Book Chapter: Verse

 4501 Psa  71:22  |                  Uw trouw, mijn God; ik zal U psalmzingen met de harp,
 4502 Psa  71:23  |            zullen juichen, wanneer ik U zal psalmzingen, en mijn ziel,
 4503 Psa  71:24  |                                  24 Ook zal mijn tong Uw gerechtigheid
 4504 Psa  72:2   |                                    2 Zo zal hij Uw volk richten met
 4505 Psa  72:4   |                                   4 Hij zal de ellendigen des volks
 4506 Psa  72:4   |       ellendigen des volks richten; hij zal de kinderen des nooddruftigen
 4507 Psa  72:6   |                                   6 Hij zal nederdalen als een regen
 4508 Psa  72:7   |                         7 In zijn dagen zal de rechtvaardige bloeien,
 4509 Psa  72:8   |                                8 En hij zal heersen van de zee tot aan
 4510 Psa  72:12  |                             12 Want hij zal den nooddruftige redden,
 4511 Psa  72:13  |                                  13 Hij zal den arme en nooddruftige
 4512 Psa  72:14  |                                  14 Hij zal hun zielen van list en geweld
 4513 Psa  72:14  |                 bevrijden, en hun bloed zal dierbaar zijn in zijn ogen. ~
 4514 Psa  72:15  |                               15 En hij zal leven; en men zal hem geven
 4515 Psa  72:15  |                En hij zal leven; en men zal hem geven van het goud van
 4516 Psa  72:15  |                 goud van Scheba, en men zal geduriglijk voor hem bidden;
 4517 Psa  72:15  |              hem bidden; den gansen dag zal men hem zegenen. ~
 4518 Psa  72:16  |               bergen, de vrucht daarvan zal ruisen als de Libanon; en
 4519 Psa  72:17  |                            17 Zijn naam zal zijn tot in eeuwigheid;
 4520 Psa  72:17  |                zolang als er de zon is, zal zijn naam van kind tot kind
 4521 Psa  73:15  |                Indien ik zou zeggen: Ik zal ook alzo spreken; ziet,
 4522 Psa  73:23  |                                   23 Ik zal dan geduriglijk bij U zijn;
 4523 Psa  74:10  |                     10 Hoe lang, o God! zal de wederpartijder smaden?
 4524 Psa  74:10  |               de wederpartijder smaden? Zal de vijand Uw Naam in eeuwigheid
 4525 Psa  75:3   |                Als ik het bestemde ambt zal ontvangen hebben, zo zal
 4526 Psa  75:3   |                zal ontvangen hebben, zo zal ik gans recht richten. ~
 4527 Psa  75:10  |                                10 En ik zal het in eeuwigheid verkondigen;
 4528 Psa  75:10  |              eeuwigheid verkondigen; ik zal den God Jakobs psalmzingen. ~
 4529 Psa  75:11  |                                11 En ik zal alle hoornen der goddelozen
 4530 Psa  76:8   |              vreselijk zijt Gij; en wie zal voor Uw aangezicht bestaan,
 4531 Psa  76:11  |               de grimmigheid des mensen zal U loffelijk maken; het overblijfsel
 4532 Psa  77:2   |                 stem is tot God, en Hij zal het oor tot mij neigen. ~
 4533 Psa  77:8   |                                       8 Zal dan de Heere in eeuwigheden
 4534 Psa  77:12  |                                   12 Ik zal de daden des HEEREN gedenken;
 4535 Psa  77:12  |                 HEEREN gedenken; ja, ik zal gedenken Uw wonderen van
 4536 Psa  77:13  |                                   13 En zal al Uw werken betrachten,
 4537 Psa  78:2   |                                    2 Ik zal mijn mond opendoen met spreuken;
 4538 Psa  78:2   |               opendoen met spreuken; ik zal verborgenheden overvloediglijk
 4539 Psa  79:5   |                 Gij eeuwiglijk toornen? Zal Uw ijver als vuur branden? ~
 4540 Psa  81:9   |                zeide Ik hoor toe, en Ik zal onder u betuigen, Israel,
 4541 Psa  81:10  |                                   10 Er zal onder u geen uitlands god
 4542 Psa  81:11  |                uw mond wijd open, en Ik zal hem vervullen. ~
 4543 Psa  84:7   |                Hem tot een fontein; ook zal de regen hen gans rijkelijk
 4544 Psa  84:8   |            kracht; een iegelijk van hen zal verschijnen voor God in
 4545 Psa  84:12  |                 Zon en Schild; de HEERE zal genade en eer geven; Hij
 4546 Psa  84:12  |                genade en eer geven; Hij zal het goede niet onthouden
 4547 Psa  85:9   |                                    9 Ik zal horen, wat God, de HEERE,
 4548 Psa  85:9   |              wat God, de HEERE, spreken zal; want Hij zal tot Zijn volk
 4549 Psa  85:9   |            HEERE, spreken zal; want Hij zal tot Zijn volk en tot Zijn
 4550 Psa  85:12  |                          12 De waarheid zal uit de aarde spruiten, en
 4551 Psa  85:12  |              spruiten, en gerechtigheid zal van den hemel nederzien. ~
 4552 Psa  85:13  |                                  13 Ook zal de HEERE het goede geven;
 4553 Psa  85:13  |                goede geven; en ons land zal zijn vrucht geven. ~
 4554 Psa  85:14  |                     14 De gerechtigheid zal voor Zijn aangezicht henengaan,
 4555 Psa  85:14  |            aangezicht henengaan, en Hij zal ze zetten op den weg Zijner
 4556 Psa  86:11  |             Leer mij, HEERE! Uw weg; ik zal in Uw waarheid wandelen;
 4557 Psa  86:12  |                  12 Heere, mijn God! ik zal U met mijn ganse hart loven,
 4558 Psa  86:12  |                 ganse hart loven, en ik zal Uw Naam eren in eeuwigheid; ~
 4559 Psa  87:4   |                                     4Ik zal Rahab en Babel vermelden,
 4560 Psa  87:5   |                            5En van Sion zal gezegd worden: Die en die
 4561 Psa  87:5   |                 en de Allerhoogste Zelf zal hen bevestigen. ~
 4562 Psa  87:6   |                               6De HEERE zal hen rekenen in het opschrijven
 4563 Psa  88:12  |                                      12 Zal Uw goedertierenheid in het
 4564 Psa  89:2   |                                    2 Ik zal de goedertierenheid des
 4565 Psa  89:2   |            HEEREN eeuwiglijk zingen; ik zal Uw waarheid met mijn mond
 4566 Psa  89:3   |             gezegd: Uw goedertierenheid zal eeuwiglijk gebouwd worden;
 4567 Psa  89:5   |                                    5 Ik zal uw zaad tot in eeuwigheid
 4568 Psa  89:18  |          sterkte; en door Uw welbehagen zal onze hoorn verhoogd worden. ~
 4569 Psa  89:22  |           welken Mijn hand vast blijven zal; ook zal hem Mijn arm versterken. ~
 4570 Psa  89:22  |              hand vast blijven zal; ook zal hem Mijn arm versterken. ~
 4571 Psa  89:23  |                            23 De vijand zal hem niet dringen, en de
 4572 Psa  89:23  |                zoon der ongerechtigheid zal hem niet onderdrukken. ~
 4573 Psa  89:24  |                              24 Maar Ik zal zijn wederpartijders verpletteren
 4574 Psa  89:24  |           aangezicht, en die hem haten, zal Ik plagen. ~
 4575 Psa  89:25  |                 hem zijn; en zijn hoorn zal in Mijn Naam verhoogd worden. ~
 4576 Psa  89:26  |                                26 En Ik zal zijn hand in de zee zetten,
 4577 Psa  89:27  |                                  27 Hij zal Mij noemen: Gij zijt mijn
 4578 Psa  89:28  |                                  28 Ook zal Ik hem ten eerstgeborenen
 4579 Psa  89:29  |                                   29 Ik zal hem Mijn goedertierenheid
 4580 Psa  89:29  |                 houden, en Mijn verbond zal hem vast blijven. ~
 4581 Psa  89:30  |                                30 En Ik zal zijn zaad in eeuwigheid
 4582 Psa  89:33  |                                   33 Zo zal Ik hun overtreding met de
 4583 Psa  89:34  |              Maar Mijn goedertierenheid zal Ik van hem niet wegnemen,
 4584 Psa  89:35  |                                   35 Ik zal Mijn verbond niet ontheiligen,
 4585 Psa  89:35  |              uit Mijn lippen gegaan is, zal Ik niet veranderen. ~
 4586 Psa  89:37  |                            37 Zijn zaad zal in der eeuwigheid zijn,
 4587 Psa  89:37  |          eeuwigheid zijn, en zijn troon zal voor Mij zijn gelijk de
 4588 Psa  89:38  |                                  38 Hij zal eeuwiglijk bevestigd worden,
 4589 Psa  89:47  |                 Gij U steeds verbergen, zal Uw grimmigheid branden als
 4590 Psa  89:49  |                  die den dood niet zien zal, die zijn ziel zal bevrijden
 4591 Psa  89:49  |                 zien zal, die zijn ziel zal bevrijden van het geweld
 4592 Psa  91:1   |           Allerhoogsten is gezeten, die zal vernachten in de schaduw
 4593 Psa  91:2   |                                    2 Ik zal tot den HEERE zeggen: Mijn
 4594 Psa  91:3   |                              3 Want Hij zal u redden van den strik des
 4595 Psa  91:4   |                                   4 Hij zal u dekken met Zijn vlerken,
 4596 Psa  91:7   |               aan uw rechterhand; tot u zal het niet genaken. ~
 4597 Psa  91:10  |                                    10 U zal geen kwaad wedervaren, en
 4598 Psa  91:10  |               wedervaren, en geen plage zal uw tent naderen. ~
 4599 Psa  91:11  |                             11 Want Hij zal Zijn engelen van u bevelen,
 4600 Psa  91:14  |                 bemint, spreekt God, zo zal Ik hem uithelpen; Ik zal
 4601 Psa  91:14  |                zal Ik hem uithelpen; Ik zal hem op een hoogte stellen,
 4602 Psa  91:15  |                                  15 Hij zal Mij aanroepen, en Ik zal
 4603 Psa  91:15  |                zal Mij aanroepen, en Ik zal hem verhoren; in de benauwdheid
 4604 Psa  91:15  |             verhoren; in de benauwdheid zal Ik bij hem zijn. Ik zal
 4605 Psa  91:15  |                 zal Ik bij hem zijn. Ik zal er hem uittrekken, en zal
 4606 Psa  91:15  |               zal er hem uittrekken, en zal hem verheerlijken. ~
 4607 Psa  91:16  |                                   16 Ik zal hem met langheid der dagen
 4608 Psa  91:16  |                 dagen verzadigen, en Ik zal hem Mijn heil doen zien. ~  ~  ~
 4609 Psa  92:5   |                 HEERE! met Uw daden, ik zal juichen over de werken Uwer
 4610 Psa  92:12  |                          12 En mijn oog zal mijn verspieders aanschouwen;
 4611 Psa  92:13  |                     13 De rechtvaardige zal groeien als een palmboom;
 4612 Psa  92:13  |           groeien als een palmboom; hij zal wassen als een cederboom
 4613 Psa  92:14  |               HEEREN geplant zijn, dien zal gegeven worden te groeien
 4614 Psa  93:1   |                de wereld bevestigd, zij zal niet wankelen. ~
 4615 Psa  94:14  |                        14 Want de HEERE zal Zijn volk niet begeven,
 4616 Psa  94:14  |               volk niet begeven, en Hij zal Zijn erve niet verlaten. ~
 4617 Psa  94:15  |                     15 Want het oordeel zal wederkeren tot de gerechtigheid;
 4618 Psa  94:16  |                                  16 Wie zal voor mij staan tegen de
 4619 Psa  94:16  |               tegen de boosdoeners? Wie zal zich voor mij stellen tegen
 4620 Psa  94:23  |                               23 En Hij zal hun ongerechtigheid op hen
 4621 Psa  94:23  |                 doen wederkeren, en Hij zal hen in hun boosheid verdelgen;
 4622 Psa  94:23  |          verdelgen; de HEERE, onze God, zal hen verdelgen. ~  ~
 4623 Psa  96:10  |         heidenen: De HEERE regeert; ook zal de wereld bevestigd worden,
 4624 Psa  96:10  |            wereld bevestigd worden, zij zal niet bewogen worden; Hij
 4625 Psa  96:10  |                niet bewogen worden; Hij zal de volken richten in alle
 4626 Psa  96:13  |                de aarde te richten; Hij zal de wereld richten met gerechtigheid,
 4627 Psa  98:9   |                de aarde te richten; Hij zal de wereld richten in gerechtigheid,
 4628 Psa 101:1   |                1Een psalm van David. Ik zal van goedertierenheid en
 4629 Psa 101:1   |     goedertierenheid en recht zingen; U zal ik psalmzingen, o HEERE! ~
 4630 Psa 101:2   |                                     2Ik zal verstandelijk handelen in
 4631 Psa 101:2   |              zult Gij tot mij komen? Ik zal in het midden mijns huizes
 4632 Psa 101:3   |                                     3Ik zal geen Belials-stuk voor mijn
 4633 Psa 101:3   |                doen der afvalligen, het zal mij niet aankleven. ~
 4634 Psa 101:4   |                     4Het verkeerde hart zal van mij wijken; den boze
 4635 Psa 101:4   |                van mij wijken; den boze zal ik niet kennen. ~
 4636 Psa 101:5   |            heimelijke achterklapt; dien zal ik verdelgen; die hoog van
 4637 Psa 101:5   |                  en trots van hart, die zal ik niet vermogen. ~
 4638 Psa 101:6   |              oprechten weg wandelt, die zal mij dienen. ~
 4639 Psa 101:7   |                     7Wie bedrog pleegt, zal binnen mijn huis niet blijven;
 4640 Psa 101:7   |          blijven; die leugenen spreekt, zal voor mijn ogen niet bevestigd
 4641 Psa 101:8   |                           8Allen morgen zal ik alle goddelozen des lands
 4642 Psa 102:17  |                    17 Als de HEERE Sion zal opgebouwd hebben, in Zijn
 4643 Psa 102:17  |            hebben, in Zijn heerlijkheid zal verschenen zijn, ~
 4644 Psa 102:18  |                          18 Zich gewend zal hebben tot het gebed desgenen,
 4645 Psa 102:19  |                                  19 Dat zal geschreven worden voor het
 4646 Psa 102:19  |                 het volk, dat geschapen zal worden, zal den HEERE loven; ~
 4647 Psa 102:19  |               dat geschapen zal worden, zal den HEERE loven; ~
 4648 Psa 102:20  |                 hoogte Zijns heiligdoms zal hebben nederwaarts gezien;
 4649 Psa 102:20  |             hemel op de aarde geschouwd zal hebben; ~
 4650 Psa 102:29  |               zullen wonen, en hun zaad zal voor Uw aangezicht bevestigd
 4651 Psa 103:9   |                                   9 Hij zal niet altoos twisten, noch
 4652 Psa 104:5   |                op haar grondvesten; zij zal nimmermeer noch eeuwiglijk
 4653 Psa 104:33  |                                   33 Ik zal den HEERE zingen in mijn
 4654 Psa 104:33  |                zingen in mijn leven; ik zal mijn God psalmzingen, terwijl
 4655 Psa 104:34  |                Mijn overdenking van Hem zal zoet zijn; ik zal mij in
 4656 Psa 104:34  |               van Hem zal zoet zijn; ik zal mij in den HEERE verblijden. ~
 4657 Psa 105:11  |                         11 Zeggende: Ik zal u geven het land Kanaan,
 4658 Psa 106:2   |                                   2 Wie zal de mogendheden des HEEREN
 4659 Psa 108:2   |                 mijn hart is bereid; ik zal zingen en psalmzingen, ook
 4660 Psa 108:3   |                op, gij luit en harp! ik zal in den dageraad opwaken. ~
 4661 Psa 108:4   |                                    4 Ik zal U loven onder de volken,
 4662 Psa 108:4   |               de volken, o HEERE! en ik zal U psalmzingen onder de natien. ~
 4663 Psa 108:8   |                 in Zijn heiligdom, dies zal ik van vreugde opspringen;
 4664 Psa 108:8   |              van vreugde opspringen; ik zal Sichem delen, en het dal
 4665 Psa 108:8   |                  en het dal van Sukkoth zal ik afmeten.
 4666 Psa 108:10  |                 is mijn waspot; op Edom zal ik mijn schoen werpen; over
 4667 Psa 108:10  |           schoen werpen; over Palestina zal ik juichen. ~
 4668 Psa 108:11  |                                  11 Wie zal mij voeren in een vaste
 4669 Psa 108:11  |           voeren in een vaste stad? Wie zal mij leiden tot in Edom? ~
 4670 Psa 108:14  |               kloeke daden doen, en Hij zal onze wederpartijders vertreden. ~  ~  ~  ~
 4671 Psa 109:30  |                                   30 Ik zal den HEERE met mijn mond
 4672 Psa 109:30  |                 in het midden van velen zal ik Hem prijzen. ~
 4673 Psa 109:31  |                             31 Want Hij zal den nooddruftige ter rechterhand
 4674 Psa 110:1   |             totdat Ik Uw vijanden gezet zal hebben tot een voetbank
 4675 Psa 110:2   |                               2De HEERE zal de scepter Uwer sterkte
 4676 Psa 110:3   |                                3Uw volk zal zeer gewillig zijn op den
 4677 Psa 110:3   |                baarmoeder des dageraads zal U de dauw Uwer jeugd zijn. ~
 4678 Psa 110:4   |            HEERE heeft gezworen, en het zal Hem niet berouwen: Gij zijt
 4679 Psa 110:5   |                 aan Uw rechterhand; Hij zal koningen verslaan ten dage
 4680 Psa 110:6   |                                    6Hij zal recht doen onder de heidenen;
 4681 Psa 110:6   |             doen onder de heidenen; Hij zal het vol dode lichamen maken;
 4682 Psa 110:6   |                dode lichamen maken; Hij zal verslaan dengene, die het
 4683 Psa 110:7   |                                    7Hij zal op den weg uit de beek drinken;
 4684 Psa 110:7   |                 de beek drinken; daarom zal Hij het hoofd omhoog heffen. ~  ~
 4685 Psa 111:1   |                 1 Hallelujah! Aleph. Ik zal den HEERE loven van ganser
 4686 Psa 112:2   |                      2 Gimel. Zijn zaad zal geweldig zijn op aarde;
 4687 Psa 112:2   |              het geslacht der oprechten zal gezegend worden. ~
 4688 Psa 112:3   |                      3 He. In zijn huis zal have en rijkdom wezen; Vau.
 4689 Psa 112:6   |                  6 Caph. Zekerlijk, hij zal in der eeuwigheid niet wankelen;
 4690 Psa 112:6   |                 Lamed. de rechtvaardige zal in eeuwige gedachtenis zijn. ~
 4691 Psa 112:7   |                              7 Mem. Hij zal voor geen kwaad gerucht
 4692 Psa 112:8   |                 wel ondersteund zijnde, zal niet vrezen; Ain. totdat
 4693 Psa 112:9   |            eeuwigheid; Koph. zijn hoorn zal verhoogd worden in eer. ~
 4694 Psa 112:10  |                  10 Resch. De goddeloze zal het zien, en hij zal zich
 4695 Psa 112:10  |          goddeloze zal het zien, en hij zal zich vertoornen; Schin.
 4696 Psa 112:10  |             zich vertoornen; Schin. hij zal met zijn tanden knersen
 4697 Psa 112:10  |                  de wens der goddelozen zal vergaan. ~  ~
 4698 Psa 115:12  |            onzer gedachtig geweest, Hij zal zegenen; Hij zal het huis
 4699 Psa 115:12  |           geweest, Hij zal zegenen; Hij zal het huis van Israel zegenen,
 4700 Psa 115:12  |                 van Israel zegenen, Hij zal het huis van Aaron zegenen. ~
 4701 Psa 115:13  |                                  13 Hij zal zegenen, die den HEERE vrezen,
 4702 Psa 115:14  |                             14 De HEERE zal den zegen over ulieden vermeerderen,
 4703 Psa 116:2   |            neigt Zijn oor tot mij; dies zal ik Hem in mijn dagen aanroepen. ~
 4704 Psa 116:9   |                                    9 Ik zal wandelen voor het aangezicht
 4705 Psa 116:12  |                                  12 Wat zal ik den HEERE vergelden voor
 4706 Psa 116:13  |                                   13 Ik zal den beker der verlossingen
 4707 Psa 116:14  |                        14 Mijn geloften zal ik den HEERE betalen, nu,
 4708 Psa 116:17  |                                   17 Ik zal U offeren, offerande van
 4709 Psa 116:18  |                        18 Mijn geloften zal ik den HEERE betalen, nu,
 4710 Psa 118:6   |                 De HEERE is bij mij, ik zal niet vrezen; wat zal mij
 4711 Psa 118:6   |                 ik zal niet vrezen; wat zal mij een mens doen? ~
 4712 Psa 118:7   |                  die mij helpen; daarom zal ik mijn lust zien aan degenen,
 4713 Psa 118:17  |                                   17 Ik zal niet sterven, maar leven;
 4714 Psa 118:17  |              sterven, maar leven; en ik zal de werken des HEEREN vertellen. ~
 4715 Psa 118:19  |              der gerechtigheid open, ik zal daardoor ingaan, ik zal
 4716 Psa 118:19  |                 zal daardoor ingaan, ik zal den HEERE loven. ~
 4717 Psa 118:21  |                                   21 Ik zal U loven, omdat Gij mij verhoord
 4718 Psa 118:28  |               Gij zijt mijn God, daarom zal ik U loven; o mijn God!
 4719 Psa 118:28  |                 U loven; o mijn God! ik zal U verhogen. ~
 4720 Psa 119:4   |                 Uw bevelen zeer bewaren zal. ~
 4721 Psa 119:7   |                                   7  Ik zal U loven in oprechtheid des
 4722 Psa 119:7   |              Uwer gerechtigheid geleerd zal hebben. ~
 4723 Psa 119:8   |                                   8  Ik zal Uw inzettingen bewaren;
 4724 Psa 119:9   |                       9  Beth. Waarmede zal de jongeling zijn pad zuiver
 4725 Psa 119:15  |                                  15  Ik zal Uw bevelen overdenken, en
 4726 Psa 119:16  |                                  16  Ik zal mijzelven vermaken in Uw
 4727 Psa 119:16  |                Uw inzettingen; Uw woord zal ik niet vergeten. ~
 4728 Psa 119:32  |                                  32  Ik zal den weg Uwer geboden lopen,
 4729 Psa 119:33  |                 Uwer inzettingen, en ik zal hem houden ten einde toe. ~
 4730 Psa 119:34  |                 mij het verstand, en ik zal Uw wet houden; ja, ik zal
 4731 Psa 119:34  |               zal Uw wet houden; ja, ik zal ze onderhouden met gansen
 4732 Psa 119:44  |                                  44  Zo zal ik Uw wet steeds onderhouden,
 4733 Psa 119:45  |                               45  En ik zal wandelen in de ruimte, omdat
 4734 Psa 119:46  |                                 46  Ook zal ik voor koningen spreken
 4735 Psa 119:47  |                               47  En ik zal mij vermaken in Uw geboden,
 4736 Psa 119:48  |                               48  En ik zal mijn handen opheffen naar
 4737 Psa 119:48  |          geboden, die ik liefheb, en ik zal Uw inzettingen betrachten. ~
 4738 Psa 119:57  |               gezegd, dat ik Uw woorden zal bewaren. ~
 4739 Psa 119:88  |                Uw goedertierenheid, dan zal ik de getuigenis Uws monds
 4740 Psa 119:93  |                                  93  Ik zal Uw bevelen in der eeuwigheid
 4741 Psa 119:106 |                106  Ik heb gezworen, en zal het bevestigen, dat ik onderhouden
 4742 Psa 119:106 |          bevestigen, dat ik onderhouden zal de rechten Uwer gerechtigheid. ~
 4743 Psa 119:117 |                 117  Ondersteun mij, zo zal ik behouden zijn; dan zal
 4744 Psa 119:117 |               zal ik behouden zijn; dan zal ik mij steeds in Uw inzettingen
 4745 Psa 119:125 |              maak mij verstandig, en ik zal Uw getuigenissen kennen. ~
 4746 Psa 119:134 |              des mensen overlast, en ik zal Uw bevelen onderhouden. ~
 4747 Psa 119:144 |                 doe ze mij verstaan, zo zal ik leven. ~
 4748 Psa 119:145 |                verhoor mij, o HEERE! ik zal Uw inzettingen bewaren. ~
 4749 Psa 119:146 |          aangeroepen, verlos mij, en ik zal Uw getuigenissen onderhouden. ~
 4750 Psa 119:172 |                          172  Mijn tong zal spraak houden van Uw rede,
 4751 Psa 119:175 |                 mijn ziel leven, en zij zal U loven, en laat Uw rechten
 4752 Psa 120:3   |                                    3Wat zal U de bedriegelijke tong
 4753 Psa 120:3   |        bedriegelijke tong geven, of wat zal zij U toevoegen? ~
 4754 Psa 121:1   |                van waar mijn hulp komen zal. ~
 4755 Psa 121:3   |                                    3Hij zal uw voet niet laten wankelen;
 4756 Psa 121:3   |            laten wankelen; uw Bewaarder zal niet sluimeren. ~
 4757 Psa 121:4   |             4Ziet, de Bewaarder Israels zal niet sluimeren, noch slapen. ~
 4758 Psa 121:6   |                                 6De zon zal u des daags niet steken,
 4759 Psa 121:7   |                               7De HEERE zal u bewaren van alle kwaad;
 4760 Psa 121:7   |                 van alle kwaad; uw ziel zal Hij bewaren. ~
 4761 Psa 121:8   |                               8De HEERE zal uw uitgang en uw ingang
 4762 Psa 122:8   |                 en mijner vrienden wil, zal ik nu spreken, vrede zij
 4763 Psa 122:9   |                 HEEREN, onzes Gods wil, zal ik het goede voor u zoeken. ~  ~  ~  ~
 4764 Psa 125:3   |               scepter der goddeloosheid zal niet rusten op het lot der
 4765 Psa 125:5   |               tot hun kromme wegen, die zal de HEERE weg doen gaan met
 4766 Psa 125:5   |              der ongerechtigheid. Vrede zal over Israel zijn! ~  ~
 4767 Psa 126:6   |             zaad draagt, dat men zaaien zal, gaat al gaande en wenende;
 4768 Psa 126:6   |                 wenende; maar voorzeker zal hij met gejuich wederkomen,
 4769 Psa 128:2   |     welgelukzalig zult gij zijn, en het zal u welgaan. ~
 4770 Psa 128:3   |                           3Uw huisvrouw zal wezen als een vruchtbare
 4771 Psa 128:4   |                             4Ziet, alzo zal zekerlijk die man gezegend
 4772 Psa 128:5   |                               5De HEERE zal u zegenen uit Sion, en gij
 4773 Psa 130:3   |  ongerechtigheden gadeslaat; HEERE! wie zal bestaan? ~
 4774 Psa 130:8   |                                 8En Hij zal Israel verlossen van al
 4775 Psa 132:5   |               HEERE een plaats gevonden zal hebben, woningen voor den
 4776 Psa 132:11  |                 waarvan Hij niet wijken zal, zeggende: Van de vrucht
 4777 Psa 132:11  |                 Van de vrucht uws buiks zal Ik op uw troon zetten. ~
 4778 Psa 132:12  |         getuigenissen, die Ik hun leren zal; zo zullen ook hun zonen
 4779 Psa 132:14  |                 tot in eeuwigheid, hier zal Ik wonen, want Ik heb ze
 4780 Psa 132:15  |                                   15 Ik zal haar kost rijkelijk zegenen,
 4781 Psa 132:15  |             zegenen, haar nooddruftigen zal Ik met brood verzadigen. ~
 4782 Psa 132:16  |                    16 En haar priesters zal Ik met heil bekleden, en
 4783 Psa 132:17  |                                 17 Daar zal Ik David een hoorn doen
 4784 Psa 132:18  |                                   18 Ik zal zijn vijanden met schaamte
 4785 Psa 132:18  |          schaamte bekleden; maar op hem zal zijn kroon bloeien. ~  ~
 4786 Psa 135:14  |                        14 Want de HEERE zal Zijn volk richten, en het
 4787 Psa 135:14  |               Zijn volk richten, en het zal Hem berouwen over Zijn knechten. ~
 4788 Psa 137:8   |              zult worden, welgelukzalig zal hij zijn, die u uw misdaad
 4789 Psa 137:8   |              die u uw misdaad vergelden zal, die gij aan ons misdaan
 4790 Psa 137:9   |                          9Welgelukzalig zal hij zijn, die uw kinderkens
 4791 Psa 137:9   |               de steenrots verpletteren zal. ~  ~  ~  ~  ~
 4792 Psa 138:1   |                1Een psalm van David. Ik zal U loven met mijn gehele
 4793 Psa 138:1   |              tegenwoordigheid der goden zal ik U psalmzingen. ~
 4794 Psa 138:2   |                                     2Ik zal mij nederbuigen naar het
 4795 Psa 138:2   |           paleis Uwer heiligheid, en ik zal Uw Naam loven, om Uw goedertierenheid
 4796 Psa 138:8   |                               8De HEERE zal het voor mij voleinden;
 4797 Psa 139:11  |                 ik zeide: De duisternis zal mij immers bedekken; dan
 4798 Psa 140:12  |               12 Een man van kwade tong zal op de aarde niet bevestigd
 4799 Psa 140:12  |              boos man des gewelds, dien zal men jagen, totdat hij geheel
 4800 Psa 140:13  |                 recht der nooddruftigen zal uitvoeren. ~
 4801 Psa 141:5   |              rechtvaardige sla mij, het zal weldadigheid zijn; en hij
 4802 Psa 141:5   |               en hij bestraffe mij, het zal olie des hoofds zijn, het
 4803 Psa 141:5   |               olie des hoofds zijn, het zal mijn hoofd niet breken;
 4804 Psa 141:5   |             hoofd niet breken; want nog zal ook mijn gebed voor hen
 4805 Psa 141:10  |             vallen, te zamen, totdat ik zal zijn voorbijgegaan. ~  ~
 4806 Psa 143:2   |                want niemand, die leeft, zal voor Uw aangezicht rechtvaardig
 4807 Psa 144:9   |                             9 O God! ik zal U een nieuw lied zingen;
 4808 Psa 144:9   |               het tiensnarig instrument zal ik U psalmzingen. ~
 4809 Psa 145:1   |                mijn God, Gij Koning! ik zal U verhogen, en Uw Naam loven
 4810 Psa 145:2   |                   2 Beth. Te allen dage zal ik U loven, en Uw Naam prijzen
 4811 Psa 145:4   |           Daleth. Geslacht aan geslacht zal Uw werken roemen; en zij
 4812 Psa 145:5   |                                5 He. Ik zal uitspreken de heerlijkheid
 4813 Psa 145:6   |             daden; en Uw grootheid, die zal ik vertellen. ~
 4814 Psa 145:21  |                      21 Thau. Mijn mond zal den prijs des HEEREN uitspreken,
 4815 Psa 145:21  |               uitspreken, en alle vlees zal Zijn heiligen Naam loven
 4816 Psa 146:2   |                                    2 Ik zal den HEERE prijzen in mijn
 4817 Psa 146:2   |               prijzen in mijn leven; ik zal mijn God psalmzingen, terwijl
 4818 Psa 146:10  |                             10 De HEERE zal in eeuwigheid regeren; uw
 4819 Psa 148:6   |               gegeven, die geen van hen zal overtreden. ~
 4820 Psa 149:4   |          welgevallen aan Zijn volk; Hij zal de zachtmoedigen versieren
 4821 Psa 149:9   |             recht over hen te doen. Dit zal de heerlijkheid van al Zijn
 4822 Spre   1:5  |                     5      Die wijs is, zal horen, en zal in lere toenemen;
 4823 Spre   1:5  |              Die wijs is, zal horen, en zal in lere toenemen; en die
 4824 Spre   1:5  |         toenemen; en die verstandig is, zal wijzen raad bekomen. ~
 4825 Spre   1:19 |              die gierigheid pleegt; zij zal de ziel van haar meester
 4826 Spre   1:23 |              Mijn bestraffing; ziet, Ik zal Mijn Geest ulieden overvloediglijk
 4827 Spre   1:23 |          overvloediglijk uitstorten; Ik zal Mijn woorden u bekend maken. ~
 4828 Spre   1:26 |                              26      Zo zal Ik ook in ulieder verderf
 4829 Spre   1:26 |              ulieder verderf lachen; Ik zal spotten, wanneer uw vreze
 4830 Spre   1:28 |                 tot Mij roepen, maar Ik zal niet antwoorden; zij zullen
 4831 Spre   1:32 |                de afkering der slechten zal hen doden, en de voorspoed
 4832 Spre   1:32 |                 de voorspoed der zotten zal hen verderven. ~
 4833 Spre   1:33 |                Maar die naar Mij hoort, zal zeker wonen, en hij zal
 4834 Spre   1:33 |                 zal zeker wonen, en hij zal gerust zijn van de vreze
 4835 Spre   2:8  |               des rechts houden; en Hij zal den weg Zijner gunstgenoten
 4836 Spre   2:10 |              Als de wijsheid in uw hart zal gekomen zijn, en de wetenschap
 4837 Spre   2:10 |                 wetenschap voor uw ziel zal liefelijk zijn; ~
 4838 Spre   2:11 |                              11      Zo zal de bedachtzaamheid over
 4839 Spre   2:11 |               houden, de verstandigheid zal u behoeden; ~
 4840 Spre   3:6  |              Hem in al uw wegen, en Hij zal uw paden recht maken. ~
 4841 Spre   3:8  |                              8      Het zal een medicijn voor uw navel
 4842 Spre   3:24 |                 nederliggen en uw slaap zal zoet wezen. ~
 4843 Spre   3:26 |                   26      Want de HEERE zal met uw hoop wezen, en Hij
 4844 Spre   3:26 |               met uw hoop wezen, en Hij zal uw voet bewaren van gevangen
 4845 Spre   3:28 |                 en kom weder, en morgen zal ik geven, dewijl het bij
 4846 Spre   3:33 |               woning der rechtvaardigen zal Hij zegenen. ~
 4847 Spre   3:34 |                  Zekerlijk, de spotters zal Hij bespotten, maar den
 4848 Spre   3:34 |                  maar den zachtmoedigen zal Hij genade geven. ~
 4849 Spre   4:6  |                 Verlaat ze niet, en zij zal u behoeden; heb ze lief,
 4850 Spre   4:6  |           behoeden; heb ze lief, en zij zal u bewaren. ~
 4851 Spre   4:8  |                8      Verhef ze, en zij zal u verhogen; zij zal u vereren,
 4852 Spre   4:8  |                 zij zal u verhogen; zij zal u vereren, als gij haar
 4853 Spre   4:9  |                              9      Zij zal uw hoofd een aangenaam toevoegsel
 4854 Spre   4:9  |              geven, een sierlijke kroon zal zij u leveren. ~
 4855 Spre   4:12 |                      12      In uw gaan zal uw tred niet benauwd worden,
 4856 Spre   5:22 |                 de banden zijner zonden zal hij vastgehouden worden. ~
 4857 Spre   5:23 |                             23      Hij zal sterven, omdat hij zonder
 4858 Spre   5:23 |              grootheid zijner dwaasheid zal hij verdwalen.    ~
 4859 Spre   6:11 |                              11      Zo zal uw armoede u overkomen als
 4860 Spre   6:15 |                          15      Daarom zal zijn verderf haastelijk
 4861 Spre   6:15 |           verderf haastelijk komen; hij zal schielijk verbroken worden,
 4862 Spre   6:22 |                22      Als gij wandelt, zal dat u geleiden; als gij
 4863 Spre   6:22 |            geleiden; als gij nederligt, zal het over u de wacht houden;
 4864 Spre   6:22 |           houden; als gij wakker wordt, zal hetzelve met u spreken. ~
 4865 Spre   6:27 |                                 27      Zal iemand vuur in zijn boezem
 4866 Spre   6:28 |                                 28      Zal iemand op kolen gaan, dat
 4867 Spre   6:29 |           ingaat; al wie haar aanroert, zal niet onschuldig gehouden
 4868 Spre   6:33 |                33      Plage en schande zal hij vinden, en zijn smaad
 4869 Spre   6:33 |               hij vinden, en zijn smaad zal niet uitgewist worden. ~
 4870 Spre   6:34 |                 en in den dag der wraak zal hij niet verschonen. ~
 4871 Spre   6:35 |                             35      Hij zal geen verzoening aannemen;
 4872 Spre   6:35 |             verzoening aannemen; en hij zal niet bewilligen, ofschoon
 4873 Spre   7:20 |             genomen; ten bestemden dage zal hij naar zijn huis komen. ~
 4874 Spre   8:6  |                   6      Hoort, want ik zal vorstelijke dingen spreken,
 4875 Spre   8:6  |                de opening Mijner lippen zal enkel billijkheid zijn. ~
 4876 Spre   8:7  |                     Want Mijn gehemelte zal de waarheid bedachtelijk
 4877 Spre   8:21 |                 dat bestendig is, en Ik zal hun schatkameren vervullen. ~
 4878 Spre   9:8  |               bestraf den wijze, en hij zal u liefhebben. ~
 4879 Spre   9:9  |                      Leer den wijze, zo zal hij nog wijzer worden; onderwijs
 4880 Spre   9:9  |         onderwijs den rechtvaardige, zo zal hij in leer toenemen. ~
 4881 Spre  10:7  |          gedachtenis des rechtvaardigen zal tot zegening zijn; maar
 4882 Spre  10:7  |             maar de naam der goddelozen zal verrotten. ~
 4883 Spre  10:8  |                die dwaas is van lippen, zal omgeworpen worden. ~
 4884 Spre  10:9  |                die zijn wegen verkeert, zal bekend worden. ~
 4885 Spre  10:10 |                 en een dwaas van lippen zal omgeworpen worden. ~
 4886 Spre  10:24 |               vreze des goddelozen, die zal hem overkomen; maar de begeerte
 4887 Spre  10:24 |             begeerte der rechtvaardigen zal God geven. ~
 4888 Spre  10:28 |              verwachting der goddelozen zal vergaan. ~
 4889 Spre  10:30 |                30      De rechtvaardige zal in eeuwigheid niet bewogen
 4890 Spre  10:31 |               de tong der verkeerdheden zal uitgeroeid worden. ~
 4891 Spre  11:2  |              Als de hovaardigheid komt, zal de schande ook komen; maar
 4892 Spre  11:6  |                gerechtigheid der vromen zal hen redden; maar de trouwelozen
 4893 Spre  11:15 |           vreemde borg geworden is, hij zal zekerlijk verbroken worden;
 4894 Spre  11:21 |                   21      Hand aan hand zal de boze niet onschuldig
 4895 Spre  11:21 |                 zaad der rechtvaardigen zal ontkomen. ~
 4896 Spre  11:25 |               25      De zegenende ziel zal vet gemaakt worden; en die
 4897 Spre  11:25 |              worden; en die bevochtigt, zal ook zelf een vroege regen
 4898 Spre  11:26 |              het volk; maar de zegening zal zijn over het hoofd des
 4899 Spre  11:27 |                het kwade natracht, dien zal het overkomen. ~
 4900 Spre  11:28 |             zijn rijkdom vertrouwt, die zal vallen; maar de rechtvaardigen
 4901 Spre  11:29 |                  Wie zijn huis beroert, zal wind erven; en de dwaas
 4902 Spre  11:29 |                 wind erven; en de dwaas zal een knecht zijn desgenen,
 4903 Spre  12:2  |                         2      De goede zal een welgevallen trekken
 4904 Spre  12:2  |              schandelijke verdichtselen zal Hij verdoemen. ~
 4905 Spre  12:3  |                          3      De mens zal niet bevestigd worden door
 4906 Spre  12:3  |               wortel der rechtvaardigen zal niet bewogen worden. ~
 4907 Spre  12:6  |              maar de mond der oprechten zal ze redden. ~
 4908 Spre  12:7  |                 huis der rechtvaardigen zal bestaan. ~
 4909 Spre  12:8  |                        8      Een ieder zal geprezen worden, naardat
 4910 Spre  12:8  |               die verkeerd van hart is, zal tot verachting wezen. ~
 4911 Spre  12:11 |                    Die zijn land bouwt, zal van brood verzadigd worden;
 4912 Spre  12:12 |               wortel der rechtvaardigen zal uitgeven. ~
 4913 Spre  12:13 |            bozen; maar de rechtvaardige zal uit de benauwdheid uitkomen. ~
 4914 Spre  12:14 |        vergelding van des mensen handen zal hij tot zich wederbrengen. ~
 4915 Spre  12:19 |                     Een waarachtige lip zal bevestigd worden in eeuwigheid;
 4916 Spre  12:21 |                      Den rechtvaardigen zal geen leed wedervaren; maar
 4917 Spre  12:24 |                   De hand der vlijtigen zal heersen; maar de bedriegers
 4918 Spre  12:27 |                   27      Een bedrieger zal zijn jachtvang niet braden;
 4919 Spre  13:2  |                        2      Een ieder zal van de vrucht des monds
 4920 Spre  13:4  |              maar de ziel der vlijtigen zal vet gemaakt worden. ~
 4921 Spre  13:6  |              weg; maar de goddeloosheid zal den zondaar omkeren. ~
 4922 Spre  13:9  |                licht der rechtvaardigen zal zich verblijden; maar de
 4923 Spre  13:9  |             maar de lamp der goddelozen zal uitgeblust worden. ~
 4924 Spre  13:11 |                  van ijdelheid gekomen, zal verminderd worden; maar
 4925 Spre  13:11 |              die met de hand vergadert, zal het vermeerderen. ~
 4926 Spre  13:13 |              Die het woord veracht, die zal verdorven worden; maar wie
 4927 Spre  13:13 |              wie het gebod vreest, dien zal vergolden worden. ~
 4928 Spre  13:17 |                      Een goddeloze bode zal in het kwaad vallen; maar
 4929 Spre  13:18 |               de bestraffing waarneemt; zal geeerd worden. ~
 4930 Spre  13:20 |               Die met de wijzen omgaat, zal wijs worden; maar die der
 4931 Spre  13:20 |                 der zotten metgezel is, zal verbroken worden. ~
 4932 Spre  13:21 |                       21      Het kwaad zal de zondaars vervolgen; maar
 4933 Spre  13:21 |                  maar den rechtvaardige zal men goed vergelden. ~
 4934 Spre  13:22 |                        22      De goede zal zijner kinders kinderen
 4935 Spre  13:25 |             maar de buik der goddelozen zal gebrek hebben. ~  ~
 4936 Spre  14:5  |                  Een waarachtig getuige zal niet liegen; maar een vals
 4937 Spre  14:9  |                       9      Elke dwaas zal de schuld verbloemen; maar
 4938 Spre  14:10 |               droefheid; en een vreemde zal zich met deszelfs blijdschap
 4939 Spre  14:11 |                 Het huis der goddelozen zal verdelgd worden; maar de
 4940 Spre  14:11 |              maar de tent der oprechten zal bloeien. ~
 4941 Spre  14:13 |                        13      Het hart zal ook in het lachen smart
 4942 Spre  14:14 |                Die afkerig van hart is, zal van zijn wegen verzadigd
 4943 Spre  14:17 |               Die haastig is tot toorn, zal dwaasheid doen; en een man
 4944 Spre  14:17 |              schandelijke verdichtselen zal gehaat worden. ~
 4945 Spre  14:26 |                sterk vertrouwen, en Hij zal Zijn kinderen een Toevlucht
 4946 Spre  14:32 |                    32      De goddeloze zal heengedreven worden in zijn
 4947 Spre  14:35 |                 maar zijn verbolgenheid zal zijn over dengene, die beschaamd
 4948 Spre  15:5  |                        5      Een dwaas zal de tucht zijns vaders versmaden;
 4949 Spre  15:5  |               de bestraffing waarneemt, zal kloekzinniglijk handelen. ~
 4950 Spre  15:9  |               de gerechtigheid najaagt, zal Hij liefhebben. ~
 4951 Spre  15:10 |                die de bestraffing haat, zal sterven. ~
 4952 Spre  15:12 |                      12      De spotter zal niet liefhebben, die hem
 4953 Spre  15:12 |       liefhebben, die hem bestraft; hij zal niet gaan tot de wijzen. ~
 4954 Spre  15:13 |                13      Een vrolijk hart zal het aangezicht blijde maken;
 4955 Spre  15:14 |                     Een verstandig hart zal de wetenschap opzoeken;
 4956 Spre  15:14 |                 maar de mond der zotten zal met dwaasheid gevoed worden. ~
 4957 Spre  15:18 |                 18      Een grimmig man zal gekijf verwekken; maar de
 4958 Spre  15:18 |          verwekken; maar de lankmoedige zal den twist stillen. ~
 4959 Spre  15:20 |                   20      Een wijs zoon zal den vader verblijden; maar
 4960 Spre  15:21 |               maar een man van verstand zal recht wandelen. ~
 4961 Spre  15:22 |                veelheid der raadslieden zal elkeen bestaan. ~
 4962 Spre  15:25 |                Het huis der hovaardigen zal de HEERE afrukken; maar
 4963 Spre  15:25 |             maar de landpale der weduwe zal Hij vastzetten. ~
 4964 Spre  15:27 |               maar die geschenken haat, zal leven. ~
 4965 Spre  15:28 |             maar de mond der goddelozen zal overvloediglijk kwade dingen
 4966 Spre  15:29 |                gebed der rechtvaardigen zal Hij verhoren. ~
 4967 Spre  15:31 |           bestraffing des levens hoort, zal in het midden der wijzen
 4968 Spre  16:5  |              een gruwel; hand aan hand, zal hij niet onschuldig zijn. ~
 4969 Spre  16:7  |             wegen den HEERE behagen, zo zal Hij ook zijn vijanden met
 4970 Spre  16:10 |           lippen des konings; zijn mond zal niet overtreden in het gericht. ~
 4971 Spre  16:13 |             koningen; en elkeen van hen zal liefhebben dien, die rechte
 4972 Spre  16:14 |                doods; maar een wijs man zal die verzoenen. ~
 4973 Spre  16:20 |                woord verstandelijk let, zal het goede vinden; en die
 4974 Spre  16:21 |               21      De wijze van hart zal verstandig genoemd worden;
 4975 Spre  16:21 |               en de zoetheid der lippen zal de lering vermeerderen. ~
 4976 Spre  16:23 |                zijn mond verstandig, en zal op zijn lippen de lering
 4977 Spre  16:28 |                28      Een verkeerd man zal krakeel inwerpen; en een
 4978 Spre  17:2  |                   Een verstandig knecht zal heersen over een zoon, die
 4979 Spre  17:2  |                het midden der broederen zal hij erfenis delen. ~
 4980 Spre  17:5  |               verblijdt in het verderf, zal niet onschuldig zijn. ~
 4981 Spre  17:8  |           gesteente; waarhenen het zich zal wenden, zal het wel gedijen. ~
 4982 Spre  17:8  |          waarhenen het zich zal wenden, zal het wel gedijen. ~
 4983 Spre  17:11 |              kwaad; maar een wrede bode zal tegen hem gezonden worden. ~
 4984 Spre  17:13 |                goed vergeldt, het kwaad zal van zijn huis niet wijken. ~
 4985 Spre  17:20 |              Wie verdraaid is van hart, zal het goede niet vinden; en
 4986 Spre  17:20 |              verkeerd is met zijn tong, zal in het kwaad vallen. ~
 4987 Spre  17:21 |              Wie een zot genereert, die zal hem tot droefheid zijn;
 4988 Spre  17:21 |                  en de vader des dwazen zal zich niet verblijden. ~
 4989 Spre  17:22 |                   22      Een blij hart zal een medicijn goed maken;
 4990 Spre  17:22 |                maar een verslagen geest zal het gebeente verdrogen. ~
 4991 Spre  17:23 |                    23      De goddeloze zal het geschenk uit den schoot
 4992 Spre  17:28 |                dwaas zelfs, die zwijgt, zal wijs geacht worden, en die
 4993 Spre  18:10 |                 Toren; de rechtvaardige zal daarhenen lopen, en in een
 4994 Spre  18:12 |                      Voor de verbreking zal des mensen hart zich verheffen;
 4995 Spre  18:13 |                 antwoord geeft, eer hij zal gehoord hebben, dat is hem
 4996 Spre  18:14 |                      De geest eens mans zal zijn krankheid ondersteunen;
 4997 Spre  18:14 |                een verslagen geest, wie zal dien opheffen? ~
 4998 Spre  18:20 |               de vrucht van ieders mond zal zijn buik verzadigd worden;
 4999 Spre  18:20 |              buik verzadigd worden; hij zal verzadigd worden van de
 5000 Spre  18:21 |                ieder, die ze liefheeft, zal haar vrucht eten. ~