 2Kro 8:8 | Hamath, tot de rivier van Egypte. ~ 226 2Kro 10:26| tot aan de landpale van Egypte. ~ 227 2Kro 10:28| voor Salomo paarden uit Egypte, en uit al die landen. ~ 228 2Kro 11:2 | hoorde (dezelve nu was in Egypte, alwaar hij van het aangezicht 229 2Kro 11:2 | gevloden was), dat Jerobeam uit Egypte weerkeerde; ~ 230 2Kro 13:2 | dat Sisak, de koning van Egypte, tegen Jeruzalem optoog ( 231 2Kro 13:3 | getal, dat met hem kwam uit Egypte, Libiers, Suchieten en Moren; ~ 232 2Kro 13:9 | toog Sisak, de koning van Egypte, op tegen Jeruzalem; en 233 2Kro 26:8 | ging tot den ingang van Egypte, want hij sterkte zich ten 234 2Kro 35:20| toog Necho, de koning van Egypte, op, om te krijgen tegen 235 2Kro 36:20| toog Necho, de koning van Egypte, op, om te krijgen tegen 236 2Kro 37:3 | 3 Want de koning van Egypte zette hem af te Jeruzalem; 237 2Kro 37:4 | 4 En de koning van Egypte maakte zijn broeder Eljakim 238 2Kro 37:4 | Necho, en bracht hem in Egypte. ~ 239 Neh 9:9 | onzer vaderen ellende in Egypte, en Gij hebt hun geroep 240 Neh 9:18 | Dit is uw God, Die u uit Egypte heeft opgevoerd; en grote 241 Psa 68:32 | gezanten zullen komen uit Egypte; Morenland zal zich haasten 242 Psa 78:43 | Hij Zijn tekenen stelde in Egypte, en Zijn wonderheden in 243 Psa 78:51 | al het eerstgeborene in Egypte, het beginsel der krachten 244 Psa 80:9 | Gij hebt een wijnstok uit Egypte overgebracht, hebt de heidenen 245 Psa 81:11 | opgevoerd uit het land van Egypte; doe uw mond wijd open, 246 Psa 105:23 | 23 Daarna kwam Israel in Egypte, en Jakob verkeerde als 247 Psa 105:38 | 38 Egypte was blijde, als zij uittrokken, 248 Psa 106:7 | 7 Onze vaders in Egypte hebben niet gelet op Uw 249 Psa 106:21 | grote dingen gedaan had in Egypte; ~ 250 Psa 114:1 | 1Toen Israel uit Egypte toog, het huis Jakobs van 251 Psa 135:8 | Die de eerstgeborenen van Egypte sloeg, van den mens af tot 252 Psa 135:9 | wonderen in het midden van u, o Egypte! tegen Farao en tegen al 253 Spre 7:16| werken, met fijn linnen van Egypte; ~ 254 Jes 7:18 | het einde der rivieren van Egypte zijn, en de bijen die in 255 Jes 11:11 | van Assyrie, en van Egypte, en van Pathros, en van 256 Jes 11:15 | HEERE den inham der zee van Egypte verbannen, en Hij zal Zijn 257 Jes 19:1 | 1      De last van Egypte. Ziet, de HEERE rijdt op 258 Jes 19:1 | snelle wolk, en Hij zal in Egypte komen; en de afgoden van 259 Jes 19:1 | komen; en de afgoden van Egypte zullen bewogen worden van 260 Jes 19:12 | beraadslaagd heeft tegen Egypte. ~ 261 Jes 19:13 | bedrogen; zij zullen ook Egypte doen dwalen, tot den uitersten 262 Jes 19:14 | midden van hen, en zij hebben Egypte doen dwalen in al zijn doen, 263 Jes 19:23 | een gebaande weg wezen van Egypte in Assyrie, dat de Assyriers 264 Jes 19:23 | Assyrie, dat de Assyriers in Egypte, en de Egyptenaars in Assyrie 265 Jes 20:3 | een teken en wonder over Egypte en over Morenland; ~ 266 Jes 23:5 | geweest is de tijding van Egypte, zal men ook in weedom zijn, 267 Jes 27:12 | af tot aan de rivier van Egypte; doch gijlieden zult opgelezen 268 Jes 27:13 | heengedrevenen in het      land van Egypte; en zij zullen den HEERE 269 Jes 30:2 | gaan, om af te trekken in Egypte, en vragen Mijn mond niet; 270 Jes 30:2 | nemen onder de schaduw van Egypte. ~ 271 Jes 30:3 | toevlucht onder de schaduw van Egypte tot schande. ~ 272 Jes 30:7 | 7      Want Egypte zal ijdellijk en te vergeefs 273 Jes 31:1 | 1   Wee dengenen, die in Egypte om hulp aftrekken, en steunen 274 Jes 36:6 | gebrokenen rietstaf, op Egypte; op denwelken zo iemand 275 Jes 36:6 | is Farao, de koning van Egypte, al      dengenen, die op 276 Jes 36:9 | afkeren? Maar gij vertrouwt op Egypte, om de wagenen en om de 277 Jes 43:3 | Israels, uw Heiland; Ik heb Egypte, Morenland en Seba gegeven 278 Jes 52:4 | tijden trok Mijn volk af in Egypte, om als vreemdeling aldaar 279 Jer 2:18 | te doen met den weg van Egypte, om de wateren van Sihor 280 Jer 2:36 | uw weg? Gij zult ook van Egypte beschaamd worden, gelijk 281 Jer 9:26 | 26      Over Egypte, en over Juda, en over Edom, 282 Jer 25:19 | Farao, den koning van Egypte, en zijn knechten, en zijn 283 Jer 26:21 | vluchtte,      en kwam in Egypte; ~ 284 Jer 26:22 | Jojakim zond mannen naar Egypte, Elnathan, den zoon van 285 Jer 26:22 | andere mannen met hem, in Egypte; ~ 286 Jer 26:23 | Die voerden Uria uit Egypte, en brachten hem tot den 287 Jer 37:5 | En Farao's heir was uit Egypte uitgetogen; en de Chaldeen, 288 Jer 37:7 | wederkeren in zijn land, in Egypte; ~ 289 Jer 41:17 | voort te trekken, dat zij in Egypte kwamen. ~ 290 Jer 42:15 | zult stellen om in      Egypte te gaan, en zult henen ingaan, 291 Jer 42:16 | voor zorgt, zal u aldaar in Egypte achter aankleven, en      292 Jer 42:17 | aangezichten stellen, om in Egypte te gaan, om aldaar als vreemdelingen 293 Jer 42:18 | uitgestort worden, als gij in Egypte zult gekomen zijn; en gij 294 Jer 42:19 | overblijfsel van Juda! Gaat niet in Egypte; weet zekerlijk, dat ik 295 Jer 43:2 | Gijlieden zult niet gaan in Egypte, om aldaar als vreemdelingen 296 Jer 43:12 | de huizen der goden van Egypte, en hij zal ze verbranden, 297 Jer 43:13 | de huizen der goden van Egypte met vuur verbranden. ~  ~ 298 Jer 44:8 | anderen goden in het land van Egypte, alwaar gij gekomen zijt, 299 Jer 44:30 | Farao Hofra, den koning van Egypte, geven in de hand zijner 300 Jer 46:2 | 2      Tegen Egypte; tegen het heir van Farao 301 Jer 46:2 | Farao Necho, koning van Egypte, dat aan de rivier Frath, 302 Jer 46:8 | 8      Egypte trekt op als een stroom, 303 Jer 46:11 | gij jonkvrouw, dochter van Egypte! Tevergeefs vermenigvuldigt 304 Jer 46:14 | 14      Verkondigt in Egypte, en doet het horen te Migdol; 305 Jer 46:17 | zij: Farao, de koning van Egypte, is maar een gedruis; hij 306 Jer 46:19 | inwoneres, gij dochter van Egypte! want Nof zal ter verwoesting 307 Jer 46:20 | 20      Egypte is een zeer schone vaarze; 308 Jer 46:24 | 24      De dochter van Egypte is beschaamd; zij is gegeven 309 Jer 46:25 | en over Farao, en over Egypte, en over haar goden, en 310 Eze 16:26 | gehoereerd met de kinderen van Egypte, uw naburen, die groot van 311 Eze 17:15 | zendende zijn boden in Egypte, opdat men hem paarden en 312 Eze 20:7 | niet met de drekgoden van Egypte; Ik, de HEERE, ben uw God. ~ 313 Eze 20:8 | verliet de drekgoden van Egypte; daarom zeide Ik,      dat 314 Eze 23:3 | Dezen hoereerden in Egypte; in haar jeugd hoereerden 315 Eze 23:8 | hoererijen niet, gebracht uit Egypte; want zij hadden bij haar 316 Eze 23:19 | gehoereerd had in het land van Egypte. ~ 317 Eze 23:21 | uwer jeugd, als die van Egypte uw tepelen betastten, vanwege 318 Eze 23:27 | hen niet opheffen, en aan Egypte niet meer      gedenken. ~ 319 Eze 27:7 | Fijn linnen met stiksel uit Egypte was uw uitbreidsel, dat 320 Eze 29:2 | tegen Farao, den koning van Egypte, en profeteer tegen hem, 321 Eze 29:2 | hem, en tegen het ganse Egypte. ~ 322 Eze 29:3 | aan u, o Farao, koning van Egypte! dien groten zeedraak, die 323 Eze 29:6 | En al de inwoners van Egypte zullen weten, dat Ik de 324 Eze 30:4 | het zwaard zal komen in Egypte, en er zal grote smart zijn 325 Eze 30:4 | verslagenen zullen vallen in Egypte; want zij zullen derzelver 326 Eze 30:6 | zij zullen vallen, die Egypte ondersteunen, en de hovaardij 327 Eze 30:8 | ben, als Ik een vuur in Egypte zal hebben gelegd, en al 328 Eze 30:9 | als in den dag van      Egypte; want ziet, het komt aan! ~ 329 Eze 30:10 | Ja, Ik zal de menigte van Egypte doen ophouden, door de hand 330 Eze 30:11 | zullen hun zwaarden tegen Egypte uittrekken, en het land 331 Eze 30:15 | over Sin, de sterkte van Egypte; en Ik zal de menigte van 332 Eze 30:16 | En Ik zal een vuur in Egypte leggen; Sin zal zeer grote 333 Eze 30:18 | worden, als Ik het juk van Egypte aldaar zal verbreken, en 334 Eze 30:19 | Ik gerichten oefenen in Egypte; en zij zullen weten, dat 335 Eze 30:21 | van Farao, den koning van Egypte, verbroken; en ziet, hij 336 Eze 30:22 | aan Farao, den koning van Egypte, en zal zijn armen verbreken, 337 Eze 31:2 | tot Farao, den koning van Egypte, en tot zijn menigte: Wien 338 Eze 32:2 | over Farao, den koning van Egypte, en zeg tot hem: Gij waart 339 Eze 32:12 | zullen de hovaardij van Egypte verstoren, en haar ganse 340 Eze 32:16 | het klagelijk zingen over Egypte en over haar ganse menigte,      341 Eze 32:18 | weeklaag over de menigte van Egypte, en doe ze nederdalen, ( 342 Dan 11:8 | goud, in de gevangenis naar Egypte brengen; en hij zal enige 343 Dan 11:42 | leggen, ook zal het land van Egypte niet ontkomen. ~ 344 Dan 11:43 | al de gewenste dingen van Egypte; en die van Libye, en de 345 Hos 7:11 | zonder hart; zij roepen Egypte aan, zij gaan henen tot 346 Hos 8:13 | bezoeken; zij zullen weder in Egypte keren. ~ 347 Hos 9:3 | maar Efraim zal weder tot Egypte keren, en zij zullen in 348 Hos 9:6 | daarhenen vanwege de verstoring; Egypte zal ze verzamelen, Mof zal 349 Hos 11:1 | en Ik heb Mijn zoon uit Egypte uitgeroepen. ~ 350 Hos 11:11 | aankomen als een vogeltje uit Egypte, en als een duif uit het 351 Hos 12:2 | de olie wordt naar      Egypte gevoerd. ~ 352 Hos 12:14 | HEERE voerde Israel op uit Egypte door een profeet, en door 353 Joe 3:19 | 19      Egypte zal tot verwoesting worden, 354 Amos 4:10| gezonden, naar de wijze van Egypte; Ik heb uw jongelingen door 355 Amos 8:8 | als door de rivier van Egypte. ~ 356 Amos 9:5 | worde als door de rivier van Egypte. ~ 357 Nah 3:9 | 9      Morenland en Egypte waren haar macht, en er 358 Zac 10:11 | worden, en de schepter van Egypte zal wegwijken. ~ 359 Matt 2:13| Zijn moeder, en vlied in Egypte, en wees aldaar, totdat 360 Matt 2:14| den nacht, en vertrok naar Egypte; ~ 361 Matt 2:15| den profeet, zeggende: Uit Egypte heb Ik Mijn Zoon geroepen. ~ 362 Matt 2:19| verschijnt Jozef in den droom, in Egypte. ~ 363 Hand 2:10| En Frygie, en Pamfylie, Egypte, en de delen van Libye, 364 Hand 7:17| vreemdelingen waren in het land Egypte, en heeft hen met een hogen 365 Heb 3:16 | doch niet allen, die uit Egypte door Mozes uitgegaan zijn. ~ 366 Heb 11:26 | zijn, dan de schatten in Egypte; want hij zag op de vergelding 367 Heb 11:27 | Door het geloof heeft hij Egypte verlaten, niet vrezende 368 Open 11:8 | genoemd wordt Sodoma en Egypte, alwaar ook onze Heere gekruist


Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License