Book Chapter: Verse
1 Gen 23:25 | gezegd: Ook is er stro en veel voeders bij ons, ook plaats
2 Gen 24:16 | Trek van ons; want gij zijt veel machtiger geworden, dan
3 Gen 30:9 | Maar Ezau zeide: Ik heb veel, mijn broeder! het zij het
4 Gen 33:7 | 7 Want hun have was te veel, om samen te wonen; en het
5 Gen 37:49 | 49 Alzo bracht Jozef zeer veel koren bijeen, als het zand
6 Exo 1:9 | der kinderen Israels is veel, ja, machtiger dan wij. ~
7 Exo 5:5 | des lands is alreeds te veel; en zoudt gijlieden hen
8 Exo 12:38 | 38 En veel vermengd volk trok ook met
9 Exo 12:38 | schapen, en runderen, gans veel vee. ~
10 Exo 16:17 | en verzamelden, de een veel en de ander weinig. ~
11 Exo 16:18 | gomer maten, zo had hij, die veel verzameld had, niets over,
12 Exo 17:4 | volk doen? Er feilt niet veel aan, of zij zullen mij stenigen. ~
13 Exo 36:5 | zeggende: Het volk brengt te veel, meer dan genoeg is ten
14 Num 13:18 | zwak, of het weinig zij of veel; ~
15 Num 16:3 | zeiden tot hen: Het is te veel voor u, want deze ganse
16 Num 16:7 | zal heilig zijn. Het is te veel voor u, gij, kinderen van
17 Num 20:11 | met zijn staf; en er kwam veel waters uit, zodat de vergadering
18 Num 21:6 | beten het volk; en er stierf veel volks van Israel. ~
19 Num 22:3 | dezes volks, want het was veel; en Moab was beangstigd
20 Num 26:54 | 54 Aan degenen, die veel zijn, zult gij hun erfenis
21 Num 31:54 | HEEREN. ~ ~dden machtig veel; en zij bezagen het land
22 Num 32:54 | geslachten; dengenen, die veel zijn, zult gij hun erfenis
23 Deu 3:19 | uw vee (ik weet, dat gij veel vee hebt), zij zullen blijven
24 Deu 14:24 | dan nog de weg voor u te veel zal zijn, dat gij zulks
25 Deu 28:38 | 38 Gij zult veel zaads op den akker uitbrengen,
26 Deu 31:27 | geweest tegen den HEERE; hoe veel te meer na mijn dood! ~
27 Joz 11:4 | hun heirlegers met hen; veel volks, als het zand, dat
28 Joz 13:1 | welbedaagd, en er is zeer veel lands overgebleven, om dat
29 Joz 23:8 | weder tot uw tenten met veel rijkdom, en met zeer veel
30 Joz 23:8 | veel rijkdom, en met zeer veel vee, met zilver, en met
31 Joz 23:8 | en met ijzer, en met zeer veel klederen; deelt den roof
32 Ric 6:2 | Gideon: Des volks is te veel, dat met u is, dan dat Ik
33 Ric 6:4 | Gideon: Nog is des volks te veel; doe hen afgaan naar het
34 Ric 10:25 | 25 Nu voorts, zijt gij veel beter dan Balak, de zoon
35 Rut 1:13 | dochters! Want het is mij veel bitterder dan u; maar de
36 1Sa 2:3 | 3 Maakt het niet te veel, dat gij hoog, hoog zoudt
37 1Sa 14:30 | 30 Hoe veel meer, indien het volk heden
38 1Sa 20:41 | elkander, totdat het David gans veel maakte. ~
39 2Sa 8:8 | nam de koning David zeer veel kopers uit Betach, en uit
40 2Sa 12:2 | 2 De rijke had zeer veel schapen en runderen. ~
41 2Sa 13:34 | zag toe, en ziet, er kwam veel volks van den weg achter
42 2Sa 19:34 | zeide tot den koning: Hoe veel zullen de dagen der jaren
43 1Kon 4:29| Salomo wijsheid en zeer veel verstand, en een wijd begrip
44 1Kon 10:2 | dragende specerijen, en zeer veel gouds, en kostelijk gesteente;
45 1Kon 10:10| talenten gouds, en zeer veel specerijen, en kostelijk
46 1Kon 10:11| brachten uit Ofir zeer veel almuggimhout en kostelijk
47 1Kon 11:1 | En de koning Salomo had veel vreemde vrouwen lief, en
48 1Kon 12:28| tot hen: Het is ulieden te veel om op te gaan naar Jeruzalem;
49 1Kon 19:7 | eet, want de weg zou te veel voor u zijn. ~
50 2Kon 10:18| weinig gediend; Jehu zal hem veel dienen. ~
51 2Kon 12:10| geschiedde nu, als zij zagen, dat veel gelds in de kist was, dat
52 2Kon 13:10| geschiedde nu, als zij zagen, dat veel gelds in de kist was, dat
53 2Kon 23:6 | duivelskunstenaren; hij deed zeer veel kwaads in de ogen des HEEREN,
54 2Kon 23:16| vergoot Manasse ook zeer veel onschuldig bloed, totdat
55 1Kro 4:27| zijn broeders hadden niet veel kinderen; en hun ganse huisgezin
56 1Kro 5:9 | Frath af; want hun vee was veel geworden in het land van
57 1Kro 18:8 | 8 Ook nam David zeer veel kopers uit Tibchath, en
58 1Kro 19:8 | 8 Ook nam David zeer veel kopers uit Tibchath, en
59 1Kro 21:2 | hoofdgezet, en hij voerde zeer veel roofs uit de stad. ~
60 1Kro 23:8 | huis bouwen, dewijl gij veel bloeds op de aarde voor
61 1Kro 29:3 | een krijgsman, en gij hebt veel bloeds vergoten. ~
62 2Kro 15:13| leger; en zij droegen zeer veel roofs daarvan. ~
63 2Kro 15:14| beroofden al de steden, omdat veel roofs in dezelve was. ~
64 2Kro 17:8 | een groot heir met zeer veel wagenen en ruiteren? Toen
65 2Kro 18:13| 13 En hij had veel werks in de steden van Juda,
66 2Kro 21:25| drie dagen, want dies was veel. ~
67 2Kro 24:11| en als zij zagen, dat er veel gelds was, dat de schrijver
68 2Kro 25:13| drie duizend, en roofden veel roofs. ~
69 2Kro 26:10| putten uit, overmits hij veel vee had, beide in de laagten
70 2Kro 27:3 | des HEEREN; hij bouwde ook veel aan den muur van Ofel. ~
71 2Kro 28:8 | dochteren, en plunderden ook veel roofs van hen; en zij brachten
72 2Kro 30:13| Jeruzalem verzamelde zich veel volks, om het feest der
73 2Kro 32:4 | 4 Want veel volks werd vergaderd, dat
74 2Kro 32:4 | koningen van Assyrie komen, en veel waters vinden? ~
75 2Kro 32:27| 27 Jehizkia nu had zeer veel rijkdom en eer; en hij maakte
76 2Kro 33:6 | duivelskunstenaren; en hij deed zeer veel kwaads in de ogen des HEEREN,
77 2Kro 37:14| der overtredingen zeer veel, naar alle gruwelen der
78 Ezra 10:13| 13 Maar des volks is veel, en het is een tijd van
79 Neh 4:10 | vervallen, en des stofs is veel, zodat wij aan den muur
80 Neh 5:18 | dagen van allen wijn zeer veel; nog heb ik bij dezen het
81 Est 1:7 | het andere vat; en er was veel koninklijke wijn, naar des
82 Job 1:3 | was zijn dienstvolk zeer veel; zodat deze man groter was
83 Job 31:25 | omdat mijn hand geweldig veel verkregen had; ~
84 Job 34:23 | Hij legt den mens niet te veel op, dat hij tegen God in
85 Job 37:21 | geboren, en uw dagen zijn veel in getal. ~
86 Job 39:22 | 22 Zal hij aan u veel smekingen maken? Zal hij
87 Psa 19:11 | begeerlijker dan goud, ja, dan veel fijn goud; en zoeter dan
88 Psa 32:10 | 10 De goddeloze heeft veel smarten, maar die op den
89 Psa 36:18 | gemeente; onder machtig veel volks zal ik U prijzen. ~
90 Psa 45:3 | 3 Gij zijt veel schoner dan de mensenkinderen;
91 Psa 56:3 | te slokken; want ik heb veel bestrijders, o Allerhoogste! ~
92 Psa 71:20 | 20 Gij, Die mij veel benauwdheden en kwaden hebt
93 Psa 78:49 | uitzending der boden van veel kwaads. ~
94 Psa 97:1 | aarde verheuge zich; dat veel eilanden zich verblijden. ~
95 Psa 123:3 | wij zijn der verachting veel te zat. ~
96 Psa 123:4 | 4Onze ziel is veel te zat des spots der weelderigen,
97 Psa 130:7 | goedertierenheid, en bij Hem is veel verlossing. ~
98 Psa 135:10 | 10 Die veel volken sloeg, en machtige
99 Psa 139:17 | Uw gedachten! hoe machtig veel zijn haar sommen! ~
100 Psa 140:3 | 3 Die veel kwaads in het hart denken,
101 Psa 147:5 | Onze Heere is groot en van veel kracht; Zijns verstands
102 Spre 7:26| 26 Want zij heeft veel gewonden nedergeveld, en
103 Spre 13:7 | zichzelven arm maakt, en heeft veel goed. ~
104 Spre 14:4 | den os is der inkomsten veel. ~
105 Spre 19:4 | 4 Het goed brengt veel vrienden toe; maar de arme
106 Spre 19:21| In het hart des mans zijn veel gedachten; maar de raad
107 Spre 25:27| 27 Veel honigs te eten is niet goed;
108 Spre 28:27| zijn ogen verbergt, zal veel vervloekt worden. ~
109 Spre 29:16| worden, wordt de overtreding veel; maar de rechtvaardigen
110 Pred 1:16| zijn; en mijn hart heeft veel wijsheid en wetenschap
111 Pred 1:18| 18 Want in veel wijsheid is veel verdriet;
112 Pred 1:18| Want in veel wijsheid is veel verdriet; en die wetenschap
113 Pred 5:2 | gelijk de droom komt door veel bezigheid, alzo de stem
114 Pred 5:6 | ijdelheden zijn, alzo in veel woorden; maar vrees gij
115 Pred 5:11| zoet, hij hebbe weinig of veel gegeten; maar de zatheid
116 Pred 5:16| gegeten heeft; en dat hij veel verdriets gehad heeft, ook
117 Pred 5:19| 19 Want hij zal niet veel gedenken aan de dagen zijns
118 Pred 6:1 | onder de zon, en het is veel onder de mensen: ~
119 Pred 6:3 | zodat de dagen zijner jaren veel waren, doch zijn ziel niet
120 Pred 6:11| 11 Voorwaar, er zijn veel dingen, die de ijdelheid
121 Pred 7:29| gemaakt heeft, maar zij hebben veel vonden gezocht. ~
122 Pred 8:6 | dewijl het kwaad des mensen veel is over hem. ~
123 Pred 9:18| een enig zondaar verderft veel goeds. ~ ~
124 Pred 10:14| De dwaas maakt wel veel woorden; maar de mens weet
125 Pred 11:8 | Maar indien de mens veel jaren heeft, en verblijdt
126 Pred 11:8 | duisternis, want die zullen veel zijn; en al wat zal gekomen
127 Pred 12:12| maken is geen einde, en veel lezens is vermoeiing des
128 Jes 23:16 | vergeten hoer! speel wel, zing veel liederen, opdat uwer gedacht
129 Jes 30:33 | van zijn brandstapel is veel; de adem des HEEREN
130 Jes 42:20 | 20 Gij ziet wel veel dingen, maar gij bewaart
131 Jes 57:12 | zijn als deze, ja, groter, veel treffelijker. ~ ~
132 Jer 2:22 | met salpeter, en naamt u veel zeep, zo is toch uw ongerechtigheid
133 Jer 2:36 | 36 Wat reist gij veel uit, veranderende uw weg?
134 Jer 3:1 | worden? Gij nu hebt met veel boeleerders gehoereerd,
135 Jer 5:6 | afkeringen zijn machtig veel geworden. ~
136 Jer 12:10 | 10 Veel herders hebben Mijn wijngaard
137 Jer 16:16 | Ziet, Ik zal zenden tot veel vissers, spreekt de HEERE,
138 Jer 16:16 | daarna zal Ik zenden tot veel jagers, die zullen hen jagen,
139 Jer 22:8 | 8 Dan zullen veel heidenen voorbij deze stad
140 Jer 28:8 | geweest zijn, die hebben tegen veel landen en tegen grote koninkrijken
141 Jer 30:14 | omdat uw zonden machtig veel zijn. ~
142 Jer 30:15 | omdat uw zonden machtig veel zijn, heb Ik u deze dingen
143 Jer 35:7 | wonen al uw dagen; opdat gij veel dagen leeft in het land,
144 Jer 36:32 | en tot dezelve werden nog veel dergelijke woorden toegedaan. ~ ~ ~ ~ ~
145 Jer 37:16 | gekomen was, en Jeremia aldaar veel dagen gezeten had; ~
146 Jer 40:12 | en zij verzamelden zeer veel wijns en zomervruchten. ~
147 Jer 46:16 | maakte der struikelenden veel; ja, de een viel op den
148 Eze 17:9 | een groten arm, noch door veel volks, om dien van zijn
149 Eze 17:15 | opdat men hem paarden en veel volks bestellen zou; zal
150 Eze 18:12 | den nooddruftige, rooft veel roofs, geeft het pand niet
151 Eze 23:32 | spot worden; de beker houdt veel in. ~
152 Eze 24:10 | 10 Draag veel houts toe, steek het vuur
153 Eze 26:7 | krijgs vergaderingen, en veel volks. ~
154 Eze 44:6 | de Heere HEERE: Het is te veel voor ulieden, vanwege al
155 Eze 45:9 | de Heere HEERE: Het is te veel voor u, gij vorsten Israels!
156 Eze 47:7 | den oever der beek zeer veel geboomte, van deze en van
157 Eze 47:9 | leven zal, en daar zal zeer veel vis zijn, omdat deze wateren
158 Dan 7:5 | hetzelve: Sta op, eet veel vlees. ~
159 Amos 4:4 | Gilgal; maakt des overtredens veel, en brengt uw offers des
160 Jona 4:11| niet verschonen? waarin veel meer dan honderd en twintig
161 Jona 4:11| linkerhand; daartoe veel vee? ~
162 Matt 2:18| gehoord, geklag, geween en veel gekerm; Rachel beweende
163 Matt 6:26| gaat gij dezelve niet zeer veel te boven? ~
164 Matt 6:30| bekleedt, zal Hij u niet veel meer kleden, gij kleingelovigen? ~
165 Matt 9:14| vasten wij en de Farizeen veel, en Uw discipelen vasten
166 Matt 10:6 | 6 Maar gaat veel meer heen tot de verloren
167 Matt 10:28| kunnen doden; maar vreest veel meer Hem, Die beide ziel
168 Matt 11:9 | profeet? Ja, Ik zeg u, ook veel meer dan een profeet. ~
169 Matt 12:12| 12 Hoe veel gaat nu een mens een schaap
170 Matt 13:5 | plaatsen, waar het niet veel aarde had; en het ging terstond
171 Matt 16:21| heengaan naar Jeruzalem, en veel lijden van de ouderlingen,
172 Matt 25:21| gij getrouw geweest; over veel zal ik u zetten; ga in,
173 Matt 25:23| gij getrouw geweest; over veel zal ik u zetten; ga in,
174 Matt 27:19| Rechtvaardige; want ik heb heden veel geleden in den droom om
175 Matt 27:24| hij niet vorderde, maar veel meer dat er oproer werd,
176 Matt 28:12| gaven zij den krijgsknechten veel gelds, ~
177 Mark 4:2 | 2 En Hij leerde hun veel dingen door gelijkenissen,
178 Mark 4:5 | steenachtige, waar het niet veel aarde had; en het ging terstond
179 Mark 5:26| 26 En veel geleden had van vele medicijnmeesters,
180 Mark 8:31| dat de Zoon des mensen veel moest lijden, en verworpen
181 Mark 9:12| Zoon des mensen, dat Hij veel lijden zal en veracht worden. ~
182 Mark 12:41| en vele rijken wierpen veel daarin. ~
183 Luk 1:65 | gebergte van Judea werd veel gesproken van al deze dingen. ~
184 Luk 7:26 | profeet? Ja, Ik zeg u, ook veel meer dan een profeet. ~
185 Luk 7:47 | vele waren; want zij heeft veel liefgehad; maar dien weinig
186 Luk 9:22 | De Zoon des mensen moet veel lijden, en verworpen worden
187 Luk 10:20 | onderworpen zijn; maar verblijdt u veel meer, dat uw namen geschreven
188 Luk 10:40 | Martha was zeer bezig met veel dienens, en daarbij komende,
189 Luk 12:48 | worden. En een iegelijk, wien veel gegeven is, van dien zal
190 Luk 12:48 | gegeven is, van dien zal veel geeist worden; en wien men
191 Luk 12:48 | geeist worden; en wien men veel vertrouwd heeft, van dien
192 Luk 17:25 | 25 Maar eerst moet Hij veel lijden, en verworpen worden
193 Luk 23:8 | geweest Hem te zien, omdat hij veel van Hem hoorde; en hoopte
194 Joha 4:41| 41 En er geloofden er veel meer om Zijns woords wil; ~
195 Joha 6:10| mensen nederzitten. En er was veel gras in die plaats. Zo zaten
196 Joha 7:12| 12 En er was veel gemurmels van Hem onder
197 Joha 12:24| het sterft, zo brengt het veel vrucht voort. ~
198 Joha 14:30| 30 Ik zal niet meer veel met u spreken; want de overste
199 Joha 15:5 | en Ik in hem, die draagt veel vrucht; want zonder Mij
200 Joha 15:8 | Vader verheerlijkt, dat gij veel vrucht draagt; en gij zult
201 Hand 2:40| 40 En met veel meer andere woorden betuigde
202 Hand 12:10| kwaad te doen; want Ik heb veel volks in deze stad. ~
203 Hand 12:27| daar gekomen zijnde, heeft veel toegebracht aan degenen,
204 Hand 13:26| en hoort, dat deze Paulus veel volk, niet alleen van Efeze,
205 Hand 21:9 | 9 En als veel tijd verlopen, en de vaart
206 Hand 22:10| 10 Die ons ook eerden met veel eer, en als wij vertrekken
207 Hand 22:29| had, gingen de Joden weg, veel twisting hebbenden onder
208 Rom 5:9 | 9 Veel meer dan, zijnde nu gerechtvaardigd
209 Rom 5:10 | door den dood Zijns Zoons, veel meer zullen wij, verzoend
210 Rom 5:15 | velen gestorven zijn, zo is veel meer de genade Gods, en
211 Rom 5:17 | geheerst heeft door dien enen, veel meer zullen degenen, die
212 Rom 5:20 | geworden is, daar is de genade veel meer overvloedig geweest; ~
213 Rom 16:6 | 6 Groet Maria, die veel voor ons gearbeid heeft. ~
214 Rom 16:12 | de beminde zuster, die veel gearbeid heeft in den Heere. ~
215 1Kor 5:2 | opgeblazen, en hebt niet veel meer leed gedragen, opdat
216 1Kor 9:12| deelachtig zijn, waarom niet veel meer wij? Doch wij hebben
217 2Kor 3:8 | 8 Hoe zal niet veel meer de bediening des Geestes
218 2Kor 3:9 | heerlijkheid geweest is, veel meer is de bediening der
219 2Kor 3:11| wordt, in heerlijkheid was, veel meer is hetgeen blijft,
220 2Kor 7:4 | spreken tegen u, ik heb veel roems over u; ik ben vervuld
221 2Kor 8:15| Gelijk geschreven is: Die veel verzameld had, had niet
222 2Kor 8:22| dat hij naarstig is; en nu veel naarstiger, door het groot
223 2Kor 12:9 | volbracht. Zo zal ik dan veel liever roemen in mijn zwakheden,
224 Gal 4:27 | kinderen der eenzame zijn veel meer, dan dergene, die den
225 1The 2:2 | God tot u te spreken in veel strijds. ~
226 1The 5:13| 13 En acht hen zeer veel in liefde, om huns werks
227 1Tim 3:8 | tweetongig, niet die zich tot veel wijns begeven, geen vuil-gewinzoekers; ~
228 2Tim 4:14| de kopersmid, heeft mij veel kwaads betoond; de Heere
229 Tit 2:3 | lasteraarsters zijn, zich niet tot veel wijns begevende, maar leraressen
230 Heb 7:15 | 15 En dit is nog veel meer openbaar, zo er naar
231 Heb 10:32 | verlicht zijt geweest, gij veel strijd des lijdens hebt
232 Heb 12:9 | hen; zullen wij dan niet veel meer den Vader der geesten
233 Jako 5:16| des rechtvaardigen vermag veel. ~
234 1Pet 1:7 | beproeving uws geloofs, die veel kostelijker is dan van het
235 2Joh 1:12| 12 Ik heb veel aan ulieden te schrijven,
236 3Joh 1:13| 13 Ik had veel te schrijven, maar ik wil
237 Open 8:3 | wierookvat; en hem werd veel reukwerks gegeven, opdat
|