Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
heiligdom 92
heiligdommen 10
heiligdoms 64
heilige 289
heiligen 255
heiliger 1
heiligheden 27
Frequency    [«  »]
290 twintig
290 volks
290 vrouwen
289 heilige
289 tent
288 geschreven
287 doe

Bijbel

IntraText - Concordances

heilige

    Book Chapter: Verse
1 Exo 12:16 | den eersten dag zal er een heilige verzameling zijn; ook zult 2 Exo 12:16 | verzameling zijn; ook zult gij een heilige verzameling hebben op den 3 Exo 16:23 | heeft: Morgen is de rust, de heilige sabbat des HEEREN! wat gij 4 Exo 22:31 | 31 Gij nu zult Mij heilige lieden zijn; daarom zult 5 Exo 26:33 | scheiding maken tussen het heilige, en tussen het heilige der 6 Exo 26:33 | het heilige, en tussen het heilige der heiligen. ~ 7 Exo 26:34 | ark der getuigenis, in het heilige der heiligen. ~ 8 Exo 28:2 | zult voor uw broeder Aaron heilige klederen maken, tot heerlijkheid 9 Exo 28:4 | dan voor uw broeder Aaron heilige klederen maken, en voor 10 Exo 28:29 | zijn hart, als hij in het heilige zal gaan, ter gedachtenis 11 Exo 28:35 | gehoord worde, als hij in het heilige, voor het aangezicht des 12 Exo 28:38 | drage de ongerechtigheid der heilige dingen, welke de kinderen 13 Exo 28:43 | treden zullen, om in het heilige te dienen; opdat zij geen 14 Exo 29:29 | 29 De heilige klederen nu, die van Aaron 15 Exo 29:30 | samenkomst gaan zal, om in het heilige te dienen. ~ 16 Exo 29:31 | gij zult zijn vlees in de heilige plaats zieden. ~ 17 Exo 30:25 | maak daarvan een olie der heilige zalving, een zalf, heel 18 Exo 30:25 | apothekerswerk; het zal een olie der heilige zalving zijn. ~ 19 Exo 30:31 | Dit zal Mij een olie der heilige zalving zijn bij uw geslachten. ~ 20 Exo 31:10 | de ambtsklederen, en de heilige klederen van den priester 21 Exo 31:13 | dat Ik de HEERE ben, Die u heilige. 22 Exo 35:19 | ambtsklederen om in het heilige te dienen, de heilige klederen 23 Exo 35:19 | het heilige te dienen, de heilige klederen van den priester 24 Exo 35:21 | al haar dienst, en tot de heilige klederen. ~ 25 Exo 37:29 | 29 Hij maakte ook de heilige zalfolie, en het reukwerk 26 Exo 39:1 | ambtsklederen, om in het heilige te dienen, van hemelsblauw, 27 Exo 39:1 | scharlaken; ook maakten zij de heilige klederen, die voor Aaron 28 Exo 39:41 | heiligdom te dienen, de heilige klederen van de priester 29 Exo 40:13 | 13 En gij zult Aaron de heilige klederen aantrekken; en 30 Lev 4:6 | voor den voorhang van het heilige. ~ 31 Lev 5:15 | hebben, wat onwetende van de heilige dingen des HEEREN, zo zal 32 Lev 5:16 | zondigende heeft onwetend van de heilige dingen, wedergeven, en zal 33 Lev 6:16 | het gegeten worden in de heilige plaats; in den voorhof van 34 Lev 6:26 | offert, zal het eten; in de heilige plaats zal het gegeten worden, 35 Lev 6:27 | zal hebben, zult gij in de heilige plaats wassen. ~ 36 Lev 7:6 | priesteren zal dat eten; in de heilige plaats zal het gegeten worden; 37 Lev 10:10 | onderscheid te maken tussen het heilige en tussen het onheilige, 38 Lev 10:13 | zult gij dat eten in de heilige plaats, dewijl het uw bescheiden 39 Lev 10:17 | zondoffer niet gegeten in de heilige plaats? Want het is een 40 Lev 14:13 | brandoffer slacht, in de heilige plaats; want het schuldoffer, 41 Lev 16:2 | te allen tijde ga in het heilige, binnen den voorhang, voor 42 Lev 16:3 | Hiermede zal Aaron in het heilige gaan: met een var, een jong 43 Lev 16:4 | hoed bedekken; dit zijn heilige klederen; daarom zal hij 44 Lev 16:16 | 16 Zo zal hij voor het heilige, vanwege de onreinigheden 45 Lev 16:17 | hij zal ingaan, om in het heilige verzoening te doen, totdat 46 Lev 16:20 | geeindigd hebben van het heilige, en de tent der samenkomst, 47 Lev 16:23 | aangedaan had, als hij in het heilige ging, en hij zal ze daar 48 Lev 16:24 | hij zal zijn vlees in de heilige plaats met water baden, 49 Lev 16:27 | verzoening te doen in het heilige, zal men tot buiten het 50 Lev 16:32 | hij de linnen klederen, de heilige klederen, zal aangetrokken 51 Lev 16:33 | 33 Zo zal hij het heilige heiligdom verzoenen, en 52 Lev 19:8 | ongerechtigheid dragen, omdat hij het heilige des HEEREN ontheiligd heeft; 53 Lev 20:8 | Ik ben de HEERE, Die u heilige. ~ 54 Lev 21:8 | Ik ben de HEERE, Die u heilige! ~ 55 Lev 21:15 | Ik ben de HEERE, Die hem heilige! ~ 56 Lev 21:22 | allerheiligste dingen, en van de heilige dingen, zal hij mogen eten; ~ 57 Lev 21:23 | Ik ben de HEERE, Die hen heilige! ~ 58 Lev 22:2 | zonen, dat zij zich van de heilige dingen der kinderen Israels, 59 Lev 22:3 | uit uw ganse zaad tot de heilige dingen, die de kinderen 60 Lev 22:4 | vloed heeft, zal van die heilige dingen eten, totdat hij 61 Lev 22:6 | avond, en hij zal van die heilige dingen niet eten, maar zal 62 Lev 22:7 | en daarna zal hij van die heilige dingen eten; want dat is 63 Lev 22:9 | Ik ben de HEERE, Die hen heilige! ~ 64 Lev 22:10 | Ook zal geen vreemde het heilige eten; een bijwoner des priesters, 65 Lev 22:10 | een dagloner, zullen het heilige niet eten. ~ 66 Lev 22:12 | zal van het hefoffer der heilige dingen niet eten. ~ 67 Lev 22:14 | 14 En wanneer iemand het heilige door dwaling zal gegeten 68 Lev 22:14 | het den priester met het heilige wedergeven. ~ 69 Lev 22:15 | zij niet ontheiligen de heilige dingen der kinderen Israels, 70 Lev 22:16 | der schuld, als zij hun heilige dingen zouden eten; want 71 Lev 22:16 | Ik ben de HEERE, Die hen heilige! ~ 72 Lev 22:32 | Ik ben de HEERE, Die u heilige! ~ 73 Lev 22:33 | gijlieden uitroepen zult, zullen heilige samenroepingen zijn; deze 74 Lev 22:34 | de sabbat der rust, een heilige samenroeping; geen werk 75 Lev 22:35 | hoogtijden des HEEREN, de heilige samenroepingen, welke gij 76 Lev 22:38 | eersten dag zult gij een heilige samenroeping hebben; geen 77 Lev 22:39 | den zevenden dag zal een heilige samenroeping wezen; geen 78 Lev 22:52 | dag uitroepen, dat gij een heilige samenroeping zult hebben; 79 Lev 22:55 | gedachtenis des geklanks, een heilige samenroeping. ~ 80 Lev 22:58 | de verzoendag zijn, een heilige samenroeping zult gij hebben; 81 Lev 22:66 | den eersten dag zal een heilige samenroeping zijn; geen 82 Lev 22:67 | achtsten dag zult gij een heilige samenroeping hebben, en 83 Lev 22:68 | welke gij zult uitroepen tot heilige samenroepingen, om den HEERE 84 Lev 23:9 | zonen zijn, die dat in de heilige plaats zullen eten; want 85 Num 4:15 | dragen; maar zij zullen dat heilige niet aanroeren, dat zij 86 Num 7:9 | niet; want de dienst der heilige dingen was op hen, die zij 87 Num 16:5 | maken, wie de Zijne, en de heilige is, dien Hij tot Zich zal 88 Num 18:21 | Mijner hefofferen, met alle heilige dingen van de kinderen Israels 89 Num 18:32 | 19 Alle hefofferen der heilige dingen, die de kinderen 90 Num 18:45 | daarvan offert; en gij zult de heilige dingen van de kinderen Israels 91 Num 19:8 | Mijner hefofferen, met alle heilige dingen van de kinderen Israels 92 Num 19:19 | 19 Alle hefofferen der heilige dingen, die de kinderen 93 Num 19:32 | daarvan offert; en gij zult de heilige dingen van de kinderen Israels 94 Num 28:18 | den eersten dag zal een heilige samenroeping zijn; geen 95 Num 28:25 | zevenden dag zult gij een heilige samenroeping hebben; geen 96 Num 28:26 | uw werken, zult gij een heilige samenroeping hebben; geen 97 Num 29:1 | der maand, zult gij een heilige samenroeping hebben; geen 98 Num 29:7 | zevende maand zult gij een heilige samenroeping hebben, en 99 Num 29:12 | zevende maand, zult gij een heilige samenroeping hebben; geen 100 Num 31:6 | priester, ten strijde, met de heilige vaten, en de trompetten 101 Num 34:25 | hogepriesters, dien men met de heilige olie gezalfd heeft. ~ 102 Deu 12:26 | 26 Doch uw heilige dingen, die gij hebben zult, 103 Deu 26:13 | Gods, zeggen: Ik heb het heilige uit het huis weggenomen, 104 Deu 26:15 | 15 Zie nederwaarts van Uw heilige woning, van den hemel, en 105 1Sa 21:6 | gaf de priester hem dat heilige, dewijl er geen brood was 106 1Kon 6:16| aanspraakplaats, tot het heilige der heiligen. ~ 107 1Kon 7:50| binnenste huis, van het heilige der heiligen, en der deuren 108 1Kon 8:4 | opwaarts mitsgaders al de heilige vaten, die in de tent waren; 109 1Kon 8:6 | aanspraakplaats van het huis, tot het heilige der heiligen, tot onder 110 1Kon 8:10| als de priesters uit het heilige uitgingen, dat een wolk 111 2Kon 21:22| omhoog opgeheven? Tegen den Heilige Israels! ~ 112 1Kro 6:49| tot al het werk van het heilige der heiligen, en om over 113 1Kro 9:29| de vaten, en over al de heilige vaten, en over de meelbloem, 114 1Kro 23:19| verbonds des HEEREN en de heilige vaten Gods in dit huis brenge, 115 1Kro 24:28| over de reiniging van alle heilige dingen, en het werk van 116 1Kro 27:26| over al de schatten der heilige dingen, die de koning David 117 1Kro 29:12| en tot de schatten der heilige dingen; ~ 118 2Kro 3:8 | maakte hij het huis van het heilige der heiligen, welks lengte, 119 2Kro 3:10| hij, in het huis van het heilige der heiligen, twee cherubim 120 2Kro 4:22| binnenste deuren, van het heilige der heiligen, en de deuren 121 2Kro 5:5 | opwaarts, mitsgaders al de heilige vaten, die in de tent waren; 122 2Kro 5:7 | aanspraakplaats van het huis, tot het heilige der heiligen, tot onder 123 2Kro 5:11| als de priesters uit het heilige uitgingen; (want al de priesters, 124 2Kro 6:5 | opwaarts, mitsgaders al de heilige vaten, die in de tent waren; 125 2Kro 6:7 | aanspraakplaats van het huis, tot het heilige der heiligen, tot onder 126 2Kro 6:11| als de priesters uit het heilige uitgingen; (want al de priesters, 127 2Kro 21:21| den HEERE zangers, die de heilige Majesteit prijzen zouden, 128 2Kro 30:27| hun gebed kwam tot Zijn heilige woning in den hemel. ~  ~  ~  129 2Kro 31:6 | schapen, en tienden der heilige dingen, die den HEERE, hun 130 2Kro 35:3 | HEERE heilig waren: Zet de heilige ark in het huis, hetwelk 131 2Kro 35:13| het recht; maar de andere heilige dingen kookten zij in potten, 132 2Kro 36:3 | HEERE heilig waren: Zet de heilige ark in het huis, hetwelk 133 2Kro 36:13| het recht; maar de andere heilige dingen kookten zij in potten, 134 Ezra 9:8 | een nagel te geven in Zijn heilige plaats, om onze ogen te 135 Neh 10:33 | gezette hoogtijden, en tot de heilige dingen, en tot de zondofferen, 136 Neh 11:1 | uit te brengen, die in de heilige stad Jeruzalem zou wonen, 137 Neh 11:18 | 18 Al de Levieten in de heilige stad waren tweehonderd vier 138 Psa 16:10 | zult niet toelaten, dat Uw Heilige de verderving zie. ~ 139 Psa 32:6 | 6 Hierom zal U ieder heilige aanbidden in vindenstijd; 140 Psa 65:5 | goed van Uw huis, met het heilige van Uw paleis. ~ 141 Psa 71:22 | psalmzingen met de harp, o Heilige Israels! ~ 142 Psa 78:41 | verzochten God, en stelden den Heilige Israels een perk. ~ 143 Psa 89:19 | en onze koning is van den Heilige Israels. ~ 144 Psa 89:20 | gezicht gesproken van Uw heilige, en gezegd: Ik heb hulp 145 Psa 89:21 | knecht, gevonden; met Mijn heilige olie heb Ik hem gezalfd; ~ 146 Psa 106:16 | het leger, en Aaron, den heilige des HEEREN. ~ 147 Spre 20:25| des mensen, dat hij het heilige verslindt, en na gedane 148 Jes 1:4 | verlaten, zij hebben den Heilige Israels      gelasterd, 149 Jes 5:16 | door het recht; en God, die Heilige, zal geheiligd worden door 150 Jes 6:13 | steunsel is, alzo zal het heilige zaad het steunsel daarvan 151 Jes 10:17 | tot een vuur zijn, en zijn Heilige tot een vlam, welke in brand 152 Jes 10:20 | steunen op den HEERE, den Heilige Israels, oprechtelijk. ~ 153 Jes 12:6 | inwoneres van Sion! want de Heilige Israels is groot in het 154 Jes 17:7 | zijn ogen zullen op den Heilige Israels zien. ~ 155 Jes 29:19 | mensen zullen zich in de Heilige Israels verheugen. ~ 156 Jes 29:23 | heiligen; en zij zullen den Heilige Jakobs heiligen, en den 157 Jes 30:11 | u van de baan; laat den Heilige Israels van ons ophouden! ~ 158 Jes 30:12 | Daarom, zo zegt de Heilige Israels: Omdat gijlieden 159 Jes 30:15 | zegt de Heere HEERE, de Heilige Israels: Door wederkering 160 Jes 31:1 | zijn; en zien niet op   den Heilige Israels, en zoeken den HEERE 161 Jes 35:8 | en een weg zijn, welke de heilige weg zal genaamd worden; 162 Jes 37:23 | omhoog opgeheven? Tegen den Heilige Israels! ~ 163 Jes 40:25 | dien Ik gelijk zij? zegt de Heilige. ~ 164 Jes 41:14 | HEERE, en uw Verlosser is de Heilige Israels! ~ 165 Jes 41:16 | verheugen in den HEERE; in den Heilige Israels zult gij u roemen. ~ 166 Jes 41:20 | zulks gedaan, en dat de Heilige Israels zulks geschapen 167 Jes 43:3 | ben de HEERE, uw God, de Heilige Israels, uw Heiland; Ik 168 Jes 43:14 | HEERE, uw Verlosser, de Heilige Israels: Om ulieder wil 169 Jes 43:15 | Ik ben de HEERE, uw Heilige; de Schepper van Israel, 170 Jes 45:11 | Alzo zegt de HEERE, de Heilige Israels, en deszelfs Formeerder: 171 Jes 47:4 | HEERE der heirscharen, de Heilige Israels. ~ 172 Jes 48:2 | 2      Ja, van de heilige stad worden zij genoemd, 173 Jes 48:17 | HEERE, uw Verlosser, de Heilige Israels: Ik ben de HEERE, 174 Jes 49:7 | Verlosser van Israel, Zijn Heilige, tot de verachte ziel, tot 175 Jes 49:7 | Die getrouw is, om den Heilige Israels, Die U verkoren 176 Jes 52:1 | klederen aan, o Jeruzalem, gij heilige stad? want in u zal voortaan 177 Jes 54:5 | heirscharen is Zijn Naam; en de Heilige Israels is uw Verlosser; 178 Jes 58:15 | woon in de hoogte en in het heilige, en bij dien, die van een 179 Jes 61:9 | uws Gods, en tot den Heilige Israels, dewijl Hij u heerlijk 180 Jes 61:14 | HEEREN, het Sion van den Heilige Israels. ~ 181 Jes 63:12 | zij zullen hen noemen het heilige volk, de verlosten des HEEREN; 182 Jes 64:15 | af, en aanschouw van Uw heilige en Uw heerlijke woning; 183 Jes 65:10 | 10      Uw heilige steden zijn een woestijn 184 Jer 11:15 | daad met velen doet, en het heilige vlees van u geweken is? 185 Jer 50:29 | tegen den HEERE, tegen den Heilige Israels. ~ 186 Jer 51:5 | van schuld is), van den Heilige Israels. ~ 187 Eze 20:12 | Ik de HEERE ben, Die hen heilige. ~ 188 Eze 22:8 | 8      Mijn heilige dingen hebt gij veracht, 189 Eze 22:26 | en zij ontheiligen Mijn heilige dingen; tussen het heilige 190 Eze 22:26 | heilige dingen; tussen het heilige en het onheilige maken zij 191 Eze 37:28 | de HEERE ben, Die Israel heilige, als Mijn heiligdom in het 192 Eze 39:7 | Ik de      HEERE ben, de Heilige in Israel. ~ 193 Eze 42:13 | afgesneden plaats zijn, dat zijn heilige kameren, waarin de priesters, 194 Eze 42:20 | onderscheid te maken tussen het heilige en      onheilige. ~  ~ 195 Eze 44:8 | gijlieden hebt de wacht van Mijn heilige dingen niet waargenomen; 196 Eze 44:13 | om te naderen tot al Mijn heilige dingen, tot de allerheiligste 197 Eze 44:19 | dezelve      henenleggen in de heilige kameren; en zullen andere 198 Eze 44:23 | onderscheid leren tussen het heilige en onheilige, en hun bekend 199 Eze 44:27 | ten dage, als hij in het heilige zal ingaan, in het binnenste 200 Eze 44:27 | binnenste voorhof, om in het heilige te dienen, zal hij zijn 201 Eze 45:1 | den HEERE offeren, tot een heilige plaats, van het land; de 202 Eze 45:3 | het heiligdom zijn met het heilige der heiligen. ~ 203 Eze 45:4 | 4      Dat zal een heilige plaats zijn van het land; 204 Eze 45:4 | tot      huizen, en een heilige plaats voor het heiligdom. ~ 205 Eze 46:19 | zijde der poort was, tot de heilige kameren, den priesteren 206 Dan 4:8 | in wien ook de geest der heilige goden is; en ik vertelde 207 Dan 4:9 | ik weet, dat de geest der heilige goden in u is, zo zeg de 208 Dan 4:13 | een wachter, namelijk een heilige, kwam af van den hemel, ~ 209 Dan 4:18 | wel, dewijl de geest der heilige goden in u is. ~ 210 Dan 4:23 | een wachter, namelijk een heilige gezien heeft, van den hemel 211 Dan 5:11 | koninkrijk, in wien de geest der heilige goden is, want in de dagen 212 Dan 8:13 | Daarna hoorde ik een heilige spreken; en de heilige zeide 213 Dan 8:13 | een heilige spreken; en de heilige zeide tot den onbenoemde, 214 Dan 8:24 | sterken, mitsgaders het heilige      volk verderven: ~ 215 Dan 9:24 | over uw volk, en over uw heilige stad, om de overtreding 216 Hos 11:9 | ben God en geen mens, de Heilige in het midden van u, en 217 Zep 3:4 | priesters verontreinigen het heilige, zij doen der wet geweld 218 Zac 2:12 | erven voor Zijn deel, in het heilige land, en Hij zal Jeruzalem 219 Zac 2:13 | Hij is ontwaakt uit Zijn heilige woning. ~  ~ 220 Matt 4:5 | Hem de duivel mede naar de heilige stad, en stelde Hem op de 221 Matt 7:6 | 6 Geeft het heilige den honden niet, noch werpt 222 Matt 24:15| de profeet, staande in de heilige plaats; (die het leest, 223 Matt 25:31| Zijn heerlijkheid, en al de heilige engelen met Hem, dan zal 224 Matt 27:53| opstanding, kwamen zij in de heilige stad, en zijn velen verschenen. ~ 225 Mark 1:8 | Hij zal u dopen met den Heilige Geest. ~ 226 Mark 1:24| wie Gij zijt, namelijk de Heilige Gods. ~ 227 Mark 8:38| heerlijkheid Zijns Vaders, met de heilige engelen. ~  ~ 228 Mark 13:11| niet, die spreekt, maar de Heilige Geest. ~ 229 Luk 1:35 | antwoordende, zeide tot haar: De Heilige Geest zal over u komen, 230 Luk 1:35 | overschaduwen; daarom ook, dat Heilige, Dat uit u geboren zal worden, 231 Luk 1:70 | heeft door den mond Zijner heilige profeten, die van het begin 232 Luk 2:25 | vertroosting Israels, en de Heilige Geest was op hem. ~ 233 Luk 3:22 | 22 En dat de Heilige Geest op Hem nederdaalde, 234 Luk 4:34 | wie Gij zijt, namelijk de Heilige Gods. ~ 235 Luk 9:26 | heerlijkheid des Vaders, en der heilige engelen. ~ 236 Luk 12:12 | 12 Want de Heilige Geest zal u in dezelve ure 237 Joha 7:39| in Hem geloven; want de Heilige Geest was nog niet, overmits 238 Joha 14:26| 26 Maar de Trooster, de Heilige Geest, Welken de Vader zenden 239 Joha 17:11| wereld, en Ik kome tot U, Heilige Vader, bewaar ze in Uw Naam, 240 Joha 17:19| 19 En Ik heilige Mijzelven voor hen, opdat 241 Hand 1:16| vervuld worden, welke de Heilige Geest door den mond Davids 242 Hand 2:27| niet verlaten, noch zult Uw Heilige over geven, om verderving 243 Hand 3:14| 14 Maar gij hebt den Heilige en Rechtvaardige verloochend, 244 Hand 3:21| door den mond van al Zijn heilige profeten van alle eeuw. ~ 245 Hand 5:44| deze woorden sprak, viel de Heilige Geest op allen, die het 246 Hand 6:15| begon te spreken, viel de Heilige Geest op hen, gelijk ook 247 Hand 7:2 | dienden, en vastten, zeide de Heilige Geest: Zondert Mij af beiden 248 Hand 7:35| psalm zegt: Gij zult Uw Heilige niet over geven, om verderving 249 Hand 13:6 | handen opgelegd had, kwam de Heilige Geest op hen; en zij spraken 250 Hand 14:23| 23 Dan dat de Heilige Geest van stad tot stad 251 Hand 14:28| kudde, over dewelke u de Heilige Geest tot opzieners gesteld 252 Hand 15:11| hebbende, zeide: Dit zegt de Heilige Geest: Den man, wiens deze 253 Hand 15:28| gebracht, en heeft deze heilige plaats ontheiligd. ~ 254 Hand 22:25| namelijk: Wel heeft de Heilige Geest gesproken door Jesaja, 255 Rom 1:2 | door Zijn profeten, in de heilige Schriften) ~ 256 Rom 2:22 | gruwel hebt, berooft gij het heilige? ~ 257 Rom 12:1 | lichamen stelt tot een levende, heilige en Gode welbehagelijke offerande, 258 1Kor 2:13| maar met woorden, die de Heilige Geest leert, geestelijke 259 1Kor 9:13| niet, dat degenen, die de heilige dingen bedienen, van het 260 1Kor 9:13| dingen bedienen, van het heilige eten? en die steeds bij 261 Efez 3:5 | is geopenbaard aan Zijn heilige apostelen en profeten, door 262 1The 5:23| En de God des vredes Zelf heilige u geheel en al; en uw geheel 263 1Tim 2:8 | alle plaatsen, opheffende heilige handen, zonder toorn en 264 2Tim 1:9 | gemaakt, en geroepen met een heilige roeping; niet naar onze 265 2Tim 3:15| dat gij van kinds af de heilige Schriften geweten hebt, 266 Heb 3:1 | 1 Hierom, heilige broeders, die der hemelse 267 Heb 3:7 | 7 Daarom, gelijk de Heilige Geest zegt: Heden, indien 268 Heb 9:2 | welke genaamd wordt het heilige; ~ 269 Heb 9:3 | tabernakel, genaamd het heilige der heiligen; ~ 270 Heb 9:8 | 8 Waarmede de Heilige Geest dit beduidde, dat 271 Heb 10:15 | 15 En de Heilige Geest getuigt het ons ook; ~ 272 1Pet 1:12| verkondigd hebben door den Heilige Geest, Die van den hemel 273 1Pet 3:5 | zichzelven eertijds ook de heilige vrouwen, die op God hoopten, 274 2Pet 1:18| toen wij met Hem op de heilige berg waren. ~ 275 2Pet 1:21| wil eens mensen, maar de heilige mensen Gods van den Heilige 276 2Pet 1:21| heilige mensen Gods van den Heilige Geest gedreven zijnde, hebben 277 2Pet 2:21| hebbende, weder afkeren van het heilige gebod, dat hun overgegeven 278 2Pet 3:2 | aan de woorden, die van de heilige profeten te voren gesproken 279 1Joh 2:20| hebt de zalving van den Heilige, en gij weet alle dingen. ~ 280 1Joh 5:7 | de Vader, het Woord en de Heilige Geest; en deze Drie zijn 281 Open 3:7 | Filadelfia is: Dit zegt de Heilige, de Waarachtige, Die den 282 Open 6:10| stem, zeggende: Hoelang, o heilige en waarachtige Heerser, 283 Open 11:2 | gegeven; en zij zullen de heilige stad vertreden twee en veertig 284 Open 14:10| met vuur en sulfer voor de heilige engelen en voor het Lam. ~ 285 Open 18:20| haar, gij hemel, en gij heilige apostelen, en gij profeten, 286 Open 21:2 | En ik, Johannes, zag de heilige stad, het nieuwe Jeruzalem, 287 Open 21:10| toonde mij de grote stad, het heilige Jeruzalem, nederdalende 288 Open 22:6 | en de Heere, de God der heilige profeten, heeft Zijn engel 289 Open 22:19| boek des levens, en uit de heilige stad, en uit hetgeen in


Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License