Book Chapter: Verse
1 Gen 3:10 | 10 En hij zeide: Ik hoorde Uw stem in den hof, en ik
2 Gen 14:14 | 14 Als Abram hoorde, dat zijn broeder gevangen
3 Gen 15:2 | gebouwd worden. En Abram hoorde naar de stem van Sarai. ~
4 Gen 17:10 | een zoon hebben! En Sara hoorde het aan de deur der tent,
5 Gen 20:17 | 17 En God hoorde de stem van den jongen;
6 Gen 23:52 | Abrahams knecht hun woorden hoorde, zo boog hij zich ter aarde
7 Gen 25:5 | 5 Rebekka nu hoorde toe, als Izak tot zijn zoon
8 Gen 25:34 | de woorden zijns vaders hoorde, zo schreeuwde hij met een
9 Gen 27:13 | geschiedde, als Laban die tijding hoorde van Jakob, zijner zusters
10 Gen 28:1 | 1 Toen hoorde hij de woorden der zonen
11 Gen 31:5 | 5 Toen Jakob hoorde, dat hij zijn dochter Dina
12 Gen 32:22 | vaders bijwijf; en Israel hoorde het. En de zonen van Jakob
13 Gen 34:17 | van hier gereisd; want ik hoorde hen zeggen: Laat ons naar
14 Gen 34:21 | 21 Ruben hoorde dat, en verloste hem uit
15 Gen 36:10 | aansprak, en hij naar haar niet hoorde, om bij haar te liggen,
16 Gen 36:15 | het geschiedde, als hij hoorde, dat ik mijn stem verhief,
17 Gen 36:19 | woorden zijner huisvrouw hoorde, die zij tot hem sprak,
18 Gen 38:23 | wisten niet, dat het Jozef hoorde; want daar was een taalman
19 Gen 41:2 | en dat het Farao's huis hoorde. ~
20 Exo 2:15 | 15 Als nu Farao deze zaak hoorde, zo zocht hij Mozes te doden;
21 Exo 2:24 | 24 En God hoorde hun gekerm, en God gedacht
22 Exo 7:13 | zodat hij naar hen niet hoorde, gelijk de HEERE gesproken
23 Exo 7:22 | s hart verstokte, en hij hoorde naar hen niet, gelijk als
24 Exo 8:15 | hart, dat hij naar hen niet hoorde, gelijk als de HEERE gesproken
25 Exo 8:19 | zodat hij naar hen niet hoorde, gelijk de HEERE gesproken
26 Exo 9:12 | hart, dat hij naar hen niet hoorde, gelijk de HEERE tot Mozes
27 Exo 18:1 | schoonvader van Mozes, hoorde al wat God aan Mozes, en
28 Exo 18:24 | 24 Mozes nu hoorde naar de stem van zijn schoonvader,
29 Exo 32:17 | nu Jozua des volks stem hoorde, als het juichte, zo zeide
30 Exo 33:17 | nu Jozua des volks stem hoorde, als het juichte, zo zeide
31 Exo 34:4 | het volk dit kwade woord hoorde, zo droegen zij leed; en
32 Lev 10:20 | 20 Als Mozes dit hoorde, zo was het goed in zijn
33 Num 7:89 | om met Hem te spreken, zo hoorde hij een stem tot hem sprekende,
34 Num 11:1 | des HEEREN; want de HEERE hoorde het, zodat Zijn toorn ontstak,
35 Num 11:10 | 10 Toen hoorde Mozes het volk wenen door
36 Num 12:2 | ons gesproken? En de HEERE hoorde het! ~
37 Num 16:4 | 4 Als Mozes dit hoorde, zo viel hij op zijn aangezicht. ~
38 Num 20:16 | wij tot den HEERE, en Hij hoorde onze stem, en Hij zond een
39 Num 21:1 | wonende tegen het zuiden, hoorde, dat Israel door den weg
40 Num 22:36 | 36 Als Balak hoorde, dat Bileam kwam, zo ging
41 Num 30:8 | man ten dage, als hij het hoorde, dat zal breken, en haar
42 Num 30:14 | heeft, ten dage als hij het hoorde. ~
43 Num 32:40 | woonde in het land Kanaan, hoorde, dat de kinderen Israels
44 Deu 1:34 | HEERE de stem uwer woorden hoorde, zo werd Hij zeer toornig,
45 Deu 3:26 | uwentwille over mij, en hoorde niet naar mij; maar de HEERE
46 Deu 5:28 | HEERE de stem uwer woorden hoorde, toen gij tot mij spraakt,
47 Joz 6:20 | volk het geluid der bazuin hoorde, zo juichte het volk met
48 Joz 11:1 | de koning van Hazor, dit hoorde, zo zond hij tot Jobab,
49 Ric 6:15 | drooms, en zijn uitlegging hoorde, zo aanbad hij; en hij keerde
50 Ric 8:30 | Gaal, den zoon van Ebed, hoorde, zo ontstak zijn toorn. ~
51 Ric 10:28 | koning der kinderen Ammons hoorde niet naar de woorden van
52 1Sa 2:22 | Doch Eli was zeer oud, en hoorde al, wat zijn zonen aan gans
53 1Sa 4:14 | Eli de stem des geroeps hoorde, zo zeide hij: Wat is de
54 1Sa 4:19 | baren; als deze de tijding hoorde, dat de ark Gods genomen
55 1Sa 11:6 | Saul, als hij deze woorden hoorde; en zijn toorn ontstak zeer. ~
56 1Sa 13:4 | 4 Toen hoorde het ganse Israel zeggen:
57 1Sa 17:23 | achtervolgens die woorden; en David hoorde ze. ~
58 1Sa 17:28 | broeder, hem tot die mannen hoorde spreken, zo ontstak de toorn
59 1Sa 19:6 | 6 Saul nu hoorde naar de stem van Jonathan;
60 1Sa 22:6 | 6 En Saul hoorde, dat David bekend geworden
61 1Sa 23:25 | van Maon. Toen Saul dat hoorde, jaagde hij David na in
62 1Sa 25:4 | 4 Als David hoorde in de woestijn, dat Nabal
63 1Sa 25:39 | 39 Toen David hoorde, dat Nabal dood was, zo
64 1Sa 28:23 | hielden bij hem aan. Toen hoorde hij naar hun stem, en hij
65 2Sa 3:28 | 28 Als David dat daarna hoorde, zo zeide hij: Ik ben onschuldig,
66 2Sa 4:1 | 1 Als nu Sauls zoon hoorde, dat Abner te Hebron gestorven
67 2Sa 8:9 | Thoi, de koning van Hamath, hoorde, dat David het ganse heir
68 2Sa 10:7 | 7 Als David dit hoorde, zond hij Joab heen, en
69 2Sa 11:26 | nu de huisvrouw van Uria hoorde, dat haar man Uria dood
70 2Sa 12:18 | spraken wij tot hem, maar hij hoorde naar onze stem niet, hoe
71 2Sa 13:21 | koning David al deze dingen hoorde, zo ontstak hij zeer. ~
72 2Sa 18:5 | Absalom. En al het volk hoorde het, als de koning aan al
73 2Sa 22:7 | riep tot mijn God; en Hij hoorde mijn stem uit Zijn paleis,
74 2Sa 22:45 | haast als hun oor van mij hoorde, hebben zij mij gehoorzaamd. ~
75 1Kon 1:41| 41 En Adonia hoorde het, en al de genoden, die
76 1Kon 1:41| geeindigd hadden te eten; ook hoorde Joab het geluid der bazuinen,
77 1Kon 3:28| 28 En geheel Israel hoorde dat oordeel, dat de koning
78 1Kon 10:1 | Scheba het gerucht van Salomo hoorde, aangaande den Naam des
79 1Kon 11:21| Toen nu Hadad in Egypte hoorde, dat David met zijn vaderen
80 1Kon 12:2 | de zoon van Nebat, dit hoorde, daar hij nog in Egypte
81 1Kon 12:15| 15 Alzo hoorde de koning naar het volk
82 1Kon 12:16| de koning naar hen niet hoorde, zo gaf het volk den koning
83 1Kon 12:20| geschiedde, als gans Israel hoorde, dat Jerobeam wedergekomen
84 1Kon 13:4 | het woord van den man Gods hoorde, hetwelk hij tegen het altaar
85 1Kon 13:26| had doen wederkeren, dit hoorde, zo zeide hij: Het is de
86 1Kon 14:6 | het geruis harer voeten hoorde, toen zij ter deure inkwam,
87 1Kon 15:20| 20 En Benhadad hoorde naar den koning Asa, en
88 1Kon 15:21| geschiedde, als Baesa zulks hoorde, dat hij afliet van Rama
89 1Kon 16:16| dat zich gelegerd had, hoorde zeggen: Zimri heeft een
90 1Kon 19:13| geschiedde, als Elia dat hoorde, dat hij zijn aangezicht
91 1Kon 20:12| geschiedde, als hij dit woord hoorde, daar hij was drinkende,
92 1Kon 20:25| sterker zijn dan zij! En hij hoorde naar hun stem, en deed alzo. ~
93 1Kon 21:15| geschiedde nu, toen Izebel hoorde, dat Naboth gestenigd en
94 1Kon 21:16| het geschiedde, als Achab hoorde, dat Naboth dood was, dat
95 1Kon 21:27| als Achab deze woorden hoorde, dat hij zijn klederen scheurde,
96 2Kon 9:30| Jizreel. Als Izebel dat hoorde, zo blankette zij haar aangezicht,
97 2Kon 11:13| 13 Toen Athalia hoorde de stem der trawanten en
98 2Kon 15:11| 11 Doch Amazia hoorde niet; daarom toog Joas,
99 2Kon 17:9 | 9 Zo hoorde de koning van Assyrie naar
100 2Kon 18:9 | 9 Zo hoorde de koning van Assyrie naar
101 2Kon 21:1 | als de koning Hizkia dat hoorde, zo scheurde hij zijn klederen,
102 2Kon 21:9 | 9 Als hij nu hoorde van Tirhaka, den koning
103 2Kon 22:13| 13 En Hizkia hoorde naar hen, en hij toonde
104 2Kon 24:11| de woorden des wetboeks hoorde, dat hij zijn klederen scheurde. ~
105 1Kro 10:11| Als geheel Jabes in Gilead hoorde alles, wat de Filistijnen
106 1Kro 14:8 | te zoeken. Toen David dat hoorde zo toog hij uit tegen hen. ~
107 1Kro 18:9 | Thou, de koning van Hamath, hoorde, dat David de ganse heirkracht
108 1Kro 19:9 | Thou, de koning van Hamath, hoorde, dat David de ganse heirkracht
109 1Kro 20:8 | 8 Toen het David hoorde, zo zond hij Joab en het
110 1Kro 30:23| voorspoedig; en gans Israel hoorde naar hem. ~
111 2Kro 10:1 | Scheba het gerucht van Salomo hoorde, kwam zij, om Salomo met
112 2Kro 11:2 | de zoon van Nebat, dat hoorde (dezelve nu was in Egypte,
113 2Kro 11:15| 15 Alzo hoorde de koning naar het volk
114 2Kro 11:16| de koning naar hen niet hoorde, zo antwoordde het volk
115 2Kro 16:8 | Als nu Asa deze woorden hoorde, en de profetie van den
116 2Kro 17:4 | 4 En Benhadad hoorde naar den koning Asa, en
117 2Kro 17:5 | geschiedde, als Baesa zulks hoorde, dat hij afliet van Rama
118 2Kro 23:25| 12 Toen nu Athalia hoorde de stem des volks, dat toeliep
119 2Kro 24:17| neder voor den koning; toen hoorde de koning naar hen. ~
120 2Kro 25:20| 20 Doch Amazia hoorde niet, want het was van God,
121 2Kro 33:13| Zich van hem verbidden, en hoorde zijn smeking, en Hij bracht
122 2Kro 34:19| koning de woorden der wet hoorde, dat hij zijn klederen scheurde. ~
123 2Kro 35:22| tegen hem te strijden, en hoorde niet naar de woorden van
124 2Kro 36:22| tegen hem te strijden, en hoorde niet naar de woorden van
125 Ezra 9:3 | 3 Als ik nu deze zaak hoorde, scheurde ik mijn kleed
126 Neh 1:4 | geschiedde, als ik deze woorden hoorde, zo zat ik neder, en weende,
127 Neh 5:6 | hun geroep en deze woorden hoorde, ontstak ik zeer. ~
128 Est 16:4 | zeiden, en hij naar hen niet hoorde, zo gaven zij het Haman
129 Est 17:4 | zeiden, en hij naar hen niet hoorde, zo gaven zij het Haman
130 Job 4:16 | ogen; er was stilte, en ik hoorde een stem, zeggende: ~
131 Job 29:11 | 11 Als een oor mij hoorde, zo hield het mij gelukzalig;
132 Job 31:35 | of ik een hadde, die mij hoorde! Zie, mijn oogmerk is, dat
133 Psa 18:7 | en riep tot mijn God; Hij hoorde mijn stem uit Zijn paleis,
134 Psa 18:45 | haast als hun oor van mij hoorde, hebben zij mij gehoorzaamd;
135 Psa 31:14 | 14 Want ik hoorde de naspraak van velen; vreze
136 Psa 35:7 | ellendige riep, en de HEERE hoorde; en Hij verloste hem uit
137 Psa 78:21 | 21 Daarom hoorde de HEERE, en werd verbolgen;
138 Psa 78:59 | 59 God hoorde het en werd verbolgen, en
139 Psa 106:44 | aan, als Hij hun geschrei hoorde. ~
140 Jes 6:8 | 8 Daarna hoorde ik de stem des Heeren, dewelke
141 Jes 37:1 | als de koning Hizkia dat hoorde, zo scheurde hij zijn klederen,
142 Jes 37:9 | 9 Als hij nu hoorde van Tirhaka, den koning
143 Jes 37:9 | strijden; toen hij zulks hoorde, zo zond hij weder boden
144 Jer 20:1 | huis des HEEREN), Jeremia hoorde, diezelve woorden profeterende, ~
145 Jer 26:21 | hem te doden; als Uria dat hoorde, zo vreesde hij, en vluchtte,
146 Jer 36:25 | zou verbranden; doch hij hoorde naar hen niet. ~
147 Jer 37:2 | 2 Maar hij hoorde niet, hij, noch zijn knechten,
148 Jer 37:14 | Chaldeen vallen. Doch hij hoorde niet naar hem; maar Jerija
149 Jer 38:7 | in des konings huis was, hoorde, dat zij Jeremia in den
150 Eze 1:24 | En als zij gingen, hoorde ik een geruis hunner vleugelen,
151 Eze 1:28 | op mijn aangezicht, en ik hoorde een stem van Een, Die sprak. ~ ~
152 Eze 2:2 | stelde op mijn voeten; en ik hoorde Dien, Die tot mij sprak. ~
153 Eze 3:12 | nam de Geest mij op, en ik hoorde achter mij een stem van
154 Eze 3:13 | 13 En ik hoorde het geluid van der dieren
155 Eze 33:5 | 5 Hij hoorde het geluid der bazuin, maar
156 Eze 43:6 | 6 En ik hoorde Een, Die met mij sprak,
157 Dan 1:14 | 14 Toen hoorde hij hen in deze zaak, en
158 Dan 6:15 | Toen de koning deze rede hoorde, was hij zeer bedroefd bij
159 Dan 8:13 | 13 Daarna hoorde ik een heilige spreken;
160 Dan 8:16 | 16 En ik hoorde tussen Ulai eens mensen
161 Dan 10:9 | 9 En ik hoorde de stem Zijner woorden;
162 Dan 10:9 | ik de stem Zijner woorden hoorde, zo viel ik in een diepen
163 Dan 12:7 | 7 En ik hoorde dien Man, bekleed met linnen,
164 Dan 12:8 | 8 Dit hoorde ik, doch ik verstond het
165 Zac 7:13 | riepen zij ook, maar Ik hoorde niet, zegt de HEERE der
166 Matt 2:22| 22 Maar als hij hoorde, dat Archelaus in Judea
167 Matt 14:1 | 1 Te dierzelver tijd hoorde Herodes, de viervorst, het
168 Matt 14:13| 13 En als Jezus dit hoorde, vertrok Hij van daar te
169 Matt 19:22| nu de jongeling dit woord hoorde, ging hij bedroefd weg;
170 Matt 22:7 | 7 Als nu de koning dat hoorde, werd hij toornig, en zijn
171 Mark 6:14| 14 En de koning Herodes hoorde het (want Zijn Naam was
172 Mark 6:16| 16 Maar als het Herodes hoorde, zeide hij: Deze is Johannes,
173 Mark 6:20| in waarde; en als hij hem hoorde, deed hij vele dingen, en
174 Mark 6:20| deed hij vele dingen, en hoorde hem gaarne. ~
175 Mark 12:37| En de menigte der schare hoorde Hem gaarne. ~
176 Luk 1:41 | Elizabet de groetenis van Maria hoorde, zo sprong het kindeken
177 Luk 9:7 | En Herodes, de viervorst, hoorde al de dingen, die van Hem
178 Luk 10:39 | voeten van Jezus, Zijn woord hoorde. ~
179 Luk 14:15 | mede aanzaten, deze dingen hoorde, zeide hij tot Hem: Zalig
180 Luk 15:25 | kwam, en het huis genaakte, hoorde hij het gezang en het gerei, ~
181 Luk 18:23 | 23 Maar als hij dit hoorde, werd hij geheel droevig;
182 Luk 19:48 | het volk hing Hem aan, en hoorde Hem. ~ ~ ~
183 Luk 20:45 | En daar al het volk het hoorde, zeide Hij tot Zijn discipelen:
184 Luk 23:6 | Als nu Pilatus van Galilea hoorde, vraagde hij, of die Mens
185 Luk 23:8 | omdat hij veel van Hem hoorde; en hoopte enig teken te
186 Joha 9:35| 35 Jezus hoorde, dat zij hem uitgeworpen
187 Joha 11:20| 20 Martha dan, als zij hoorde, dat Jezus kwam, ging Hem
188 Joha 11:29| 29 Deze, als zij dat hoorde, stond haastelijk op, en
189 Joha 12:29| die daar stond, en dit hoorde, zeide, dat er een donderslag
190 Joha 19:8 | Toen Pilatus dan dit woord hoorde, werd hij meer bevreesd; ~
191 Joha 19:13| Als Pilatus dan dit woord hoorde, bracht hij Jezus uit, en
192 Hand 2:6 | beroerd, want een iegelijk hoorde hen in zijn eigen taal spreken. ~
193 Hand 6:7 | 7 En ik hoorde een stem, die tot mij zeide:
194 Hand 8:9 | 9 Deze hoorde Paulus spreken; welke de
195 Hand 10:14| Thyatira, die God diende, hoorde ons; welker hart de Heere
196 Hand 16:7 | ik viel ter aarde, en ik hoorde een stem, tot mij zeggende:
197 Hand 16:26| hoofdman over honderd dat hoorde, ging hij toe, en boodschapte
198 Hand 18:24| was, ontbood Paulus, en hoorde hem van het geloof in Christus. ~
199 Hand 20:14| aarde nedergevallen waren, hoorde ik een stem, tot mij sprekende,
200 Open 1:10| den dag des Heeren; en ik hoorde achter mij een grote stem,
201 Open 5:11| 11 En ik zag, en ik hoorde een stem veler engelen rondom
202 Open 5:13| alles, wat in dezelve is, hoorde ik zeggen: Hem, Die op den
203 Open 6:1 | zegelen geopend had, en ik hoorde een uit de vier dieren zeggen,
204 Open 6:3 | tweede zegel geopend had, hoorde ik het tweede dier zeggen:
205 Open 6:5 | derde zegel geopend had, hoorde ik het derde dier zeggen:
206 Open 6:6 | 6 En ik hoorde een stem in het midden van
207 Open 6:7 | vierde zegel geopend had, hoorde ik een stem van het vierde
208 Open 7:4 | 4 En ik hoorde het getal dergenen, die
209 Open 8:13| 13 En ik zag, en ik hoorde een engel vliegen in het
210 Open 9:13| engel heeft gebazuind, en ik hoorde een stem uit de vier hoornen
211 Open 9:16| der tien duizenden; en ik hoorde hun getal. ~
212 Open 10:4 | geschreven hebben; en ik hoorde een stem uit den hemel,
213 Open 12:10| 10 En ik hoorde een grote stem, zeggende
214 Open 14:2 | 2 En ik hoorde een stem uit den hemel,
215 Open 14:2 | groten donderslag. En ik hoorde een stem van citerspelers,
216 Open 14:13| 13 En ik hoorde een stem uit den hemel,
217 Open 16:1 | 1 En ik hoorde een grote stem uit den tempel,
218 Open 16:5 | 5 En ik hoorde den engel der wateren zeggen:
219 Open 16:7 | 7 En ik hoorde een anderen van het altaar
220 Open 18:4 | 4 En ik hoorde een andere stem uit den
221 Open 19:1 | 1 En na dezen hoorde ik als een grote stem ener
222 Open 19:6 | 6 En ik hoorde als een stem ener grote
223 Open 21:3 | 3 En ik hoorde een grote stem uit den hemel,
|