1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4500 | 4501-5000 | 5001-5500 | 5501-6000 | 6001-6500 | 6501-7000 | 7001-7500 | 7501-8000 | 8001-8500 | 8501-9000 | 9001-9500 | 9501-10000 | 10001-10033
Book Chapter: Verse
7001 Eze 7:3 | het einde over u; want Ik zal Mijn toorn tegen u zenden,
7002 Eze 7:3 | toorn tegen u zenden, en Ik zal u richten naar uw wegen,
7003 Eze 7:3 | richten naar uw wegen, en Ik zal op u brengen al uw gruwelen. ~
7004 Eze 7:4 | 4 En Mijn oog zal u niet verschonen, en Ik
7005 Eze 7:4 | u niet verschonen, en Ik zal niet sparen; maar Ik zal
7006 Eze 7:4 | zal niet sparen; maar Ik zal uw wegen op u brengen, en
7007 Eze 7:8 | 8 Nu zal Ik in kort Mijn grimmigheid
7008 Eze 7:8 | richten naar uw wegen, en zal op u brengen al uw gruwelen. ~
7009 Eze 7:9 | 9 En Mijn oog zal niet verschonen, en Ik zal
7010 Eze 7:9 | zal niet verschonen, en Ik zal niet sparen; Ik zal u geven
7011 Eze 7:9 | en Ik zal niet sparen; Ik zal u geven naar uw wegen, en
7012 Eze 7:11 | goddeloosheid; niets van hen zal overblijven, noch van hun
7013 Eze 7:11 | hun gedruis, en geen klage zal over hen zijn. ~
7014 Eze 7:13 | 13 Want de verkoper zal tot het verkochte niet wederkeren,
7015 Eze 7:13 | van het land, niet zal terugkeren; en niemand zal
7016 Eze 7:13 | zal terugkeren; en niemand zal door zijn ongerechtigheid
7017 Eze 7:15 | binnen; die op het veld is, zal door het zwaard sterven,
7018 Eze 7:15 | die in de stad is, dien zal de honger en de pest verteren. ~
7019 Eze 7:18 | zakken aangorden, gruwen zal ze bedekken, en over alle
7020 Eze 7:18 | en over alle aangezichten zal schaamte wezen, en op al
7021 Eze 7:19 | straten werpen, en hun goud zal tot onreinigheid zijn; hun
7022 Eze 7:19 | hun zilver en hun goud zal hen niet kunnen uithelpen
7023 Eze 7:19 | zij niet vullen; want het zal de aanstoot hunner ongerechtigheid
7024 Eze 7:21 | 21 En Ik zal het in de hand der vreemden
7025 Eze 7:22 | 22 Ook zal Ik Mijn aangezicht van hen
7026 Eze 7:24 | 24 Daarom zal Ik de kwaadste der heidenen
7027 Eze 7:24 | erfelijk bezitten zullen, en zal den hoogmoed der sterken
7028 Eze 7:25 | den vrede zoeken, maar hij zal er niet zijn. ~
7029 Eze 7:26 | 26 Ellende zal op ellende komen, en er
7030 Eze 7:26 | op ellende komen, en er zal gerucht op gerucht wezen;
7031 Eze 7:26 | profeet zoeken; maar de wet zal vergaan van den priester,
7032 Eze 7:27 | 27 De koning zal rouw bedrijven, en de vorsten
7033 Eze 7:27 | zullen beroerd zijn; Ik zal hun doen naar hun weg, en
7034 Eze 7:27 | en met hun rechten zal Ik ze richten; en zij zullen
7035 Eze 8:18 | 18 Daarom zal Ik ook handelen in grimmigheid,
7036 Eze 8:18 | in grimmigheid, Mijn oog zal niet verschonen, en Ik zal
7037 Eze 8:18 | zal niet verschonen, en Ik zal niet sparen; hoewel zij
7038 Eze 8:18 | luider stem roepen, nochtans zal Ik hen niet horen. ~ ~
7039 Eze 9:10 | wat Mij aangaat, Mijn oog zal niet verschonen, en Ik zal
7040 Eze 9:10 | zal niet verschonen, en Ik zal niet sparen; Ik zal hun
7041 Eze 9:10 | en Ik zal niet sparen; Ik zal hun weg op hun hoofd geven. ~
7042 Eze 11:7 | is de pot; maar ulieden zal Ik uit het midden derzelve
7043 Eze 11:8 | gevreesd; en het zwaard zal Ik over u brengen, spreekt
7044 Eze 11:9 | 9 Ook zal Ik ulieden uit het midden
7045 Eze 11:9 | derzelve doen uitgaan, en Ik zal u overgeven in de hand der
7046 Eze 11:9 | hand der vreemden; en Ik zal recht onder u doen. ~
7047 Eze 11:10 | in de landpale Israels zal Ik u richten, en gij zult
7048 Eze 11:11 | 11 Deze stad zal ulieden niet tot een pot
7049 Eze 11:11 | in de landpale Israels zal Ik u richten. ~
7050 Eze 11:16 | verstrooid heb, nochtans zal Ik hun een weinig tijds
7051 Eze 11:17 | zegt de Heere HEERE: Ja, Ik zal ulieden vergaderen uit de
7052 Eze 11:17 | vergaderen uit de volken, en Ik zal u verzamelen uit de landen,
7053 Eze 11:17 | gij verstrooid zijt, en Ik zal u het land Israels
7054 Eze 11:19 | 19 En Ik zal hun enerlei hart geven,
7055 Eze 11:19 | hun enerlei hart geven, en zal een nieuwen geest in het
7056 Eze 11:19 | binnenste van u geven; en Ik zal het stenen hart uit hun
7057 Eze 11:19 | uit hun vlees wegnemen, en zal hun een vlesen hart geven; ~
7058 Eze 11:20 | tot een volk zijn, en Ik zal hun tot een God zijn. ~
7059 Eze 11:21 | nawandelt, derzelver weg zal Ik op hun hoofd geven, spreekt
7060 Eze 12:11 | als ik gedaan heb, alzo zal hun gedaan worden; zij zullen
7061 Eze 12:12 | in het midden van hen is, zal het gereedschap op den schouder
7062 Eze 12:12 | dragen in donker, en hij zal uitgaan; zij zullen door
7063 Eze 12:12 | uit te brengen; hij zal zijn aangezicht bedekken,
7064 Eze 12:13 | 13 Ik zal ook Mijn net over hem uitspreiden,
7065 Eze 12:13 | jachtgaren gegrepen worde; en Ik zal hem brengen in Babylonie,
7066 Eze 12:13 | het land der Chaldeen; ook zal hij dat niet zien, hoewel
7067 Eze 12:13 | hoewel hij daar sterven zal. ~
7068 Eze 12:14 | hulp, en al zijn benden zal Ik in alle winden verstrooien;
7069 Eze 12:14 | winden verstrooien; en Ik zal het zwaard achter hen uittrekken. ~
7070 Eze 12:15 | in de landen verstrooien zal. ~
7071 Eze 12:16 | 16 Doch Ik zal van hen weinige lieden doen
7072 Eze 12:19 | drinken, omdat hun land woest zal worden van zijn volheid,
7073 Eze 12:20 | woest worden, en het land zal een wildernis zijn; en gij
7074 Eze 12:22 | worden, en al het gezicht zal vergaan? ~
7075 Eze 12:23 | zegt de Heere HEERE: Ik zal dit spreekwoord doen ophouden,
7076 Eze 12:24 | Want geen ijdel gezicht zal er meer wezen, noch vleiende
7077 Eze 12:25 | Want Ik ben de HEERE, Ik zal spreken; het woord, de tijd
7078 Eze 12:25 | spreken; het woord, de tijd zal niet meer uitgesteld worden;
7079 Eze 12:25 | dagen, o wederspannig huis, zal Ik een woord spreken, en
7080 Eze 12:28 | hetwelk Ik gesproken heb, dat zal gedaan worden, spreekt de
7081 Eze 13:9 | 9 En Mijn hand zal zijn tegen de profeten,
7082 Eze 13:11 | pleisteren, dat hij omvallen zal; er zal een overstelpende
7083 Eze 13:11 | dat hij omvallen zal; er zal een overstelpende plasregen
7084 Eze 13:11 | en een grote stormwind zal hem splijten. ~
7085 Eze 13:12 | Ziet, als die wand zal gevallen zijn, zal dan niet
7086 Eze 13:12 | wand zal gevallen zijn, zal dan niet tot u gezegd worden:
7087 Eze 13:13 | zegt de Heere HEERE: Ja, Ik zal hem door een groten stormwind
7088 Eze 13:13 | grimmigheid splijten, en er zal een overstelpende plasregen
7089 Eze 13:14 | 14 Zo zal Ik den wand afbreken, dien
7090 Eze 13:14 | kalk gepleisterd hebt, en zal hem ter aarde nederwerpen,
7091 Eze 13:14 | nederwerpen, dat zijn grond zal ontdekt worden; alzo zal
7092 Eze 13:14 | zal ontdekt worden; alzo zal de stad vallen, en gij zult
7093 Eze 13:15 | 15 Zo zal Ik Mijn grimmigheid tegen
7094 Eze 13:15 | pleisteren met loze kalk; en Ik zal tot ulieden zeggen: Die
7095 Eze 13:20 | naar de bloemhoven, en Ik zal ze uit uw armen wegscheuren;
7096 Eze 13:20 | armen wegscheuren; en Ik zal die zielen losmaken,
7097 Eze 13:21 | 21 Daartoe zal Ik uw hoofddeksels scheuren,
7098 Eze 13:23 | waarzegging gebruiken; maar Ik zal Mijn volk uit uw hand redden,
7099 Eze 14:4 | den profeet, Ik, de HEERE zal hem, als hij komt, antwoorden
7100 Eze 14:7 | vragen; Ik ben de HEERE, hem zal geantwoord worden door Mij; ~
7101 Eze 14:8 | 8 En Ik zal Mijn aangezicht tegen dienzelven
7102 Eze 14:8 | dienzelven man zetten, en zal hem stellen tot een teken
7103 Eze 14:8 | en tot spreekwoorden, en zal hem uitroeien uit het midden
7104 Eze 14:9 | nu een profeet overreed zal zijn, en iets gesproken
7105 Eze 14:9 | zijn, en iets gesproken zal hebben, Ik, de HEERE, heb
7106 Eze 14:9 | profeet overreed, en Ik zal Mijn hand tegen hem uitstrekken,
7107 Eze 14:9 | tegen hem uitstrekken, en zal hem verdelgen uit het
7108 Eze 14:10 | ongerechtigheid des vragers zal zijn; alzo zal zijn de ongerechtigheid
7109 Eze 14:10 | des vragers zal zijn; alzo zal zijn de ongerechtigheid
7110 Eze 14:11 | tot een volk zijn, en Ik zal hun tot een God zijn,
7111 Eze 14:13 | land tegen Mij gezondigd zal hebben, zwaarlijk overtredende,
7112 Eze 14:13 | zwaarlijk overtredende, zo zal Ik Mijn hand daartegen uitstrekken,
7113 Eze 14:13 | daartegen uitstrekken, en zal hetzelve den staf des broods
7114 Eze 14:21 | de pestilentie gezonden zal hebben tegen Jeruzalem,
7115 Eze 14:22 | over Jeruzalem gebracht zal hebben, ja, al wat Ik zal
7116 Eze 14:22 | zal hebben, ja, al wat Ik zal gebracht hebben over haar. ~
7117 Eze 15:5 | zodat het verbrand is, zal het dan nog tot een stuk
7118 Eze 15:6 | het verteerd worde, alzo zal Ik de inwoners van Jeruzalem
7119 Eze 15:7 | 7 Want Ik zal Mijn aangezicht tegen hen
7120 Eze 15:7 | van het ene vuur uitgaan, zal het andere vuur hen verteren;
7121 Eze 15:7 | aangezicht tegen hen gesteld zal hebben. ~
7122 Eze 15:8 | 8 En Ik zal het land woest maken, omdat
7123 Eze 16:16 | zulks is niet gekomen, en zal niet geschieden. ~
7124 Eze 16:37 | 37 Daarom, zie, Ik zal al uw boelen vergaderen,
7125 Eze 16:37 | die gij gehaat hebt; en Ik zal hen van rondom vergaderen
7126 Eze 16:37 | vergaderen tegen u, en Ik zal voor hen uw naaktheid ontdekken,
7127 Eze 16:38 | 38 Daartoe zal Ik u naar de rechten der
7128 Eze 16:38 | bloedvergietsters richten; en Ik zal u overgeven aan het bloed
7129 Eze 16:39 | 39 En Ik zal u in hun hand overgeven,
7130 Eze 16:41 | veler vrouwen ogen; en Ik zal u doen ophouden van een
7131 Eze 16:42 | 42 Zo zal Ik Mijn grimmigheid op u
7132 Eze 16:42 | doen rusten, en Mijn ijver zal van u afwijken; en Ik zal
7133 Eze 16:42 | zal van u afwijken; en Ik zal stil zijn, en niet meer
7134 Eze 16:43 | zijt met dit alles, zie, zo zal Ik ook uw weg op uw hoofd
7135 Eze 16:44 | spreekwoorden gebruikt, zal van u een spreekwoord gebruiken,
7136 Eze 16:53 | gevangenen wederbrengen zal, namelijk de gevangenen
7137 Eze 16:53 | Samaria en haar dochteren, dan zal Ik wederbrengen de
7138 Eze 16:59 | zegt de Heere HEERE: Ik zal u ook doen, gelijk als gij
7139 Eze 16:60 | 60 Evenwel zal Ik gedachtig wezen aan Mijn
7140 Eze 16:60 | dagen uwer jonkheid, en Ik zal met u een eeuwig verbond
7141 Eze 16:61 | aannemen zult; want Ik zal u dezelve geven tot dochteren,
7142 Eze 16:62 | 62 Want Ik zal Mijn verbond met u oprichten,
7143 Eze 16:63 | Ik voor u verzoening doen zal over al hetgeen gij gedaan
7144 Eze 17:9 | Alzo zegt de Heere HEERE: Zal hij gedijen? Zal hij niet
7145 Eze 17:9 | HEERE: Zal hij gedijen? Zal hij niet zijn wortelen uitrukken,
7146 Eze 17:9 | dat hij droog worde? Hij zal aan al de bladeren van zijn
7147 Eze 17:10 | 10 Ja, ziet, zal hij geplant zijnde gedijen?
7148 Eze 17:10 | geplant zijnde gedijen? Zal hij niet, als de oostenwind
7149 Eze 17:10 | de bedden van zijn gewas zal hij verdrogen. ~
7150 Eze 17:15 | veel volks bestellen zou; zal hij gedijen? Zal hij ontkomen,
7151 Eze 17:15 | bestellen zou; zal hij gedijen? Zal hij ontkomen, die zulke
7152 Eze 17:15 | zulke dingen doet? Ja, zal hij het verbond breken en
7153 Eze 17:16 | in het midden van Babel zal sterven! ~
7154 Eze 17:17 | 17 Ook zal Farao, door een groot heir
7155 Eze 17:17 | uitrichten als men een wal zal opwerpen, en als men sterkten
7156 Eze 17:17 | als men sterkten bouwen zal, om vele zielen uit
7157 Eze 17:18 | deze dingen gedaan heeft, zal hij niet ontkomen. ~
7158 Eze 17:20 | 20 En Ik zal Mijn net over hem uitspreiden,
7159 Eze 17:20 | uitspreiden, dat hij gegrepen zal worden in Mijn jachtgaren;
7160 Eze 17:20 | in Mijn jachtgaren; en Ik zal daar met hem rechten over
7161 Eze 17:22 | zegt de Heere HEERE: Ik zal ook van den oppersten tak
7162 Eze 17:22 | ceders nemen, dat Ik zetten zal; van het opperste zijner
7163 Eze 17:22 | opperste zijner jonge takjes zal Ik een tederen afplukken,
7164 Eze 17:22 | verhevenen berg planten zal; ~
7165 Eze 17:23 | berg der hoogte van Israel zal Ik hem planten; en hij zal
7166 Eze 17:23 | zal Ik hem planten; en hij zal takken voortbrengen, en
7167 Eze 17:23 | en vrucht dragen, en hij zal tot een heerlijken ceder
7168 Eze 17:23 | worden, dat onder hem wonen zal alle gevogelte van
7169 Eze 17:24 | HEERE, heb het gesproken, en zal het doen. ~ ~ ~ ~ ~
7170 Eze 18:3 | het ulieden meer gebeuren zal, dit spreekwoord in Israel
7171 Eze 18:4 | de ziel, die zondigt, die zal sterven. ~
7172 Eze 18:9 | handelen; die rechtvaardige zal gewisselijk leven, spreekt
7173 Eze 18:13 | overwinst; zou die leven? Hij zal niet leven, al die gruwelen
7174 Eze 18:13 | gruwelen heeft hij gedaan; hij zal voorzeker gedood worden;
7175 Eze 18:13 | gedood worden; zijn bloed zal op hem zijn! ~
7176 Eze 18:17 | inzettingen wandelt; die zal niet sterven om de ongerechtigheid
7177 Eze 18:17 | ongerechtigheid zijns vaders; hij zal gewisselijk leven. ~
7178 Eze 18:18 | zijner volken; ziet daar, hij zal sterven in zijn ongerechtigheid. ~
7179 Eze 18:19 | ongerechtigheid des vaders? Immers zal de zoon, die recht en gerechtigheid
7180 Eze 18:20 | De ziel, die zondigt, die zal sterven; de zoon zal niet
7181 Eze 18:20 | die zal sterven; de zoon zal niet dragen de ongerechtigheid
7182 Eze 18:20 | des vaders, en de vader zal niet dragen de ongerechtigheid
7183 Eze 18:20 | des rechtvaardigen zal op hem zijn, en de goddeloosheid
7184 Eze 18:20 | goddeloosheid des goddelozen zal op hem zijn. ~
7185 Eze 18:21 | recht en gerechtigheid, hij zal gewisselijk leven, hij
7186 Eze 18:21 | gewisselijk leven, hij zal niet sterven. ~
7187 Eze 18:22 | gerechtigheid, die hij gedaan heeft, zal hij leven. ~
7188 Eze 18:24 | gezondigd heeft, in die zal hij sterven. ~
7189 Eze 18:26 | en sterft in dezelve, hij zal in zijn onrecht, dat hij
7190 Eze 18:27 | recht en gerechtigheid, die zal zijn ziel in het leven behouden; ~
7191 Eze 18:28 | die hij gedaan heeft, hij zal gewisselijk leven, hij zal
7192 Eze 18:28 | zal gewisselijk leven, hij zal niet sterven. ~
7193 Eze 18:30 | 30 Daarom zal Ik u richten, o huis Israels!
7194 Eze 18:30 | al uw overtredingen, zo zal de ongerechtigheid u niet
7195 Eze 20:11 | dewelke, zo ze een mens doet, zal hij door dezelve leven. ~
7196 Eze 20:13 | dewelke, zo ze een mens doet, zal hij door dezelve leven;
7197 Eze 20:21 | zo ze een mens doet, zal hij door dezelve leven;
7198 Eze 20:32 | uw geest opgeklommen is, zal geenszins geschieden, dat
7199 Eze 20:33 | uitgegoten grimmigheid over u zal regeren! ~
7200 Eze 20:34 | 34 Want Ik zal u uit de volken voeren,
7201 Eze 20:35 | 35 Daartoe zal Ik u brengen in de woestijn
7202 Eze 20:35 | woestijn der volken, en Ik zal met u aldaar rechten, aangezicht
7203 Eze 20:36 | woestijn van Egypteland, alzo zal Ik met u rechten, spreekt
7204 Eze 20:37 | 37 En Ik zal ulieden onder de roede doen
7205 Eze 20:37 | roede doen doorgaan, en Ik zal u brengen onder den band
7206 Eze 20:38 | 38 Daartoe zal Ik, die rebel zijn, en die
7207 Eze 20:38 | ulieden uitzuiveren; Ik zal hen uit het land hunner
7208 Eze 20:40 | spreekt de Heere HEERE, daar zal Mij het ganse huis Israels
7209 Eze 20:40 | dienen, zij allen; daar zal Ik welgevallen aan hen
7210 Eze 20:40 | hen nemen, en daar zal Ik uw hefofferen eisen,
7211 Eze 20:41 | 41 Ik zal een welgevallen aan ulieden
7212 Eze 20:41 | uitvoeren, en u vergaderen zal uit de landen, in dewelke
7213 Eze 20:41 | verstrooid zijn, en Ik zal in u geheiligd worden voor
7214 Eze 20:42 | landschap Israels gebracht zal hebben, in het land, waarover
7215 Eze 20:44 | ben, als Ik met u gedaan zal hebben, om Mijns Naams wil,
7216 Eze 20:47 | de Heere HEERE: Ziet, Ik zal een vuur in u aansteken,
7217 Eze 20:47 | dorren boom verteren zal; de vlammende vlam zal niet
7218 Eze 20:47 | verteren zal; de vlammende vlam zal niet uitgeblust worden,
7219 Eze 20:48 | 48 En alle vlees zal zien, dat Ik, de HEERE,
7220 Eze 20:48 | dat aangestoken heb; het zal niet uitgeblust worden. ~
7221 Eze 21:3 | Ziet, Ik wil aan u, en Ik zal Mijn zwaard uit zijn schede
7222 Eze 21:3 | zijn schede trekken; en Ik zal van u uitroeien den rechtvaardige
7223 Eze 21:4 | Omdat Ik dan van u uitroeien zal den rechtvaardige en den
7224 Eze 21:4 | en den goddeloze, daarom zal Mijn zwaard uit zijn schede
7225 Eze 21:5 | 5 En alle vlees zal weten, dat Ik, de HEERE,
7226 Eze 21:5 | schede getrokken heb; het zal niet meer wederkeren. ~
7227 Eze 21:7 | 7 En het zal geschieden, als zij tot
7228 Eze 21:7 | want het komt! en alle hart zal versmelten, en alle handen
7229 Eze 21:7 | verslappen, en alle geest zal inkrimpen, en alle knieen
7230 Eze 21:7 | ziet, het komt, en het zal geschieden, spreekt de Heere
7231 Eze 21:12 | mensenkind, want hetzelve zal zijn tegen Mijn volk, het
7232 Eze 21:12 | zijn tegen Mijn volk, het zal zijn tegen al de vorsten
7233 Eze 21:14 | tegen hand; want het zwaard zal verdubbeld worden ten derden
7234 Eze 21:14 | binnenste kameren indringen zal. ~
7235 Eze 21:17 | 17 En Ik Zelf zal ook Mijn hand tegen Mijn
7236 Eze 21:20 | waardoor het zwaard inkomen zal tegen Rabba der kinderen
7237 Eze 21:21 | Want de koning van Babel zal aan de wegscheiding staan,
7238 Eze 21:21 | waarzegging te gebruiken; hij zal zijn pijlen slijpen; hij
7239 Eze 21:21 | zijn pijlen slijpen; hij zal de terafim vragen, hij
7240 Eze 21:21 | terafim vragen, hij zal de lever bezien. ~
7241 Eze 21:22 | 22 De waarzegging zal aan zijn rechterhand zijn
7242 Eze 21:23 | 23 Dit zal hun in hun ogen als een
7243 Eze 21:23 | zijn onder hen; maar hij zal der ongerechtigheid gedenken,
7244 Eze 21:25 | Israel, wiens dag komen zal, ten tijde der uiterste
7245 Eze 21:26 | hef dien kroon af, deze zal dezelfde niet wezen; Ik
7246 Eze 21:26 | dezelfde niet wezen; Ik zal verhogen dien, die nederig
7247 Eze 21:27 | 27 Ik zal die kroon omgekeerd, omgekeerd,
7248 Eze 21:27 | omgekeerd stellen; ja, zij zal niet zijn, totdat hij kome,
7249 Eze 21:27 | heeft, en dien Ik dat geven zal. ~
7250 Eze 21:30 | in het land uwer woningen zal Ik u richten. ~
7251 Eze 21:31 | 31 En Ik zal over u Mijn gramschap uitgieten,
7252 Eze 21:31 | gramschap uitgieten, Ik zal tegen u door het vuur Mijner
7253 Eze 21:31 | verbolgenheid blazen; en Ik zal u overgeven in de hand van
7254 Eze 21:32 | tot spijze zijn, uw bloed zal zijn in het midden des lands;
7255 Eze 21:32 | het midden des lands; uwer zal niet gedacht worden; want
7256 Eze 22:14 | 14 Zal uw hart bestaan? zullen
7257 Eze 22:14 | dagen, als Ik met u handelen zal? Ik, de HEERE, heb het gesproken,
7258 Eze 22:14 | HEERE, heb het gesproken, en zal het doen. ~
7259 Eze 22:15 | 15 En Ik zal u verstrooien onder de heidenen,
7260 Eze 22:19 | geworden zijt, daarom ziet, Ik zal u in het midden van Jeruzalem
7261 Eze 22:20 | opdat men het smelte; alzo zal Ik ulieden vergaderen in
7262 Eze 22:21 | 21 Ja, Ik zal u bijeenbrengen, en zal
7263 Eze 22:21 | zal u bijeenbrengen, en zal op u blazen in het vuur
7264 Eze 23:22 | de Heere HEERE: Zie, Ik zal uw boelen, van welke uw
7265 Eze 23:22 | tegen u verwekken, en Ik zal hen van rondom tegen u aanbrengen. ~
7266 Eze 23:24 | rondom tegen u zetten; en Ik zal voor hun aangezicht
7267 Eze 23:25 | 25 En Ik zal Mijn ijver tegen u zetten,
7268 Eze 23:25 | afnemen, en het laatste van u zal door het zwaard vallen;
7269 Eze 23:25 | wegnemen, en het laatste van u zal door het vuur verteerd worden. ~
7270 Eze 23:27 | 27 Zo zal Ik uw schandelijkheid van
7271 Eze 23:28 | de Heere HEERE: Zie, Ik zal u overgeven in de hand dergenen,
7272 Eze 23:30 | 30 Deze dingen zal men u doen, dewijl gij de
7273 Eze 23:31 | hebt gij gewandeld, daarom zal Ik haar beker in uw hand
7274 Eze 23:46 | zegt de Heere HEERE: Ik zal een vergadering tegen haar
7275 Eze 23:46 | tegen haar doen opkomen, en zal ze ter beroering en ten
7276 Eze 23:47 | 47 En de vergadering zal ze met stenen stenigen,
7277 Eze 23:48 | 48 Alzo zal Ik de schandelijkheid uit
7278 Eze 24:9 | HEERE: Wee der bloedstad! Ik zal ook den brandstapel groot
7279 Eze 24:13 | Mijn grimmigheid op u zal hebben doen rusten. ~
7280 Eze 24:14 | heb het gesproken; het zal komen, en Ik zal het doen;
7281 Eze 24:14 | gesproken; het zal komen, en Ik zal het doen; Ik zal er niet
7282 Eze 24:14 | en Ik zal het doen; Ik zal er niet van wijken, en Ik
7283 Eze 24:14 | er niet van wijken, en Ik zal niet verschonen noch berouw
7284 Eze 24:16 | Mensenkind! zie, Ik zal den lust uwer ogen van u
7285 Eze 24:21 | de Heere HEERE: Ziet, Ik zal Mijn heiligdom ontheiligen,
7286 Eze 24:24 | 24 Alzo zal ulieden Ezechiel tot een
7287 Eze 24:25 | En gij, mensenkind! zal het niet zijn, ten dage,
7288 Eze 24:25 | ten dage, als Ik van hen zal wegnemen hun sterkte, de
7289 Eze 24:26 | dage een ontkomene tot u zal komen, om uw oren dat te
7290 Eze 24:27 | 27 Ten zelven dage zal uw mond bij dien, die ontkomen
7291 Eze 25:4 | 4 Daarom, ziet, Ik zal u aan die van het oosten
7292 Eze 25:5 | 5 En Ik zal Rabba tot een kemelstal
7293 Eze 25:7 | 7 Daarom, ziet, Ik zal Mijn hand tegen u uitstrekken,
7294 Eze 25:7 | heidenen ten buit geven, en zal u uit de volken uitroeien,
7295 Eze 25:7 | uit de landen verdoen; Ik zal u verdelgen; en gij zult
7296 Eze 25:9 | 9 Daarom, ziet, Ik zal de zijde van Moab openen,
7297 Eze 25:10 | hetwelk Ik ter bezitting zal overgeven; opdat der kinderen
7298 Eze 25:11 | 11 Ik zal ook in Moab gerichten oefenen;
7299 Eze 25:13 | zegt de Heere HEERE: Ik zal ook Mijn hand uitstrekken
7300 Eze 25:13 | uitstrekken tegen Edom, en Ik zal mens en beest uit haar uitroeien;
7301 Eze 25:13 | beest uit haar uitroeien; en zal haar tot een woestheid stellen
7302 Eze 25:14 | 14 En Ik zal Mijn wraak doen aan Edom,
7303 Eze 25:16 | tegen de Filistijnen, en zal de Cherethieten uitroeien,
7304 Eze 25:17 | 17 En Ik zal grote wraak met grimmige
7305 Eze 25:17 | Mijn wraak aan hen gedaan zal hebben. ~ ~ ~ ~ ~
7306 Eze 26:2 | is tot mij omgewend; ik zal vervuld worden, zij is verwoest! ~
7307 Eze 26:3 | wil aan u, o Tyrus! en Ik zal vele heidenen tegen u doen
7308 Eze 26:4 | torens afbreken; ja, Ik zal haar stof van haar wegvagen,
7309 Eze 26:4 | stof van haar wegvagen, en zal haar tot een gladde steenrots
7310 Eze 26:5 | 5 Zij zal in het midden der zee zijn
7311 Eze 26:5 | spreekt de Heere HEERE; en zij zal den heidenen ten roof worden. ~
7312 Eze 26:7 | de Heere HEERE: Ziet, Ik zal Nebukadrezar, den koning
7313 Eze 26:8 | 8 Hij zal uw dochteren op het veld
7314 Eze 26:8 | het zwaard doden, en hij zal sterkten tegen u maken,
7315 Eze 26:9 | 9 En hij zal muurbrekers tegen uw muren
7316 Eze 26:10 | de menigte zijner paarden zal u derzelver stof bedekken;
7317 Eze 26:10 | als hij door uw poorten zal intrekken, gelijk door
7318 Eze 26:11 | 11 Hij zal met de hoeven zijner paarden
7319 Eze 26:11 | straten vertreden; uw volk zal hij met het zwaard doden,
7320 Eze 26:11 | de kolommen uwer sterkten zal ter aarde nederstorten. ~
7321 Eze 26:13 | 13 Zo zal Ik het gedeun uwer liederen
7322 Eze 26:13 | het geklank uwer harpen zal niet meer gehoord worden. ~
7323 Eze 26:14 | 14 Ja, Ik zal u maken tot een gladde steenrots;
7324 Eze 26:15 | als de dodelijk verwonde zal kermen, wanneer men in het
7325 Eze 26:15 | van u schrikkelijk zal moorden? ~
7326 Eze 26:19 | de Heere HEERE: Als Ik u zal stellen tot een verwoeste
7327 Eze 26:19 | als Ik een afgrond over u zal doen opkomen, en de grote
7328 Eze 26:20 | 20 Dan zal Ik u doen nederdalen met
7329 Eze 26:20 | nederdalen tot het oude volk, en zal u doen nederliggen in de
7330 Eze 26:20 | niet bewoond wordt; en Ik zal het sieraad herstellen in
7331 Eze 26:21 | 21 Maar u zal Ik tot een groten schrik
7332 Eze 28:7 | 7 Daarom zie, Ik zal vreemden over u brengen,
7333 Eze 28:16 | gij hebt gezondigd; daarom zal Ik u ontheiligen van Gods
7334 Eze 28:16 | ontheiligen van Gods berg, en zal u, gij overdekkende
7335 Eze 28:22 | Ik wil aan u, o Sidon! en zal in het midden van u verheerlijkt
7336 Eze 28:22 | als Ik gerichten in haar zal hebben geoefend, en
7337 Eze 28:22 | geoefend, en in haar geheiligd zal zijn. ~
7338 Eze 28:23 | 23 Want Ik zal de pestilentie in haar zenden,
7339 Eze 28:23 | het zwaard, dat tegen haar zal zijn van rondom; en
7340 Eze 28:24 | En het huis Israels zal geen smartenden doorn noch
7341 Eze 28:25 | Als Ik het huis Israels zal vergaderd hebben uit de
7342 Eze 28:25 | voor de ogen der heidenen zal geheiligd zijn, dan
7343 Eze 28:26 | wonen; als Ik gerichten zal hebben geoefend tegen allen,
7344 Eze 29:4 | 4 Maar Ik zal haken in uw kaken doen,
7345 Eze 29:4 | schubben doen kleven; en Ik zal u uit het midden uwer rivieren
7346 Eze 29:4 | al de vis uwer rivieren zal aan uw schubben kleven. ~
7347 Eze 29:5 | 5 En Ik zal u verlaten in de woestijn,
7348 Eze 29:8 | de Heere HEERE: Zie, Ik zal het zwaard over u brengen,
7349 Eze 29:8 | zwaard over u brengen, en Ik zal uit u mens en beest uitroeien.
7350 Eze 29:9 | 9 En Egypteland zal worden tot een wildernis
7351 Eze 29:10 | en aan uw rivier; en Ik zal Egypteland stellen tot woeste
7352 Eze 29:11 | 11 Geen mensenvoet zal door hetzelve doorgaan,
7353 Eze 29:11 | doorgaan, en geen beestenvoet zal door hetzelve doorgaan,
7354 Eze 29:11 | hetzelve doorgaan, en het zal veertig jaren onbewoond
7355 Eze 29:12 | 12 Want Ik zal Egypteland stellen tot een
7356 Eze 29:12 | veertig jaren; en Ik zal de Egyptenaars verstrooien
7357 Eze 29:12 | verstrooien onder de heidenen, en zal hen verspreiden in de landen. ~
7358 Eze 29:13 | einde van veertig jaren zal Ik de Egyptenaars vergaderen
7359 Eze 29:14 | 14 En Ik zal de gevangenis der Egyptenaren
7360 Eze 29:15 | 15 En het zal nederiger zijn dan de andere
7361 Eze 29:15 | boven de heidenen; want Ik zal hen verminderen, dat zij
7362 Eze 29:16 | 16 En het zal den huize Israels niet meer
7363 Eze 29:19 | de Heere HEERE: Zie, Ik zal Nebukadrezar, den koning
7364 Eze 29:19 | Egypteland geven; en hij zal deszelfs buit buiten, en
7365 Eze 29:19 | deszelfs roof roven, en het zal het loon zijn voor
7366 Eze 29:21 | 21 Te dien dage zal Ik den hoorn van het huis
7367 Eze 30:3 | nabij, een wolkige dag, het zal der heidenen tijd zijn. ~
7368 Eze 30:4 | 4 En het zwaard zal komen in Egypte, en er zal
7369 Eze 30:4 | zal komen in Egypte, en er zal grote smart zijn in Morenland,
7370 Eze 30:6 | hovaardij harer sterkte zal nederdalen; van den toren
7371 Eze 30:8 | als Ik een vuur in Egypte zal hebben gelegd, en al haar
7372 Eze 30:9 | Morenland te verschrikken; en er zal grote smart bij hen zijn,
7373 Eze 30:10 | zegt de Heere HEERE: Ja, Ik zal de menigte van Egypte doen
7374 Eze 30:12 | 12 En Ik zal de rivieren tot droogte
7375 Eze 30:12 | de hand der bozen; en Ik zal het land met zijn volheid
7376 Eze 30:13 | zegt de Heere HEERE: Ik zal ook de drekgoden verdoen,
7377 Eze 30:13 | ophouden uit Nof; en er zal geen vorst meer zijn uit
7378 Eze 30:13 | zijn uit Egypteland; en Ik zal een vreze in Egypteland
7379 Eze 30:14 | 14 En Ik zal Pathros verwoesten, en een
7380 Eze 30:14 | vuur leggen in Zoan; en Ik zal gerichten oefenen in No. ~
7381 Eze 30:15 | 15 En Ik zal Mijn grimmigheid uitgieten
7382 Eze 30:15 | sterkte van Egypte; en Ik zal de menigte van No uitroeien. ~
7383 Eze 30:16 | 16 En Ik zal een vuur in Egypte leggen;
7384 Eze 30:16 | vuur in Egypte leggen; Sin zal zeer grote pijn hebben,
7385 Eze 30:16 | grote pijn hebben, en No zal gespleten worden, en Nof
7386 Eze 30:16 | gespleten worden, en Nof zal dagelijks zeer bang zijn. ~
7387 Eze 30:18 | 18 En te Tachpanhes zal de dag verduisterd worden,
7388 Eze 30:18 | het juk van Egypte aldaar zal verbreken, en de hovaardij
7389 Eze 30:18 | hovaardij harer sterkte in haar zal ophouden; haar zal een wolk
7390 Eze 30:18 | haar zal ophouden; haar zal een wolk bedekken,
7391 Eze 30:19 | 19 Alzo zal Ik gerichten oefenen in
7392 Eze 30:21 | verbroken; en ziet, hij zal niet verbonden worden, met
7393 Eze 30:22 | den koning van Egypte, en zal zijn armen verbreken, beide
7394 Eze 30:22 | en den verbrokenen; en Ik zal het zwaard uit zijn
7395 Eze 30:23 | 23 En Ik zal de Egyptenaars verstrooien
7396 Eze 30:23 | verstrooien onder de heidenen, en zal hen verspreiden in de landen. ~
7397 Eze 30:24 | 24 En Ik zal de armen des konings van
7398 Eze 30:24 | geven; maar Farao's armen zal Ik verbreken, dat hij voor
7399 Eze 30:24 | hij voor zijn aangezicht zal kermen, gelijk een
7400 Eze 30:25 | 25 Ja, Ik zal de armen des konings van
7401 Eze 30:25 | des konings van Babel zal hebben gegeven, en hij datzelve
7402 Eze 30:25 | datzelve over Egypteland zal hebben uitgestrekt. ~
7403 Eze 30:26 | 26 En Ik zal de Egyptenaars verstrooien
7404 Eze 30:26 | verstrooien onder de heidenen, en zal hen verspreiden in de landen;
7405 Eze 32:3 | zegt de Heere HEERE: Ik zal daarom Mijn net over u uitspreiden
7406 Eze 32:4 | 4 Dan zal Ik u laten op het land,
7407 Eze 32:4 | u laten op het land, Ik zal u henenwerpen op het open
7408 Eze 32:4 | op het open veld; en Ik zal al het gevogelte des hemels
7409 Eze 32:5 | 5 En Ik zal uw vlees henengeven op de
7410 Eze 32:6 | 6 En Ik zal het land, waarin gij zwemt,
7411 Eze 32:7 | 7 En als Ik u zal uitblussen, zal Ik den hemel
7412 Eze 32:7 | als Ik u zal uitblussen, zal Ik den hemel bedekken, en
7413 Eze 32:7 | sterren zwart maken; Ik zal de zon met wolken bedekken,
7414 Eze 32:7 | wolken bedekken, en de maan zal haar licht niet laten lichten. ~
7415 Eze 32:8 | lichten aan den hemel, die zal Ik om uwentwil zwart maken;
7416 Eze 32:8 | uwentwil zwart maken; en Ik zal een duisternis over uw land
7417 Eze 32:9 | 9 Daartoe zal Ik het hart van vele volken
7418 Eze 32:9 | verbreking onder de heidenen zal brengen in de landen, die
7419 Eze 32:10 | 10 En Ik zal maken, dat zich vele volken
7420 Eze 32:10 | staan, als Ik Mijn zwaard zal zwaaien voor hun aangezichten;
7421 Eze 32:11 | zwaard des konings van Babel zal u overkomen. ~
7422 Eze 32:12 | 12 Ik zal uw menigte vellen door de
7423 Eze 32:12 | verstoren, en haar ganse menigte zal verdelgd worden. ~
7424 Eze 32:13 | 13 En Ik zal haar beesten verdoen van
7425 Eze 32:13 | wateren; en geen mensenvoet zal ze meer beroeren, en geen
7426 Eze 32:14 | 14 Dan zal Ik hunlieder wateren doen
7427 Eze 32:14 | wateren doen zinken, en Ik zal hunlieder rivieren doen
7428 Eze 32:15 | 15 Als Ik Egypteland zal hebben gesteld tot een verwoesting,
7429 Eze 32:15 | het land van zijn volheid zal woest zijn geworden, als
7430 Eze 32:15 | geworden, als Ik geslagen zal hebben allen, die daarin
7431 Eze 32:31 | 31 Farao zal henlieden zien, en zich
7432 Eze 32:32 | land der levenden; dies zal hij gelegd worden in het
7433 Eze 33:6 | weggenomen, maar zijn bloed zal Ik van des hand des wachters
7434 Eze 33:8 | te manen; die goddeloze zal in zijn ongerechtigheid
7435 Eze 33:8 | sterven, maar zijn bloed zal Ik van uw hand eisen. ~
7436 Eze 33:9 | zijn weg niet bekeert, zo zal hij in zijn ongerechtigheid
7437 Eze 33:12 | gerechtigheid des rechtvaardigen zal hem niet redden ten dage
7438 Eze 33:12 | des goddelozen, hij zal om dezelve niet vallen,
7439 Eze 33:12 | bekeert; en de rechtvaardige zal niet kunnen leven door dezelve
7440 Eze 33:13 | dat hij zekerlijk leven zal, en hij op zijn gerechtigheid
7441 Eze 33:13 | onrecht, dat hij doet, daarin zal hij sterven. ~
7442 Eze 33:15 | hij geen onrecht doet; hij zal zekerlijk leven, hij zal
7443 Eze 33:15 | zal zekerlijk leven, hij zal niet sterven. ~
7444 Eze 33:16 | gerechtigheid gedaan, hij zal zekerlijk leven. ~
7445 Eze 33:18 | gerechtigheid, en doet onrecht, zo zal hij daarin sterven. ~
7446 Eze 33:19 | recht en gerechtigheid, zo zal hij daarin leven. ~
7447 Eze 33:20 | Heeren is niet recht; Ik zal ulieden richten, een ieder
7448 Eze 33:28 | 28 Want Ik zal het land tot een verwoesting
7449 Eze 33:28 | hovaardij zijner sterkte zal ophouden; en de bergen Israels
7450 Eze 33:29 | verwoesting en een schrik zal gesteld hebben, om al hun
7451 Eze 33:33 | Maar als dat komt (zie, het zal komen!) dan zullen zij weten,
7452 Eze 34:10 | Ik wil aan de herders, en zal Mijn schapen van hun hand
7453 Eze 34:10 | schapen van hun hand eisen, en zal ze van het weiden der schapen
7454 Eze 34:10 | meer zullen weiden; en Ik zal Mijn schapen uit hun mond
7455 Eze 34:11 | HEERE: Ziet, Ik, ja, Ik zal naar Mijn schapen vragen,
7456 Eze 34:11 | Mijn schapen vragen, en zal ze opzoeken. ~
7457 Eze 34:12 | verspreide schapen is, alzo zal Ik Mijn schapen opzoeken;
7458 Eze 34:12 | schapen opzoeken; en Ik zal ze redden uit al de plaatsen,
7459 Eze 34:13 | 13 En Ik zal ze uitvoeren van de volken,
7460 Eze 34:13 | uitvoeren van de volken, en zal ze vergaderen uit de landen,
7461 Eze 34:13 | brengen ze in hun land; en Ik zal ze weiden op de bergen Israels,
7462 Eze 34:14 | Op een goede weide zal Ik ze weiden, en op de hoge
7463 Eze 34:14 | op de hoge bergen Israels zal hun kooi zijn; aldaar zullen
7464 Eze 34:15 | 15 Ik zal Mijn schapen weiden, en
7465 Eze 34:15 | Mijn schapen weiden, en Ik zal ze legeren, spreekt de Heere
7466 Eze 34:16 | 16 Het verlorene zal Ik zoeken, en het weggedrevene
7467 Eze 34:16 | zoeken, en het weggedrevene zal Ik wederbrengen, en het
7468 Eze 34:16 | wederbrengen, en het gebrokene zal Ik verbinden, en het kranke
7469 Eze 34:16 | verbinden, en het kranke zal Ik sterken; maar het vette
7470 Eze 34:16 | het vette en het sterke zal Ik verdelgen, Ik zal
7471 Eze 34:16 | zal Ik verdelgen, Ik zal ze weiden met oordeel. ~
7472 Eze 34:17 | HEERE zegt alzo: Ziet, Ik zal richten tussen klein vee
7473 Eze 34:20 | tot hen: Ziet Ik, ja, Ik zal richten tussen het vette
7474 Eze 34:22 | 22 Daarom zal Ik Mijn schapen verlossen,
7475 Eze 34:22 | roof zullen zijn; en Ik zal richten tussen klein vee
7476 Eze 34:23 | 23 En Ik zal een enigen Herder over hen
7477 Eze 34:23 | over hen verwekken, en Hij zal hen weiden, namelijk Mijn
7478 Eze 34:23 | namelijk Mijn knecht David; die zal ze weiden, en Die zal hun
7479 Eze 34:23 | die zal ze weiden, en Die zal hun tot een Herder zijn. ~
7480 Eze 34:24 | 24 En Ik, de HEERE, zal hun tot een God zijn; en
7481 Eze 34:24 | zijn; en Mijn knecht David zal Vorst zijn in het midden
7482 Eze 34:25 | 25 En Ik zal een verbond des vredes met
7483 Eze 34:25 | vredes met hen maken, en zal het boos gedierte uit het
7484 Eze 34:26 | 26 Want Ik zal dezelve, en de plaatsen
7485 Eze 34:26 | stellen tot een zegen; en Ik zal den plasregen doen nederdalen
7486 Eze 34:27 | En het geboomte des velds zal zijn vrucht geven, en het
7487 Eze 34:27 | vrucht geven, en het land zal zijn inkomst geven, en zij
7488 Eze 34:27 | disselbomen huns juks zal hebben verbroken, en hen
7489 Eze 34:28 | wild gedierte der aarde zal ze niet meer vreten; maar
7490 Eze 34:28 | zullen zeker wonen, en er zal niemand zijn, die ze verschrikke. ~
7491 Eze 34:29 | 29 En Ik zal hun een plant van naam verwekken;
7492 Eze 35:3 | o gebergte Seir! en Ik zal Mijn hand tegen u uitstrekken,
7493 Eze 35:3 | tegen u uitstrekken, en zal u stellen tot een verwoesting
7494 Eze 35:4 | 4 Ik zal uw steden stellen tot eenzaamheid,
7495 Eze 35:6 | spreekt de Heere HEERE; Ik zal u voorzeker ten bloede bereiden,
7496 Eze 35:6 | bloede bereiden, en het bloed zal u vervolgen; alzo gij het
7497 Eze 35:6 | bloed niet hebt gehaat, zal u het bloed ook vervolgen. ~
7498 Eze 35:7 | 7 En Ik zal het gebergte Seir tot de
7499 Eze 35:7 | verwoesting stellen; en Ik zal uit hetzelve uitroeien dien,
7500 Eze 35:8 | 8 En Ik zal zijn bergen met zijn verslagenen
1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4500 | 4501-5000 | 5001-5500 | 5501-6000 | 6001-6500 | 6501-7000 | 7001-7500 | 7501-8000 | 8001-8500 | 8501-9000 | 9001-9500 | 9501-10000 | 10001-10033 |