Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
heiligdommen 10
heiligdoms 64
heilige 289
heiligen 255
heiliger 1
heiligheden 27
heiligheid 98
Frequency    [«  »]
258 alleen
258 gingen
256 maand
255 heiligen
254 35
254 brengen
254 eer

Bijbel

IntraText - Concordances

heiligen

    Book Chapter: Verse
1 Exo 19:22 | den HEERE naderen, zich heiligen, dat de HEERE niet tegen 2 Exo 26:33 | en tussen het heilige der heiligen. ~ 3 Exo 26:34 | getuigenis, in het heilige der heiligen. ~ 4 Exo 28:3 | klederen maken, om hem te heiligen, dat hij Mij het priesterambt 5 Exo 28:41 | hun hand vullen, en hen heiligen, dat zij Mij het priesterambt 6 Exo 29:1 | hun doen zult, om hen te heiligen, dat zij Mij het priesterambt 7 Exo 29:27 | de borst des beweegoffers heiligen, en de schouder des hefoffers, 8 Exo 29:33 | te vullen, en om hen te heiligen; maar een vreemde zal ze 9 Exo 29:36 | zult het zalven, om het te heiligen. ~ 10 Exo 29:37 | het altaar, en zult het heiligen; alsdan zal dat altaar een 11 Exo 29:44 | zal de tent der samenkomst heiligen, mitsgaders het altaar; 12 Exo 29:44 | ook Aaron en zijn zonen heiligen, opdat zij Mij het priesterambt 13 Exo 30:29 | 29 Gij zult ze alzo heiligen, dat zij heiligheid der 14 Exo 30:30 | zalven, en gij zult hen heiligen, om Mij het priesterambt 15 Exo 40:9 | is; en gij zult dezelven heiligen, met al zijn gereedschap, 16 Exo 40:10 | en gij zult het altaar heiligen, en het altaar zal heiligheid 17 Exo 40:11 | deszelfs voet; en gij zult het heiligen. ~ 18 Exo 40:13 | zult hem zalven, en hem heiligen, dat hij Mij het priesterambt 19 Lev 8:11 | en zijn voet, om die te heiligen. ~ 20 Lev 8:12 | hij zalfde hem, om hem te heiligen. ~ 21 Lev 11:44 | uw God; daarom zult gij u heiligen, en heilig zijn, dewijl 22 Lev 16:4 | 4 Hij zal den heiligen linnen rok aandoen, en een 23 Lev 16:19 | hij zal dat reinigen en heiligen van de onreinigheden der 24 Lev 20:3 | heiligdom ontreinigen, en Mijn heiligen Naam ontheiligen zou. ~ 25 Lev 21:8 | 8 Daarom zult gij hem heiligen, omdat hij de spijze uws 26 Lev 22:2 | kinderen Israels, die zij Mij heiligen, afzonderen, opdat zij de 27 Lev 22:3 | kinderen Israels den HEERE heiligen, naderen zal, als zijn onreinigheid 28 Lev 22:32 | 32 En gij zult Mijn heiligen Naam niet ontheiligen, opdat 29 Lev 24:10 | zult dat vijftigste jaar heiligen, en vrijheid uitroepen in 30 Lev 26:26 | eerstgeboren wordt, dat zal niemand heiligen; hetzij een os, of klein 31 Num 6:11 | hoofd op dienzelfden dag heiligen. ~ 32 Num 27:14 | wateren voor hun ogen te heiligen. Dat zijn de wateren van 33 Deu 15:19 | zult gij den HEERE, uw God, heiligen; gij zult niet arbeiden 34 Deu 33:2 | aangekomen met tien duizenden der heiligen; tot Zijn rechterhand was 35 Deu 33:3 | bemint Hij de volken! Al zijn heiligen zijn in Uw hand; zij zullen 36 1Sa 6:20 | aangezicht van de HEERE, dezen heiligen God? En tot wien van ons 37 1Kon 6:16| aanspraakplaats, tot het heilige der heiligen. ~ 38 1Kon 7:50| huis, van het heilige der heiligen, en der deuren van het huis 39 1Kon 8:6 | huis, tot het heilige der heiligen, tot onder de vleugelen 40 1Kro 6:49| werk van het heilige der heiligen, en om over Israel verzoening 41 1Kro 16:35| de heidenen, dat wij Uw heiligen Naam loven, en dat wij ons 42 2Kro 2:4 | Gods, bouwen, om Hem te heiligen, om reukwerk der welriekende 43 2Kro 3:8 | huis van het heilige der heiligen, welks lengte, naar de breedte 44 2Kro 3:10| huis van het heilige der heiligen, twee cherubim van uittrekkend 45 2Kro 4:22| deuren, van het heilige der heiligen, en de deuren van het huis 46 2Kro 5:7 | huis, tot het heilige der heiligen, tot onder de vleugelen 47 2Kro 6:7 | huis, tot het heilige der heiligen, tot onder de vleugelen 48 2Kro 29:17| 17 Zij begonnen nu te heiligen op den eersten der eerste 49 2Kro 29:34| rechter van hart, om zich te heiligen, dan de priesteren. ~ 50 2Kro 30:17| was, om die den HEERE te heiligen. ~ 51 Neh 9:14 | 14 En Gij hebt Uw heiligen sabbat bekend gemaakt; en 52 Neh 10:31 | sabbat, of op een anderen heiligen dag van hen niet zouden 53 Neh 13:22 | wachten, om den sabbatdag te heiligen. Gedenk mijner ook in dezen, 54 Job 5:1 | antwoorde? En tot wien van de heiligen zult gij u keren? ~ 55 Job 6:10 | want ik heb de redenen des Heiligen niet verborgen gehouden. ~ 56 Job 15:15 | 15 Zie, op Zijn heiligen zou Hij niet vertrouwen, 57 Psa 16:3 | 3 Maar tot de heiligen, die op de aarde zijn, en 58 Psa 35:10 | Vreest den HEERE, gij Zijn heiligen! want die Hem vrezen, hebben 59 Psa 51:13 | Uw aangezicht, en neem Uw Heiligen Geest niet van mij. ~ 60 Psa 89:6 | getrouwheid in de gemeente der heiligen. ~ 61 Psa 89:8 | geducht in den raad der heiligen, en vreselijk boven allen, 62 Psa 103:1 | wat binnen in mij is, Zijn heiligen Naam. ~ 63 Psa 145:21 | en alle vlees zal Zijn heiligen Naam loven in der eeuwigheid 64 Spre 9:10| wijsheid, en de wetenschap der heiligen is verstand. ~ 65 Spre 30:3 | noch de wetenschap der heiligen gekend. ~ 66 Pred 8:10| kwamen, en uit de plaats des Heiligen gingen, die werden vergeten 67 Jes 5:19 | en komen den raadslag des Heiligen van Israel, dat wij het 68 Jes 5:24 | heirscharen, en de rede des Heiligen van Israel versmaden. ~ 69 Jes 8:13 | heirscharen, Dien zult gijlieden heiligen, en Hij zij uw vreze, en 70 Jes 27:13 | den HEERE aanbidden op den heiligen berg te Jeruzalem. ~ 71 Jes 29:23 | hen, zullen zij Mijn Naam heiligen; en zij zullen den Heilige 72 Jes 29:23 | zullen den Heilige Jakobs heiligen, en den God van Israel      73 Jes 52:10 | De HEERE heeft Zijn heiligen arm ontbloot voor de ogen 74 Jes 55:5 | uws Gods wil, en om des Heiligen Israels wil, want Hij heeft 75 Jes 56:5 | uws Gods wil, en om des Heiligen Israels wil, want Hij heeft 76 Jes 57:7 | Ik ook brengen tot Mijn heiligen berg, en Ik zal hen verheugen 77 Jes 58:13 | aardrijk erven, en Mijn heiligen berg erfelijk bezitten. ~ 78 Jes 59:13 | te doen uw lust op Mijn heiligen dag; en indien gij den sabbat 79 Jes 64:10 | geworden, en zij hebben Zijn Heiligen Geest smarten aangedaan; 80 Jes 64:11 | Waar is Hij, Die Zijn      Heiligen Geest in het midden van 81 Jes 66:25 | verderven op Mijn gansen      heiligen berg zegt de HEERE. ~  ~ 82 Jes 67:17 | 17      Die zichzelven heiligen, en zichzelven reinigen 83 Jes 67:20 | snelle lopers, naar Mijn      heiligen berg toe, naar Jeruzalem, 84 Jer 17:22 | maar gij zult den sabbatdag heiligen, gelijk als Ik uw vaderen 85 Jer 17:27 | horen, om den sabbatdag te heiligen, en om geen last te dragen 86 Jer 22:7 | Ik zal verdervers tegen u heiligen, elk met zijn gereedschap, 87 Eze 7:24 | doen ophouden, en die hen heiligen, zullen      ontheiligd 88 Eze 20:39 | ontheiligt niet meer Mijn      heiligen Naam, met uw giften en met 89 Eze 20:40 | 40      Want op Mijn heiligen berg, op den hogen berg 90 Eze 28:14 | gezet; gij waart op Gods heiligen berg; gij wandeldet in het 91 Eze 36:20 | waren, ontheiligden zij Mijn heiligen Naam, omdat men van hen 92 Eze 36:21 | verschoonde hen om Mijn heiligen Naam, dien het huis Israels 93 Eze 36:22 | huis Israels! maar om Mijn heiligen Naam, dien gijlieden ontheiligd 94 Eze 36:23 | Ik zal Mijn groten Naam heiligen, die onder de heidenen ontheiligd 95 Eze 38:23 | Mij groot maken, en Mij heiligen, en bekend worden voor de 96 Eze 39:7 | 7      En Ik zal Mijn heiligen Naam in het midden van Mijn 97 Eze 39:7 | bekend maken, en zal Mijn heiligen Naam niet meer laten ontheiligen; 98 Eze 39:25 | Ik zal ijveren over Mijn heiligen Naam; ~ 99 Eze 43:7 | huis Israels zullen Mijn heiligen Naam niet meer verontreinigen, 100 Eze 43:8 | en verontreinigden Mijn heiligen Naam met hun      gruwelen, 101 Eze 44:19 | opdat zij het volk niet heiligen met hun klederen. ~ 102 Eze 44:24 | en      Mijn sabbatten heiligen. ~ 103 Eze 45:3 | zijn met het heilige der heiligen. ~ 104 Eze 45:7 | deze en van gene zijde des heiligen hefoffers en der bezitting 105 Eze 46:20 | voorhof, om het volk te heiligen. ~ 106 Eze 48:21 | deze en van gene zijde des heiligen hefoffers, en van de bezitting 107 Dan 4:17 | begeerte is in het woord der heiligen; opdat de levenden bekennen, 108 Dan 7:18 | 18      Maar de heiligen der hoge plaatsen zullen 109 Dan 7:21 | hoorn krijg voerde tegen de heiligen, en dat hij die overmocht, ~ 110 Dan 7:22 | gericht gegeven werd aan de heiligen der hoge plaatsen, en dat 111 Dan 7:22 | bestemde tijd kwam, dat de heiligen het Rijk bezaten. ~ 112 Dan 7:25 | Allerhoogste, en het zal de heiligen der hoge plaatsen verstoren, 113 Dan 7:27 | gegeven worden den volke der heiligen der hoge plaatsen, welks 114 Dan 9:16 | van Uw stad Jeruzalem, Uw heiligen berg; want om onzer zonden 115 Dan 9:20 | HEEREN, mijns Gods, om des heiligen      bergs wil mijns Gods; ~ 116 Dan 11:30 | geven op de verlaters des heiligen verbonds. ~ 117 Dan 11:45 | de zeeen aan den berg des heiligen sieraads; en hij zal tot 118 Dan 12:7 | verstrooien de hand des heiligen volks, al deze dingen voleind 119 Hos 12:1 | nog met God, en was met de heiligen getrouw. ~ 120 Amos 2:7 | jonge dochter om Mijn      heiligen Naam te ontheiligen. ~ 121 Mic 3:5 | hun mond, tegen dien zo heiligen zij een      krijg. ~ 122 Zep 3:11 | meer verheffen om Mijns heiligen bergs wil. ~ 123 Zac 14:5 | mijn God, komen, en al de heiligen met U, o HEERE! ~ 124 Matt 1:18| zwanger bevonden uit den Heiligen Geest. ~ 125 Matt 1:20| ontvangen is, dat is uit den Heiligen Geest; ~ 126 Matt 2:34| dragen; Die zal u met den Heiligen Geest en met vuur dopen. ~ 127 Matt 12:32| worden; maar zo wie tegen den Heiligen Geest zal gesproken hebben, 128 Matt 27:52| geopend, en vele lichamen der heiligen, die ontslapen waren, werden 129 Matt 28:19| Vaders, en des Zoons, en des Heiligen Geestes; lerende hen onderhouden 130 Mark 3:29| gelasterd hebben tegen den Heiligen Geest, die heeft geen vergeving 131 Mark 12:36| David zelf heeft door den Heiligen Geest gezegd: De Heere heeft 132 Luk 1:15 | drinken, en hij zal met den Heiligen Geest vervuld worden, ook 133 Luk 1:41 | Elizabet werd vervuld met den Heiligen Geest; ~ 134 Luk 1:67 | vader, werd vervuld met den Heiligen Geest, en profeteerde, zeggende: ~ 135 Luk 2:26 | openbaring gedaan door den Heiligen Geest, dat hij den dood 136 Luk 3:16 | Deze zal u dopen met den Heiligen Geest en met vuur; ~ 137 Luk 4:1 | 1 En Jezus, vol des Heiligen Geestes, keerde wederom 138 Luk 11:13 | zal de hemelse Vader den Heiligen Geest geven dengenen, die 139 Luk 12:10 | worden; maar wie tegen den Heiligen Geest gelasterd zal hebben, 140 Joha 1:33| Deze is het, Die met den Heiligen Geest doopt. ~ 141 Joha 20:22| zeide tot hen: Ontvangt den Heiligen Geest. ~ 142 Hand 1:2 | opgenomen is, nadat Hij door den Heiligen Geest aan de apostelen, 143 Hand 1:5 | water, maar gij zult met den Heiligen Geest gedoopt worden, niet 144 Hand 1:8 | ontvangen de kracht des Heiligen Geestes, Die over u komen 145 Hand 2:4 | werden allen vervuld met den Heiligen Geest, en begonnen te spreken 146 Hand 2:33| zijnde, en de belofte des Heiligen Geestes, ontvangen hebbende 147 Hand 2:38| en gij zult de gave des Heiligen Geestes ontvangen. ~ 148 Hand 4:8 | vervuld zijnde met den Heiligen Geest, tot hen: Gij oversten 149 Hand 4:31| werden allen vervuld met den Heiligen Geest, en spraken het Woord 150 Hand 5:22| openbaring vermaand van een heiligen engel, dat hij u zou ontbieden 151 Hand 5:38| God gezalfd heeft met den Heiligen Geest en met kracht; Welke 152 Hand 5:45| ontzetten zich, dat de gave des Heiligen Geestes ook op de heidenen 153 Hand 5:47| zouden worden, welke den Heiligen Geest ontvangen hebben, 154 Hand 6:16| zult gedoopt worden met den Heiligen Geest. ~ 155 Hand 6:24| een goed man, en vol des Heiligen Geestes en des geloofs; 156 Hand 7:4 | uitgezonden zijnde van den Heiligen Geest, kwamen af tot Seleucie, 157 Hand 7:9 | genaamd is), vervuld met den Heiligen Geest, en de ogen op hem 158 Hand 7:52| met blijdschap en met den Heiligen Geest. ~  ~  ~  159 Hand 9:8 | gegeven, hun gevende den Heiligen Geest, gelijk als ook ons; ~ 160 Hand 9:28| 28 Want het heeft den Heiligen Geest en ons goed gedacht, 161 Hand 10:6 | hadden, werden zij van den Heiligen Geest verhinderd het Woord 162 Hand 13:2 | hij tot hen: Hebt gij den Heiligen Geest ontvangen, als gij 163 Hand 13:2 | niet gehoord, of er een Heiligen Geest is. ~ 164 Hand 20:10| en ik heb velen van de heiligen in de gevangenissen gesloten, 165 Rom 1:7 | geliefden Gods, en geroepen heiligen, genade zij u, en vrede 166 Rom 5:5 | harten uitgestort is door den Heiligen Geest, Die ons is gegeven. ~ 167 Rom 8:27 | dewijl Hij naar God voor de heiligen bidt. ~ 168 Rom 9:1 | getuigenis gevende door den Heiligen Geest), ~ 169 Rom 12:13 | mede tot de behoeften der heiligen. Tracht naar herbergzaamheid. ~ 170 Rom 14:17 | en blijdschap, door den Heiligen Geest. ~ 171 Rom 15:13 | hoop, door de kracht des Heiligen Geestes. ~ 172 Rom 15:16 | worde, geheiligd door den Heiligen Geest. ~ 173 Rom 15:25 | naar Jeruzalem, dienende de heiligen. ~ 174 Rom 15:26 | doen aan de armen onder de heiligen, die te Jeruzalem zijn. ~ 175 Rom 15:31 | Jeruzalem doe, aangenaam zij den heiligen; 176 Rom 16:2 | den Heere, gelijk het den heiligen betaamt, en haar bijstaat, 177 Rom 16:15 | zuster, en Olympas, en al de heiligen, die met henlieden zijn. ~ 178 Rom 16:16 | 16 Groet elkander met een heiligen kus. De Gemeenten van Christus 179 1Kor 1:2 | Christus Jezus, den geroepenen heiligen, met allen, die den Naam 180 1Kor 6:1 | onrechtvaardigen, en niet voor de heiligen? ~ 181 1Kor 6:2 | 2 Weet gij niet, dat de heiligen de wereld oordelen zullen? 182 1Kor 6:19| lichaam een tempel is van den Heiligen Geest, Die in u is, Dien 183 1Kor 12:3 | Heere te zijn, dan door den Heiligen Geest. ~ 184 1Kor 14:33| gelijk in al de Gemeenten der heiligen. ~ 185 1Kor 16:1 | verzameling, die voor de heiligen geschiedt, gelijk als ik 186 1Kor 16:15| en dat zij zichzelven den heiligen ten dienst hebben geschikt; ~ 187 1Kor 16:20| Groet elkander met een heiligen kus. ~ 188 2Kor 1:1 | te Korinthe is, met al de heiligen, die in geheel Achaje zijn: ~ 189 2Kor 6:6 | goedertierenheid, in den Heiligen Geest, in ongeveinsde liefde, ~ 190 2Kor 8:4 | dezer bediening, die voor de heiligen geschiedt. ~ 191 2Kor 9:1 | de bediening, die voor de heiligen geschiedt, is mij onnodig 192 2Kor 9:12| niet alleen het gebrek der heiligen, maar is ook overvloedig 193 2Kor 13:12| 12 Groet elkander met een heiligen kus. U groeten al de heiligen. ~ 194 2Kor 13:12| heiligen kus. U groeten al de heiligen. ~ 195 2Kor 13:13| God, en de gemeenschap des Heiligen Geestes, zij met u allen. 196 Efez 1:1 | den wil van God, aan de heiligen, die te Efeze zijn, en gelovigen 197 Efez 1:13| verzegeld geworden met den Heiligen Geest der belofte; ~ 198 Efez 1:15| en de liefde tot al de heiligen, ~ 199 Efez 1:18| heerlijkheid van Zijn erfenis in de heiligen; ~ 200 Efez 2:19| bijwoners, maar medeburgers der heiligen, en huisgenoten Gods; ~ 201 Efez 2:21| samengevoegd zijnde, opwast tot een heiligen tempel in den Heere; ~ 202 Efez 3:8 | den allerminste van al de heiligen, is deze genade gegeven, 203 Efez 3:18| kondet begrijpen met al de heiligen, welke de breedte, en lengte, 204 Efez 4:12| 12 Tot de volmaking der heiligen, tot het werk der bediening, 205 Efez 4:30| 30 En bedroeft den Heiligen Geest Gods niet, door Welken 206 Efez 5:3 | worden, gelijkerwijs het den heiligen betaamt, ~ 207 Efez 5:26| 26 Opdat Hij haar heiligen zou, haar gereinigd hebbende 208 Efez 6:18| gedurigheid en smeking voor al de heiligen; ~ 209 Fili 1:1 | van Jezus Christus, al den heiligen in Christus Jezus, die te 210 Fili 4:21| 21 Groet alle heiligen in Christus Jezus; U groeten 211 Fili 4:22| 22 Al de heiligen groeten u, en meest die 212 Kol 1:2 | 2 Den heiligen en gelovige broederen in 213 Kol 1:4 | liefde, die gij hebt tot alle heiligen. ~ 214 Kol 1:12 | te hebben in de erve der heiligen in het licht; ~ 215 Kol 1:26 | geopenbaard is aan Zijn heiligen; ~ 216 Kol 3:12 | als uitverkorenen Gods, heiligen en beminden, de innerlijke 217 1The 1:5 | ook in kracht, en in den Heiligen Geest, en in vele verzekerdheid; 218 1The 1:6 | verdrukking, met blijdschap des Heiligen Geestes; ~ 219 1The 3:13| Jezus Christus met al Zijn heiligen. ~  ~ 220 1The 4:8 | maar God, Die ook Zijn Heiligen Geest in ons heeft gegeven. ~ 221 1The 5:26| Groet al de broeders met een heiligen kus. ~ 222 1The 5:27| dat deze zendbrief al den heiligen broederen gelezen worde. ~ 223 2The 1:10| verheerlijkt te worden in Zijn heiligen, en wonderbaar te worden 224 1Tim 5:10| heeft geherbergd, zo zij der heiligen voeten heeft gewassen, zo 225 2Tim 1:14| toebetrouwd is, door den Heiligen Geest, Die in ons woont. ~ 226 Tit 2:3 | dracht zijn, gelijk den heiligen betaamt, dat zij geen lasteraarsters 227 Tit 3:5 | wedergeboorte en vernieuwing des Heiligen Geestes; ~ 228 File 1:5 | Heere Jezus, en jegens al de heiligen; ~ 229 File 1:7 | liefde, dat de ingewanden der heiligen verkwikt zijn geworden door 230 Heb 2:4 | krachten en bedelingen des Heiligen Geestes, naar Zijn wil. ~ 231 Heb 2:10 | zaligheid door lijden zou heiligen. ~ 232 Heb 6:4 | gesmaakt hebben, en des Heiligen Geestes deelachtig geworden 233 Heb 6:10 | bewezen hebt, als die de heiligen gediend hebt en nog dient. ~ 234 Heb 9:3 | genaamd het heilige der heiligen; ~ 235 Heb 9:9 | dienst pleegde, niet konden heiligen naar het geweten; ~ 236 Heb 10:1 | geduriglijk opofferen, nimmermeer heiligen degenen, die daar toegaan. ~ 237 Heb 13:12 | eigen bloed het volk zou heiligen, buiten de poort geleden. ~ 238 Heb 13:24 | uw voorgangeren, en al de heiligen. U groeten die van Italie 239 2Pet 3:11| hoedanigen behoort gij te zijn in heiligen wandel en godzaligheid! ~ 240 Jud 1:3 | geloof, dat eenmaal den heiligen overgeleverd is. ~ 241 Jud 1:14 | met Zijn vele duizenden heiligen; ~ 242 Jud 1:20 | geloof, biddende in den Heiligen Geest; ~ 243 Open 5:8 | welke zijn de gebeden der heiligen. ~ 244 Open 8:3 | het met de gebeden aller heiligen zou leggen op het gouden 245 Open 8:4 | reukwerks, met de gebeden der heiligen, ging op van de hand des 246 Open 11:18| dienstknechten, den profeten, en den heiligen, en dengenen, die Uw Naam 247 Open 13:7 | werd macht gegeven, om den heiligen krijg aan te doen, en om 248 Open 13:10| lijdzaamheid en het geloof der heiligen. ~ 249 Open 14:12| Hier is de lijdzaamheid der heiligen; hier zijn zij, die de geboden 250 Open 15:3 | Uw wegen, Gij Koning der heiligen! ~ 251 Open 16:6 | Dewijl zij het bloed der heiligen, en der profeten vergoten 252 Open 17:6 | dronken was van het bloed der heiligen, en van het bloed der getuigen 253 Open 18:24| bloed der profeten en der heiligen, en al dergenen, die gedood 254 Open 19:8 | rechtvaardigmakingen der heiligen. ~ 255 Open 20:9 | omringden de legerplaats der heiligen, en de geliefde stad; en


Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License