1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4500 | 4501-5000 | 5001-5500 | 5501-6000 | 6001-6500 | 6501-7000 | 7001-7500 | 7501-8000 | 8001-8500 | 8501-9000 | 9001-9500 | 9501-9551
Book Chapter: Verse
5001 Jes 45:3 | zal u geven de schatten, die in de duisternissen zijn,
5002 Jes 45:3 | weten, dat Ik de HEERE ben, Die u bij uw naam roept, de
5003 Jes 45:9 | 9 Wee dien, die met zijn Formeerder twist,
5004 Jes 45:10 | 10 Wee dien, die tot den vader zegt: Wat
5005 Jes 45:15 | Voorwaar, Gij zijt een God, Die Zich verborgen houdt, de
5006 Jes 45:16 | zij met schande heengaan, die de afgoden maken. ~
5007 Jes 45:18 | Want alzo zegt de HEERE, Die de hemelen geschapen heeft,
5008 Jes 45:18 | hemelen geschapen heeft, Die God, Die de aarde geformeerd,
5009 Jes 45:18 | geschapen heeft, Die God, Die de aarde geformeerd, en
5010 Jes 45:18 | de aarde geformeerd, en Die ze gemaakt heeft; Hij heeft
5011 Jes 45:19 | vergeefs; Ik ben de HEERE, Die gerechtigheid spreekt,
5012 Jes 45:19 | gerechtigheid spreekt, Die rechtmatige dingen verkondigt. ~
5013 Jes 45:20 | hier toe samen, gijlieden, die van de heidenen ontkomen
5014 Jes 45:20 | ontkomen zijt! Zij weten niets, die hun houten gesneden beelden
5015 Jes 45:20 | dragen, en een god aanbidden, die niet verlossen kan. ~
5016 Jes 45:24 | beschaamd worden allen, die tegen Hem ontstoken
5017 Jes 46:3 | overblijfsel van het huis Israels! die van Mij gedragen zijt van
5018 Jes 46:6 | zij huren een goudsmid, en die maakt het tot een god, zij
5019 Jes 46:10 | 10 Die van den beginne aan verkondigt
5020 Jes 46:10 | het einde, en van ouds af die dingen, die nog niet geschied
5021 Jes 46:10 | van ouds af die dingen, die nog niet geschied zijn;
5022 Jes 46:10 | nog niet geschied zijn; Die zegt: Mijn raad zal bestaan,
5023 Jes 46:11 | 11 Die een roofvogel roept van
5024 Jes 46:12 | stijven van harte, gij, die verre van de gerechtigheid
5025 Jes 47:8 | hoor dit, gij weelderige! die zo zeker woont, die in haar
5026 Jes 47:8 | weelderige! die zo zeker woont, die in haar hart zegt: Ik ben
5027 Jes 47:13 | raadslagen; laat nu opstaan, die den hemel waarnemen, die
5028 Jes 47:13 | die den hemel waarnemen, die in de sterren kijken, die
5029 Jes 47:13 | die in de sterren kijken, die naar de nieuwe manen voorzeggen;
5030 Jes 47:13 | ze u verlossen van die dingen, die over u komen
5031 Jes 47:13 | verlossen van die dingen, die over u komen zullen. ~
5032 Jes 48:1 | dit, gij huis van Jakob, die genoemd wordt met den naam
5033 Jes 48:1 | Juda voortgekomen zijt! die daar zweert bij den Naam
5034 Jes 48:5 | zeggen: Mijn afgod heeft die dingen gedaan, of mijn
5035 Jes 48:6 | en verborgen dingen, en die gij niet geweten hebt. ~
5036 Jes 48:17 | Ik ben de HEERE, uw God, Die u leert, wat nut is, Die
5037 Jes 48:17 | Die u leert, wat nut is, Die u leidt op den weg, dien
5038 Jes 48:19 | geweest zijn als het zand, en die uit uw ingewanden voortkomen
5039 Jes 49:5 | En nu zegt de HEERE, Die Mij Zich van moeders buik
5040 Jes 49:7 | tot den Knecht dergenen, die heersen: Koningen zullen
5041 Jes 49:7 | buigen; om des HEEREN wil, Die getrouw is, om den Heilige
5042 Jes 49:7 | om den Heilige Israels, Die U verkoren heeft. ~
5043 Jes 49:9 | gebondenen: Gaat uit; tot hen, die in duisternis zijn: Komt
5044 Jes 49:12 | van verre komen; en zie, die van het noorden en van het
5045 Jes 49:19 | worden van inwoners; en die u verslonden, zullen zich
5046 Jes 49:23 | beschaamd zullen worden die Mij verwachten. ~
5047 Jes 50:4 | dat Ik hore, gelijk die geleerd worden. ~
5048 Jes 50:6 | geef Mijn rug dengenen, die Mij slaan, en Mijn wangen
5049 Jes 50:6 | en Mijn wangen dengenen, die Mij het haar uitplukken;
5050 Jes 50:8 | 8 Hij is nabij, Die Mij rechtvaardigt, wie zal
5051 Jes 50:9 | HEERE helpt Mij, wie is het, die Mij zal verdoemen? Ziet,
5052 Jes 50:9 | als een kleed verouden, die mot zal hen eten. ~
5053 Jes 50:10 | Wie is er onder ulieden, die den HEERE vreest, die naar
5054 Jes 50:10 | ulieden, die den HEERE vreest, die naar de stem Zijns Knechts
5055 Jes 50:11 | 11 Ziet, gij allen, die een vuur aansteekt, die
5056 Jes 50:11 | die een vuur aansteekt, die u met spranken omgordt!
5057 Jes 50:11 | vuur, en in de spranken, die gij ontstoken hebt. Dat
5058 Jes 51:1 | Hoort naar Mij, gij, die de gerechtigheid najaagt,
5059 Jes 51:1 | gerechtigheid najaagt, gij, die den HEERE zoekt! aanschouwt
5060 Jes 51:2 | ulieder vader, en Sara, die ulieden gebaard heeft; want
5061 Jes 51:7 | Hoort naar Mij, gijlieden, die de gerechtigheid kent, gij
5062 Jes 51:9 | ouds; zijt Gij het niet, Die Rahab uitgehouwen hebt,
5063 Jes 51:9 | Rahab uitgehouwen hebt, Die den zeedraak verwond
5064 Jes 51:10 | Zijt Gij het niet, Die de zee, de wateren des groten
5065 Jes 51:10 | afgronds, droog gemaakt hebt? Die de diepten der zee gemaakt
5066 Jes 51:12 | 12 Ik, Ik ben het, Die u troost; wie zijt gij,
5067 Jes 51:12 | gij vreest voor den mens, die sterven zal? en voor eens
5068 Jes 51:13 | En vergeet den HEERE, Die u gemaakt heeft, Die de
5069 Jes 51:13 | HEERE, Die u gemaakt heeft, Die de hemelen heeft uitgebreid,
5070 Jes 51:15 | Ik ben de HEERE, uw God, Die de zee klieft, dat haar
5071 Jes 51:17 | sta op, Jeruzalem! gij, die gedronken hebt van de hand
5072 Jes 51:18 | niemand van al de kinderen, die zij gebaard heeft, die haar
5073 Jes 51:18 | die zij gebaard heeft, die haar zachtjes leidt; en
5074 Jes 51:18 | niemand van al de kinderen, die zij opgevoed heeft, die
5075 Jes 51:18 | die zij opgevoed heeft, die haar bij de hand grijpt. ~
5076 Jes 51:22 | Heere, de HEERE en uw God, Die Zijns volks zaak twisten
5077 Jes 51:23 | Maar Ik zal hem dien, die u bedroefd hebben, in de
5078 Jes 51:23 | hebben, in de hand zetten, die tot uw ziel zeiden: Buig
5079 Jes 51:23 | een straat dergenen, die daarover gaan. ~ ~ ~ ~ ~
5080 Jes 52:5 | weggenomen is, en degenen die over hetzelve heersen, het
5081 Jes 52:6 | kennen, dat Ik het Zelf ben, Die spreekt: Zie, hier ben Ik. ~
5082 Jes 52:7 | bergen de voeten desgenen, die het goede boodschapt, die
5083 Jes 52:7 | die het goede boodschapt, die den vrede doet horen; desgenen,
5084 Jes 52:7 | vrede doet horen; desgenen, die goede boodschap brengt van
5085 Jes 52:7 | boodschap brengt van het goede, die heil doet horen; desgenen,
5086 Jes 52:7 | doet horen; desgenen, die tot Sion zegt: Uw God is
5087 Jes 52:11 | van hen, reinigt u, gij, die de vaten des HEEREN draagt! ~
5088 Jes 52:15 | het niet verkondigd was, die zullen het zien, en welken
5089 Jes 52:15 | niet gehoord hebben, die zullen het verstaan. ~ ~ ~ ~ ~
5090 Jes 53:5 | Hij verbrijzeld; de straf, die ons den vrede aanbrengt,
5091 Jes 54:1 | vrolijk, gij onvruchtbare, die niet gebaard hebt! maak
5092 Jes 54:1 | vrolijk gezang, en juich, die geen barensnood gehad hebt!
5093 Jes 54:15 | tegen u vergaderen zal, die zal om uwentwil vallen. ~
5094 Jes 54:16 | heb den smid geschapen, die de kolen in het vuur opblaast,
5095 Jes 54:16 | in het vuur opblaast, en die het instrument voortbrengt
5096 Jes 54:17 | gelukken, en alle tong, die in gericht tegen u opstaat,
5097 Jes 55:1 | tot de wateren, en gij, die geen geld hebt, komt, koopt
5098 Jes 56:1 | tot de wateren, en gij, die geen geld hebt, komt, koopt
5099 Jes 57:2 | Welgelukzalig is de mens, die zulks doet, en des mensen
5100 Jes 57:2 | dat daaraan vasthoudt; die den sabbat houdt, zodat
5101 Jes 57:2 | dien niet ontheiligt, en die zijn hand bewaart van enig
5102 Jes 57:3 | 3 En de vreemde, die zich tot den HEERE gevoegd
5103 Jes 57:4 | HEERE van de gesnedenen, die Mijn sabbatten houden, en
5104 Jes 57:5 | ieder van hen geven, die niet uitgeroeid zal worden. ~
5105 Jes 57:6 | 6 En de vreemden, die zich tot den HEERE voegen,
5106 Jes 57:6 | dien niet ontheilige, en die aan Mijn verbond vasthouden; ~
5107 Jes 57:7 | 7 Die zal Ik ook brengen tot Mijn
5108 Jes 57:8 | 8 De Heere HEERE, Die de verdrevenen van Israel
5109 Jes 57:8 | vergaderen, nevens hen, die tot hem vergaderd zijn. ~
5110 Jes 57:11 | worden, ja, het zijn herders, die niet verstaan kunnen; zij
5111 Jes 58:1 | komt om, en er is niemand, die het ter harte neemt; en
5112 Jes 58:2 | slaapsteden, een iegelijk, die in zijn oprechtheid gewandeld
5113 Jes 58:3 | overspelig zaad, en gij, die hoererij bedrijft! ~
5114 Jes 58:5 | 5 Die hittig zijt in de eikenbossen,
5115 Jes 58:6 | stenen der beken is uw deel, die, die zijn uw lot; ook stort
5116 Jes 58:6 | der beken is uw deel, die, die zijn uw lot; ook stort gij
5117 Jes 58:8 | leger lief in elke plaats, die gij ziet. ~
5118 Jes 58:13 | gij roepen zult, zo laat die, die van u vergaderd zijn,
5119 Jes 58:13 | roepen zult, zo laat die, die van u vergaderd zijn, u
5120 Jes 58:13 | ijdelheid zal hen wegnemen. Maar die op Mij betrouwt, die zal
5121 Jes 58:13 | Maar die op Mij betrouwt, die zal het aardrijk erven,
5122 Jes 58:15 | zegt de Hoge en Verhevene, Die in de eeuwigheid woont,
5123 Jes 58:15 | het heilige, en bij dien, die van een verbrijzelden en
5124 Jes 58:16 | overstelpt worden, en de zielen, die Ik gemaakt heb. ~
5125 Jes 58:19 | vrede, vrede dengenen, die verre zijn, en dengenen,
5126 Jes 58:19 | verre zijn, en dengenen, die nabij zijn, zegt de HEERE,
5127 Jes 58:20 | voortgedreven zee, want die kan niet rusten, en haar
5128 Jes 59:12 | 12 En die uit u voortkomen, zullen
5129 Jes 59:12 | gij zult genaamd worden: Die de bressen toemuurt,
5130 Jes 59:12 | de bressen toemuurt, die de paden weder opmaakt,
5131 Jes 59:13 | de HEERE geheiligd worde, Die te eren is; en indien
5132 Jes 60:4 | 4 Er is niemand, die voor de gerechtigheid roept,
5133 Jes 60:4 | gerechtigheid roept, en niemand, die voor de waarheid in het
5134 Jes 60:5 | zij weven spinnewebben; die van hun eieren eet, moet
5135 Jes 60:8 | zelven, al wie daarop gaat, die kent den vrede niet. ~
5136 Jes 60:10 | gelijk de blinden, en, gelijk die geen ogen hebben, tasten
5137 Jes 60:20 | komen, namelijk voor hen, die zich bekeren van de overtreding
5138 Jes 60:21 | zegt de HEERE: Mijn Geest, Die op u is, en Mijn woorden,
5139 Jes 60:21 | op u is, en Mijn woorden, die Ik in uw mond gelegd heb,
5140 Jes 60:21 | Ik in uw mond gelegd heb, die zullen van uw mond niet
5141 Jes 61:3 | koningen tot den glans, die u is opgegaan. ~
5142 Jes 61:4 | ogen rondom op, en zie, die allen zijn vergaderd, zij
5143 Jes 61:8 | 8 Wie zijn deze, die daar komen gevlogen als
5144 Jes 61:12 | welke u niet zullen dienen, die zullen vergaan; en die volken
5145 Jes 61:12 | die zullen vergaan; en die volken zullen gans verwoest
5146 Jes 61:14 | komen de kinderen dergenen, die u onderdrukt hebben, en
5147 Jes 61:14 | onderdrukt hebben, en allen, die u gelasterd hebben zullen
5148 Jes 62:4 | verwoeste steden vernieuwen, die verstoord waren van geslacht
5149 Jes 62:9 | midden der volken; allen, die hen zien zullen, zullen
5150 Jes 63:1 | haar heil als een fakkel, die brandt. ~
5151 Jes 63:6 | wachters op uw muren besteld, die geduriglijk al den dag en
5152 Jes 63:6 | niet zullen zwijgen. O gij, die des HEEREN doet gedenken,
5153 Jes 63:9 | 9 Maar die het inzamelen zullen, die
5154 Jes 63:9 | die het inzamelen zullen, die zullen het eten, en zij
5155 Jes 63:9 | zullen den HEERE prijzen; en die hem vergaderen zullen, zullen
5156 Jes 63:12 | worden de gezochte, de stad, die niet verlaten is. ~ ~
5157 Jes 64:1 | 1 Wie is Deze, Die van Edom komt met besprenkelde
5158 Jes 64:1 | klederen, van Bozra? Deze, Die versierd is in Zijn gewaad?
5159 Jes 64:1 | versierd is in Zijn gewaad? Die voorttrekt in Zijn grote
5160 Jes 64:1 | grote kracht? Ik ben het, Die in gerechtigheid spreek,
5161 Jes 64:1 | gerechtigheid spreek, Die machtig ben te verlossen. ~
5162 Jes 64:2 | Uw klederen als van een, die in de wijnpers treedt? ~
5163 Jes 64:5 | zag toe, en er was niemand die hielp; en Ik ontzette Mij,
5164 Jes 64:5 | Mij, en er was niemand, die ondersteunde; daarom heeft
5165 Jes 64:7 | het huis van Israel, die Hij hun bewezen heeft, naar
5166 Jes 64:8 | immers Mijn volk, kinderen, die niet liegen zullen? Alzo
5167 Jes 64:11 | volk; maar nu, waar is Hij, Die hen uit de zee opgebracht
5168 Jes 64:11 | Zijner kudde? Waar is Hij, Die Zijn Heiligen Geest
5169 Jes 64:12 | 12 Die den arm Zijner heerlijkheid
5170 Jes 64:12 | de rechterhand van Mozes; Die de wateren voor hunlieder
5171 Jes 64:13 | 13 Die hen leidde door de afgronden;
5172 Jes 64:19 | Wij zijn geworden als die, over welke Gij van ouds
5173 Jes 64:19 | ouds niet hebt geheerst, en die naar Uw Naam niet zijn genoemd. ~ ~
5174 Jes 65:3 | vreselijke dingen deedt, die wij niet verwachtten; Gij
5175 Jes 65:4 | wat Hij doen zal dien, die op Hem wacht. ~
5176 Jes 65:5 | ontmoet den vrolijke, en die gerechtigheid doet dengenen,
5177 Jes 65:5 | gerechtigheid doet dengenen, die Uwer gedenken op Uw wegen;
5178 Jes 65:7 | 7 En er is niemand, die Uw Naam aanroept, die zich
5179 Jes 65:7 | niemand, die Uw Naam aanroept, die zich opwekt, dat hij U aangrijpe;
5180 Jes 66:1 | Ik ben gevonden van hen, die naar Mij niet vraagden;
5181 Jes 66:1 | ben gevonden van degenen, die Mij niet zochten; tot het
5182 Jes 66:2 | tot een wederstrevig volk, die wandelen op een weg, die
5183 Jes 66:2 | die wandelen op een weg, die niet goed is, naar hun eigen
5184 Jes 66:4 | vernachten zij bij degenen, die bewaard worden, etende zwijnenvlees,
5185 Jes 66:5 | 5 Die daar zeggen: Houd u tot
5186 Jes 66:7 | tegelijk, zegt de HEERE, die gerookt hebben op de bergen,
5187 Jes 66:11 | aanrichters ener tafel voor die bende, en gij opvullers
5188 Jes 66:16 | zich zegenen zal op aarde, die zal zich zegenen in den
5189 Jes 66:16 | wie zal zweren op aarde, die zal zweren bij den God der
5190 Jes 66:20 | dagen, noch een oud man, die zijn dagen niet zal vervullen;
5191 Jes 67:2 | verslagene van geest, en die voor Mijn woord beeft. ~
5192 Jes 67:3 | spijsoffer offert, is als die zwijnenbloed offert; wie
5193 Jes 67:3 | ten gedenkoffer, is als die een afgod zegent. Dezen
5194 Jes 67:5 | Hoort des HEEREN woord, gij, die voor Zijn woord beeft! Uw
5195 Jes 67:5 | woord beeft! Uw broeders, die u haten, die u verre afzonderen,
5196 Jes 67:5 | Uw broeders, die u haten, die u verre afzonderen, om Mijns
5197 Jes 67:6 | tempel, de stem des HEEREN, Die Zijn vijanden de verdiensten
5198 Jes 67:9 | zegt de HEERE; zou Ik, Die genereer, voortaan toesluiten?
5199 Jes 67:10 | met vreugde, gij allen, die over haar zijt treurig geweest! ~
5200 Jes 67:17 | 17 Die zichzelven heiligen, en
5201 Jes 67:17 | in het midden derzelve, die zwijnenvlees eten, en verfoeisel,
5202 Jes 67:19 | hen zetten, en uit hen, die het ontkomen zullen zijn,
5203 Jes 67:19 | ver gelegen eilanden, die Mijn gerucht niet gehoord,
5204 Jes 67:22 | 22 Want gelijk als die nieuwe hemel en die nieuwe
5205 Jes 67:22 | als die nieuwe hemel en die nieuwe aarde, die Ik maken
5206 Jes 67:22 | hemel en die nieuwe aarde, die Ik maken zal, voor Mijn
5207 Jes 67:24 | lichamen der lieden zien, die tegen Mij overtreden hebben;
5208 Jer 1:1 | Hilkia, uit de priesteren, die te Anathoth waren, in het
5209 Jer 2:3 | Zijner inkomste; allen, die hem opaten, werden voor
5210 Jer 2:6 | niet: Waar is de HEERE, Die ons opvoerde uit Egypteland,
5211 Jer 2:6 | opvoerde uit Egypteland, Die ons leidde in de woestijn,
5212 Jer 2:8 | niet: Waar is de HEERE? en die de wet handelden, kenden
5213 Jer 2:8 | wandelden naar dingen, die geen nut doen. ~
5214 Jer 2:13 | houwen, gebroken bakken, die geen water houden. ~
5215 Jer 2:23 | lichte, snelle kemelin, die haar wegen verdraait! ~
5216 Jer 2:24 | ontmoeting afkeren? Allen, die haar zoeken, zullen niet
5217 Jer 2:25 | heb de vreemden lief, en die zal ik nawandelen! ~
5218 Jer 2:26 | gevonden wordt, alzo zijn die van het huis Israels beschaamd;
5219 Jer 2:27 | 27 Die tot een hout zeggen: Gij
5220 Jer 2:28 | Waar zijn dan uw goden, die gij u gemaakt hebt? Laat
5221 Jer 2:34 | gevonden, maar aan alle die. ~
5222 Jer 3:5 | Zie, gij spreekt en doet die boosheden, en neemt de overhand. ~
5223 Jer 3:15 | herders geven naar Mijn hart; die zullen u weiden met wetenschap
5224 Jer 3:16 | geworden zijn in het land, in die dagen, spreekt de HEERE,
5225 Jer 3:18 | 18 In die dagen zal het huis van Juda
5226 Jer 4:12 | zal Mij een wind komen, die hun te sterk zal zijn. Nu
5227 Jer 4:31 | stem als van een vrouw, die in arbeid is, een benauwdheid
5228 Jer 4:31 | benauwdheid als van een, die in des eersten kinds nood
5229 Jer 5:1 | iemand vindt, of er een is, die recht doet, die waarheid
5230 Jer 5:1 | een is, die recht doet, die waarheid zoekt, zo zal Ik
5231 Jer 5:5 | en met hen spreken, want die weten den weg des HEEREN,
5232 Jer 5:7 | Mij, en zweren bij hen, die geen God zijn; als Ik hen
5233 Jer 5:9 | 9 Zou Ik over die dingen geen bezoeking doen?
5234 Jer 5:13 | 13 Ja, die profeten zullen tot wind
5235 Jer 5:18 | Nochtans zal Ik ook in die dagen, spreekt de HEERE,
5236 Jer 5:21 | dwaas en harteloos volk! die ogen hebben, maar zien niet,
5237 Jer 5:21 | hebben, maar zien niet, die oren hebben, maar horen
5238 Jer 5:22 | Mijn aangezicht niet beven? Die der zee het zand tot een
5239 Jer 5:24 | HEERE, onzen God, vrezen, Die den regen geeft, zo vroegen
5240 Jer 5:24 | spaden regen, op Zijn tijd; Die ons de weken, de gezette
5241 Jer 5:25 | ongerechtigheden wenden die dingen af, en uw zonden
5242 Jer 5:29 | 29 Zou Ik over die dingen geen bezoeking doen?
5243 Jer 6:6 | Jeruzalem; zij is de stad, die bezocht zal worden; in het
5244 Jer 6:11 | worden, de oude met dien, die vol is van dagen. ~
5245 Jer 7:2 | woord, o gans Juda! gij, die door deze poorten ingaat,
5246 Jer 7:8 | vertrouwt u op valse woorden, die geen nut doen. ~
5247 Jer 7:9 | andere goden nawandelen, die gij niet kent? ~
5248 Jer 7:12 | henen naar Mijn plaats, die te Silo was, alwaar Ik Mijn
5249 Jer 7:14 | vertrouwt, en aan deze plaats, die Ik u en uw vaderen gegeven
5250 Jer 8:2 | het ganse heir des hemels, die zij liefgehad, en die zij
5251 Jer 8:2 | hemels, die zij liefgehad, en die zij gediend, en die zij
5252 Jer 8:2 | en die zij gediend, en die zij nagewandeld, en die
5253 Jer 8:2 | die zij nagewandeld, en die zij gezocht hebben,
5254 Jer 8:6 | recht is, er is niemand, die berouw heeft over zijn boosheid,
5255 Jer 8:13 | afgevallen; en de geboden, die Ik hun gegeven heb,
5256 Jer 8:13 | Ik hun gegeven heb, die overtreden zij. ~
5257 Jer 8:16 | volheid, de stad en die daarin wonen. ~
5258 Jer 8:17 | dewelke geen bezwering is; die zullen u bijten, spreekt
5259 Jer 9:12 | Wie is de wijze man, die dit versta? En tot wien
5260 Jer 9:13 | zeide: Omdat zij Mijn wet, die Ik voor hun aangezicht gegeven
5261 Jer 9:16 | verstrooien onder de heidenen, die zij niet gekend hebben,
5262 Jer 9:22 | garve achter den maaier, die niemand opzamelt. ~
5263 Jer 9:24 | 24 Maar die zich beroemt, beroeme zich
5264 Jer 9:24 | gerechtigheid op de aarde, want in die dingen heb Ik lust,
5265 Jer 9:25 | besnedenen, met degenen, die de voorhuid hebben; ~
5266 Jer 9:26 | over Moab, en over allen, die aan de hoeken afgekort zijn,
5267 Jer 9:26 | de hoeken afgekort zijn, die in de woestijn wonen; want
5268 Jer 10:11 | tot hen zeggen: De goden, die den hemel en de aarde niet
5269 Jer 10:12 | 12 Die de aarde gemaakt heeft door
5270 Jer 10:12 | heeft door Zijn kracht, Die de wereld bereid heeft door
5271 Jer 10:16 | Jakobs deel is niet gelijk die, want Hij is de Formeerder
5272 Jer 10:19 | is immers een krankheid, die ik wel dragen zal! ~
5273 Jer 10:20 | niet; er is niemand meer, die mijn tent uitspant, en mijn
5274 Jer 10:23 | het is niet bij een man, die wandelt, dat hij zijn gang
5275 Jer 10:25 | grimmigheid uit over de heidenen, die U niet kennen, en over de
5276 Jer 10:25 | en over de geslachten, die Uw Naam niet aanroepen;
5277 Jer 11:3 | Israels: Vervloekt zij de man, die niet hoort de woorden deze
5278 Jer 11:10 | ongerechtigheden hunner voorvaderen, die Mijn woorden geweigerd hebben
5279 Jer 11:10 | andere goden nagewandeld, om die te dienen; het huis
5280 Jer 11:13 | gijlieden altaren gesteld voor die schaamte, altaren om den
5281 Jer 11:15 | huis te doen, dewijl zij die schandelijke daad met velen
5282 Jer 11:17 | de HEERE der heirscharen, Die u heeft geplant, heeft een
5283 Jer 11:17 | en van het huis van Juda, die zij onder zich bedrijven,
5284 Jer 11:19 | als een lam, als een os, die geleid wordt om te slachten;
5285 Jer 11:20 | Gij rechtvaardige Rechter, Die de nieren en het hart proeft!
5286 Jer 11:21 | de mannen van Anathoth, die uw ziel zoeken, zeggende:
5287 Jer 12:1 | hebben zij rust, allen, die trouwelooslijk trouweloosheid
5288 Jer 12:4 | Vanwege de boosheid dergenen, die daarin wonen, vergaan de
5289 Jer 12:11 | verwoest, omdat er niemand is, die het ter harte neemt. ~
5290 Jer 12:14 | Aangaande al Mijn boze naburen, die Mijn erfenis aanroeren,
5291 Jer 13:4 | dien gij gekocht hebt, die aan uw lenden is, en maak
5292 Jer 13:9 | de hovaardij van Juda, en die grote hovaardij van Jeruzalem. ~
5293 Jer 13:10 | andere goden navolgt, om die te dienen, en voor die zich
5294 Jer 13:10 | om die te dienen, en voor die zich neder te buigen;
5295 Jer 13:10 | worden gelijk deze gordel, die nergens toe deugt. ~
5296 Jer 13:13 | lands, zelfs de koningen, die op Davids troon zitten,
5297 Jer 13:19 | toegesloten, en er is niemand, die ze opent; het ganse Juda
5298 Jer 13:20 | Hef uw ogen op, en zie, die daar van het noorden komen!
5299 Jer 13:20 | komen! waar is de kudde, die u gegeven was, de schapen
5300 Jer 13:23 | gijlieden ook kunnen goed doen, die geleerd zijt kwaad te doen. ~
5301 Jer 13:24 | verstrooien als een stoppel, die doorgaat, door een wind
5302 Jer 13:25 | spreekt de HEERE; gij, die Mij hebt vergeten, en op
5303 Jer 14:5 | werpen jongen, en verlaten die, omdat er geen jong gras
5304 Jer 14:8 | land, en als een reiziger, die slechts inkeert om te vernachten? ~
5305 Jer 14:9 | versaagd man, als een held, die niet kan verlossen? Gij
5306 Jer 14:13 | Ach, Heere HEERE! zie, die profeten zeggen hun: Gij
5307 Jer 14:14 | de HEERE zeide tot mij: Die profeten profeteren vals
5308 Jer 14:15 | Aangaande de profeten, die in Mijn Naam profeteren,
5309 Jer 14:16 | en er zal niemand zijn, die hen begrave, hen, hun
5310 Jer 14:17 | grote breuk, een plage, die zeer smartelijk is. ~
5311 Jer 14:22 | ijdelheden der heidenen, die doen regenen, of kan de
5312 Jer 14:22 | druppelen geven? Zijt Gij die niet, o HEERE, onze God?
5313 Jer 14:22 | wachten, want Gij doet al die dingen. ~ ~ ~ ~ ~
5314 Jer 15:9 | 9 Zij, die zeven baarde, is zwak geworden;
5315 Jer 15:18 | leugenachtige, als wateren, die niet bestendig zijn? ~
5316 Jer 16:3 | zonen en van de dochteren, die in deze plaats geboren worden;
5317 Jer 16:3 | daartoe van hun moeders, die ze baren, en van hun vaders,
5318 Jer 16:3 | baren, en van hun vaders, die ze gewinnen in dit
5319 Jer 16:5 | niet in het huis desgenen, die een rouwmaaltijd houdt,
5320 Jer 16:10 | welke is onze zonde, die wij tegen den HEERE, onzen
5321 Jer 16:11 | andere goden nagewandeld, en die gediend, en zich voor die
5322 Jer 16:11 | die gediend, en zich voor die nedergebogen; maar
5323 Jer 16:14 | waarachtig als de HEERE leeft, Die de kinderen Israels uit
5324 Jer 16:15 | waarachtig als de HEERE leeft, Die de kinderen Israels heeft
5325 Jer 16:16 | vissers, spreekt de HEERE, die zullen hen vissen; en daarna
5326 Jer 16:16 | zenden tot veel jagers, die zullen hen jagen, van op
5327 Jer 17:4 | zelven) van uw erfenis, die Ik u gegeven heb, en Ik
5328 Jer 17:5 | HEERE: Vervloekt is de man, die op een mens vertrouwt, en
5329 Jer 17:6 | de heide in de wildernis, die het niet gevoelt, wanneer
5330 Jer 17:7 | Gezegend daarentegen is de man, die op den HEERE vertrouwt,
5331 Jer 17:8 | hij zal zijn als een boom, die aan het water geplant is,
5332 Jer 17:11 | ze niet uit, alzo is hij, die rijkdom vergadert, doch
5333 Jer 17:13 | Israels Verwachting! allen, die U verlaten, zullen beschaamd
5334 Jer 17:13 | zullen beschaamd worden; en die van mij afwijken, zullen
5335 Jer 17:20 | inwoners van Jeruzalem, die door deze poorten ingaat! ~
5336 Jer 18:15 | stegen van een weg, die niet opgehoogd is; ~
5337 Jer 19:2 | roep aldaar uit de woorden, die Ik tot u spreken zal; ~
5338 Jer 19:3 | van hetwelk een ieder, die het hoort, zijn oren klinken
5339 Jer 19:4 | goden daarin gerookt hebben die zij niet gekend hebben,
5340 Jer 19:7 | door de hand dergenen, die hun ziel zoeken; en Ik zal
5341 Jer 19:9 | waarmede hen hun vijanden, en die hun ziel zoeken, benauwen
5342 Jer 19:10 | voor de ogen der mannen, die met u gegaan zijn; ~
5343 Jer 20:2 | bovenste poort van Benjamin, die aan het huis des HEEREN
5344 Jer 20:4 | voor al uw liefhebbers; die zullen vallen door het zwaard
5345 Jer 20:4 | hand des konings van Babel, die hen naar Babel gevankelijk
5346 Jer 20:5 | de hand hunner vijanden, die zullen ze roven, zullen
5347 Jer 20:12 | o HEERE der heirscharen, Die den rechtvaardige proeft,
5348 Jer 20:12 | den rechtvaardige proeft, Die de nieren en het hart ziet,
5349 Jer 20:15 | Vervloekt zij de man, die mijn vader geboodschapt
5350 Jer 20:16 | man zij, als de steden, die de HEERE heeft omgekeerd,
5351 Jer 20:17 | baarmoeder als van een, die eeuwiglijk zwanger is! ~
5352 Jer 21:4 | krijgswapenen omwenden, die in ulieder hand zijn, met
5353 Jer 21:4 | tegen de Chaldeen, die u belegeren, van buiten
5354 Jer 21:7 | knechten, en het volk, en die in deze stad overgebleven
5355 Jer 21:7 | en in de hand dergenen, die hun ziel zoeken; en hij
5356 Jer 21:9 | 9 Die in deze stad blijft, zal
5357 Jer 21:9 | door de pestilentie; maar die er uitgaat en valt tot de
5358 Jer 21:9 | en valt tot de Chaldeen, die ulieden belegeren, die zal
5359 Jer 21:9 | die ulieden belegeren, die zal leven, en zijn
5360 Jer 21:13 | spreekt de HEERE; gijlieden, die zegt: Wie zou tegen ons
5361 Jer 22:2 | gij koning van Juda, gij, die zit op Davids troon, gij,
5362 Jer 22:2 | uw knechten, en uw volk, die door deze poorten ingaan! ~
5363 Jer 22:7 | elk met zijn gereedschap, die zullen uw uitgelezen cederen
5364 Jer 22:9 | andere goden nedergebogen, en die gediend. ~
5365 Jer 22:10 | niet; weent vrij over dien, die weggegaan is, want hij zal
5366 Jer 22:11 | Josia, koning van Juda, die in de plaats van zijn vader
5367 Jer 22:11 | zijn vader Josia regeerde, die uit deze plaats is uitgegaan:
5368 Jer 22:13 | 13 Wee dien, die zijn huis bouwt met ongerechtigheid,
5369 Jer 22:13 | opperzalen met onrecht; die zijns naasten dienst om
5370 Jer 22:14 | 14 Die daar zegt: Ik zal mij een
5371 Jer 22:17 | verdrukking en overlast, om die te doen. ~
5372 Jer 22:23 | 23 O gij, die nu op den Libanon woont,
5373 Jer 22:25 | geven in de hand dergenen, die uw ziel zoeken, en in de
5374 Jer 22:26 | Ik zal u, en uw moeder, die u gebaard heeft, uitwerpen
5375 Jer 22:30 | man kinderloos, een man, die niet voorspoedig zal zijn
5376 Jer 23:1 | 1 Wee den herderen, die de schapen Mijner weide
5377 Jer 23:2 | Israels, alzo van de herderen, die Mijn volk weiden: Gijlieden
5378 Jer 23:4 | herderen over hen verwekken, die ze weiden zullen; en zij
5379 Jer 23:5 | rechtvaardige Spruit zal verwekken; Die zal Koning zijnde regeren,
5380 Jer 23:7 | waarachtig als de HEERE leeft, Die de kinderen Israels uit
5381 Jer 23:8 | waarachtig als de HEERE leeft, Die het zaad van het huis Israels
5382 Jer 23:8 | Israels heeft opgevoerd, en Die het aangebracht heeft uit
5383 Jer 23:13 | de profeten van Samaria, die door Baal, profeteerden,
5384 Jer 23:16 | de woorden der profeten, die u profeteren; zij maken
5385 Jer 23:17 | zeggen steeds tot degenen, die Mij lasteren: De HEERE heeft
5386 Jer 23:21 | 21 Ik heb die profeten niet gezonden,
5387 Jer 23:25 | wat de profeten zeggen, die in Mijn Naam leugen profeteren,
5388 Jer 23:26 | in het hart der profeten, die de leugen profeteren? Ja,
5389 Jer 23:27 | 27 Die daar denken om Mijn volk
5390 Jer 23:27 | vergeten, door hun dromen, die zij, een ieder zijn naaste,
5391 Jer 23:28 | bij welken een droom is, die vertelle den droom; en bij
5392 Jer 23:28 | bij welken Mijn woord is, die spreke Mijn woord waarachtiglijk;
5393 Jer 23:29 | HEERE, en als een hamer, die een steenrots te morzel
5394 Jer 23:30 | profeten, spreekt de HEERE, die Mijn woorden stelen, een
5395 Jer 23:31 | profeten, spreekt de HEERE, die hun tong nemen, en spreken:
5396 Jer 23:32 | Ziet, Ik wil aan degenen, die valse dromen profeteren,
5397 Jer 23:32 | spreekt de HEERE, en vertellen die, en verleiden Mijn volk
5398 Jer 23:39 | en u, mitsgaders de stad, die Ik u en uw vaderen gegeven
5399 Jer 23:40 | aandoen, en eeuwige schande, die niet zal worden vergeten. ~ ~ ~ ~ ~
5400 Jer 24:2 | waren zeer boze vijgen, die vanwege de boosheid niet
5401 Jer 24:3 | goed, en de boze zeer boos, die vanwege de boosheid niet
5402 Jer 24:5 | de God Israels: Gelijk die goede vijgen, alzo zal Ik
5403 Jer 24:5 | gevankelijk weggevoerden van Juda, die Ik uit deze plaats naar
5404 Jer 24:8 | En gelijk de boze vijgen, die vanwege de boosheid niet
5405 Jer 24:8 | overblijfsel van Jeruzalem, die in dit land zijn overgebleven,
5406 Jer 24:8 | land zijn overgebleven, en die in Egypteland wonen; ~
5407 Jer 25:6 | andere goden niet na, om die te dienen, en u voor die
5408 Jer 25:6 | die te dienen, en u voor die neder te buigen; en vertoornt
5409 Jer 25:13 | brengen al Mijn woorden, die Ik daarover gesproken heb;
5410 Jer 25:14 | zullen zich doen dienen, die ook machtige volken en grote
5411 Jer 25:18 | koningen, en haar vorsten; om die te stellen tot een woestheid,
5412 Jer 25:22 | den koningen der eilanden, die aan gene zijde der zee zijn. ~
5413 Jer 25:23 | Thema, en Buz, en allen, die aan de hoeken afgekort zijn; ~
5414 Jer 25:24 | koningen des gemengden hoops, die in de woestijn wonen; ~
5415 Jer 25:26 | koningen van het noorden, die nabij en die verre zijn,
5416 Jer 25:26 | het noorden, die nabij en die verre zijn, den een met
5417 Jer 25:26 | koninkrijken der aarde, die op den aardbodem zijn. En
5418 Jer 25:29 | Want ziet, in de stad, die naar Mijn Naam genoemd is,
5419 Jer 26:2 | tot alle steden van Juda, die komen om aan te bidden in
5420 Jer 26:2 | des HEEREN, al de woorden, die Ik u geboden heb tot
5421 Jer 26:4 | gij wandelt in Mijn wet, die Ik voor uw aangezicht gegeven
5422 Jer 26:5 | Mijner knechten, de profeten, die Ik tot u zende, zelfs vroeg
5423 Jer 26:12 | profeteren al de woorden, die gij gehoord hebt; ~
5424 Jer 26:20 | Er was ook een man, die in den Naam des HEEREN profeteerde,
5425 Jer 26:20 | Semaja, van Kirjath-Jearim; die profeteerde tegen deze stad
5426 Jer 26:23 | 23 Die voerden Uria uit Egypte,
5427 Jer 27:2 | banden en jukken, en doe die aan uw hals; ~
5428 Jer 27:3 | de hand der boden, die te Jeruzalem tot Zedekia,
5429 Jer 27:5 | aarde, den mens en het vee, die op den aardbodem zijn, door
5430 Jer 27:14 | de woorden der profeten, die tot u spreken, zeggende:
5431 Jer 27:15 | omkomt, gij en de profeten, die u profeteren. ~
5432 Jer 27:16 | de woorden uwer profeten, die u profeteren, zeggende:
5433 Jer 27:18 | voorbidden, opdat de vaten, die in het huis des HEEREN,
5434 Jer 27:19 | van het overige der vaten, die in deze stad zijn overgebleven, ~
5435 Jer 27:20 | 20 Die Nebukadnezar, de koning
5436 Jer 27:21 | God Israels, van de vaten, die in het huis des HEEREN,
5437 Jer 28:1 | van Azur, de profeet, die van Gibeon was, tot mij
5438 Jer 28:3 | van het huis des HEEREN, die Nebukadnezar, de koning
5439 Jer 28:4 | koning van Juda, en allen, die gevankelijk weggevoerd zijn
5440 Jer 28:4 | weggevoerd zijn van Juda, die te Babel gekomen zijn, tot
5441 Jer 28:5 | de ogen des gansen volks, die in het huis des HEEREN stonden; ~
5442 Jer 28:6 | HEERE bevestige uw woorden, die gij geprofeteerd hebt, dat
5443 Jer 28:6 | des HEEREN huis, en allen, die gevankelijk zijn weggevoerd,
5444 Jer 28:8 | 8 De profeten, die voor mij en voor u van ouds
5445 Jer 28:8 | u van ouds geweest zijn, die hebben tegen veel landen
5446 Jer 28:9 | 9 De profeet, die geprofeteerd zal hebben
5447 Jer 28:9 | dien profeet komt, dan zal die profeet bekend worden, dat
5448 Jer 28:13 | nu zult gij in plaats van die ijzeren jukken maken. ~
5449 Jer 29:1 | tot de overige oudsten, die gevankelijk waren weggevoerd,
5450 Jer 29:3 | Gemarja, den zoon van Hilkia, die Zedekia, de koning van Juda,
5451 Jer 29:4 | God Israels, tot allen, die gevankelijk zijn weggevoerd,
5452 Jer 29:4 | gevankelijk zijn weggevoerd, die Ik gevankelijk heb doen
5453 Jer 29:8 | profeten en uw waarzeggers, die in het midden van u zijn,
5454 Jer 29:8 | hoort niet naar uw dromers, die gij doet dromen. ~
5455 Jer 29:11 | Want Ik weet de gedachten, die Ik over u denk, spreekt
5456 Jer 29:16 | HEERE alzo van den koning, die op Davids troon zit, en
5457 Jer 29:16 | te weten, uw broederen, die met u niet zijn uitgegaan
5458 Jer 29:17 | de afschuwelijke vijgen, die vanwege de boosheid
5459 Jer 29:20 | HEEREN woord, gij allen, die gevankelijk zijt weggevoerd,
5460 Jer 29:20 | gevankelijk zijt weggevoerd, die Ik van Jeruzalem naar Babel
5461 Jer 29:21 | Zedekia, zoon van Maaseja, die ulieden in Mijn Naam valselijk
5462 Jer 29:22 | gevankelijk weggevoerden van Juda, die in Babel zijn, dat men zegge:
5463 Jer 29:22 | als Zedekia, en als Achab, die de koning van Babel
5464 Jer 29:23 | en Ik ben Degene, Die het weet, en een getuige
5465 Jer 29:26 | HEEREN huis over allen man, die onzinnig is, en zich voor
5466 Jer 29:27 | Anathothiet, niet gescholden, die zich bij ulieden voor een
5467 Jer 29:31 | Zend henen tot allen, die gevankelijk weggevoerd zijn,
5468 Jer 29:32 | hij zal niemand hebben, die in het midden dezes volks
5469 Jer 30:2 | Schrijf u al de woorden, die Ik tot u gesproken heb,
5470 Jer 30:4 | En dit zijn de woorden, die de HEERE gesproken heeft
5471 Jer 30:7 | 7 O wee! want die dag is zo groot, dat zijns
5472 Jer 30:10 | en er zal niemand zijn, die hem verschrikke. ~
5473 Jer 30:13 | 13 Er is niemand, die uw zaak oordeelt, aangaande
5474 Jer 30:16 | 16 Daarom, allen, die u opeten, zullen opgegeten
5475 Jer 30:16 | zullen gaan in gevangenis; en die u beroven, zullen ter beroving
5476 Jer 30:16 | beroving zijn, en allen, die u plunderen, zal Ik
5477 Jer 30:21 | genaken; want wie is hij, die met zijn hart borg
5478 Jer 31:10 | verkondigt in de eilanden, die verre zijn, en zegt: Hij,
5479 Jer 31:10 | verre zijn, en zegt: Hij, Die Israel verstrooid heeft,
5480 Jer 31:11 | verlost uit de hand desgenen, die sterker was dan hij. ~
5481 Jer 31:24 | wonen; de akkerlieden, en die met de kudde reizen. ~
5482 Jer 31:29 | 29 In die dagen zullen zij niet meer
5483 Jer 31:30 | sterven; een ieder mens, die de onrijpe druiven eet,
5484 Jer 31:33 | is het verbond, dat Ik na die dagen met het huis van Israel
5485 Jer 31:33 | binnenste geven, en zal die in hun hart schrijven; en
5486 Jer 31:35 | 35 Zo zegt de HEERE, Die de zon ten lichte geeft
5487 Jer 31:35 | sterren ten lichte des nachts, Die de zee klieft, dat haar
5488 Jer 32:11 | En ik nam den koopbrief, die verzegeld was naar het gebod
5489 Jer 32:12 | voor de ogen der getuigen die den koopbrief hadden
5490 Jer 32:12 | de ogen van al de Joden, die in het voorhof der bewaring
5491 Jer 32:18 | 18 Gij, Die goedertierenheid doet aan
5492 Jer 32:20 | 20 Gij, Die tekenen en wonderen gesteld
5493 Jer 32:24 | gekomen aan de stad, om die in te nemen, en de stad
5494 Jer 32:24 | in de hand der Chaldeen, die tegen haar strijden; vanwege
5495 Jer 32:29 | 29 En de Chaldeen, die tegen deze stad strijden,
5496 Jer 32:32 | en der kinderen van Juda, die zij gedaan hebben om Mij
5497 Jer 32:33 | 33 Die Mij den nek hebben toegekeerd
5498 Jer 32:35 | hoogten van Baal gebouwd, die in het dal des zoons van
5499 Jer 33:2 | 2 Zo zegt de HEERE, Die het doet, de HEERE, Die
5500 Jer 33:2 | Die het doet, de HEERE, Die dat formeert, opdat Hij
1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4500 | 4501-5000 | 5001-5500 | 5501-6000 | 6001-6500 | 6501-7000 | 7001-7500 | 7501-8000 | 8001-8500 | 8501-9000 | 9001-9500 | 9501-9551 |