1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4500 | 4501-5000 | 5001-5500 | 5501-6000 | 6001-6500 | 6501-7000 | 7001-7500 | 7501-8000 | 8001-8500 | 8501-9000 | 9001-9500 | 9501-10000 | 10001-10500 | 10501-10527
Book Chapter: Verse
10001 1Tim 5:23 | water alleen, maar gebruik een weinig wijn, om uw maag
10002 1Tim 6:3 | 3 Indien iemand een andere leer leert, en niet
10003 1Tim 6:5 | krakelingen van mensen, die een verdorven verstand hebben,
10004 1Tim 6:5 | menende, dat de godzaligheid een gewin zij. Wijk af van dezulken. ~
10005 1Tim 6:6 | Doch de godzaligheid is een groot gewin met vergenoeging. ~
10006 1Tim 6:10 | Want de geldgierigheid is een wortel van alle kwaad, tot
10007 1Tim 6:16 | onsterfelijkheid heeft, en een ontoegankelijk licht bewoont;
10008 1Tim 6:19 | Leggende zichzelven weg tot een schat een goed fondament
10009 1Tim 6:19 | zichzelven weg tot een schat een goed fondament tegen het
10010 1Tim 6:20 | het pand u toebetrouwd, een afkeer hebbende van het
10011 2Tim 1:1 | 1 Paulus, een apostel van Jezus Christus,
10012 2Tim 1:3 | mijn voorouderen aan in een rein geweten, gelijk ik
10013 2Tim 1:7 | God heeft ons niet gegeven een geest der vreesachtigheid,
10014 2Tim 1:9 | gemaakt, en geroepen met een heilige roeping; niet naar
10015 2Tim 1:11 | 11 Waartoe ik gesteld ben een prediker, en een apostel,
10016 2Tim 1:11 | gesteld ben een prediker, en een apostel, en een leraar der
10017 2Tim 1:11 | prediker, en een apostel, en een leraar der heidenen; ~
10018 2Tim 2:3 | lijd verdrukkingen, als een goed krijgsknecht van Jezus
10019 2Tim 2:9 | lijde tot de banden toe, als een kwaaddoener; maar het Woord
10020 2Tim 2:11 | 11 Dit is een getrouw woord; want indien
10021 2Tim 2:15 | beproefd voor te stellen, een arbeider, die niet beschaamd
10022 2Tim 2:19 | die de Zijnen zijn; en: Een iegelijk, die den Naam van
10023 2Tim 2:20 | 20 Doch in een groot huis zijn niet alleen
10024 2Tim 2:21 | van deze reinigt, die zal een vat zijn ter ere, geheiligd
10025 2Tim 2:22 | den Heere aanroepen uit een rein hart. ~
10026 2Tim 2:24 | 24 En een dienstknecht des Heeren
10027 2Tim 3:5 | 5 Hebbende een gedaante van godzaligheid,
10028 2Tim 3:5 | verloochend hebben. Heb ook een afkeer van dezen. ~
10029 2Tim 4:3 | 3 Want er zal een tijd zijn, wanneer zij de
10030 2Tim 4:5 | verdrukkingen; doe het werk van een evangelist, maak, dat men
10031 2Tim 4:6 | 6 Want ik word nu tot een drankoffer geofferd, en
10032 2Tim 5:1 | 1 Paulus, een dienstknecht Gods, en een
10033 2Tim 5:1 | een dienstknecht Gods, en een apostel van Jezus Christus,
10034 2Tim 5:7 | 7 Want een opziener moet onberispelijk
10035 2Tim 5:7 | onberispelijk zijn, als een huisverzorger Gods, niet
10036 2Tim 5:12 | 12 Een uit hen, zijnde hun eigen
10037 Tit 1:1 | 1 Paulus, een dienstknecht Gods, en een
10038 Tit 1:1 | een dienstknecht Gods, en een apostel van Jezus Christus,
10039 Tit 1:7 | 7 Want een opziener moet onberispelijk
10040 Tit 1:7 | onberispelijk zijn, als een huisverzorger Gods, niet
10041 Tit 1:12 | 12 Een uit hen, zijnde hun eigen
10042 Tit 2:7 | Betoon uzelven in alles een voorbeeld van goede werken,
10043 Tit 2:14 | ongerechtigheid, en Zichzelven een eigen volk zou reinigen,
10044 Tit 3:8 | 8 Dit is een getrouw woord, en deze dingen
10045 Tit 3:10 | 10 Verwerp een kettersen mens na de eerste
10046 File 1:1 | 1 Paulus, een gevangene van Christus Jezus,
10047 File 1:9 | liefde, daar ik zodanig een ben, te weten Paulus, een
10048 File 1:9 | een ben, te weten Paulus, een oud man, en nu ook een gevangene
10049 File 1:9 | een oud man, en nu ook een gevangene van Jezus Christus. ~
10050 File 1:15 | veellicht is hij daarom voor een kleinen tijd van u gescheiden
10051 File 1:16 | 16 Nu voortaan niet als een dienstknecht, maar meer
10052 File 1:16 | dienstknecht, maar meer dan een dienstknecht, namelijk een
10053 File 1:16 | een dienstknecht, namelijk een geliefden broeder, inzonderheid
10054 File 1:17 | Indien gij mij dan houdt voor een metgezel, zo neem hem aan,
10055 File 1:22 | bereid mij ook tegelijk een herberg; want ik hoop, dat
10056 Heb 1:2 | Welken Hij gesteld heeft tot een Erfgenaam van alles, door
10057 Heb 1:5 | wederom: Ik zal Hem tot een Vader zijn, en Hij zal Mij
10058 Heb 1:5 | zijn, en Hij zal Mij tot een Zoon zijn? ~
10059 Heb 1:7 | geesten, en Zijn dienaars een vlam des vuurs. ~
10060 Heb 1:8 | schepter Uws koninkrijks is een rechte schepter. ~
10061 Heb 1:11 | en zij zullen alle als een kleed verouden; ~
10062 Heb 1:12 | 12 En als een dekkleed zult Gij ze ineenrollen,
10063 Heb 1:13 | vijanden zal gezet hebben tot een voetbank Uwer voeten? ~
10064 Heb 2:7 | 7 Gij hebt hem een weinig minder gemaakt dan
10065 Heb 2:9 | heerlijkheid en eer gekroond, Die een weinig minder dan de engelen
10066 Heb 2:11 | geheiligd worden, zijn allen uit een; om welke oorzaak Hij Zich
10067 Heb 2:17 | gelijk worden, opdat Hij een barmhartig en een getrouw
10068 Heb 2:17 | opdat Hij een barmhartig en een getrouw Hogepriester zou
10069 Heb 3:4 | 4 Want een ieder huis wordt van iemand
10070 Heb 3:5 | in geheel zijn huis, als een dienaar, tot getuiging der
10071 Heb 3:12 | tijd in iemand van u zij een boos, ongelovig hart, om
10072 Heb 4:7 | 7 Zo bepaalt Hij wederom een zekeren dag, namelijk heden,
10073 Heb 4:8 | daarna niet gesproken van een anderen dag. ~
10074 Heb 4:9 | 9 Er blijft dan een rust over voor het volk
10075 Heb 4:12 | samenvoegselen, en des mergs, en is een oordeler der gedachten en
10076 Heb 4:14 | 14 Dewijl wij dan een groten Hogepriester hebben,
10077 Heb 5:6 | 6 Gelijk Hij ook in een andere plaats zegt: Gij
10078 Heb 5:9 | die Hem gehoorzaam zijn, een oorzaak der eeuwige zaligheid
10079 Heb 5:10 | 10 En is van God genaamd een Hogepriester, naar de ordening
10080 Heb 5:13 | 13 Want een iegelijk, die der melk deelachtig
10081 Heb 5:13 | gerechtigheid; want hij is een kind. ~
10082 Heb 6:11 | 11 Maar wij begeren, dat een iegelijk van u dezelfde
10083 Heb 6:16 | bevestiging is denzelven een einde van alle tegenspreken; ~
10084 Heb 6:17 | onveranderlijkheid van Zijn raad, met een eed daartussen is gekomen; ~
10085 Heb 6:18 | onmogelijk is dat God liege, een sterke vertroosting zouden
10086 Heb 6:19 | 19 Welke wij hebben als een anker der ziel, hetwelk
10087 Heb 6:20 | ordening van Melchizedek, een Hogepriester geworden zijnde
10088 Heb 7:1 | Melchizedek was koning van Salem, een priester des Allerhoogsten
10089 Heb 7:2 | gerechtigheid, en daarna ook was een koning van Salem, hetwelk
10090 Heb 7:2 | koning van Salem, hetwelk is een koning des vredes; ~
10091 Heb 7:3 | geworden zijnde, blijft hij een priester in eeuwigheid. ~
10092 Heb 7:11 | wat nood was het nog, dat een ander priester naar de ordening
10093 Heb 7:13 | gezegd worden, behoort tot een anderen stam, van welken
10094 Heb 7:15 | gelijkenis van Melchizedek een ander priester opstaat: ~
10095 Heb 7:19 | maar de aanleiding van een betere hoop, door welke
10096 Heb 7:22 | 22 Van een zoveel beter verbond is
10097 Heb 7:24 | eeuwigheid blijft, heeft een onvergankelijk Priesterschap. ~
10098 Heb 7:26 | 26 Want zodanig een Hogepriester betaamde ons,
10099 Heb 8:2 | 2 Een Bedienaar des heiligdoms,
10100 Heb 8:3 | 3 Want een iegelijk hogepriester wordt
10101 Heb 8:8 | en over het huis van Juda een nieuw verbond oprichten; ~
10102 Heb 8:10 | inschrijven; en Ik zal hun tot een God zijn, en zij zullen
10103 Heb 8:10 | zijn, en zij zullen Mij tot een volk zijn. ~
10104 Heb 8:11 | En zij zullen niet leren, een iegelijk zijn naaste, en
10105 Heb 8:11 | iegelijk zijn naaste, en een iegelijk zijn broeder, zeggende:
10106 Heb 8:13 | 13 Als Hij zegt: Een nieuw verbond, zo heeft
10107 Heb 9:4 | 4 Hebbende een gouden wierookvat, en de
10108 Heb 9:9 | 9 Welke was een afbeelding voor dien tegenwoordigen
10109 Heb 9:12 | ingegaan in het heiligdom, een eeuwige verlossing teweeggebracht
10110 Heb 9:16 | 16 Want waar een testament is, daar is het
10111 Heb 9:17 | 17 Want een testament is vast in de
10112 Heb 9:24 | handen gemaakt is, hetwelk is een tegenbeeld van het ware,
10113 Heb 10:1 | 1 Want de wet, hebbende een schaduw der toekomende goederen,
10114 Heb 10:11 | 11 En een iegelijk priester stond
10115 Heb 10:12 | 12 Maar Deze, een slachtoffer voor de zonden
10116 Heb 10:13 | vijanden gesteld worden tot een voetbank Zijner voeten. ~
10117 Heb 10:14 | 14 Want met een offerande heeft Hij in eeuwigheid
10118 Heb 10:20 | 20 Op een versen en levenden weg,
10119 Heb 10:21 | 21 En dewijl wij hebben een groten Priester over het
10120 Heb 10:22 | Zo laat ons toegaan met een waarachtig hart, in volle
10121 Heb 10:27 | 27 Maar een schrikkelijke verwachting
10122 Heb 10:33 | smaadheden en verdrukkingen een schouwspel geworden zijt;
10123 Heb 10:34 | dat gij hebt in uzelven een beter en blijvend goed in
10124 Heb 10:35 | vrijmoedigheid niet weg, welke een grote vergelding des loons
10125 Heb 10:37 | 37 Want: Nog een zeer weinig tijds en Hij,
10126 Heb 11:1 | 1 Het geloof nu is een vaste grond der dingen,
10127 Heb 11:1 | dingen, die men hoopt, en een bewijs der zaken, die men
10128 Heb 11:4 | Door het geloof heeft Abel een meerdere offerande Gode
10129 Heb 11:6 | geloven, dat Hij is, en een Beloner is dergenen, die
10130 Heb 11:7 | veroordeeld, en is geworden een erfgenaam der rechtvaardigheid,
10131 Heb 11:8 | naar de plaats, die hij tot een erfdeel ontvangen zou; en
10132 Heb 11:9 | 9 Door het geloof is hij een inwoner geweest in het land
10133 Heb 11:9 | land der belofte, als in een vreemd land, en heeft in
10134 Heb 11:12 | 12 Daarom zijn ook van een, en dat een verstorvene,
10135 Heb 11:12 | zijn ook van een, en dat een verstorvene, zovelen in
10136 Heb 11:14 | betonen klaarlijk, dat zij een vaderland zoeken. ~
10137 Heb 11:16 | nu zijn zij begerig naar een beter, dat is, naar het
10138 Heb 11:16 | worden; want Hij had hun een stad bereid. ~
10139 Heb 11:21 | heeft Jakob, stervende, een iegelijk der zonen van Jozef
10140 Heb 11:24 | geworden zijnde, geweigerd een zoon van Farao's dochter
10141 Heb 11:25 | gehandeld te worden, dan voor een tijd de genieting der zonde
10142 Heb 11:35 | niet aannemende, opdat zij een betere opstanding verkrijgen
10143 Heb 12:1 | dan ook, alzo wij zo groot een wolk der getuigen rondom
10144 Heb 12:3 | aanmerkt Dezen, Die zodanig een tegenspreken van de zondaren
10145 Heb 12:6 | kastijdt Hij, en Hij geselt een iegelijken zoon, die Hij
10146 Heb 12:10 | genen hebben ons wel voor een korten tijd, naar dat het
10147 Heb 12:11 | daarna geeft zij van zich een vreedzame vrucht der gerechtigheid
10148 Heb 12:16 | 16 Dat niet iemand zij een hoereerder, of een onheilige,
10149 Heb 12:16 | iemand zij een hoereerder, of een onheilige, gelijk Ezau,
10150 Heb 12:16 | onheilige, gelijk Ezau, die om een spijze het recht van zijn
10151 Heb 12:20 | geboden werd: Indien ook een gedierte den berg aanraakt,
10152 Heb 12:20 | het zal gestenigd of met een pijl doorschoten worden. ~
10153 Heb 12:28 | 28 Daarom, alzo wij een onbewegelijk Koninkrijk
10154 Heb 12:29 | 29 Want onze God is een verterend vuur. ~ ~ ~
10155 Heb 13:6 | zeggen: De Heere is mij een Helper, en ik zal niet vrezen,
10156 Heb 13:6 | zal niet vrezen, wat mij een mens zal doen. ~
10157 Heb 13:10 | 10 Wij hebben een altaar, van hetwelk geen
10158 Heb 13:15 | Hem altijd Gode opofferen een offerande des lofs, dat
10159 Heb 13:16 | zodanige offeranden heeft God een welbehagen. ~
10160 Heb 13:18 | wij vertrouwen, dat wij een goed geweten hebben, als
10161 Jako 1:1 | 1 Jakobus, een dienstknecht van God en
10162 Jako 1:4 | Doch de lijdzaamheid hebbe een volmaakt werk, opdat gij
10163 Jako 1:5 | hij ze van God begere, Die een iegelijk mildelijk geeft,
10164 Jako 1:6 | twijfelende; want die twijfelt, is een baar der zee gelijk, die
10165 Jako 1:8 | 8 Een dubbelhartig man is ongestadig
10166 Jako 1:10 | vernedering; want hij zal als een bloem van het gras voorbijgaan. ~
10167 Jako 1:14 | 14 Maar een iegelijk wordt verzocht,
10168 Jako 1:19 | mijn geliefde broeders, een iegelijk mens zij ras om
10169 Jako 1:23 | 23 Want zo iemand een hoorder is des Woords, en
10170 Jako 1:23 | hoorder is des Woords, en niet een dader, die is een man gelijk,
10171 Jako 1:23 | en niet een dader, die is een man gelijk, welke zijn aangeboren
10172 Jako 1:23 | aangeboren aangezicht bemerkt in een spiegel; ~
10173 Jako 1:25 | hoorder geworden zijnde, maar een dader des werks, deze, zeg
10174 Jako 2:2 | zo in uw vergadering kwam een man met een gouden ring
10175 Jako 2:2 | vergadering kwam een man met een gouden ring aan den vinger,
10176 Jako 2:2 | ring aan den vinger, in een sierlijke kleding, en er
10177 Jako 2:2 | kleding, en er kwam ook een arm man in met een slechte
10178 Jako 2:2 | kwam ook een arm man in met een slechte kleding; ~
10179 Jako 2:3 | zeggen: Zit gij hier op een eerlijke plaats; en zoudt
10180 Jako 2:4 | gij dan niet in uzelven een onderscheid gemaakt, en
10181 Jako 2:10 | gehele wet zal houden, en in een zal struikelen, die is schuldig
10182 Jako 2:11 | zult doden, zo zijt gij een overtreder der wet geworden. ~
10183 Jako 2:13 | 13 Want een onbarmhartig oordeel zal
10184 Jako 2:15 | 15 Indien er nu een broeder of zuster naakt
10185 Jako 2:19 | 19 Gij gelooft, dat God een enig God is; gij doet wel;
10186 Jako 2:23 | rechtvaardigheid gerekend, en hij is een vriend van God genaamd geweest. ~
10187 Jako 2:24 | 24 Ziet gij dan nu, dat een mens uit de werken gerechtvaardigd
10188 Jako 2:25 | heeft ontvangen, en door een anderen weg uitgelaten? ~
10189 Jako 3:2 | woorden niet struikelt, die is een volmaakt man, machtig om
10190 Jako 3:4 | zij worden omgewend van een zeer klein roer, waarhenen
10191 Jako 3:5 | 5 Alzo is ook de tong een klein lid, en roemt nochtans
10192 Jako 3:5 | nochtans grote dingen. Ziet, een klein vuur, hoe groten hoop
10193 Jako 3:6 | 6 De tong is ook een vuur, een wereld der ongerechtigheid;
10194 Jako 3:6 | De tong is ook een vuur, een wereld der ongerechtigheid;
10195 Jako 3:8 | geen mens temmen; zij is een onbedwingelijk kwaad, vol
10196 Jako 3:11 | 11 Welt ook een fontein uit een zelfde ader
10197 Jako 3:11 | Welt ook een fontein uit een zelfde ader het zoet en
10198 Jako 3:12 | Kan ook, mijn broeders, een vijgeboom olijven voortbrengen,
10199 Jako 3:12 | olijven voortbrengen, of een wijnstok vijgen? Alzo kan
10200 Jako 4:4 | de vriendschap der wereld een vijandschap Gods is? Zo
10201 Jako 4:4 | vijandschap Gods is? Zo wie dan een vriend der wereld wil zijn,
10202 Jako 4:4 | wereld wil zijn, die wordt een vijand van God gesteld. ~
10203 Jako 4:11 | geen dader der wet, maar een rechter. ~
10204 Jako 4:12 | 12 Er is een enig Wetgever, Die behouden
10205 Jako 4:12 | Doch wie zijt gij, die een anderen oordeelt? ~
10206 Jako 4:13 | heden of morgen naar zulk een stad reizen, en aldaar een
10207 Jako 4:13 | een stad reizen, en aldaar een jaar doorbrengen, en koopmanschap
10208 Jako 4:14 | is uw leven? Want het is een damp, die voor een weinig
10209 Jako 4:14 | het is een damp, die voor een weinig tijds gezien wordt,
10210 Jako 5:3 | hun roest zal u zijn tot een getuigenis, en zal uw vlees
10211 Jako 5:3 | getuigenis, en zal uw vlees als een vuur verteren; gij hebt
10212 Jako 5:5 | uw harten gevoed als in een dag der slachting. ~
10213 Jako 5:10 | Mijn broeders, neemt tot een voorbeeld des lijdens, en
10214 Jako 5:11 | Heere zeer barmhartig is en een Ontfermer. ~
10215 Jako 5:16 | opdat gij gezond wordt; een krachtig gebed des rechtvaardigen
10216 Jako 5:17 | 17 Elias was een mens van gelijke bewegingen
10217 Jako 5:17 | bewegingen als wij; en hij bad een gebed, dat het niet zou
10218 Jako 5:20 | Die wete, dat degene, die een zondaar van de dwaling zijns
10219 Jako 5:20 | dwaling zijns wegs bekeert, een ziel van den dood zal behouden,
10220 1Pet 1:1 | 1 Petrus, een apostel van Jezus Christus,
10221 1Pet 1:3 | heeft wedergeboren, tot een levende hoop, door de opstanding
10222 1Pet 1:4 | 4 Tot een onverderfelijke, en onbevlekkelijke,
10223 1Pet 1:6 | welke gij u verheugt, nu een weinig tijds (zo het nodig
10224 1Pet 1:8 | gelovende, u verheugt met een onuitsprekelijke en heerlijke
10225 1Pet 1:17 | 17 En indien gij tot een Vader aanroept Dengene,
10226 1Pet 1:19 | bloed van Christus, als van een onbestraffelijk en onbevlekt
10227 1Pet 1:22 | elkander vuriglijk lief uit een rein hart; ~
10228 1Pet 1:24 | heerlijkheid des mensen is als een bloem van het gras. Het
10229 1Pet 2:4 | Welken komende, als tot een levenden Steen, van de mensen
10230 1Pet 2:5 | levende stenen, gebouwd tot een geestelijk huis, tot een
10231 1Pet 2:5 | een geestelijk huis, tot een heilig priesterdom, om geestelijke
10232 1Pet 2:6 | Schrift: Ziet, Ik leg in Sion een uitersten Hoeksteen, Die
10233 1Pet 2:7 | hebben, Deze is geworden tot een hoofd des hoeks, en een
10234 1Pet 2:7 | een hoofd des hoeks, en een steen des aanstoots, en
10235 1Pet 2:7 | steen des aanstoots, en een rots der ergernis; ~
10236 1Pet 2:9 | 9 Maar gij zijt een uitverkoren geslacht, een
10237 1Pet 2:9 | een uitverkoren geslacht, een koninklijk priesterdom,
10238 1Pet 2:9 | koninklijk priesterdom, een heilig volk, een verkregen
10239 1Pet 2:9 | priesterdom, een heilig volk, een verkregen volk; opdat gij
10240 1Pet 2:16 | de vrijheid hebbende als een deksel der boosheid, maar
10241 1Pet 2:17 | 17 Eert een iegelijk; hebt de broederschap
10242 1Pet 2:21 | voor ons geleden heeft, ons een voorbeeld nalatende, opdat
10243 1Pet 3:4 | onverderfelijk versiersel van een zachtmoedigen en stillen
10244 1Pet 3:15 | bereid tot verantwoording aan een iegelijk, die u rekenschap
10245 1Pet 3:16 | 16 En hebt een goed geweten, opdat in hetgeen
10246 1Pet 3:21 | nu ook behoudt, niet die een aflegging is der vuiligheid
10247 1Pet 3:21 | vuiligheid des lichaams, maar die een vraag is van een goed geweten
10248 1Pet 3:21 | maar die een vraag is van een goed geweten tot God, door
10249 1Pet 4:10 | 10 Een iegelijk, gelijk hij gave
10250 1Pet 4:15 | niemand van u lijde als een doodslager, of dief, of
10251 1Pet 4:15 | of kwaaddoener, of als een, die zich met eens anders
10252 1Pet 4:16 | indien iemand lijdt als een Christen, die schame zich
10253 1Pet 5:1 | u zijn, vermaan ik, die een medeouderling, en getuige
10254 1Pet 5:2 | om vuil gewin, maar met een volvaardig gemoed; ~
10255 1Pet 5:8 | de duivel, gaat om als een briesende leeuw, zoekende,
10256 1Pet 5:10 | Christus Jezus, nadat wij een weinig tijds zullen geleden
10257 1Pet 5:12 | 12 Door Silvanus, die u een getrouw broeder is, zo ik
10258 1Pet 5:14 | 14 Groet elkander met een kus der liefde. Vrede zij
10259 2Pet 1:1 | 1 Simeon Petrus, een dienstknecht en apostel
10260 2Pet 1:17 | heerlijkheid ontvangen, als zodanig een stem van de hoogwaardige
10261 2Pet 1:19 | daarop acht hebt, als op een licht, schijnende in een
10262 2Pet 1:19 | een licht, schijnende in een duistere plaats, totdat
10263 2Pet 2:1 | heeft, verloochenende, en een haastig verderf over zichzelven
10264 2Pet 2:3 | gemaakte woorden, van u een koopmanschap maken; over
10265 2Pet 2:6 | veroordeeld heeft, en tot een voorbeeld gezet dengenen,
10266 2Pet 2:17 | waterloze fonteinen, wolken van een draaiwind gedreven, denwelken
10267 2Pet 2:19 | is, dien is hij ook tot een dienstknecht gemaakt. ~
10268 2Pet 2:22 | is overkomen, hetgeen met een waar spreekwoord gezegd
10269 2Pet 3:7 | door hetzelfde woord als een schat weggelegd, en worden
10270 2Pet 3:8 | onbekend, geliefden, dat een dag bij den Heere is als
10271 2Pet 3:8 | jaren, en duizend jaren als een dag. ~
10272 2Pet 3:10 | des Heeren zal komen als een dief in den nacht, in welken
10273 2Pet 3:10 | in welken de hemelen met een gedruis zullen voorbijgaan,
10274 2Pet 3:13 | belofte, nieuwe hemelen en een nieuwe aarde, in dewelke
10275 1Joh 1:5 | wij u verkondigen, dat God een Licht is, en gans geen duisternis
10276 1Joh 1:10 | hebben, zo maken wij Hem tot een leugenaar, en Zijn woord
10277 1Joh 2:1 | gezondigd heeft, wij hebben een Voorspraak bij den Vader,
10278 1Joh 2:2 | 2 En Hij is een verzoening voor onze zonden;
10279 1Joh 2:4 | geboden niet bewaart, die is een leugenaar, en in dien is
10280 1Joh 2:7 | u geen nieuw gebod, maar een oud gebod, dat gij van den
10281 1Joh 2:8 | 8 Wederom schrijf ik u een nieuw gebod: hetgeen waarachtig
10282 1Joh 2:23 | 23 Een iegelijk, die den Zoon loochent,
10283 1Joh 2:29 | rechtvaardig is, zo weet gij, dat een iegelijk, die de rechtvaardigheid
10284 1Joh 3:3 | 3 En een iegelijk, die deze hoop
10285 1Joh 3:4 | 4 Een iegelijk, die de zonde doet,
10286 1Joh 3:6 | 6 Een iegelijk, die in Hem blijft,
10287 1Joh 3:6 | blijft, die zondigt niet; een iegelijk, die zondigt, die
10288 1Joh 3:9 | 9 Een iegelijk, die uit God geboren
10289 1Joh 3:10 | kinderen des duivels openbaar. Een iegelijk, die de rechtvaardigheid
10290 1Joh 3:15 | 15 Een iegelijk, die zijn broeder
10291 1Joh 3:15 | die zijn broeder haat, is een doodslager; en gij weet,
10292 1Joh 3:23 | liefhebben, gelijk Hij ons een gebod gegeven heeft. ~
10293 1Joh 4:1 | Geliefden, gelooft niet een iegelijken geest, maar beproeft
10294 1Joh 4:7 | de liefde is uit God; en een iegelijk, die liefheeft,
10295 1Joh 4:10 | Zoon gezonden heeft tot een verzoening voor onze zonden. ~
10296 1Joh 4:14 | Zoon gezonden heeft tot een Zaligmaker der wereld. ~
10297 1Joh 4:20 | haat zijn broeder, die is een leugenaar; want die zijn
10298 1Joh 5:1 | 1 Een iegelijk, die gelooft, dat
10299 1Joh 5:1 | die is uit God geboren; en een iegelijk, die liefheeft
10300 1Joh 5:7 | Geest; en deze Drie zijn Een. ~
10301 1Joh 5:8 | bloed; en die drie zijn tot een. ~
10302 1Joh 5:10 | niet gelooft, heeft Hem tot een leugenaar gemaakt, dewijl
10303 1Joh 5:16 | zijn broeder ziet zondigen een zonde niet tot den dood,
10304 1Joh 5:16 | niet tot den dood. Er is een zonde tot den dood; voor
10305 1Joh 5:18 | 18 Wij weten, dat een iegelijk, die uit God geboren
10306 2Joh 1:4 | waarheid wandelen, gelijk wij een gebod ontvangen hebben van
10307 2Joh 1:5 | niet als u schrijvende een nieuw gebod, maar hetgeen
10308 2Joh 1:8 | wij gearbeid hebben, maar een vol loon mogen ontvangen. ~
10309 2Joh 1:9 | 9 Een iegelijk, die overtreedt,
10310 Jud 1:1 | 1 Judas, een dienstknecht van Jezus Christus,
10311 Jud 1:7 | vlees zijn nagegaan, tot een voorbeeld voorgesteld zijn,
10312 Open 1:10 | en ik hoorde achter mij een grote stem, als van een
10313 Open 1:10 | een grote stem, als van een bazuin, ~
10314 Open 1:11 | gij ziet, schrijf dat in een boek, en zend het aan de
10315 Open 1:13 | van de zeven kandelaren Een, den Zoon des mensen gelijk
10316 Open 1:13 | gelijk zijnde, bekleed met een lang kleed tot de voeten,
10317 Open 1:13 | omgord aan de borsten met een gouden gordel; ~
10318 Open 1:14 | sneeuw; en Zijn ogen gelijk een vlam vuurs; ~
10319 Open 1:15 | gelijk, en gloeiden als in een oven; en Zijn stem als een
10320 Open 1:15 | een oven; en Zijn stem als een stem van vele wateren. ~
10321 Open 1:16 | rechterhand; en uit Zijn mond ging een tweesnijdend scherp zwaard;
10322 Open 2:9 | zijn het niet, maar zijn een synagoge des satans. ~
10323 Open 2:10 | verzocht wordt; en gij zult een verdrukking hebben van tien
10324 Open 2:14 | leerde den kinderen Israels een aanstoot voor te werpen,
10325 Open 2:17 | is, en Ik zal hem geven een witten keursteen, en op
10326 Open 2:17 | keursteen, en op den keursteen een nieuwen naam geschreven,
10327 Open 2:18 | Die Zijn ogen heeft als een vlam vuurs, en Zijn voeten
10328 Open 2:20 | Jezabel, die zichzelve zegt een profetes te zijn, laat leren,
10329 Open 2:23 | En Ik zal ulieden geven een iegelijk naar uw werken. ~
10330 Open 2:27 | En hij zal ze hoeden met een ijzeren staf; zij zullen
10331 Open 3:3 | zal Ik over u komen als een dief, en gij zult niet weten,
10332 Open 3:8 | weet uw werken; zie, Ik heb een geopende deur voor u gegeven,
10333 Open 3:12 | overwint, Ik zal hem maken tot een pilaar in den tempel Mijns
10334 Open 4:1 | Na dezen zag ik, en ziet, een deur was geopend in den
10335 Open 4:1 | ik gehoord had, als van een bazuin, met mij sprekende,
10336 Open 4:2 | den geest; en ziet, er was een troon gezet in den hemel,
10337 Open 4:2 | in den hemel, en er zat Een op den troon. ~
10338 Open 4:3 | Jaspis en Sardius gelijk; en een regenboog was rondom den
10339 Open 4:6 | 6 En voor den troon was een glazen zee, kristal gelijk.
10340 Open 4:7 | 7 En het eerste dier was een leeuw gelijk, en het tweede
10341 Open 4:7 | gelijk, en het tweede dier een kalf gelijk, en het derde
10342 Open 4:7 | dier had het aangezicht als een mens, en het vierde dier
10343 Open 4:7 | en het vierde dier was een vliegenden arend gelijk. ~
10344 Open 5:1 | Desgenen, Die op den troon zat, een boek, geschreven van binnen
10345 Open 5:2 | 2 En ik zag een sterken engel, uitroepende
10346 Open 5:2 | sterken engel, uitroepende met een grote stem: Wie is waardig
10347 Open 5:5 | 5 En een van de ouderlingen zeide
10348 Open 5:6 | midden van de ouderlingen, een Lam, staande als geslacht,
10349 Open 5:9 | 9 En zij zongen een nieuw lied, zeggende: Gij
10350 Open 5:11 | En ik zag, en ik hoorde een stem veler engelen rondom
10351 Open 5:12 | 12 Zeggende met een grote stem: Het Lam, Dat
10352 Open 6:1 | En ik zag, toen het Lam een van de zegelen geopend had,
10353 Open 6:1 | geopend had, en ik hoorde een uit de vier dieren zeggen,
10354 Open 6:1 | vier dieren zeggen, als een stem van een donderslag:
10355 Open 6:1 | zeggen, als een stem van een donderslag: Kom en zie! ~
10356 Open 6:2 | 2 En ik zag, en ziet, een wit paard, en Die daarop
10357 Open 6:2 | en Die daarop zat, had een boog; en Hem is een kroon
10358 Open 6:2 | had een boog; en Hem is een kroon gegeven, en Hij ging
10359 Open 6:4 | 4 En een ander paard ging uit, dat
10360 Open 6:4 | zouden doden; en hem werd een groot zwaard gegeven. ~
10361 Open 6:5 | zie! En ik zag, en ziet, een zwart paard, en die daarop
10362 Open 6:5 | en die daarop zat, had een weegschaal in zijn hand. ~
10363 Open 6:6 | 6 En ik hoorde een stem in het midden van de
10364 Open 6:6 | vier dieren, die zeide: Een maatje tarwe voor een penning,
10365 Open 6:6 | zeide: Een maatje tarwe voor een penning, en drie maatjes
10366 Open 6:6 | drie maatjes gerst voor een penning; en beschadig de
10367 Open 6:7 | zegel geopend had, hoorde ik een stem van het vierde dier,
10368 Open 6:8 | 8 En ik zag, en ziet, een vaal paard, en die daarop
10369 Open 6:11 | 11 En aan een iegelijk werden lange witte
10370 Open 6:11 | werd gezegd, dat zij nog een kleinen tijd rusten zouden,
10371 Open 6:12 | geopend had, en ziet, er werd een grote aardbeving; en de
10372 Open 6:12 | en de zon werd zwart als een haren zak, en de maan werd
10373 Open 6:13 | vielen op de aarde, gelijk een vijgeboom zijn onrijpe vijgen
10374 Open 6:13 | vijgen afwerpt, als hij van een groten wind geschud wordt. ~
10375 Open 6:14 | hemel is weggeweken, als een boek, dat toegerold wordt;
10376 Open 7:2 | 2 En ik zag een anderen engel opkomen van
10377 Open 7:2 | levenden Gods; en hij riep met een grote stem tot de vier engelen,
10378 Open 7:9 | Na dezen zag ik, en ziet, een grote schare, die niemand
10379 Open 7:13 | 13 En een uit de ouderlingen antwoordde,
10380 Open 7:17 | zal hen weiden, en zal hun een Leidsman zijn tot levende
10381 Open 8:1 | zegel geopend had, werd er een stilzwijgen in den hemel,
10382 Open 8:1 | in den hemel, omtrent van een half uur. ~
10383 Open 8:3 | 3 En er kwam een andere engel, en stond aan
10384 Open 8:3 | aan het altaar, hebbende een gouden wierookvat; en hem
10385 Open 8:8 | gebazuind, en er werd iets als een grote berg, van vuur brandende,
10386 Open 8:10 | heeft gebazuind, en er is een grote ster, brandende als
10387 Open 8:10 | grote ster, brandende als een fakkel, gevallen uit den
10388 Open 8:13 | En ik zag, en ik hoorde een engel vliegen in het midden
10389 Open 9:1 | heeft gebazuind, en ik zag een ster, gevallen uit den hemel
10390 Open 9:5 | was als de pijniging van een schorpioen, wanneer hij
10391 Open 9:5 | schorpioen, wanneer hij een mens gestoken heeft. ~
10392 Open 9:9 | hunner vleugelen was als een gedruis der wagens, wanneer
10393 Open 9:11 | zij hadden over zich tot een koning den engel des afgronds;
10394 Open 9:13 | gebazuind, en ik hoorde een stem uit de vier hoornen
10395 Open 10:1 | 1 En ik zag een anderen sterken engel, afkomende
10396 Open 10:1 | hemel, die bekleed was met een wolk; en een regenboog was
10397 Open 10:1 | bekleed was met een wolk; en een regenboog was boven zijn
10398 Open 10:2 | En hij had in zijn hand een boeksken, dat geopend was;
10399 Open 10:3 | 3 En hij riep met een grote stem, gelijkerwijs
10400 Open 10:3 | grote stem, gelijkerwijs een leeuw brult; en als hij
10401 Open 10:4 | geschreven hebben; en ik hoorde een stem uit den hemel, die
10402 Open 11:1 | 1 En mij werd een rietstok gegeven, een meetroede
10403 Open 11:1 | werd een rietstok gegeven, een meetroede gelijk; en de
10404 Open 11:5 | iemand die wil beschadigen, een vuur zal uit hun mond uitgaan,
10405 Open 11:9 | lichamen zien drie dagen en een halven, en zullen niet toelaten,
10406 Open 11:11 | En na die drie dagen en een halven, is een geest des
10407 Open 11:11 | dagen en een halven, is een geest des levens uit God
10408 Open 11:12 | 12 En zij hoorden een grote stem uit den hemel,
10409 Open 11:13 | diezelfde ure geschiedde een grote aardbeving, en het
10410 Open 12:1 | 1 En er werd een groot teken gezien in den
10411 Open 12:1 | gezien in den hemel; namelijk een vrouw, bekleed met de zon;
10412 Open 12:1 | voeten, en op haar hoofd een kroon van twaalf sterren; ~
10413 Open 12:3 | 3 En er werd een ander teken gezien in den
10414 Open 12:3 | den hemel; en ziet, er was een grote rode draak, hebbende
10415 Open 12:5 | 5 En zij baarde een mannelijken zoon, die al
10416 Open 12:5 | heidenen zou hoeden met een ijzeren roede; en haar kind
10417 Open 12:6 | de woestijn, alwaar zij een plaats had, haar van God
10418 Open 12:10 | 10 En ik hoorde een grote stem, zeggende in
10419 Open 12:12 | toorn, wetende, dat hij een kleinen tijd heeft. ~
10420 Open 12:14 | alwaar zij gevoed wordt een tijd, en tijden, en een
10421 Open 12:14 | een tijd, en tijden, en een halven tijd, buiten het
10422 Open 12:15 | achter de vrouw water als een rivier, opdat hij haar door
10423 Open 13:1 | 1 En ik zag uit de zee een beest opkomen, hebbende
10424 Open 13:1 | en op zijn hoofden was een naam van gods lastering. ~
10425 Open 13:2 | het beest dat ik zag, was een pardel gelijk, en zijn voeten
10426 Open 13:3 | 3 En ik zag een van zijn hoofden als tot
10427 Open 13:5 | 5 En hetzelve werd een mond gegeven, om grote dingen
10428 Open 13:11 | 11 En ik zag een ander beest uit de aarde
10429 Open 13:14 | zwaards had, en weder leefde, een beeld zouden maken. ~
10430 Open 13:15 | het beeld van het beest een geest te geven, opdat het
10431 Open 13:16 | vrijen en dienstknechten, een merkteken geve aan hun rechterhand
10432 Open 13:18 | van het beest; want het is een getal eens mensen, en zijn
10433 Open 14:2 | 2 En ik hoorde een stem uit den hemel, als
10434 Open 14:2 | stem uit den hemel, als een stem veler wateren, en als
10435 Open 14:2 | stem veler wateren, en als een stem van een groten donderslag.
10436 Open 14:2 | wateren, en als een stem van een groten donderslag. En ik
10437 Open 14:2 | donderslag. En ik hoorde een stem van citerspelers, spelende
10438 Open 14:3 | 3 En zij zongen als een nieuw gezang voor den troon,
10439 Open 14:6 | 6 En ik zag een anderen engel, vliegende
10440 Open 14:7 | 7 Zeggende met een grote stem: Vreest God,
10441 Open 14:8 | 8 En er is een andere engel gevolgd, zeggende:
10442 Open 14:9 | 9 En een derde engel is hen gevolgd,
10443 Open 14:9 | hen gevolgd, zeggende met een grote stem: Indien iemand
10444 Open 14:13 | 13 En ik hoorde een stem uit den hemel, die
10445 Open 14:14 | 14 En ik zag, en ziet, een witte wolk, en op de wolk
10446 Open 14:14 | wolk, en op de wolk was Een gezeten, des mensen Zoon
10447 Open 14:14 | hebbende op Zijn hoofd een gouden kroon; en in Zijn
10448 Open 14:14 | gouden kroon; en in Zijn hand een scherpe sikkel. ~
10449 Open 14:15 | 15 En een andere engel kwam uit den
10450 Open 14:15 | den tempel, roepende met een grote stem tot Dengene,
10451 Open 14:17 | 17 En een andere engel kwam uit den
10452 Open 14:17 | hemel is, hebbende ook zelf een scherpe sikkel. ~
10453 Open 14:18 | 18 En een andere engel kwam uit van
10454 Open 14:18 | het vuur; en hij riep met een groot geroep, tot dengene,
10455 Open 15:1 | 1En ik zag een ander groot en wonderlijk
10456 Open 15:2 | 2En ik zag als een glazen zee, met vuur gemengd;
10457 Open 15:7 | 7En een van de vier dieren gaf den
10458 Open 16:1 | 1 En ik hoorde een grote stem uit den tempel,
10459 Open 16:2 | op de aarde; en er werd een kwaad en boos gezweer aan
10460 Open 16:3 | en zij werd bloed als van een dode; en alle levende ziel
10461 Open 16:7 | 7 En ik hoorde een anderen van het altaar zeggen:
10462 Open 16:15 | 15 Zie, Ik kom als een dief. Zalig is hij, die
10463 Open 16:17 | in de lucht; en er kwam een grote stem uit den tempel
10464 Open 16:18 | bliksemen; en er geschiedde een grote aardbeving, hoedanige
10465 Open 16:18 | aarde geweest zijn, namelijk een zodanige aardbeving en zo
10466 Open 16:21 | 21 En een grote hagel, elk als een
10467 Open 16:21 | een grote hagel, elk als een talent pond zwaar, viel
10468 Open 17:1 | 1 En een uit de zeven engelen, die
10469 Open 17:3 | En hij bracht mij weg in een woestijn, in den geest,
10470 Open 17:3 | in den geest, en ik zag een vrouw, zittende op een scharlaken
10471 Open 17:3 | zag een vrouw, zittende op een scharlaken rood beest, dat
10472 Open 17:4 | paarlen, en had in hare hand een gouden drinkbeker, vol van
10473 Open 17:5 | En op haar voorhoofd was een naam geschreven, namelijk
10474 Open 17:10 | vijf zijn gevallen, en de een is, en de ander is nog niet
10475 Open 17:10 | zal gekomen zijn, moet hij een weinig tijds blijven. ~
10476 Open 17:12 | koningen macht ontvangen op een ure met het beest. ~
10477 Open 17:14 | overwinnen (want Het is een Heere der heren, en een
10478 Open 17:14 | een Heere der heren, en een Koning der koningen), en
10479 Open 18:1 | 1 En na dezen zag ik een anderen engel afkomen uit
10480 Open 18:2 | hij riep krachtelijk met een grote stem, zeggende: Zij
10481 Open 18:2 | Babylon, en is geworden een woonstede der duivelen,
10482 Open 18:2 | woonstede der duivelen, en een bewaarplaats van alle onreine
10483 Open 18:2 | alle onreine geesten, en een bewaarplaats van alle onrein
10484 Open 18:4 | 4 En ik hoorde een andere stem uit den hemel,
10485 Open 18:7 | in haar hart: Ik zit als een koningin, en ben geen weduwe,
10486 Open 18:8 | Daarom zullen haar plagen op een dag komen, namelijk dood,
10487 Open 18:10 | stad, want uw oordeel is in een ure gekomen. ~
10488 Open 18:16 | en met paarlen; want in een ure is zo grote rijkdom
10489 Open 18:19 | geworden zijn; want zij is in een ure verwoest geworden. ~
10490 Open 18:21 | 21 En een sterke engel hief een steen
10491 Open 18:21 | En een sterke engel hief een steen op als een groten
10492 Open 18:21 | engel hief een steen op als een groten molensteen, en wierp
10493 Open 19:1 | En na dezen hoorde ik als een grote stem ener grote schare
10494 Open 19:5 | 5 En een stem kwam uit den troon,
10495 Open 19:6 | 6 En ik hoorde als een stem ener grote schare,
10496 Open 19:6 | ener grote schare, en als een stem veler wateren, en als
10497 Open 19:6 | stem veler wateren, en als een stem van sterke donderslagen,
10498 Open 19:11 | hemel geopend; en ziet, een wit paard, en Die op hetzelve
10499 Open 19:12 | 12 En Zijn ogen waren als een vlam vuurs, en op Zijn hoofd
10500 Open 19:12 | koninklijke hoeden; en Hij had een naam geschreven, die niemand
1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4500 | 4501-5000 | 5001-5500 | 5501-6000 | 6001-6500 | 6501-7000 | 7001-7500 | 7501-8000 | 8001-8500 | 8501-9000 | 9001-9500 | 9501-10000 | 10001-10500 | 10501-10527 |