Book Chapter: Verse

5001 Est  52:9   |              dagen, in dewelke de Joden tot rust gekomen waren van hun
5002 Est  52:9   |              dezelve dagen maken zouden tot dagen der maaltijden, en
5003 Est  52:13  |           daarvan gezien hadden, en wat tot hen overgekomen was, ~
5004 Est  52:14  |             zaad, en op allen, die zich tot hen vervoegen zouden, dat
5005 Job   1:7   |                   7 Toen zeide de HEERE tot den satan; Van waar komt
5006 Job   1:8   |                     8 En de HEERE zeide tot den satan: Hebt gij ook
5007 Job   1:12  |                    12 En de HEERE zeide tot den satan: Zie, al wat hij
5008 Job   1:14  |                         14 Dat een bode tot Job kwam, en zeide: De runderen
5009 Job   2:2   |                   2 Toen zeide de HEERE tot den satan: Van waar komt
5010 Job   2:3   |                     3 En de HEERE zeide tot den satan: Hebt gij ook
5011 Job   2:6   |                     6 En de HEERE zeide tot den satan: Zie, hij zij
5012 Job   2:7   |            zweren, van zijn voetzool af tot zijn schedel toe. ~
5013 Job   2:9   |               Toen zeide zijn huisvrouw tot hem: Houdt gij nog vast
5014 Job   2:10  |                       10 Maar hij zeide tot haar: Gij spreekt als een
5015 Job   2:13  |               nachten; en niemand sprak tot hem een woord, want zij
5016 Job   3:22  |                      22 Die blijde zijn tot opspringens toe, en zich
5017 Job   4:5   |              zijt verdrietig; het raakt tot u, en gij wordt beroerd. ~
5018 Job   4:12  |                            12 Voorts is tot mij een woord heimelijk
5019 Job   4:20  |                       20 Van den morgen tot den avond worden zij vermorzeld;
5020 Job   5:1   |               zijn, die u antwoorde? En tot wien van de heiligen zult
5021 Job   5:5   |                 verteerde, dien hij ook tot uit de doornen gehaald had;
5022 Job   5:7   |                    7 Maar de mens wordt tot moeite geboren; gelijk de
5023 Job   5:7   |             vurige kolen zich verheffen tot vliegen. ~
5024 Job   5:8   |                 zou naar God zoeken, en tot God mijn aanspraak richten; ~
5025 Job   6:28  |                  belieft het u, wendt u tot mij, en het zal voor ulieder
5026 Job   7:4   |               ik word zat van woelingen tot aan den schemertijd. ~
5027 Job   7:10  |                zal niet meer wederkeren tot zijn huis, en zijn plaats
5028 Job   7:20  |     Mensenhoeder? Waarom hebt Gij mij U tot een tegenloop gesteld, dat
5029 Job   7:20  |               gesteld, dat ik mijzelven tot een last zij? ~
5030 Job   8:5   |                naar God vroeg zoekt, en tot den Almachtige om genade
5031 Job   8:8   |            vorige geslacht, en bereid u tot de onderzoeking hunner vaderen. ~
5032 Job   8:10  |                Zullen die u niet leren, tot u spreken, en uit hun hart
5033 Job   9:12  |                doen wedergeven? Wie zal tot Hem zeggen: Wat doet Gij? ~
5034 Job  10:2   |                                2 Ik zal tot God zeggen: Verdoem mij
5035 Job  10:9   |                leem bereid hebt, en mij tot stof zult doen wederkeren. ~
5036 Job  10:19  |                 van moeders buik zou ik tot het graf gebracht zijn geweest. ~
5037 Job  11:7   |      onderzoeking Gods vinden? Zult gij tot de volmaaktheid toe den
5038 Job  11:13  |                hebt, zo breid uw handen tot Hem uit. ~
5039 Job  12:4   |              een spot is, maar roepende tot God, Die hem verhoort; de
5040 Job  12:8   |                             8 Of spreek tot de aarde, en zij zal het
5041 Job  13:3   |                           3 Maar ik zal tot den Almachtige spreken,
5042 Job  13:16  |                      16 Ook zal Hij mij tot zaligheid zijn; maar een
5043 Job  14:15  |                 zou antwoorden, dat Gij tot het werk Uwer handen zoudt
5044 Job  14:21  |                  21 Zijn kinderen komen tot eer, en hij weet het niet;
5045 Job  15:28  |              bewoonde, die gereed waren tot steen hopen te worden. ~
5046 Job  16:8   |           rimpelachtig gemaakt hebt, is tot een getuige; en mijn magerheid
5047 Job  16:12  |      verpletterd; en Hij heeft mij Zich tot een doelwit opgericht. ~
5048 Job  16:20  |        bespotters; doch mijn oog druipt tot God. ~
5049 Job  17:6   |                    6 Doch Hij heeft mij tot een spreekwoord der volken
5050 Job  17:14  |                                      14 Tot de groeve roep ik: Gij zijt
5051 Job  17:14  |                ik: Gij zijt mijn vader! Tot het gewormte: Mijn moeder,
5052 Job  18:14  |               zulks zal hem doen treden tot den koning der verschrikkingen. ~
5053 Job  19:16  |                ik smeekte met mijn mond tot hem. ~
5054 Job  20:6   |                 6 Wanneer zijn hoogheid tot den hemel toe opklomme,
5055 Job  20:6   |                 opklomme, en zijn hoofd tot aan de wolken raakte; ~
5056 Job  21:4   |              mij aangaande) mijn klacht tot den mens? Doch of het zo
5057 Job  21:14  |                  14 Nochtans zeggen zij tot God: Wijk van ons, want
5058 Job  22:17  |                           17 Die zeiden tot God: Wijk van ons! En wat
5059 Job  22:23  |                     23 Zo gij u bekeert tot den Almachtige, gij zult
5060 Job  22:26  |                verlustigen, en gij zult tot God uw aangezicht opheffen. ~
5061 Job  22:27  |                             27 Gij zult tot Hem ernstiglijk bidden,
5062 Job  23:3   |               ik Hem vinden zou, ik zou tot Zijn stoel komen; ~
5063 Job  24:5   |               de woestijn; zij gaan uit tot hun werk, makende zich vroeg
5064 Job  24:5   |                  het vlakke veld is hem tot spijs, en den jongeren. ~
5065 Job  24:18  |              aarde; hij wendt zich niet tot den weg der wijngaarden. ~
5066 Job  24:25  |        leugenachtig maken, en mijn rede tot niet brengen? ~
5067 Job  25:5   |                                   5Zie, tot de maan toe, en zij zal
5068 Job  26:10  |              wateren rondom afgetekend, tot aan de voleinding toe des
5069 Job  28:24  |                     24 Want Hij schouwt tot aan de einden der aarde,
5070 Job  28:28  |                                 28 Maar tot den mens heeft Hij gezegd:
5071 Job  29:15  |                   15 Den blinden was ik tot ogen, en den kreupelen was
5072 Job  29:15  |                 en den kreupelen was ik tot voeten. ~
5073 Job  30:9   |                 geworden, en ik ben hun tot een klapwoord. ~
5074 Job  30:20  |                            20 Ik schrei tot U, maar Gij antwoordt mij
5075 Job  30:23  |               ter dood brengen zult, en tot het huis der samenkomst
5076 Job  30:24  |                         24 Maar Hij zal tot een aardhoop de hand niet
5077 Job  30:31  |                  31 Hierom is mijn harp tot een rouwklage geworden,
5078 Job  30:31  |                 geworden, en mijn orgel tot een stem der wenenden. ~  ~  ~
5079 Job  31:5   |                 mijn voet gesneld heeft tot bedriegerij; ~
5080 Job  31:9   |                 hart verlokt is geweest tot een vrouw, of ik aan mijns
5081 Job  31:12  |                dat is een vuur, hetwelk tot de verderving toe verteert,
5082 Job  31:24  |                       24 Zo ik het goud tot mijn hoop gezet heb, of
5083 Job  31:24  |                 mijn hoop gezet heb, of tot het fijn goud gezegd heb:
5084 Job  31:37  |         aanwijzen; als een vorst zou ik tot hem naderen. ~
5085 Job  32:11  |          woorden; ik heb het oor gewend tot ulieder aanmerkingen, totdat
5086 Job  32:21  |         niemands aangezicht aanneme, en tot den mens geen bijnamen gebruike! ~
5087 Job  33:22  |                 verderve, en zijn leven tot de dingen, die doden. ~
5088 Job  33:25  |                was in de jeugd; hij zal tot de dagen zijner jonkheid
5089 Job  33:26  |                              26 Hij zal tot God ernstiglijk bidden,
5090 Job  34:14  |              geest en zijn adem zou Hij tot Zich vergaderen; ~
5091 Job  34:15  |             geest geven, en de mens zou tot stof wederkeren. ~
5092 Job  34:16  |                  hoor dit; neig de oren tot de stem mijner woorden. ~
5093 Job  34:18  |                              18 Zou men tot een koning zeggen: Gij Belial;
5094 Job  34:18  |              koning zeggen: Gij Belial; tot de prinsen: Gij goddelozen! ~
5095 Job  34:19  |                              19 Hoe dan tot Dien, Die het aangezicht
5096 Job  34:31  |                  31 Zekerlijk heeft hij tot God gezegd: Ik heb Uw straf
5097 Job  34:36  |                laat Job beproefd worden tot het einde toe, om zijner
5098 Job  34:37  |                                 37 Want tot zijn zonde zou hij nog overtreding
5099 Job  36:16  |                van den mond des angstes tot de ruimte, onder dewelke
5100 Job  36:21  |                 21 Wacht u, wend u niet tot ongerechtigheid; overmits
5101 Job  36:39  |                         6 Want Hij zegt tot de sneeuw: Wees op de aarde;
5102 Job  36:39  |            sneeuw: Wees op de aarde; en tot den plasregens des regens;
5103 Job  36:46  |                   13 Hetzij dat Hij die tot een roede, of tot Zijn land,
5104 Job  36:46  |               Hij die tot een roede, of tot Zijn land, of tot weldadigheid
5105 Job  36:46  |             roede, of tot Zijn land, of tot weldadigheid beschikt. ~
5106 Job  37:9   |                       9 Toen Ik de wolk tot haar kleding stelde, en
5107 Job  37:9   |                stelde, en de donkerheid tot haar windeldoek; ~
5108 Job  37:11  |                            11 En zeide: Tot hiertoe zult gij komen,
5109 Job  37:16  |                     16 Zijt gij gekomen tot aan de oorsprongen der zee,
5110 Job  37:18  |                 met uw verstand gekomen tot aan de breedte der aarde?
5111 Job  37:20  |               Dat gij dat brengen zoudt tot zijn pale, en dat gij merken
5112 Job  37:22  |                     22 Zijt gij gekomen tot de schatkameren der sneeuw,
5113 Job  37:23  |                      23 Dien Ik ophoude tot den tijd der benauwdheid,
5114 Job  37:23  |               den tijd der benauwdheid, tot den dag des strijds en des
5115 Job  37:34  |                     34 Kunt gij uw stem tot de wolken opheffen, opdat
5116 Job  37:35  |                  dat zij henenvaren, en tot u zeggen: Zie, hier zijn
5117 Job  37:38  |               Als het stof doorgoten is tot vastigheid, en de kluiten
5118 Job  38:3   |              haar kost, als haar jongen tot God schreeuwen, als zij
5119 Job  38:7   |                uit, en keren niet weder tot dezelve. ~
5120 Job  38:9   |                  9 Dien Ik de wildernis tot zijn huis besteld heb, en
5121 Job  38:9   |             besteld heb, en het ziltige tot zijn woningen. ~
5122 Job  38:15  |             wederbrengen, en vergaderen tot uw dorsvloer? ~
5123 Job  39:22  |                 maken? Zal hij zachtjes tot u spreken? ~
5124 Job  39:23  |            maken? Zult gij hem aannemen tot een eeuwigen slaaf? ~
5125 Job  41:7   |              nadat de HEERE die woorden tot Job gesproken had, dat de
5126 Job  41:7   |             gesproken had, dat de HEERE tot Elifaz, den Themaniet, zeide:
5127 Job  41:8   |             zeven rammen, en gaat henen tot Mijn knecht Job, en offert
5128 Job  41:9   |              deden, gelijk als de HEERE tot hen gesproken had; en de
5129 Job  41:10  |                al hetgeen Job gehad had tot dubbel zoveel. ~
5130 Job  41:11  |                           11 Ook kwamen tot hem al zijn broeders, en
5131 Job  41:16  |               kinderen zijner kinderen, tot in vier geslachten. ~
5132 Psa   2:5   |                           5 Dan zal Hij tot hen spreken in Zijn toorn,
5133 Psa   2:7   |                verhalen: de HEERE heeft tot Mij gezegd: Gij zijt Mijn
5134 Psa   2:8   |                Ik zal de heidenen geven tot Uw erfdeel, en de einden
5135 Psa   2:8   |                  en de einden der aarde tot Uw bezitting. ~
5136 Psa   3:5   |                  5Ik riep met mijn stem tot den HEERE, en Hij verhoorde
5137 Psa   4:3   |           mannen, hoe lang zal mijn eer tot schande zijn? Hoe lang zult
5138 Psa   4:4   |                 HEERE zal horen, als ik tot Hem roep. ~
5139 Psa   5:3   |                Koning en mijn God! Want tot U zal ik bidden. ~
5140 Psa   5:4   |                  des morgens zal ik mij tot U schikken, en wacht houden. ~
5141 Psa   5:12  |              allen, die op U betrouwen, tot in eeuwigheid; laat hen
5142 Psa   7:7   |            mijner benauwers, en ontwaak tot mij; Gij hebt het gericht
5143 Psa   9:6   |           verdaan, hun naam uitgedelgd, tot in eeuwigheid en altoos. ~
5144 Psa  10:6   |                want ik zal van geslacht tot geslacht in geen kwaad zijn. ~
5145 Psa  11:1   |               HEERE; hoe zegt gijlieden tot mijn ziel: Zwerft henen
5146 Psa  12:8   |             behoeden voor dit geslacht, tot in eeuwigheid. ~
5147 Psa  15:4   |              vrezen; heeft hij gezworen tot zijn schade, evenwel verandert
5148 Psa  16:2   |                 2 O mijn ziel! gij hebt tot den HEERE gezegd: Gij zijt
5149 Psa  16:2   |                mijn goedheid raakt niet tot U; ~
5150 Psa  16:3   |                                  3 Maar tot de heiligen, die op de aarde
5151 Psa  17:6   |            verhoort; o God! neig Uw oor tot mij; hoor mijn rede. ~
5152 Psa  18:1   |              die de woorden dezes lieds tot den HEERE gesproken heeft,
5153 Psa  18:7   |               ik den HEERE aan, en riep tot mijn God; Hij hoorde mijn
5154 Psa  18:12  |                 12 Duisternis zette Hij tot Zijn verberging; rondom
5155 Psa  18:19  |         ongevals; maar de HEERE was mij tot een Steunsel. ~
5156 Psa  18:42  |             maar er was geen verlosser; tot den HEERE, maar Hij antwoordde
5157 Psa  18:44  |             volks; Gij hebt mij gesteld tot een hoofd der heidenen;
5158 Psa  18:51  |              aan David en aan zijn zaad tot in eeuwigheid. ~  ~
5159 Psa  19:7   |              des hemels, en haar omloop tot aan de einden deszelven;
5160 Psa  19:10  |               HEEREN is rein, bestaande tot in eeuwigheid, de rechten
5161 Psa  20:4   |     spijsofferen, en make uw brandoffer tot as. Sela. ~
5162 Psa  21:7   |                      7 Want Gij zet hem tot zegeningen in eeuwigheid;
5163 Psa  21:13  |                Want Gij zult hen zetten tot een wit; met Uw pezen zult
5164 Psa  22:6   |                                       6 Tot U hebben zij geroepen, en
5165 Psa  22:20  |            verre; mijn Sterkte! haast U tot mijn hulp. ~
5166 Psa  22:25  |              Hij heeft gehoord, als die tot Hem riep. ~
5167 Psa  22:28  |            zullen het gedenken, en zich tot den HEERE bekeren; en alle
5168 Psa  22:31  |              HEERE aangeschreven worden tot in geslachten. ~
5169 Psa  24:4   |               die zijn ziel niet opheft tot ijdelheid, en die niet bedriegelijk
5170 Psa  25:1   |                 psalm van David. Aleph. Tot U, o HEERE! hef ik mijn
5171 Psa  25:16  |                           16 Pe. Wend U tot mij, en wees mij genadig,
5172 Psa  27:2   |                mijn vijanden tegen mij, tot mij naderden, om mijn vlees
5173 Psa  27:8   |                        8 Mijn hart zegt tot U: Gij zegt: Zoek Mijn aangezicht;
5174 Psa  28:1   |                   1Een psalm van David. Tot U roep ik, HEERE! mijn Rotssteen,
5175 Psa  28:2   |                mijner smekingen, als ik tot U roep, als ik mijn handen
5176 Psa  28:4   |                werk; doe hun vergelding tot hen wederkeren. ~
5177 Psa  28:9   |                 weid hen, en verhef hen tot in eeuwigheid. ~  ~
5178 Psa  30:3   |                 HEERE, mijn God! ik heb tot U geroepen, en Gij hebt
5179 Psa  30:9   |                                       9 Tot U, HEERE! riep ik, en ik
5180 Psa  30:9   |                  riep ik, en ik smeekte tot den HEERE: ~
5181 Psa  30:10  |               bloed, in mijn nederdalen tot de groeve? Zal U het stof
5182 Psa  31:3   |                           3 Neig Uw oor tot mij, red mij haastelijk;
5183 Psa  31:3   |                mij haastelijk; wees mij tot een sterke Rotssteen, tot
5184 Psa  31:3   |               tot een sterke Rotssteen, tot een zeer vast Huis, om mij
5185 Psa  31:12  |                mijn naburen, grotelijks tot een smaad geworden, en mijn
5186 Psa  31:12  |              geworden, en mijn bekenden tot een schrik; die mij op de
5187 Psa  31:23  |                mijner smekingen, als ik tot U riep. ~
5188 Psa  32:9   |                toom en gebit, opdat het tot u niet genake. ~
5189 Psa  33:11  |               Zijns harten van geslacht tot geslacht. ~
5190 Psa  34:11  |               Zijns harten van geslacht tot geslacht. ~
5191 Psa  35:16  |            rechtvaardigen, en Zijn oren tot hun geroep. ~
5192 Psa  36:2   |                 en de rondas, en sta op tot mijn hulp. ~
5193 Psa  36:3   |                vervolgers tegemoet; zeg tot mijn ziel: Ik ben uw Heil. ~
5194 Psa  36:15  |              zich; zij verzamelden zich tot mij als geslagenen, en ik
5195 Psa  36:23  |               23 Ontwaak en word wakker tot mijn recht; mijn God en
5196 Psa  36:23  |               recht; mijn God en HEERE! tot mijn twistzaak. ~
5197 Psa  36:27  |          verblijd zijn, die lust hebben tot mijn gerechtigheid; en laat
5198 Psa  36:27  |                de HEERE, Die lust heeft tot den vrede Zijns knechts! ~
5199 Psa  37:4   |                 hij laat na te verstaan tot weldoen. ~
5200 Psa  37:6   |                  Uw goedertierenheid is tot in de hemelen; Uw waarheid
5201 Psa  37:6   |                 de hemelen; Uw waarheid tot de bovenste wolken toe. ~
5202 Psa  38:26  |               en leent; en zijn zaad is tot zegening. ~
5203 Psa  39:18  |                          18 Want ik ben tot hinken gereed, en mijn smart
5204 Psa  39:23  |                              23 Haast U tot mijn hulp, HEERE, mijn Heil! ~  ~
5205 Psa  40:9   |         overtredingen; en stel mij niet tot een smaad des dwazen. ~
5206 Psa  40:13  |              geroep ter ore; zwijg niet tot mijn tranen; want ik ben
5207 Psa  41:2   |             verwacht; en Hij heeft Zich tot mij geneigd, en mijn geroep
5208 Psa  41:5   |                is de man, die den HEERE tot zijn vertrouwen stelt, en
5209 Psa  41:5   |             naar de hovaardigen, en die tot leugen afwijken. ~
5210 Psa  41:13  |                         13 Want kwaden, tot zonder getal toe, hebben
5211 Psa  41:14  |               verlossen; HEERE! haast U tot mijn hulp. ~
5212 Psa  41:16  |                Laat hen verwoest worden tot loon hunner beschaming,
5213 Psa  42:14  |              Israels, van eeuwigheid en tot in eeuwigheid! Amen, ja,
5214 Psa  42:16  |                alzo schreeuwt mijn ziel tot U, o God! ~
5215 Psa  42:18  |                  4 Mijn tranen zijn mij tot spijs dag en nacht; omdat
5216 Psa  42:18  |                omdat zij den gansen dag tot mij zeggen: Waar is uw God? ~
5217 Psa  42:22  |                      8 De afgrond roept tot den afgrond, bij het gedruis
5218 Psa  42:23  |                 bij mij zijn; het gebed tot den God mijns levens. ~
5219 Psa  42:24  |                        10 Ik zal zeggen tot God: Mijn Steenrots! waarom
5220 Psa  42:25  |                  als zij den gansen dag tot mij zeggen: Waar is uw God? ~
5221 Psa  43:3   |             leiden; dat zij mij brengen tot den berg Uwer heiligheid,
5222 Psa  43:3   |                berg Uwer heiligheid, en tot Uw woningen; ~
5223 Psa  43:4   |                         4En dat ik inga tot Gods altaar, tot den God
5224 Psa  43:4   |                ik inga tot Gods altaar, tot den God der blijdschap mijner
5225 Psa  44:14  |              Gij stelt ons onze naburen tot smaad, tot spot en schimp
5226 Psa  44:14  |                 onze naburen tot smaad, tot spot en schimp dengenen,
5227 Psa  44:15  |                        15 Gij stelt ons tot een spreekwoord onder de
5228 Psa  44:15  |          spreekwoord onder de heidenen, tot een hoofdschudding onder
5229 Psa  44:21  |                vergeten, en onze handen tot een vreemden God uitgebreid. ~
5230 Psa  45:15  |               gestikte klederen zal zij tot den Koning geleid worden;
5231 Psa  45:15  |                 medegezellinnen, zullen tot u gebracht worden. ~
5232 Psa  45:17  |                zonen zijn; Gij zult hen tot vorsten zetten over de ganse
5233 Psa  45:18  |               gedenken van elk geslacht tot geslacht; daarom zullen
5234 Psa  46:10  |               de oorlogen doet ophouden tot aan het einde der aarde,
5235 Psa  47:10  |               der volken zijn verzameld tot het volk van den God van
5236 Psa  48:9   |                 God zal haar bevestigen tot in eeuwigheid. Sela. ~
5237 Psa  48:11  |                  o God! alzo is Uw roem tot aan de einden der aarde;
5238 Psa  48:15  |            altoos; Hij zal ons geleiden tot den dood toe. ~
5239 Psa  49:5   |                5 Ik zal mijn oor neigen tot een spreuk; ik zal mijn
5240 Psa  49:12  |               hun woningen van geslacht tot geslacht; zij noemen de
5241 Psa  49:20  |                20 Zo zal zij toch komen tot het geslacht harer vaderen;
5242 Psa  49:20  |                 geslacht harer vaderen; tot in eeuwigheid zullen zij
5243 Psa  50:1   |                  van den opgang der zon tot aan haar ondergang. ~
5244 Psa  50:4   |                        4 Hij zal roepen tot den hemel van boven, en
5245 Psa  50:4   |                 den hemel van boven, en tot de aarde, om Zijn volk te
5246 Psa  50:16  |                                 16 Maar tot den goddeloze zegt God:
5247 Psa  51:2   |                2 Toen de profeet Nathan tot hem was gekomen, nadat hij
5248 Psa  51:2   |              hem was gekomen, nadat hij tot Bathseba was ingegaan. ~
5249 Psa  51:8   |                    8 Zie, Gij hebt lust tot waarheid in het binnenste,
5250 Psa  51:15  |                 de zondaars zullen zich tot U bekeren. ~
5251 Psa  51:18  |                 Want Gij hebt geen lust tot offerande, anders zou ik
5252 Psa  52:2   |              Saul te kennen gegeven, en tot hem gezegd had: David is
5253 Psa  52:9   |                man, die God niet stelde tot Zijn Sterkte, maar vertrouwde
5254 Psa  54:2   |              Zifieten gekomen waren, en tot Saul gezegd hadden: Verbergt
5255 Psa  54:4   |                mijn gebed; neig de oren tot de redenen mijns monds. ~
5256 Psa  55:17  |                17 Mij aangaande, ik zal tot God roepen, en de HEERE
5257 Psa  57:3   |                         3 Ik zal roepen tot God, den Allerhoogste, tot
5258 Psa  57:3   |              tot God, den Allerhoogste, tot God, Die het aan mij voleinden
5259 Psa  57:11  |               goedertierenheid is groot tot aan de hemelen, en Uw waarheid
5260 Psa  57:11  |                 hemelen, en Uw waarheid tot aan de bovenste wolken. ~
5261 Psa  59:14  |                heerser is in Jakob, ja, tot aan de einden der aarde.
5262 Psa  60:1   |               gouden kleinood van David tot lering, voor den opperzangmeester,
5263 Psa  60:3   |             toornig geweest; keer weder tot ons. ~
5264 Psa  60:11  |                stad? Wie zal mij leiden tot in Edom? ~
5265 Psa  61:3   |                 einde des lands roep ik tot U als mijn hart overstelpt
5266 Psa  61:7   |                         7Gij zult dagen tot des konings dagen toedoen;
5267 Psa  61:7   |            zullen zijn als van geslacht tot geslacht; ~
5268 Psa  62:2   |                Immers is mijn ziel stil tot God; van Hem is mijn heil. ~
5269 Psa  63:10  |             dezen, die mijn ziel zoeken tot verwoesting, zullen komen
5270 Psa  65:2   |               De lofzang is in stilheid tot U, o God! in Sion; en U
5271 Psa  65:3   |                  3 Gij hoort het gebed; tot U zal alle vlees komen. ~
5272 Psa  66:3   |                                  3 Zegt tot God: Hoe vreselijk zijt
5273 Psa  66:17  |                              17 Ik riep tot Hem met mijn mond, en Hij
5274 Psa  68:17  |             Deze berg heeft God begeerd tot Zijn woning; ook zal er
5275 Psa  68:32  |                zich haasten zijn handen tot God uit te strekken. ~
5276 Psa  69:2   |                 de wateren zijn gekomen tot aan de ziel. ~
5277 Psa  69:11  |                maar het is mij geworden tot allerlei smaad. ~
5278 Psa  69:12  |                    12 En ik heb een zak tot mijn kleed aangedaan; maar
5279 Psa  69:12  |              aangedaan; maar ik ben hun tot een spreekwoord geworden. ~
5280 Psa  69:14  |                aangaande, mijn gebed is tot U, o HEERE; er is een tijd
5281 Psa  69:19  |                                19 Nader tot mijn ziel, bevrijd ze; verlos
5282 Psa  69:22  |               22 Ja, zij hebben mij gal tot mijn spijs gegeven; en in
5283 Psa  69:23  |               worde voor hun aangezicht tot een strik, en tot volle
5284 Psa  69:23  |            aangezicht tot een strik, en tot volle vergelding tot een
5285 Psa  69:23  |                 en tot volle vergelding tot een valstrik. ~
5286 Psa  69:28  |                          28 Doe misdaad tot hun misdaad, en laat hen
5287 Psa  69:28  |                  en laat hen niet komen tot Uw gerechtigheid. ~
5288 Psa  70:2   |              mij te verlossen, o HEERE, tot mijn hulp. ~
5289 Psa  70:4   |                    4Laat hen terugkeren tot loon hunner beschaming,
5290 Psa  70:6   |             nooddruftig; o God, haast U tot mij; Gij zijt mijn Hulp
5291 Psa  71:2   |                bevrijd mij; neig Uw oor tot mij, en verlos mij. ~
5292 Psa  71:3   |                              3 Wees mij tot een Rotssteen, om daarin
5293 Psa  71:12  |              van mij; mijn God! haast U tot mijn hulp. ~
5294 Psa  71:17  |          geleerd van mijn jeugd aan, en tot nog toe verkondig ik Uw
5295 Psa  71:19  |                Uw gerechtigheid, o God, tot in de hoogte; Gij, Die grote
5296 Psa  72:5   |               zullen zijn, van geslacht tot geslacht. ~
5297 Psa  72:8   |              hij zal heersen van de zee tot aan de zee, en van de rivier
5298 Psa  72:8   |                de zee, en van de rivier tot aan de einden der aarde. ~
5299 Psa  72:17  |                   17 Zijn naam zal zijn tot in eeuwigheid; zolang als
5300 Psa  72:17  |                  zal zijn naam van kind tot kind voortgeplant worden;
5301 Psa  72:19  |                Naam Zijner heerlijkheid tot in eeuwigheid; en de ganse
5302 Psa  73:4   |                Want er zijn geen banden tot hun dood toe, en hun kracht
5303 Psa  73:19  |                 zij als in een ogenblik tot verwoesting, nemen een einde,
5304 Psa  74:3   |                      3 Hef Uw voeten op tot de eeuwige verwoestingen;
5305 Psa  74:4   |                  zij hebben hun tekenen tot tekenen gesteld. ~
5306 Psa  74:14  |               verpletterd; Gij hebt hem tot spijs gegeven aan het volk
5307 Psa  75:5   |                         5 Ik heb gezegd tot de onzinnigen: Weest niet
5308 Psa  75:5   |                 Weest niet onzinnig; en tot de goddelozen: Verhoogt
5309 Psa  77:2   |                          2 Mijn stem is tot God, en ik roep; mijn stem
5310 Psa  77:2   |                en ik roep; mijn stem is tot God, en Hij zal het oor
5311 Psa  77:2   |                 God, en Hij zal het oor tot mij neigen. ~
5312 Psa  77:9   |                 een einde, van geslacht tot geslacht? ~
5313 Psa  78:1   |                 oren; neigt ulieder oor tot de redenen mijns monds. ~
5314 Psa  78:25  |        Machtigen; Hij zond hun teerkost tot verzadiging. ~
5315 Psa  78:54  |                    54 En Hij bracht hen tot de landpale Zijner heiligheid,
5316 Psa  78:54  |             landpale Zijner heiligheid, tot dezen berg, dien Zijn rechterhand
5317 Psa  78:58  |                 58 En zij verwekten Hem tot toorn door hun hoogten,
5318 Psa  78:58  |               hoogten, en verwekten Hem tot ijver door hun gesneden
5319 Psa  78:60  |               te Silo, de tent, die Hij tot een woning gesteld had onder
5320 Psa  79:1   |     verontreinigd; zij hebben Jeruzalem tot steenhopen gesteld. ~
5321 Psa  79:2   |                het gevogelte des hemels tot spijs gegeven; het vlees
5322 Psa  79:13  |                eeuwigheid, van geslacht tot geslacht; wij zullen Uw
5323 Psa  80:3   |            Benjamin, en Manasse, en kom tot onze verlossing. ~
5324 Psa  80:7   |              Gij hebt ons onzen naburen tot een twist gesteld, en onze
5325 Psa  80:12  |              Hij schoot zijn ranken uit tot aan de zee, en zijn scheuten
5326 Psa  80:12  |                de zee, en zijn scheuten tot aan de rivier. ~
5327 Psa  81:6   |                   6 Hij heeft het gezet tot een getuigenis in Jozef,
5328 Psa  83:9   |               zijn den kinderen van Lot tot een arm geweest. Sela. ~
5329 Psa  83:11  |                Endor; zij zijn geworden tot drek der aarde. ~
5330 Psa  83:18  |           beschaamd en verschrikt wezen tot in eeuwigheid, en laat hen
5331 Psa  84:3   |                en mijn vlees roepen uit tot den levenden God. ~
5332 Psa  84:7   |               doorgaan, stellen zij Hem tot een fontein; ook zal de
5333 Psa  84:8   |                   8 Zij gaan van kracht tot kracht; een iegelijk van
5334 Psa  85:6   |                uitstrekken van geslacht tot geslacht? ~
5335 Psa  85:9   |               spreken zal; want Hij zal tot Zijn volk en tot Zijn gunstgenoten
5336 Psa  85:9   |                Hij zal tot Zijn volk en tot Zijn gunstgenoten van vrede
5337 Psa  85:9   |                 maar dat zij niet weder tot dwaasheid keren. ~
5338 Psa  86:3   |            genadig, HEERE! want ik roep tot U den gansen dag. ~
5339 Psa  86:4   |               de ziel Uws knechts; want tot U, HEERE! verhef ik mijn
5340 Psa  86:11  |             wandelen; verenig mijn hart tot de vreze Uws Naams. ~
5341 Psa  86:16  |                               16 Wend U tot mij, en zijt mij genadig,
5342 Psa  88:3   |            aanschijn komen; neig Uw oor tot mijn geschrei. ~
5343 Psa  88:4   |                zat, en mijn leven raakt tot aan het graf. ~
5344 Psa  88:9   |                gedaan, Gij hebt mij hun tot een groten gruwel gesteld;
5345 Psa  88:10  |             verdrukking; HEERE! ik roep tot U den gansen dag; ik strek
5346 Psa  88:10  |                ik strek mijn handen uit tot U. ~
5347 Psa  88:14  |                 14 Maar ik, HEERE! roep tot U, en mijn gebed komt U
5348 Psa  89:2   |              bekend maken, van geslacht tot geslacht. ~
5349 Psa  89:5   |                        5 Ik zal uw zaad tot in eeuwigheid bevestigen,
5350 Psa  89:5   |             troon opbouwen van geslacht tot geslacht. Sela. ~
5351 Psa  89:42  |            beroofd; zijn naburen is hij tot een smaad geweest. ~
5352 Psa  90:1   |              een Toevlucht van geslacht tot geslacht. ~
5353 Psa  90:2   |                hadt, ja, van eeuwigheid tot eeuwigheid zijt Gij God. ~
5354 Psa  90:3   |                doet den mens wederkeren tot verbrijzeling, en zegt:
5355 Psa  90:13  |                   13 Keer weder, HEERE! tot hoe lange? en het berouwe
5356 Psa  91:2   |                                2 Ik zal tot den HEERE zeggen: Mijn Toevlucht
5357 Psa  91:7   |             duizend aan uw rechterhand; tot u zal het niet genaken. ~
5358 Psa  91:9   |           Allerhoogste hebt gij gesteld tot uw Vertrek; ~
5359 Psa  92:8   |      ongerechtigheid bloeien, opdat zij tot in der eeuwigheid verdelgd
5360 Psa  93:5   |               Uw huize sierlijk, HEERE! tot lange dagen. ~  ~
5361 Psa  94:15  |              het oordeel zal wederkeren tot de gerechtigheid; en alle
5362 Psa  94:22  |                 de HEERE is mij geweest tot een Hoog Vertrek, en mijn
5363 Psa  94:22  |               Hoog Vertrek, en mijn God tot een Steenrots mijner toevlucht. ~
5364 Psa  96:2   |            boodschapt Zijn heil van dag tot dag. ~
5365 Psa  99:6   |                 Zijns Naams; zij riepen tot den HEERE, en Hij verhoorde
5366 Psa  99:7   |                              7Hij sprak tot hen in een wolkkolom; zij
5367 Psa 100:4   |                                4Gaat in tot Zijn poorten met lof, in
5368 Psa 100:5   |                getrouwheid van geslacht tot geslacht. ~  ~  ~  ~
5369 Psa 101:2   |         oprechten weg; wanneer zult Gij tot mij komen? Ik zal in het
5370 Psa 102:2   |              gebed, en laat mijn geroep tot U komen. ~
5371 Psa 102:3   |              niet voor mij, neig Uw oor tot mij ten dage mijner benauwdheid;
5372 Psa 102:13  |                gedachtenis van geslacht tot geslacht. ~
5373 Psa 102:18  |               18 Zich gewend zal hebben tot het gebed desgenen, die
5374 Psa 102:25  |                 jaren zijn van geslacht tot geslacht. ~
5375 Psa 103:17  |             HEEREN is van eeuwigheid en tot eeuwigheid over degenen,
5376 Psa 104:4   |          engelen geesten, Zijn dienaars tot een vlammend vuur. ~
5377 Psa 104:14  |                de beesten, en het kruid tot dienst des mensen, doende
5378 Psa 104:19  |               Hij heeft de maan gemaakt tot de gezette tijden, de zon
5379 Psa 104:23  |                 23 De mens gaat dan uit tot zijn werk, en naar zijn
5380 Psa 104:23  |               werk, en naar zijn arbeid tot den avond toe. ~
5381 Psa 104:29  |             sterven, en zij keren weder tot hun stof. ~
5382 Psa 104:31  |             heerlijkheid des HEEREN zij tot in der eeuwigheid; de HEERE
5383 Psa 105:8   |              Hij gedenkt Zijns verbonds tot in der eeuwigheid, des woords,
5384 Psa 105:8   |                dat Hij ingesteld heeft, tot in duizend geslachten; ~
5385 Psa 105:10  |                 gesteld heeft aan Jakob tot een inzetting, aan Israel
5386 Psa 105:10  |               een inzetting, aan Israel tot een eeuwig verbond, ~
5387 Psa 105:13  |                13 En wandelden van volk tot volk, van het ene koninkrijk
5388 Psa 105:13  |                  van het ene koninkrijk tot het andere volk; ~
5389 Psa 105:17  |              henen; Jozef werd verkocht tot een slaaf. ~
5390 Psa 105:19  |                                      19 Tot den tijd toe, dat Zijn woord
5391 Psa 105:21  |                        21 Hij zette hem tot een heer over zijn huis,
5392 Psa 105:21  |                 heer over zijn huis, en tot een heerser over al zijn
5393 Psa 105:30  |              vorsen voort in overvloed, tot in de binnenste kameren
5394 Psa 105:32  |                 32 Hij maakte hun regen tot hagel, vlammig vuur in hun
5395 Psa 105:39  |                Hij breidde een wolk uit tot een deksel, en vuur om den
5396 Psa 106:4   |              HEERE! naar het welbehagen tot Uw volk, bezoek mij met
5397 Psa 106:29  |                 En zij hebben den HEERE tot toorn verwekt met hun daden,
5398 Psa 106:31  |               31 En het is hem gerekend tot gerechtigheid, van geslacht
5399 Psa 106:31  |             gerechtigheid, van geslacht tot geslacht tot in eeuwigheid. ~
5400 Psa 106:31  |               van geslacht tot geslacht tot in eeuwigheid. ~
5401 Psa 106:36  |              afgoden, en zij werden hun tot een strik. ~
5402 Psa 106:45  |                         45 En Hij dacht tot hun beste aan Zijn verbond,
5403 Psa 106:48  |              Israels, van eeuwigheid en tot in eeuwigheid; en al het
5404 Psa 107:6   |                         6 Doch roepende tot den HEERE in de benauwdheid,
5405 Psa 107:7   |                 rechten weg, om te gaan tot een stad ter woning. ~
5406 Psa 107:13  |                        13 Doch roepende tot den HEERE in de benauwdheid,
5407 Psa 107:18  |               alle spijze, en zij waren tot aan de poorten des doods
5408 Psa 107:19  |                        19 Doch roepende tot den HEERE in de benauwdheid,
5409 Psa 107:26  |              den hemel; zij dalen neder tot in de afgronden; hun ziel
5410 Psa 107:28  |                        28 Doch roepende tot den HEERE in de benauwdheid,
5411 Psa 107:30  |            gestild zijn, en dat Hij hen tot de haven hunner begeerte
5412 Psa 107:33  |                33 Hij stelt de rivieren tot een woestijn, en watertochten
5413 Psa 107:33  |               woestijn, en watertochten tot dorstig land. ~
5414 Psa 107:34  |                  34 Het vruchtbaar land tot zouten grond, om de boosheid
5415 Psa 107:35  |                35 Hij stelt de woestijn tot een waterpoel, en het dorre
5416 Psa 107:35  |            waterpoel, en het dorre land tot watertochten. ~
5417 Psa 108:5   |               goedertierenheid is groot tot boven de hemelen, en Uw
5418 Psa 108:5   |                 hemelen, en Uw waarheid tot aan de bovenste wolken. ~
5419 Psa 108:11  |                stad? Wie zal mij leiden tot in Edom? ~
5420 Psa 109:7   |         schuldig uit, en zijn gebed zij tot zonde. ~
5421 Psa 109:17  |                en geen lust gehad heeft tot den zegen, zo zij die verre
5422 Psa 109:18  |               zijn kleed, en dat die ga tot in het binnenste van hem
5423 Psa 109:19  |            waarmede hij zich bedekt, en tot een gordel, waarmede hij
5424 Psa 110:1   |               van David. De HEERE heeft tot mijn Heere gesproken: Zit
5425 Psa 110:1   |               vijanden gezet zal hebben tot een voetbank Uwervoeten. ~
5426 Psa 111:10  |                  Thau. Zijn lof bestaat tot in der eeuwigheid ~  ~  ~  ~
5427 Psa 113:2   |                zij geprezen, van nu aan tot in der eeuwigheid. ~
5428 Psa 113:3   |              3Van den opgang der zon af tot haar nedergang, zij de Naam
5429 Psa 114:2   |                           2Zo werd Juda tot Zijn heiligdom, Israel Zijn
5430 Psa 115:18  |              den HEERE loven van nu aan tot in der eeuwigheid. Hallelujah! ~  ~
5431 Psa 116:2   |                 Want Hij neigt Zijn oor tot mij; dies zal ik Hem in
5432 Psa 116:7   |                 7 Mijn ziel! keer weder tot uw rust, want de HEERE heeft
5433 Psa 118:8   |                          8 Het is beter tot den HEERE toevlucht te nemen,
5434 Psa 118:9   |                          9 Het is beter tot den HEERE toevlucht te nemen,
5435 Psa 118:13  |                 mij zeer hard gestoten, tot vallens toe, maar de HEERE
5436 Psa 118:14  |               en Psalm, want Hij is mij tot heil geweest. ~
5437 Psa 118:21  |               mij verhoord hebt, en mij tot heil geweest zijt. ~
5438 Psa 118:22  |         bouwlieden verworpen hadden, is tot een hoofd des hoeks geworden. ~
5439 Psa 118:27  |              het feest offer met touwen tot aan de hoornen van het altaar. ~
5440 Psa 119:36  |                      36  Neig mijn hart tot Uw getuigenissen, en niet
5441 Psa 119:36  |               Uw getuigenissen, en niet tot gierigheid. ~
5442 Psa 119:40  |                Zie, ik heb een begeerte tot Uw bevelen; maak mij levend
5443 Psa 119:49  |                Zain. Gedenk des woords, tot Uw knecht gesproken, op
5444 Psa 119:59  |                 heb mijn voeten gekeerd tot Uw getuigenissen. ~
5445 Psa 119:79  |                            79  Laat hen tot mij keren, die U vrezen,
5446 Psa 119:80  |             Laat mijn hart oprecht zijn tot Uw inzettingen, opdat ik
5447 Psa 119:90  |        goedertierenheid is van geslacht tot geslacht; Gij hebt de aarde
5448 Psa 119:111 |                Uw getuigenissen genomen tot een eeuwige erve, want zij
5449 Psa 120:1   |              lied op Hammaaloth. Ik heb tot den HEERE geroepen in mijn
5450 Psa 121:8   |              ingang bewaren, van nu aan tot in der eeuwigheid. ~  ~
5451 Psa 122:1   |            verblijd mij in degenen, die tot mij zeggen: Wij zullen in
5452 Psa 122:4   |                  de stammen des HEEREN, tot de getuigenis Israels, om
5453 Psa 123:1   |         Hammaaloth. Ik hef mijn ogen op tot U, Die in de hemelen zit. ~
5454 Psa 124:6   |           tanden niet heeft overgegeven tot een roof. ~
5455 Psa 125:2   |            rondom Zijn volk, van nu aan tot in der eeuwigheid. ~
5456 Psa 125:3   |                 handen niet uitstrekken tot onrecht. ~
5457 Psa 125:5   |                   5Maar die zich neigen tot hun kromme wegen, die zal
5458 Psa 130:1   |                  Uit de diepten roep ik tot U, o HEERE! ~
5459 Psa 131:3   |                 op den HEERE van nu aan tot in der eeuwigheid. ~  ~  ~  ~
5460 Psa 132:8   |                        8 Sta op, HEERE! tot Uw rust, Gij en de ark Uwer
5461 Psa 132:12  |                 zo zullen ook hun zonen tot in eeuwigheid op uw troon
5462 Psa 132:13  |         verkoren, Hij heeft het begeerd tot Zijn woonplaats, zeggende: ~
5463 Psa 132:14  |                     14 Dit is Mijn rust tot in eeuwigheid, hier zal
5464 Psa 133:2   |               van Aaron, die nederdaalt tot op den zoom zijner klederen. ~
5465 Psa 133:3   |           aldaar den zegen en het leven tot in der eeuwigheid. ~  ~
5466 Psa 135:4   |             Zich Jakob verkoren, Israel tot Zijn eigendom. ~
5467 Psa 135:8   |           Egypte sloeg, van den mens af tot het vee toe. ~
5468 Psa 135:13  |             gedachtenis is van geslacht tot geslacht. ~
5469 Psa 136:8   |                                8 De zon tot heerschappij op den dag;
5470 Psa 136:9   |                    9 De maan en sterren tot heerschappij in den nacht;
5471 Psa 137:7   |               Ontbloot ze, ontbloot ze, tot haar fondament toe! ~
5472 Psa 139:22  |             haat hen met volkomen haat, tot vijanden zijn zij mij. ~
5473 Psa 140:7   |                                7 Ik heb tot den HEERE gezegd: Gij zijt
5474 Psa 141:1   |                  ik roep U aan, haast U tot mij; neem mijn stem ter
5475 Psa 141:1   |               mijn stem ter ore, als ik tot U roep. ~
5476 Psa 141:4   |                   4 Neig mijn hart niet tot een kwade zaak, om enigen
5477 Psa 142:2   |                  2Ik riep met mijn stem tot den HEERE; ik smeekte tot
5478 Psa 142:2   |               tot den HEERE; ik smeekte tot den HEERE met mijn stem. ~
5479 Psa 143:1   |                mijn gebed, neig de oren tot mijn smekingen; verhoor
5480 Psa 143:6   |                Ik breid mijn handen uit tot U; mijn ziel is voor U als
5481 Psa 143:8   |              heb, want ik hef mijn ziel tot U op. ~
5482 Psa 146:4   |             gaat uit, hij keert wederom tot zijn aarde; te dienzelfden
5483 Psa 146:5   |                 hij, die den God Jakobs tot zijn Hulp heeft, wiens verwachting
5484 Psa 146:10  |                 o Sion! is van geslacht tot geslacht. Hallelujah! ~  ~  ~
5485 Psa 147:6   |               goddelozen vernedert Hij, tot de aarde toe. ~
5486 Spre   1:23 |                         23      Keert u tot Mijn bestraffing; ziet,
5487 Spre   1:28 |                  28      Dan zullen zij tot Mij roepen, maar Ik zal
5488 Spre   2:2  |                opmerken; zo gij uw hart tot verstandigheid neigt; ~
5489 Spre   2:3  |                       3      Ja, zo gij tot het verstand roept, uw stem
5490 Spre   2:3  |         verstand roept, uw stem verheft tot de verstandigheid; ~
5491 Spre   2:19 |                       19      Allen die tot haar ingaan, zullen niet
5492 Spre   3:28 |                        28      Zeg niet tot uw naaste: Ga heen, en kom
5493 Spre   4:4  |                 nu leerde mij, en zeide tot mij: Uw hart houde mijn
5494 Spre   4:18 |                voortgaande en lichtende tot den vollen dag toe. ~
5495 Spre   4:20 |               mijn woorden, neig uw oor tot mijn redenen. ~
5496 Spre   5:1  |              mijn wijsheid, neig uw oor tot mijn verstand; ~
5497 Spre   5:8  |                 van haar, en nader niet tot de deur van haar huis; ~
5498 Spre   5:13 |                  noch mijn oren geneigd tot mijn leraars! ~
5499 Spre   6:6  |                               6      Ga tot de mier, gij luiaard! zie
5500 Spre   6:18 |            voeten, die zich haasten, om tot kwaad te lopen; ~