Book Chapter: Verse
1 Gen 29:21 | dienzelfden nacht in het leger. ~
2 Gen 45:4 | want gij hebt uws vaders leger beklommen; toen hebt gij
3 Exo 14:20 | En zij kwamen tussen het leger der Egyptenaren, en tussen
4 Exo 14:20 | Egyptenaren, en tussen het leger van Israel; en de wolk was
5 Exo 14:24 | en der wolk, zag op het leger der Egyptenaren; en Hij
6 Exo 14:24 | en Hij verschrikte het leger der Egyptenaren. ~
7 Exo 16:13 | kwakkelen opkwamen, en het leger bedekten; en aan den morgen
8 Exo 16:13 | morgen lag de dauw rondom het leger. ~
9 Exo 19:16 | verschrikte, dat in het leger was. ~
10 Exo 19:17 | leidde het volk uit het leger, Gode tegemoet; en zij stonden
11 Exo 29:14 | vuur verbranden, buiten het leger; het is een zondoffer. ~
12 Exo 32:17 | een krijgsgeschrei in het leger. ~
13 Exo 32:19 | geschiedde, als hij aan het leger naderde, en het kalf, en
14 Exo 32:27 | van poort tot poort in het leger, en een iegelijk dode zijn
15 Exo 33:17 | een krijgsgeschrei in het leger. ~
16 Exo 33:19 | geschiedde, als hij aan het leger naderde, en het kalf, en
17 Exo 33:27 | van poort tot poort in het leger, en een iegelijk dode zijn
18 Exo 34:7 | spande ze zich buiten het leger, ver van het leger afwijkende;
19 Exo 34:7 | buiten het leger, ver van het leger afwijkende; en hij noemde
20 Exo 34:7 | samenkomst, die buiten het leger was. ~
21 Exo 34:11 | keerde hij weder tot het leger; doch zijn dienaar Jozua,
22 Exo 36:6 | zoude laten gaan door het leger, zeggende: Man noch vrouw
23 Lev 4:12 | var zal hij tot buiten het leger uitvoeren, aan een reine
24 Lev 4:21 | dien var tot buiten het leger uitvoeren, en zal hem verbranden,
25 Lev 6:11 | zal de as tot buiten het leger uitdragen aan een reine
26 Lev 8:17 | mest, heeft hij buiten het leger met vuur verbrand, gelijk
27 Lev 9:11 | hij met vuur buiten het leger. ~
28 Lev 10:4 | heiligdom tot buiten het leger. ~
29 Lev 10:5 | hun rokken, tot buiten het leger, gelijk als Mozes gesproken
30 Lev 13:46 | alleen wonen; buiten het leger zal zijn woning wezen. ~
31 Lev 14:3 | priester zal buiten het leger gaan; als de priester merken
32 Lev 14:8 | zijn; daarna zal hij in het leger komen, maar zal buiten zijn
33 Lev 15:4 | 4 Alle leger, waarop hij, die den vloed
34 Lev 15:5 | Een ieder ook, die zijn leger zal aanroeren, zal zijn
35 Lev 15:21 | 21 En al wie haar leger aanroert, zal zijn klederen
36 Lev 15:23 | Zelfs indien het op het leger geweest zal zijn, of op
37 Lev 15:24 | onrein zijn; daartoe alle leger, waarop hij zal gelegen
38 Lev 15:26 | 26 Alle leger, waarop zij al de dagen
39 Lev 15:26 | hebben, zal haar zijn als het leger harer afzondering; en alle
40 Lev 16:26 | en daarna zal hij in het leger komen. ~
41 Lev 16:27 | zal men tot buiten het leger uitvoeren; doch hun vellen,
42 Lev 16:28 | en daarna zal hij in het leger komen. ~
43 Lev 17:3 | of lam, of geit in het leger slachten zal, of die ze
44 Lev 17:3 | slachten zal buiten het leger; ~
45 Lev 23:10 | Israelietisch man twistten in het leger. ~
46 Lev 23:14 | vloeker uit tot buiten het leger, en allen, die het gehoord
47 Lev 23:23 | den vloeker tot buiten het leger uitbrengen, en hem met stenen
48 Num 1:52 | legeren, een iegelijk bij zijn leger, en een iegelijk bij zijn
49 Num 2:16 | 16 Al de getelden in het leger van Ruben waren honderd
50 Num 2:17 | samenkomst optrekken, met het leger der Levieten, in het midden
51 Num 2:24 | 24 Al de getelden in het leger van Efraim waren honderd
52 Num 2:31 | 31 Al de getelden in het leger van Dan waren honderd zeven
53 Num 5:2 | Israels, dat zij uit het leger wegzenden alle melaatsen,
54 Num 5:3 | wegzenden; tot buiten het leger zult gij hen wegzenden;
55 Num 5:4 | zonden hen tot buiten het leger; gelijk de HEERE tot Mozes
56 Num 10:14 | toog op de banier van het leger der kinderen van Juda, naar
57 Num 10:18 | Daarna toog de banier van het leger van Ruben, naar hun heiren;
58 Num 10:22 | toog op de banier van het leger der kinderen van Efraim,
59 Num 10:25 | toog op de banier van het leger der kinderen van Dan, samensluitende
60 Num 10:34 | over hen, als zij uit het leger verreisden. ~
61 Num 11:9 | de dauw des nachts op het leger nederviel, viel het Man
62 Num 11:26 | twee mannen waren in het leger overgebleven; des enen naam
63 Num 11:26 | zij profeteerden in het leger. ~
64 Num 11:27 | Medad profeteren in het leger. ~
65 Num 11:30 | verzamelde zich Mozes tot het leger, hij en de oudsten van Israel. ~
66 Num 11:31 | en strooide ze bij het leger, omtrent een dagreize, en
67 Num 11:31 | dagreize derwaarts, rondom het leger; en zij waren omtrent twee
68 Num 11:32 | van elkander rondom het leger. ~
69 Num 12:14 | haar zeven dagen buiten het leger gesloten, en daarna aangenomen
70 Num 12:15 | Zo werd Mirjam buiten het leger zeven dagen gesloten; en
71 Num 15:35 | stenen stenigen buiten het leger. ~
72 Num 15:36 | vergadering uit tot buiten het leger, en zij stenigden hem met
73 Num 31:12 | kinderen Israels, in het leger, in de vlakke velden van
74 Num 31:13 | tegemoet, tot buiten voor het leger. ~
75 Num 31:19 | gijlieden, legert u buiten het leger zeven dagen; een ieder,
76 Num 31:24 | en daarna zult gij in het leger komen. ~
77 Deu 23:9 | 9 Wanneer het leger uittrekt tegen uw vijanden,
78 Deu 23:10 | die zal tot buiten het leger uitgaan; hij zal tot binnen
79 Deu 23:10 | hij zal tot binnen het leger niet komen. ~
80 Deu 23:11 | zal hij tot binnen het leger komen. ~
81 Deu 23:12 | plaats hebben buiten het leger, en daarhenen zult gij uitgaan
82 Deu 23:14 | wandelt in het midden van uw leger, om u te verlossen, en om
83 Deu 23:14 | te geven; daarom zal uw leger heilig zijn, opdat Hij niets
84 Deu 29:11 | die in het midden van uw leger is, van uw houthouwer tot
85 Joz 5:8 | zij in hun plaats in het leger, totdat zij genezen waren. ~
86 Joz 6:11 | kwamen zij weder in het leger, en vernachtten in het leger. ~
87 Joz 6:11 | leger, en vernachtten in het leger. ~
88 Joz 6:14 | zij keerden weder in het leger. Alzo deden zij zes dagen
89 Joz 6:18 | van het verbannene, en het leger van Israel niet stelt tot
90 Joz 6:23 | zij stelden hen buiten het leger van Israel. ~
91 Joz 8:13 | stelden het volk, het ganse leger, dat aan het noorden der
92 Joz 9:6 | gingen tot Jozua in het leger te Gilgal, en zij zeiden
93 Joz 10:6 | zonden tot Jozua, in het leger van Gilgal, zeggende: Trek
94 Joz 10:15 | Israel met hem, naar het leger te Gilgal. ~
95 Joz 10:21 | het volk tot Jozua in het leger, bij Makkeda, in vrede;
96 Joz 10:43 | Israel met hem, naar het leger te Gilgal. ~ ~
97 Joz 18:9 | kwamen weder tot Jozua in het leger te Silo. ~
98 Ric 6:9 | Sta op, ga henen af in het leger, want Ik heb het in uw hand
99 Ric 6:10 | Pura, uw jongen, naar het leger. ~
100 Ric 6:11 | gij aftrekken zult in het leger. Toen ging hij af, met Pura,
101 Ric 6:11 | schildwachten, die in het leger waren. ~
102 Ric 6:13 | gerstebrood wentelde zich in het leger der Midianieten, en het
103 Ric 6:14 | Midianieten en dit ganse leger in zijn hand gegeven. ~
104 Ric 6:15 | hij keerde weder tot het leger van Israel, en zeide: Maakt
105 Ric 6:15 | want de HEERE heeft het leger der Midianieten in ulieder
106 Ric 6:18 | blazen, rondom het ganse leger, en gij zult zeggen: Voor
107 Ric 6:21 | zijn plaats, rondom het leger. Toen verliep het ganse
108 Ric 6:21 | Toen verliep het ganse leger, en zij schreeuwden en vloden. ~
109 Ric 6:22 | anderen, en dat in het ganse leger; en het leger vluchtte tot
110 Ric 6:22 | het ganse leger; en het leger vluchtte tot Beth-Sitta
111 Ric 7:10 | overgeblevenen van het ganse leger der kinderen van het oosten;
112 Ric 7:11 | Jogbeha; en hij sloeg dat leger, want het leger was zorgeloos. ~
113 Ric 7:11 | sloeg dat leger, want het leger was zorgeloos. ~
114 Ric 7:12 | en verschrikte het ganse leger. ~
115 Ric 12:25 | wijlen te drijven in het leger van Dan, tussen Zora en
116 Ric 20:8 | niemand opgekomen in het leger, tot de gemeente. ~
117 Ric 20:12 | zij brachten die in het leger te Silo, dewelke is in het
118 1Sa 4:3 | het volk wederom in het leger gekomen was, zo zeiden de
119 1Sa 4:5 | verbonds des HEEREN in het leger kwam, zo juichte gans Israel
120 1Sa 4:6 | dit grote juichen in het leger der Hebreen? Toen vernamen
121 1Sa 4:6 | de ark des HEEREN in het leger gekomen was. ~
122 1Sa 4:7 | zij zeiden: God is in het leger gekomen. En zij zeiden:
123 1Sa 13:17 | verdervers gingen uit het leger der Filistijnen, in drie
124 1Sa 13:23 | 23 En der Filistijnen leger toog naar den doortocht
125 1Sa 14:15 | er was een beving in het leger, op het veld en onder het
126 1Sa 14:19 | hetwelk in der Filistijnen leger was, zeer toenam en vermenigvuldigde;
127 1Sa 14:21 | eertijds, die met hen in het leger opgetogen waren rondom;
128 1Sa 14:23 | Israel te dien dage; en het leger trok over naar Beth-Aven. ~
129 1Sa 17:4 | kampvechter uit, uit het leger der Filistijnen; zijn naam
130 1Sa 17:17 | breng ze ter loops in het leger tot uw broederen. ~
131 1Sa 17:46 | lichamen van der Filistijnen leger dezen dag aan de vogelen
132 1Sa 26:6 | met mij tot Saul in het leger afgaan? Toen zeide Abisai:
133 1Sa 28:1 | dat gij met mij in het leger zult uittrekken, gij en
134 1Sa 28:5 | 5 Toen Saul het leger der Filistijnen zag, zo
135 1Sa 28:19 | zijn; ook zal de HEERE het leger van Israel in de hand der
136 1Sa 29:6 | uw ingang met mij in het leger is goed in mijn ogen; want
137 2Sa 11:2 | avondtijd, dat David van zijn leger opstond, en wandelde op
138 2Sa 11:13 | neder te leggen op zijn leger, met zijns heren knechten,
139 2Sa 13:5 | zeide tot hem: Leg u op uw leger, en maak u krank; als dan
140 2Sa 23:16 | die drie helden door het leger der Filistijnen, en putten
141 1Kon 16:16| koning over Israel, in het leger. ~
142 1Kon 22:34| hand, en voer mij uit het leger, want ik ben zeer verwond. ~
143 2Kon 3:9 | omgetogen waren, zo had het leger en het vee, dat hen navolgde,
144 2Kon 3:24| 24 Maar als zij aan het leger van Israel kwamen, maakten
145 2Kon 6:24| koning van Syrie, zijn gehele leger verzamelde, en optoog, en
146 2Kon 7:4 | komt, en laat ons in het leger der Syriers vallen; indien
147 2Kon 7:5 | de schemering, om in het leger der Syriers te komen. Toen
148 2Kon 7:5 | aan het uiterste van het leger der Syriers kwamen, ziet,
149 2Kon 7:7 | paarden, en hun ezelen, het leger gelijk als het was; en waren
150 2Kon 7:10| Wij zijn gekomen tot het leger der Syriers, en ziet, niemand
151 2Kon 7:12| daarom zijn zij uit het leger gegaan, om zich in het veld
152 2Kon 7:14| wagenpaarden. En de koning zond het leger der Syriers achterna, zeggende:
153 2Kon 7:16| volk uit, en beroofde het leger der Syriers; en een maat
154 2Kon 21:35| uitvoer, en sloeg in het leger van Assyrie honderd vijf
155 1Kro 9:19| gelijk hun vaders in het leger des HEEREN geweest waren
156 1Kro 11:15| spelonk van Adullam; en het leger der Filistijnen had zich
157 1Kro 11:18| braken die drie door het leger der Filistijnen, en putten
158 1Kro 12:22| te helpen, tot een groot leger toe, als een leger Gods. ~
159 1Kro 12:22| groot leger toe, als een leger Gods. ~
160 1Kro 14:15| aangezicht uitgegaan zijn, om het leger der Filistijnen te slaan. ~
161 2Kro 15:13| voor den HEERE en voor Zijn leger; en zij droegen zeer veel
162 2Kro 19:33| hand en voer mij uit het leger, want ik ben verwond. ~
163 2Kro 23:1 | met de Arabieren in het leger gekomen was, had al de eersten
164 2Kro 32:21| vorsten, en oversten in het leger des konings van Assyrie
165 Job 7:13 | zal mij vertroosten, mijn leger zal van mijn klacht wat
166 Job 33:15 | in de sluimering op het leger; ~
167 Job 33:19 | gestraft met smart op zijn leger, en de sterke menigte zijner
168 Psa 4:5 | spreekt in ulieder hart op uw leger, en zijt stil. Sela. ~
169 Psa 27:3 | 3 Ofschoon mij een leger belegerde, mijn hart zou
170 Psa 37:5 | bedenkt onrecht op zijn leger; hij stelt zich op een weg,
171 Psa 42:4 | verandert Gij zijn ganse leger. ~
172 Psa 106:16 | zij benijdden Mozes in het leger, en Aaron, den heilige des
173 Spre 7:17| 17 Ik heb mijn leger met mirre, aloe en kaneel
174 Hoo 3:1 | zocht des nachts op mijn leger Hem, Dien mijn ziel liefheeft;
175 Jes 29:3 | 3 Want Ik zal een leger in het rond om u slaan,
176 Jes 37:36 | HEEREN uit, en sloeg in het leger van Assyrie honderd vijf
177 Jes 58:7 | 7 Gij stelt uw leger op een hogen en verhevenen
178 Jes 58:8 | en klimt op; gij maakt uw leger wijd, en maakt u een verbond
179 Jes 58:8 | dezelve, gij hebt hun leger lief in elke plaats, die
180 Eze 23:17 | kwamen tot haar in tot het leger der minne, en verontreinigden
181 Dan 2:28 | gezichten uws hoofds op uw leger, zijn deze: ~
182 Dan 2:29 | Gij, o koning! op uw leger zijnde, klommen uw gedachten
183 Dan 4:10 | nu mijns hoofds op mijn leger waren deze: Ik zag, en ziet,
184 Dan 4:13 | gezichten mijns hoofds, op mijn leger; en ziet, een wachter, namelijk
185 Dan 7:1 | gezichten zijns hoofds, op zijn leger; toen schreef hij dien droom,
186 Joe 2:11 | Zijn heir henen; want Zijn leger is zeer groot, want Hij
|