Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
wegdragen 5
wegdrijven 1
wege 6
wegen 194
wegga 3
weggaan 8
weggaande 5
Frequency    [«  »]
197 jordaan
196 engel
195 priesters
194 wegen
193 deur
193 dienst
193 landpale

Bijbel

IntraText - Concordances

wegen

    Book Chapter: Verse
1 Lev 25:22 | u verminderen zal; en uw wegen zullen woest worden. ~ 2 Deu 8:6 | HEEREN, uws Gods, om in Zijn wegen te wandelen, en om Hem te 3 Deu 10:12 | God, te vrezen, in al Zijn wegen te wandelen, en Hem lief 4 Deu 11:22 | liefhebbende, wandelende in al Zijn wegen, en Hem aanhangende; ~ 5 Deu 19:9 | liefhebbende, en alle dagen in Zijn wegen wandelende) zo zult gij 6 Deu 26:17 | gij zult wandelen in Zijn wegen, en houden Zijn inzettingen, 7 Deu 28:7 | uittrekken, maar door zeven wegen zullen zij voor uw aangezicht 8 Deu 28:9 | zult houden, en in Zijn wegen wandelen. ~ 9 Deu 28:25 | uittrekken, en door zeven wegen zult gij voor zijn aangezicht 10 Deu 28:29 | omtast in het donkere, en uw wegen niet zult voorspoedig maken; 11 Deu 30:16 | lief te hebben, in Zijn wegen te wandelen, en te houden 12 Deu 32:4 | volkomen is; want al Zijn wegen zijn gerichte. God is waarheid, 13 Joz 1:8 | want alsdan zult gij uw wegen voorspoedig maken, en alsdan 14 Joz 23:5 | dat gij wandelt in al Zijn wegen, en Zijn geboden houdt, 15 Ric 4:30 | dagen van Jael, hielden de wegen op, en die op paden wandelden, 16 Ric 4:30 | wandelden, gingen kromme wegen. ~ 17 1Sa 8:3 | zonen wandelden niet in zijn wegen; maar zij neigden zich tot 18 1Sa 8:5 | zonen wandelen niet in uw wegen; zo zet nu een koning over 19 1Sa 18:14 | voorzichtiglijk op al zijn wegen; en de HEERE was met hem. ~ 20 2Sa 18:12 | zilverlingen op mijn handen mocht wegen, zo zou ik mijn hand aan 21 2Sa 22:22 | 22 Want ik heb des HEEREN wegen gehouden, en ben van mijn 22 1Kon 2:3 | om te wandelen in Zijn wegen, om te onderhouden Zijn 23 1Kon 3:14| 14 En zo gij in Mijn wegen wandelen zult, onderhoudende 24 1Kon 8:39| een iegelijk naar al zijn wegen, gelijk Gij zijn hart kent; 25 1Kon 8:58| ons hart, om in al Zijn wegen te wandelen, en om te houden 26 1Kon 11:33| gewandeld hebben in Mijn wegen, om te doen wat recht is 27 1Kon 11:38| zal gebieden, en in Mijn wegen zult wandelen, en doen wat 28 1Kon 16:26| En hij wandelde in alle wegen van Jerobeam, den zoon van 29 2Kon 19:13| zeggende: Bekeert u van uw boze wegen en houdt Mijn geboden, en 30 2Kro 7:30| een iegelijk naar al zijn wegen, gelijk Gij zijn hart kent; 31 2Kro 7:31| vrezen, om te wandelen in Uw wegen, al de dagen, die zij leven 32 2Kro 8:14| zich bekeren van hun boze wegen; zo zal Ik uit den hemel 33 2Kro 14:22| geschiedenissen van Abia, zo zijn wegen als zijn woorden, zijn beschreven 34 2Kro 18:3 | hij wandelde in de vorige wegen zijns vaders Davids, en 35 2Kro 18:6 | hart verhief zich in de wegen des HEEREN; en hij nam verder 36 2Kro 22:12| vader David: Omdat gij in de wegen van uw vader Josafat, en 37 2Kro 22:12| vader Josafat, en in de wegen van Asa, den koning van 38 2Kro 22:32| vader David: Omdat gij in de wegen van uw vader Josafat, en 39 2Kro 22:32| vader Josafat, en in de wegen van Asa, den koning van 40 2Kro 23:3 | 3 Hij wandelde ook in de wegen van het huis van Achab; 41 2Kro 27:6 | Jotham; want hij richtte zijn wegen voor het aangezicht des 42 2Kro 27:7 | al zijn krijgen, en zijn wegen, ziet, zij zijn geschreven 43 2Kro 28:2 | Maar hij wandelde in de wegen der koningen van Israel; 44 2Kro 28:26| geschiedenissen, en al zijn wegen, de eerste en de laatste, 45 2Kro 34:2 | HEEREN, en wandelde in de wegen van zijn vader David, en 46 Job 4:6 | en de oprechtheid uwer wegen uw verwachting? ~ 47 Job 13:15 | hopen? Evenwel zal ik mijn wegen voor Zijn aangezicht verdedigen. ~ 48 Job 21:14 | want aan de kennis Uwer wegen hebben wij geen lust. ~ 49 Job 22:3 | zijt; of gewin, dat gij uw wegen volmaakt? ~ 50 Job 22:28 | bestendig zijn; en op uw wegen zal het licht schijnen. ~ 51 Job 24:13 | lichts; zij kennen Zijn wegen niet, en zij blijven niet 52 Job 24:23 | nochtans zijn Zijn ogen op hun wegen. ~ 53 Job 26:14 | maar uiterste einden Zijner wegen; en wat een klein stukje 54 Job 30:12 | tegen mij hun verderfelijke wegen. ~ 55 Job 31:4 | 4 Ziet Hij niet mijn wegen, en telt Hij niet al mijn 56 Job 34:21 | Zijn ogen zijn op ieders wegen, en Hij ziet al zijn treden. ~ 57 Job 34:27 | afgeweken zijn, en geen Zijner wegen verstaan hebben; ~ 58 Job 39:14 | Hij is een hoofdstuk der wegen Gods; Die hem gemaakt heeft, 59 Psa 10:5 | 5 Zijn wegen maken ten allen tijde smarte; 60 Psa 18:22 | 22 Want ik heb des HEEREN wegen gehouden, en ben van mijn 61 Psa 25:4 | Daleth. HEERE! maak mij Uw wegen bekend, leer mij Uw paden. ~ 62 Psa 40:2 | 2 Ik zeide: Ik zal mijn wegen bewaren, dat ik niet zondige 63 Psa 51:15 | zal ik de overtreders Uw wegen leren; en de zondaars zullen 64 Psa 68:5 | psalmzingt Zijn Naam; hoogt de wegen voor Dien, Die in de vlakken 65 Psa 81:14 | had, dat Israel in Mijn wegen gewandeld had! ~ 66 Psa 84:6 | welker hart de gebaande wegen zijn. ~ 67 Psa 91:11 | dat zij u bewaren in al uw wegen. ~ 68 Psa 95:10 | hart, en zij kennen Mijn wegen niet. ~ 69 Psa 103:7 | 7 Hij heeft Mozes Zijn wegen bekend gemaakt, den kinderen 70 Psa 119:3 | werken, maar wandelen in Zijn wegen. ~ 71 Psa 119:5 | 5  Och, dat mijn wegen gericht werden, om Uw inzettingen 72 Psa 119:26 | 26  Ik heb U mijn wegen verteld, en Gij hebt mij 73 Psa 119:37 | maak mij levend door Uw wegen. ~ 74 Psa 119:59 | 59  Ik heb mijn wegen bedacht, en heb mijn voeten 75 Psa 119:168| getuigenissen, want al mijn wegen zijn voor U. ~ 76 Psa 125:5 | zich neigen tot hun kromme wegen, die zal de HEERE weg doen 77 Psa 128:1 | HEERE vreest, die in Zijn wegen wandelt. ~ 78 Psa 138:5 | zij zullen zingen van de wegen des HEEREN, want de heerlijkheid 79 Psa 139:3 | liggen; en Gij zijt al mijn wegen gewend. ~ 80 Psa 145:17 | rechtvaardig in al Zijn wegen, en goedertieren in al Zijn 81 Spre 2:13| verlaten, om te gaan in de wegen der duisternis; ~ 82 Spre 3:6 | 6      Ken Hem in al uw wegen, en Hij zal uw paden recht 83 Spre 3:17| 17      Haar wegen zijn wegen der liefelijkheid, 84 Spre 3:17| 17      Haar wegen zijn wegen der liefelijkheid, en al 85 Spre 3:31| en verkies geen van zijn wegen. ~ 86 Spre 4:26| uws voets, en laat al uw wegen wel gevestigd zijn. ~ 87 Spre 5:6 | pad des levens niet zoudt wegen, zijn haar gangen ongestadig, 88 Spre 5:21| Want eens iegelijks wegen zijn voor de ogen des HEEREN, 89 Spre 6:6 | mier, gij luiaard! zie haar wegen, en word wijs; ~ 90 Spre 7:25| Laat uw hart tot haar wegen niet wijken, dwaalt niet 91 Spre 7:27| 27      Haar huis zijn wegen des grafs, dalende naar 92 Spre 8:32| welgelukzalig zijn zij, die Mijn wegen bewaren. ~ 93 Spre 10:9 | wandelt zeker; maar die zijn wegen verkeert, zal bekend worden. ~ 94 Spre 14:2 | maar die afwijkt in zijn wegen, veracht Hem. ~ 95 Spre 14:12| het laatste van dien zijn wegen des doods. ~ 96 Spre 14:14| van hart is, zal van zijn wegen verzadigd worden; maar een 97 Spre 16:2 | 2      Alle wegen des mans zijn zuiver in 98 Spre 16:7 | 7      Als iemands wegen den HEERE behagen, zo zal 99 Spre 16:25| het laatste van dien zijn wegen des doods. ~ 100 Spre 19:16| bewaart zijn ziel; die zijn wegen veracht, zal sterven. ~ 101 Spre 23:26| hart, en laat uw ogen mijn wegen bewaren. ~ 102 Spre 28:6 | dan die verkeerd is van wegen, al is hij rijk. ~ 103 Spre 28:18| verkeerdelijk gedraagt in twee wegen, zal in den enen vallen. ~ 104 Spre 31:3 | uw vermogen niet, noch uw wegen, om koningen te verdelgen. ~ 105 Pred 11:9 | jongelingschap, en wandel in de wegen uws harten, en in de aanschouwingen 106 Jes 2:3 | opdat Hij ons lere van Zijn wegen, en dat wij      wandelen 107 Jes 33:8 | 8      De gebaande wegen zijn verwoest, die door 108 Jes 42:24 | niet wandelen in Zijn      wegen, en zij hoorden niet naar 109 Jes 45:2 | gaan, en Ik zal de kromme wegen recht maken; de koperen 110 Jes 45:13 | gerechtigheid, en al zijn wegen zal Ik recht maken; hij 111 Jes 46:6 | het goud uit de beurs, en wegen het zilver met de waag; 112 Jes 49:9 | voorschijn; zij zullen op de wegen weiden, en op alle hoge 113 Jes 55:8 | ulieder gedachten, en uw wegen zijn niet Mijn wegen, spreekt 114 Jes 55:8 | uw wegen zijn niet Mijn wegen, spreekt de HEERE. ~ 115 Jes 55:9 | de aarde, alzo zijn Mijn wegen hoger dan uw wegen, en Mijn 116 Jes 55:9 | Mijn wegen hoger dan uw wegen, en Mijn gedachten dan ulieder 117 Jes 56:8 | ulieder gedachten, en uw wegen zijn niet Mijn wegen, spreekt 118 Jes 56:8 | uw wegen zijn niet Mijn wegen, spreekt de HEERE. ~ 119 Jes 56:9 | de aarde, alzo zijn Mijn wegen hoger dan uw wegen, en Mijn 120 Jes 56:9 | Mijn wegen hoger dan uw wegen, en Mijn gedachten dan ulieder 121 Jes 58:18 | 18      Ik zie hun wegen, en Ik zal hen genezen; 122 Jes 59:2 | hebben aan de kennis Mijner wegen, als een volk, dat gerechtigheid 123 Jes 59:13 | gij dien eert, dat gij uw wegen niet doet, en uw eigen lust 124 Jes 64:17 | waarom doet Gij ons van Uw wegen dwalen, waarom verstokt 125 Jes 65:5 | die Uwer gedenken op Uw wegen; zie, Gij waart verbolgen, 126 Jes 67:3 | Dezen verkiezen ook hun wegen, en hun ziel heeft lust 127 Jer 2:23 | snelle kemelin, die haar wegen verdraait! ~ 128 Jer 2:33 | ook de booste hoeren uw wegen geleerd hebt. ~ 129 Jer 3:2 | voor hen gezeten aan de wegen, als een Arabier in de woestijn; 130 Jer 3:13 | hebt overtreden, en uw wegen verstrooid hebt tot de vreemden, 131 Jer 6:16 | zegt de HEERE: Staat op de wegen, en ziet toe, en vraagt 132 Jer 7:3 | de God Israels: Maakt uw wegen en uw handelingen goed, 133 Jer 7:5 | Maar indien gij uw wegen en uw handelingen waarlijk 134 Jer 12:16 | geschieden, indien zij de wegen Mijns volks vlijtiglijk 135 Jer 15:7 | verdaan; zij zijn van hun wegen niet wedergekeerd. ~ 136 Jer 16:17 | Mijn ogen zijn op al hun wegen; zij zijn voor Mijn aangezicht 137 Jer 17:10 | iegelijk te geven naar zijn wegen, naar de vrucht zijner handelingen. ~ 138 Jer 18:11 | zijn bozen weg, en maakt uw wegen en uw handelingen goed. ~ 139 Jer 18:15 | hen doen aanstoten op hun wegen, op de oude paden, opdat 140 Jer 26:13 | 13      Nu dan, maakt uw wegen en uw handelingen goed, 141 Jer 32:19 | ogen zijn open over alle wegen der mensenkinderen, om een 142 Jer 32:19 | iegelijk te geven naar zijn wegen, en naar de vrucht zijner      143 Klaa 1:4 | 4      Daleth. De wegen Sions treuren, omdat niemand 144 Klaa 1:53| Gimel. Hij heeft mij wegen toegemuurd met uitgehouwen 145 Klaa 1:55| Daleth. Hij heeft mijn wegen afgewend; en Hij heeft mij 146 Klaa 1:84| Nun. Laat ons onze wegen onderzoeken en doorzoeken, 147 Eze 7:3 | Ik zal u richten naar uw wegen, en Ik zal op u brengen 148 Eze 7:4 | niet sparen; maar Ik zal uw wegen op u brengen, en uw gruwelen 149 Eze 7:8 | volbrengen, en u richten naar uw wegen, en zal op u brengen al 150 Eze 7:9 | Ik zal u geven naar uw wegen, en uw gruwelen zullen in 151 Eze 16:47 | Doch gij hebt in haar wegen niet gewandeld, noch naar 152 Eze 16:47 | verdorven dan zij, in al uw wegen. ~ 153 Eze 16:61 | 61      Dan zult gij uwer wegen gedenken en beschaamd zijn, 154 Eze 18:23 | hij zich bekeert van zijn wegen, dat hij leve? ~ 155 Eze 18:25 | niet recht? Zijn niet uw wegen onrecht? ~ 156 Eze 18:29 | niet recht. Zouden Mijn wegen, o huis Israels, niet recht 157 Eze 18:29 | recht zijn? Zijn niet uw wegen onrecht? ~ 158 Eze 18:30 | Israels! een ieder naar zijn wegen, spreekt de Heere HEERE, 159 Eze 20:43 | gij dan gedenken aan uw wegen, en aan al uw handelingen 160 Eze 20:44 | Naams wil, niet naar uw boze wegen, noch naar uw verdorven 161 Eze 21:19 | mensenkind, stel u twee wegen voor, waardoor het zwaard 162 Eze 21:21 | aan het hoofd van de twee wegen, om waarzegging te gebruiken; 163 Eze 24:14 | noch berouw hebben; naar uw wegen en naar uw      handelingen 164 Eze 28:15 | Gij waart volkomen in uw wegen, van den dag af, dat gij 165 Eze 33:11 | u, bekeert u van uw boze wegen, want waarom zoudt gij sterven, 166 Eze 33:20 | richten, een ieder naar zijn wegen, o huis Israels! ~ 167 Eze 36:31 | gij gedenken aan uw boze wegen en uw handelingen, die niet 168 Eze 36:32 | wordt schaamrood van uw wegen, gij huis Israels! ~ 169 Hos 4:9 | priester zijn; en Ik zal zijn wegen over hem bezoeken, en zijn 170 Hos 9:8 | vogelvangersstrik, op al zijn wegen, een haat in het huis zijns 171 Hos 12:3 | doen over Jakob naar zijn wegen, naar zijn handelingen zal 172 Hos 14:10 | bekenne ze; want des HEEREN wegen zijn recht, en de rechtvaardigen 173 Joe 2:7 | trekken, een iegelijk in zijn wegen, en zullen hun paden niet 174 Mic 4:2 | opdat Hij ons lere van Zijn wegen, en wij      in Zijn paden 175 Zac 1:4 | Bekeert u toch van uw boze wegen, en uw boze handelingen;      176 Zac 1:6 | heeft ons te doen, naar onze wegen en naar onze handelingen, 177 Zac 3:7 | heirscharen: Indien gij in Mijn wegen zult wandelen, en indien 178 Mal 2:9 | ganse volk, dewijl gij Mijn wegen niet houdt, maar het aangezicht 179 Matt 22:9 | gaat op de uitgangen der wegen, en zovelen als gij er zult 180 Matt 22:10| dienstknechten, uitgaande op de wegen, vergaderden allen, die 181 Luk 1:76 | Heeren heengaan, om Zijn wegen te bereiden; ~ 182 Luk 3:5 | vernederd worden, en de kromme wegen zullen tot een rechten weg 183 Luk 3:5 | en de oneffen tot effen wegen. ~ 184 Luk 14:23 | dienstknecht: Ga uit in de wegen en heggen; en dwing ze in 185 Hand 2:28| 28 Gij hebt mij de wegen des levens bekend gemaakt; 186 Hand 7:10| ophouden te verkeren de rechte wegen des Heeren? ~ 187 Hand 8:16| heeft laten wandelen in hun wegen; ~ 188 Rom 3:16 | en ellendigheid is in hun wegen; ~ 189 Rom 11:33 | oordelen, en onnaspeurlijk Zijn wegen! ~ 190 1Kor 4:17| zal indachtig maken mijn wegen, die in Christus zijn, gelijkerwijs 191 Heb 3:10 | hart, en zij hebben Mijn wegen niet gekend. ~ 192 Jako 1:8 | is ongestadig in al zijn wegen. ~ 193 Jako 1:11| zal ook de rijke in zijn wegen verwelken. ~ 194 Open 15:3 | rechtvaardig en waarachtig zijn Uw wegen, Gij Koning der heiligen! ~


Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License