Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
dichtste 2
didrachmen 2
didymus 3
die 9551
dief 25
diefelijk 1
diefstal 1
Frequency    [«  »]
10527 een
10033 zal
9630 tot
9551 die
8801 zij
8724 ik
8706 gij

Bijbel

IntraText - Concordances

die

1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4500 | 4501-5000 | 5001-5500 | 5501-6000 | 6001-6500 | 6501-7000 | 7001-7500 | 7501-8000 | 8001-8500 | 8501-9000 | 9001-9500 | 9501-9551

     Book Chapter: Verse
4001 Psa 76:13 | 13 Die den geest der vorsten als 4002 Psa 76:13 | vorsten als druiven afsnijdt; Die den koningen der aarde vreselijk 4003 Psa 77:15 | 15 Gij zijt die God, Die wonder doet; Gij 4004 Psa 77:15 | 15 Gij zijt die God, Die wonder doet; Gij hebt Uw 4005 Psa 78:3 | 3 Die wij gehoord hebben en weten 4006 Psa 78:4 | sterkheid, en Zijn wonderen, die Hij gedaan heeft. ~ 4007 Psa 78:5 | een wet gesteld in Israel; die Hij onzen vaderen geboden 4008 Psa 78:6 | het navolgende geslacht die weten zou, de kinderen, 4009 Psa 78:6 | weten zou, de kinderen, die geboren zouden worden; en 4010 Psa 78:11 | daden, en Zijn wonderen, die Hij hun had doen zien. ~ 4011 Psa 78:39 | zij vlees waren, een wind, die henengaat en niet wederkeert. ~ 4012 Psa 78:45 | hen verteerde, en vorsen, die hen verdierven. ~ 4013 Psa 78:60 | tabernakel te Silo, de tent, die Hij tot een woning gesteld 4014 Psa 78:65 | slapende, als een held, die juicht van den wijn. ~ 4015 Psa 78:69 | als hoogten, als de aarde, die Hij gegrond heeft in eeuwigheid. ~ 4016 Psa 79:3 | vergoten; en er was niemand, die hen begroef. ~ 4017 Psa 79:4 | een spot en schimp dien, die rondom ons zijn. ~ 4018 Psa 79:6 | grimmigheid uit over de heidenen, die U niet kennen, en over de 4019 Psa 79:6 | en over de koninkrijken, die Uw Naam niet aanroepen. ~ 4020 Psa 80:2 | Herder Israels! neem ter ore, Die Jozef als schapen leiddet; 4021 Psa 80:2 | Jozef als schapen leiddet; Die tussen de cherubim zit, 4022 Psa 80:13 | doorgebroken, zodat allen, die den weg voorbijgaan, hem 4023 Psa 81:6 | gehoord heb een spraak, die ik niet verstond; ~ 4024 Psa 81:11 | Ik ben de Heere, uw God, Die u heb opgevoerd uit het 4025 Psa 81:16 | 16 Die den HEERE haten, zouden 4026 Psa 83:11 | 11 Die verdelgd zijn te Endor; 4027 Psa 83:13 | 13 Die zeiden: Laat ons de schone 4028 Psa 84:5 | Welgelukzalig zijn zij, die in Uw huis wonen; zij prijzen 4029 Psa 84:12 | niet onthouden dengenen, die in oprechtheid wandelen. ~ 4030 Psa 84:13 | welgelukzalig is de mens, die op U vertrouwt. ~  ~  ~ 4031 Psa 85:10 | Zijn heil is nabij degenen, die Hem vrezen, opdat in ons 4032 Psa 86:2 | mijn God! verlos Uw knecht die op U betrouwt. ~ 4033 Psa 86:5 | goedertierenheid allen, die U aanroepen. ~ 4034 Psa 86:9 | 9 Al de heidenen, Heere! die Gij gemaakt hebt, zullen 4035 Psa 87:4 | vermelden, onder degenen, die Mij kennen; ziet, de Filistijn, 4036 Psa 87:5 | Sion zal gezegd worden: Die en die is daarin geboren; 4037 Psa 87:5 | zal gezegd worden: Die en die is daarin geboren; en de 4038 Psa 88:5 | ben gerekend met degenen, die in de kuil nederdalen; ik 4039 Psa 88:5 | ben geworden als een man, die krachteloos is; ~ 4040 Psa 88:6 | gelijk de verslagenen, die in het graf liggen, die 4041 Psa 88:6 | die in het graf liggen, die Gij niet meer gedenkt, en 4042 Psa 89:8 | en vreselijk boven allen, die rondom Hem zijn. ~ 4043 Psa 89:12 | wereld en haar volheid, die hebt Gij gegrond. ~ 4044 Psa 89:13 | Het noorden en het zuiden, die hebt Gij geschapen; Thabor 4045 Psa 89:24 | voor zijn aangezicht, en die hem haten, zal Ik plagen. ~ 4046 Psa 89:42 | 42 Allen, die den weg voorbijgingen, hebben 4047 Psa 89:49 | 49 Wat man leeft er, die den dood niet zien zal, 4048 Psa 89:49 | den dood niet zien zal, die zijn ziel zal bevrijden 4049 Psa 89:50 | vorige goedertierenheden, die Gij David gezworen hebt 4050 Psa 90:10 | en het uitnemendste van die is moeite en verdriet; want 4051 Psa 91:1 | 1 Die in de schuilplaats des Allerhoogsten 4052 Psa 91:1 | Allerhoogsten is gezeten, die zal vernachten in de schaduw 4053 Psa 91:5 | des nachts, voor den pijl, die des daags vliegt; ~ 4054 Psa 91:6 | 6 Voor de pestilentie, die in de donkerheid wandelt; 4055 Psa 92:12 | aangaande de boosdoeners, die tegen mij opstaan. ~ 4056 Psa 92:14 | 14 Die in het huis des HEEREN geplant 4057 Psa 94:9 | 9 Zou Hij, Die het oor plant, niet horen? 4058 Psa 94:9 | plant, niet horen? zou Hij, Die het oog formeert, niet aanschouwen? ~ 4059 Psa 94:10 | 10 Zou Hij, Die de heidenen tuchtigt, niet 4060 Psa 94:10 | tuchtigt, niet straffen, Hij, Die den mens wetenschap leert? ~ 4061 Psa 94:20 | met U vergezelschappen, die moeite verdicht bij inzetting? ~ 4062 Psa 95:6 | knielen voor den HEERE, Die ons gemaakt heeft. ~ 4063 Psa 97:7 | Beschaamd moeten wezen allen, die de beelden dienen, die zich 4064 Psa 97:7 | die de beelden dienen, die zich op afgoden beroemen; 4065 Psa 98:7 | de wereld met degenen, die daarin wonen. ~ 4066 Psa 99:3 | vreselijken Naam loven, die heilig is; ~ 4067 Psa 99:4 | de sterkte des Konings, die het recht lief heeft. Gij 4068 Psa 99:7 | onderhouden, en de inzettingen, die Hij hun gegeven had. ~ 4069 Psa 101:5 | dien zal ik verdelgen; die hoog van ogen is, en trots 4070 Psa 101:5 | ogen is, en trots van hart, die zal ik niet vermogen. ~ 4071 Psa 101:6 | dat zij bij mij zitten; die in den oprechten weg wandelt, 4072 Psa 101:6 | den oprechten weg wandelt, die zal mij dienen. ~ 4073 Psa 101:7 | mijn huis niet blijven; die leugenen spreekt, zal voor 4074 Psa 102:9 | vijanden smaden mij al den dag; die tegen mij razen, zweren 4075 Psa 102:18 | tot het gebed desgenen, die gans ontbloot is, en niet 4076 Psa 102:27 | 27 Die zullen vergaan, maar Gij 4077 Psa 103:3 | 3 Die al uw ongerechtigheid vergeeft, 4078 Psa 103:3 | ongerechtigheid vergeeft, die al uw krankheden geneest; ~ 4079 Psa 103:4 | 4 Die uw leven verlost van het 4080 Psa 103:4 | verlost van het verderf, die u kroont met goedertierenheid 4081 Psa 103:5 | 5 Die uw mond verzadigt met het 4082 Psa 103:6 | en gerichten al dengenen, die onderdrukt worden. ~ 4083 Psa 103:11 | goedertierenheid geweldig over degenen, die Hem vrezen. ~ 4084 Psa 103:13 | Zich de HEERE over degenen, die Hem vrezen. ~ 4085 Psa 103:17 | eeuwigheid over degenen, die Hem vrezen, en Zijn gerechtigheid 4086 Psa 103:18 | 18 Aan degenen, die Zijn verbond houden, en 4087 Psa 103:18 | Zijn verbond houden, en die aan Zijn bevelen denken, 4088 Psa 103:18 | Zijn bevelen denken, om die te doen. ~ 4089 Psa 103:20 | engelen! gij krachtige helden, die Zijn woord doet, gehoorzamende 4090 Psa 103:21 | heirscharen! gij Zijn dienaars, die Zijn welbehagen doet! ~ 4091 Psa 104:3 | 3 Die Zijn opperzalen zoldert 4092 Psa 104:3 | opperzalen zoldert in de wateren, Die van de wolken Zijn wagen 4093 Psa 104:3 | wolken Zijn wagen maakt, Die op de vleugelen des winds 4094 Psa 104:8 | dalen daalden, ter plaatse, die Gij voor hen gegrond hadt. ~ 4095 Psa 104:10 | 10 Die de fonteinen uitzendt door 4096 Psa 104:15 | 15 En den wijn, die het hart des mensen verheugt, 4097 Psa 104:16 | cederbomen van Libanon, die Hij geplant heeft; ~ 4098 Psa 104:25 | 25 Deze zee, die groot en wijd van ruimte 4099 Psa 105:3 | heiligheid; het hart dergenen, die den HEERE zoeken, verblijde 4100 Psa 105:5 | Gedenkt Zijner wonderen, die Hij gedaan heeft, Zijner 4101 Psa 105:35 | 35 Die al het kruid in hun land 4102 Psa 105:37 | hun stammen was niemand, die struikelde. ~ 4103 Psa 105:41 | er vloeiden wateren uit, die gingen door de dorre plaatsen 4104 Psa 106:3 | Welgelukzalig zijn zij, die het recht onderhouden, die 4105 Psa 106:3 | die het recht onderhouden, die te aller tijd gerechtigheid 4106 Psa 106:20 | de gedaante van een os, die gras eet. ~ 4107 Psa 106:21 | vergaten God, hun Heiland, Die grote dingen gedaan had 4108 Psa 106:34 | 34 Zij hebben die volken niet verdelgd, die 4109 Psa 106:34 | die volken niet verdelgd, die de HEERE hun gezegd had; ~ 4110 Psa 106:38 | zonen en hunner dochteren, die zij den afgoden van Kanaan 4111 Psa 106:46 | het aangezicht van allen, die hen gevangen hadden. ~ 4112 Psa 107:2 | bevrijden des HEEREN zeggen, die Hij van de hand der wederpartijders 4113 Psa 107:3 | 3 En die Hij uit de landen verzameld 4114 Psa 107:4 | 4 Die in de woestijn dwaalden, 4115 Psa 107:4 | in een weg der wildernis, die geen stad ter woning vonden; ~ 4116 Psa 107:6 | HEERE in de benauwdheid, die zij hadden, heeft Hij hen 4117 Psa 107:10 | 10 Die in duisternis en de schaduw 4118 Psa 107:13 | HEERE in de benauwdheid, die zij hadden, verloste Hij 4119 Psa 107:19 | HEERE in de benauwdheid, die zij hadden, verloste Hij 4120 Psa 107:23 | 23 Die met schepen ter zee afvaren, 4121 Psa 107:24 | 24 Die zien de werken des HEEREN, 4122 Psa 107:25 | Hij een stormwind opstaan, die haar golven omhoog verheft. ~ 4123 Psa 107:28 | HEERE in de benauwdheid, die zij hadden, zo voerde Hij 4124 Psa 107:34 | om de boosheid dergenen, die daarin wonen. ~ 4125 Psa 107:37 | en planten wijngaarden, die inkomende vrucht voortbrengen. ~ 4126 Psa 107:43 | 43 Wie is wijs? Die neme deze dingen waar; en 4127 Psa 108:12 | Gij het niet zijn, o God! Die ons verstoten hadt, en Die 4128 Psa 108:12 | Die ons verstoten hadt, en Die niet uittoogt, o God! met 4129 Psa 109:12 | 12 Dat hij niemand hebbe, die weldadigheid over hem uitstrekke, 4130 Psa 109:12 | en dat er niemand zij, die zijn wezen genadig zij. ~ 4131 Psa 109:17 | vloek heeft liefgehad, dat die hem overkome, en geen lust 4132 Psa 109:17 | heeft tot den zegen, zo zij die verre van hem. ~ 4133 Psa 109:18 | als met zijn kleed, en dat die ga tot in het binnenste 4134 Psa 109:19 | 19 Die zij hem als een kleed, waarmede 4135 Psa 109:20 | den HEERE, en dergenen, die kwaad spreken tegen mijn 4136 Psa 109:31 | te verlossen van degenen, die zijn ziel veroordelen. ~  ~ 4137 Psa 110:6 | Hij zal verslaan dengene, die het hoofd is over een groot 4138 Psa 111:2 | worden gezocht van allen, die er lust in hebben. ~ 4139 Psa 111:5 | Teth. Hij heeft degenen, die Hem vrezen, spijs gegeven; 4140 Psa 111:10 | wijsheid; Schin. allen, die ze doen, hebben goed verstand; 4141 Psa 112:1 | Welgelukzalig is de man, die den HEERE vreest; Beth. 4142 Psa 112:1 | den HEERE vreest; Beth. die groten lust heeft in Zijn 4143 Psa 112:5 | 5 Teth. Wel dien man, die zich ontfermt en uitleent; 4144 Psa 113:5 | gelijk de HEERE, onze God? Die zeer hoog woont. ~ 4145 Psa 115:8 | 8 Dat die hen maken hun gelijk worden, 4146 Psa 115:11 | 11 Gijlieden, die den HEERE vreest! vertrouwt 4147 Psa 115:13 | 13 Hij zal zegenen, die den HEERE vrezen, de kleinen 4148 Psa 115:15 | zijt den HEERE gezegend, Die den hemel en de aarde gemaakt 4149 Psa 115:17 | HEERE niet prijzen, noch die in de stilte nedergedaald 4150 Psa 118:4 | 4 Dat degenen, die den HEERE vrezen, nu zeggen, 4151 Psa 118:7 | is bij mij onder degenen, die mij helpen; daarom zal ik 4152 Psa 118:7 | mijn lust zien aan degenen, die mij haten. ~ 4153 Psa 118:26 | 26 Gezegend zij hij, die daar komt in den Naam des 4154 Psa 118:27 | 27 De HEERE is God, Die ons licht gegeven heeft. 4155 Psa 119:1 | de oprechten van wandel, die in de wet des HEEREN gaan. ~ 4156 Psa 119:2 | Welgelukzalig zijn zij, die Zijn getuigenissen onderhouden, 4157 Psa 119:2 | getuigenissen onderhouden, die Hem van ganser harte zoeken; ~ 4158 Psa 119:21 | vervloekte hovaardigen, die van Uw geboden afdwalen. ~ 4159 Psa 119:38 | toezeggingen aan Uw knecht, die Uw vreze toegedaan is. ~ 4160 Psa 119:39 | Wend mijn smaadheid af, die ik vreze, want Uw rechten 4161 Psa 119:47 | vermaken in Uw geboden, die ik liefheb. 4162 Psa 119:48 | opheffen naar Uw geboden, die ik liefheb, en ik zal Uw 4163 Psa 119:53 | bevangen vanwege de goddelozen, die Uw wet verlaten. ~ 4164 Psa 119:63 | ben een gezel van allen, die U vrezen, en van hen, die 4165 Psa 119:63 | die U vrezen, en van hen, die Uw bevelen onderhouden. ~ 4166 Psa 119:74 | 74  Die U vrezen, zullen mij aanzien, 4167 Psa 119:79 | Laat hen tot mij keren, die U vrezen, en die Uw getuigenissen 4168 Psa 119:79 | keren, die U vrezen, en die Uw getuigenissen kennen. ~ 4169 Psa 119:118 | Gij vertreedt al degenen, die van Uw inzettingen afdwalen, 4170 Psa 119:132 | naar het recht aan degenen, die Uw Naam beminnen. ~ 4171 Psa 119:150 | 150  Die kwade praktijken najagen, 4172 Psa 119:158 | Ik heb gezien degenen, die trouwelooslijk handelen, 4173 Psa 119:162 | Uw toezegging, als een, die een groten buit vindt. ~ 4174 Psa 119:165 | 165  Die Uw wet beminnen, hebben 4175 Psa 120:6 | lang gewoond bij degenen, die den vrede haten. ~ 4176 Psa 121:2 | 2Mijn hulp is van den HEERE, Die hemel en aarde gemaakt heeft. 4177 Psa 122:1 | verblijd mij in degenen, die tot mij zeggen: Wij zullen 4178 Psa 122:3 | is gebouwd, als een stad, die wel samengevoegd is; ~ 4179 Psa 122:6 | Jeruzalem; wel moeten zij varen, die u beminnen. 4180 Psa 123:1 | hef mijn ogen op tot U, Die in de hemelen zit. ~ 4181 Psa 124:1 | David. Ten ware de HEERE, Die bij ons geweest is, zegge 4182 Psa 124:2 | 2Ten ware de HEERE, Die bij ons geweest is, als 4183 Psa 124:6 | 6De HEERE zij geloofd, Die ons in hun tanden niet heeft 4184 Psa 124:8 | in den Naam des HEEREN, Die hemel en aarde gemaakt heeft. ~  ~ 4185 Psa 125:1 | 1Een lied Hammaaloth. Die op den HEERE vertrouwen, 4186 Psa 125:1 | zijn als de berg Sion, die niet wankelt, maar blijft 4187 Psa 125:4 | goeden wel, en dengenen, die oprecht zijn in hun harten. ~ 4188 Psa 125:5 | 5Maar die zich neigen tot hun kromme 4189 Psa 125:5 | neigen tot hun kromme wegen, die zal de HEERE weg doen gaan 4190 Psa 126:1 | waren wij gelijk degenen, die dromen. ~ 4191 Psa 127:5 | 5Welgelukzalig is de man, die zijn pijlkoker met dezelve 4192 Psa 128:1 | Welgelukzalig is een iegelijk, die den HEERE vreest, die in 4193 Psa 128:1 | iegelijk, die den HEERE vreest, die in Zijn wegen wandelt. ~ 4194 Psa 128:4 | 4Ziet, alzo zal zekerlijk die man gezegend worden, die 4195 Psa 128:4 | die man gezegend worden, die den HEERE vreest. ~ 4196 Psa 129:4 | 4De HEERE, Die rechtvaardig is, heeft de 4197 Psa 129:5 | gedreven worden, allen, die Sion haten. ~ 4198 Psa 129:8 | 8En die voorbijgaan, niet zeggen: 4199 Psa 132:12 | en Mijn getuigenissen, die Ik hun leren zal; zo zullen 4200 Psa 133:2 | baard, den baard van Aaron, die nederdaalt tot op den zoom 4201 Psa 133:3 | gelijk de dauw van Hermon, en die nederdaalt op de bergen 4202 Psa 134:1 | knechten des HEEREN! gij, die allen nacht in het huis 4203 Psa 134:3 | zegene u uit Sion, Hij, Die den hemel en de aarde gemaakt 4204 Psa 135:2 | 2 Gij, die staat in het huis des HEEREN, 4205 Psa 135:8 | 8 Die de eerstgeborenen van Egypte 4206 Psa 135:10 | 10 Die veel volken sloeg, en machtige 4207 Psa 135:18 | 18 Dat die ze maken, hun gelijk worden, 4208 Psa 135:20 | Levi! looft den HEERE; gij die den HEERE vreest! looft 4209 Psa 135:21 | Geloofd zij de HEERE uit Sion, Die te Jeruzalem woont. Hallelujah! ~  ~ 4210 Psa 136:4 | 4 Dien, Die alleen grote wonderen doet; 4211 Psa 136:5 | 5 Dien, die de hemelen met verstand 4212 Psa 136:6 | 6 Dien, Die de aarde op het water uitgespannen 4213 Psa 136:7 | 7 Dien, Die de grote lichten heeft gemaakt; 4214 Psa 136:10 | 10 Dien, Die de Egyptenaren geslagen 4215 Psa 136:13 | 13 Dien, Die de Schelfzee in delen deelde; 4216 Psa 136:16 | 16 Die Zijn volk door de woestijn 4217 Psa 136:17 | 17 Die grote koningen geslagen 4218 Psa 136:23 | 23 Die aan ons gedacht heeft in 4219 Psa 136:25 | 25 Die allen vlees spijs geeft; 4220 Psa 137:2 | gehangen aan de wilgen, die daarin zijn. ~ 4221 Psa 137:3 | 3Als zij, die ons aldaar gevangen hielden, 4222 Psa 137:3 | van ons begeerden, en zij, die ons overhoop geworpen hadden, 4223 Psa 137:7 | aan den dag van Jeruzalem; die daar zeiden: Ontbloot ze, 4224 Psa 137:8 | 8O dochter van Babel! die verwoest zult worden, welgelukzalig 4225 Psa 137:8 | welgelukzalig zal hij zijn, die u uw misdaad vergelden zal, 4226 Psa 137:8 | uw misdaad vergelden zal, die gij aan ons misdaan hebt. ~ 4227 Psa 137:9 | 9Welgelukzalig zal hij zijn, die uw kinderkens grijpen, en 4228 Psa 139:16 | worden, toen nog geen van die was. ~ 4229 Psa 139:20 | 20 Die van U schandelijk spreken, 4230 Psa 139:21 | Zou ik niet haten HEERE! die U haten? en verdriet hebben 4231 Psa 139:21 | verdriet hebben in degenen, die tegen U opstaan? ~ 4232 Psa 140:3 | 3 Die veel kwaads in het hart 4233 Psa 140:5 | alles gewelds; van hen, die mijn voeten denken weg te 4234 Psa 140:10 | Aangaande het hoofd dergenen, die mij omringen, de overlast 4235 Psa 141:4 | te handelen, met mannen, die ongerechtigheid werken; 4236 Psa 142:5 | ziet, zo was er niemand, die mij kende, er was geen ontvlieden 4237 Psa 143:2 | Uw knecht; want niemand, die leeft, zal voor Uw aangezicht 4238 Psa 143:3 | duisternissen, als degenen, die over lang dood zijn. 4239 Psa 143:7 | gelijk worden dengenen, die in den kuil dalen. ~ 4240 Psa 143:12 | en breng hen om, allen, die mijn ziel beangstigen; want 4241 Psa 144:1 | de HEERE, mijn Rotssteen, Die mijn handen onderwijst ten 4242 Psa 144:2 | op Wien ik mij betrouwe; Die mijn volk aan mij onderwerpt! ~ 4243 Psa 144:10 | 10 Gij, die den koningen overwinning 4244 Psa 144:10 | koningen overwinning geeft, Die Zijn knecht David ontzet 4245 Psa 145:6 | daden; en Uw grootheid, die zal ik vertellen. ~ 4246 Psa 145:14 | HEERE ondersteunt allen, die vallen, en Hij richt op 4247 Psa 145:18 | De HEERE is nabij allen, die Hem aanroepen, allen, die 4248 Psa 145:18 | die Hem aanroepen, allen, die Hem aanroepen in der waarheid. ~ 4249 Psa 145:19 | het welbehagen dergenen, die Hem vrezen, en Hij hoort 4250 Psa 145:20 | HEERE bewaart al degenen, die Hem liefhebben; maar Hij 4251 Psa 146:5 | 5 Welgelukzalig is hij, die den God Jakobs tot zijn 4252 Psa 146:6 | 6 Die den hemel en de aarde gemaakt 4253 Psa 146:6 | en al wat in dezelve is; Die trouwe houdt in der eeuwigheid. ~ 4254 Psa 146:7 | 7 Die den verdrukte recht doet, 4255 Psa 146:7 | den verdrukte recht doet, Die den hongerige brood geeft; 4256 Psa 147:8 | 8 Die de hemelen met wolken bedekt, 4257 Psa 147:8 | hemelen met wolken bedekt, Die voor de aarde regen bereidt; 4258 Psa 147:8 | de aarde regen bereidt; Die het gras op de bergen doet 4259 Psa 147:9 | 9 Die het vee zijn voeder geeft; 4260 Psa 147:11 | een welgevallen aan hen, die Hem vrezen, die op Zijn 4261 Psa 147:11 | aan hen, die Hem vrezen, die op Zijn goedertierenheid 4262 Psa 147:14 | 14 Die uw landpalen in vrede stelt; 4263 Psa 147:20 | gedaan; en Zijn rechten, die kennen zij niet. Hallelujah! ~  ~ 4264 Psa 148:4 | hemelen! en gij wateren, die boven de hemelen zijt! ~ 4265 Psa 148:6 | heeft hun een orde gegeven, die geen van hen zal overtreden. ~ 4266 Psa 148:8 | en damp; gij stormwind, die Zijn woord doet! ~ 4267 Psa 149:2 | zich verblijde in Dengene, Die hem gemaakt heeft; dat de 4268 Psa 149:5 | van vreugde opspringen, om die eer; dat zij juichen op 4269 Spre 1:5 | 5      Die wijs is, zal horen, en zal 4270 Spre 1:5 | zal in lere toenemen; en die verstandig is, zal wijzen 4271 Spre 1:12 | ja, geheel en al, gelijk die in den kuil nederdalen; ~ 4272 Spre 1:19 | paden van een iegelijk, die gierigheid pleegt; zij zal 4273 Spre 1:24 | heb, en er niemand was, die opmerkte; ~ 4274 Spre 1:33 | 33      Maar die naar Mij hoort, zal zeker 4275 Spre 2:7 | is een Schild dengenen, die oprechtelijk wandelen; ~ 4276 Spre 2:12 | kwaden weg, van den man, die verkeerdheden spreekt; ~ 4277 Spre 2:13 | 13      Van degenen, die de paden der oprechtheid 4278 Spre 2:14 | 14      Die blijde zijn in het kwaad 4279 Spre 2:16 | vrouw, van de onbekende, die met haar redenen vleit; ~ 4280 Spre 2:17 | 17      Die den leidsman harer jonkheid 4281 Spre 2:19 | 19      Allen die tot haar ingaan, zullen 4282 Spre 3:13 | Welgelukzalig is de mens, die wijsheid vindt, en de mens, 4283 Spre 3:13 | wijsheid vindt, en de mens, die verstandigheid voortbrengt! ~ 4284 Spre 3:18 | boom des levens dengenen, die ze aangrijpen, en elkeen, 4285 Spre 3:18 | ze aangrijpen, en elkeen, die ze vasthoudt, wordt gelukzalig. ~ 4286 Spre 4:22 | zijn het leven dengenen, die ze vinden, en een medicijn 4287 Spre 6:17 | een valse tong, en handen, die onschuldig bloed vergieten; ~ 4288 Spre 6:18 | gedachten smeedt; voeten, die zich haasten, om tot kwaad 4289 Spre 6:19 | 19      Een vals getuige, die leugenen blaast; en die 4290 Spre 6:19 | die leugenen blaast; en die tussen broederen krakelen 4291 Spre 6:26 | Want door een vrouw, die een hoer is, komt men tot 4292 Spre 6:29 | 29      Alzo die tot zijns naasten huisvrouw 4293 Spre 6:32 | 32      Maar die met een vrouw overspel doet, 4294 Spre 6:32 | hij verderft zijn ziel, die dat doet; ~ 4295 Spre 7:5 | vrouw, voor de onbekende, die met haar redenen vleit. ~ 4296 Spre 8:9 | alle recht voor dengene, die verstandig is, en rechtmatig 4297 Spre 8:9 | rechtmatig voor degenen, die wetenschap vinden. ~ 4298 Spre 8:17 | 17      Ik heb lief, die Mij liefhebben; en die Mij 4299 Spre 8:17 | die Mij liefhebben; en die Mij vroeg zoeken, zullen 4300 Spre 8:32 | welgelukzalig zijn zij, die Mijn wegen bewaren. ~ 4301 Spre 8:33 | wordt wijs, en verwerpt die niet. ~ 4302 Spre 8:34 | Welgelukzalig is de mens, die naar Mij hoort, dagelijks 4303 Spre 8:35 | 35      Want die Mij vindt, vindt het leven, 4304 Spre 8:36 | 36      Maar die tegen Mij zondigt, doet 4305 Spre 8:36 | ziel geweld aan; allen, die Mij haten, hebben den dood 4306 Spre 9:7 | behaalt zich schande; en die den goddeloze bestraft, 4307 Spre 9:15 | Om te roepen degenen, die op den weg voorbijgaan, 4308 Spre 9:15 | op den weg voorbijgaan, die hun paden recht maken, zeggende: ~ 4309 Spre 10:4 | 4      Die met een bedriegelijke hand 4310 Spre 10:5 | 5      Die in den zomer vergadert, 4311 Spre 10:5 | een verstandig zoon; maar die in den oogst vast slaapt, 4312 Spre 10:5 | vast slaapt, is een zoon die beschaamd maakt. ~ 4313 Spre 10:8 | 8      Die wijs van hart is, neemt 4314 Spre 10:8 | neemt de geboden aan; maar die dwaas is van lippen, zal 4315 Spre 10:9 | 9      Die in oprechtheid wandelt, 4316 Spre 10:9 | wandelt, wandelt zeker; maar die zijn wegen verkeert, zal 4317 Spre 10:10 | 10      Die met het oog wenkt, richt 4318 Spre 10:17 | tot het leven is desgenen die de tucht bewaart; maar die 4319 Spre 10:17 | die de tucht bewaart; maar die de bestraffing verlaat, 4320 Spre 10:18 | 18      Die den haat bedekt, is van 4321 Spre 10:18 | is van valse lippen, en die een kwaad gerucht voortbrengt, 4322 Spre 10:19 | de overtreding niet; maar die zijn lippen wederhoudt, 4323 Spre 10:22 | De zegen des HEEREN, die maakt rijk; en Hij voegt 4324 Spre 10:24 | De vreze des goddelozen, die zal hem overkomen; maar 4325 Spre 10:26 | zo is de luie dengenen, die hem uitzenden. ~ 4326 Spre 11:12 | 12      Die verstandeloos is, veracht 4327 Spre 11:13 | 13      Die als een achterklapper wandelt, 4328 Spre 11:13 | openbaart het heimelijke; maar die getrouw is van geest, bedekt 4329 Spre 11:15 | maar wie degenen haat, die in de hand klappen, is zeker. ~ 4330 Spre 11:17 | doet zijn ziel wel; maar die wreed is, beroert zijn vlees. ~ 4331 Spre 11:18 | werk; maar voor degene, die gerechtigheid zaait, is 4332 Spre 11:19 | gerechtigheid ten leven, gelijk die het kwade najaagt, naar 4333 Spre 11:22 | 22      Een schone vrouw, die van rede afwijkt, is een 4334 Spre 11:24 | 24      Er is een, die uitstrooit, denwelken nog 4335 Spre 11:24 | toegedaan wordt; en een, die meer inhoudt dan recht is, 4336 Spre 11:25 | zal vet gemaakt worden; en die bevochtigt, zal ook zelf 4337 Spre 11:28 | zijn rijkdom vertrouwt, die zal vallen; maar de rechtvaardigen 4338 Spre 11:29 | een knecht zijn desgenen, die wijs van hart is. ~ 4339 Spre 12:1 | Wie de tucht liefheeft, die heeft de wetenschap lief; 4340 Spre 12:4 | kroon haars heren; maar die beschaamt maakt, is als 4341 Spre 12:8 | verstandigheid is; maar die verkeerd van hart is, zal 4342 Spre 12:9 | 9      Beter is, die zich gering acht, en een 4343 Spre 12:9 | en een knecht heeft, dan die zichzelven eert, en des 4344 Spre 12:11 | 11      Die zijn land bouwt, zal van 4345 Spre 12:11 | brood verzadigd worden; maar die ijdele mensen volgt, is 4346 Spre 12:15 | recht in zijn ogen; maar die naar raad hoort, is wijs. ~ 4347 Spre 12:16 | zelven dage bekend; maar die kloekzinnig is, bedekt de 4348 Spre 12:17 | 17      Die waarheid voortbrengt, maakt 4349 Spre 12:18 | 18      Daar is een, die woorden als steken van een 4350 Spre 12:20 | is in het hart dergenen, die kwaad smeden; maar degenen 4351 Spre 12:20 | kwaad smeden; maar degenen die vrede raden, hebben blijdschap. ~ 4352 Spre 12:22 | den HEERE een gruwel; maar die trouwelijk handelen, zijn 4353 Spre 13:3 | 3      Die zijn mond bewaart, behoudt 4354 Spre 13:3 | voor hem is verstoring, die zijn lippen wijd opendoet. ~ 4355 Spre 13:7 | 7      Er is een, die zichzelven rijk maakt, en 4356 Spre 13:7 | niet met al heeft, en een, die zichzelven arm maakt, en 4357 Spre 13:11 | verminderd worden; maar die met de hand vergadert, zal 4358 Spre 13:12 | hart; maar de begeerte, die komt, is een boom des levens. ~ 4359 Spre 13:13 | 13      Die het woord veracht, die zal 4360 Spre 13:13 | Die het woord veracht, die zal verdorven worden; maar 4361 Spre 13:18 | en schande is desgenen, die de tucht verwerpt; maar 4362 Spre 13:18 | de tucht verwerpt; maar die de bestraffing waarneemt; 4363 Spre 13:19 | 19      De begeerte, die geschiedt, is zoet voor 4364 Spre 13:20 | 20      Die met de wijzen omgaat, zal 4365 Spre 13:20 | omgaat, zal wijs worden; maar die der zotten metgezel is, 4366 Spre 13:23 | spijze; maar daar is een, die verteerd wordt door gebrek 4367 Spre 13:24 | 24      Die zijn roede inhoudt, haat 4368 Spre 13:24 | inhoudt, haat zijn zoon; maar die hem liefheeft, zoekt hem 4369 Spre 14:1 | vrouw bouwt haar huis; maar die zeer dwaas is, breekt het 4370 Spre 14:2 | 2      Die in zijn oprechtheid wandelt, 4371 Spre 14:2 | vreest den HEERE; maar die afwijkt in zijn wegen, veracht 4372 Spre 14:12 | 12      Er is een weg, die iemand recht schijnt; maar 4373 Spre 14:13 | hebben; en het laatste van die blijdschap is droefheid. ~ 4374 Spre 14:14 | 14      Die afkerig van hart is, zal 4375 Spre 14:17 | 17      Die haastig is tot toorn, zal 4376 Spre 14:21 | 21      Die zijn naaste veracht, zondigt; 4377 Spre 14:21 | naaste veracht, zondigt; maar die zich der nederigen ontfermt, 4378 Spre 14:21 | der nederigen ontfermt, die is welgelukzalig. ~ 4379 Spre 14:22 | 22      Dwalen zij niet, die kwaad stichten? Maar weldadigheid 4380 Spre 14:22 | en trouw is voor degenen, die goed stichten. ~ 4381 Spre 14:25 | getuige redt de zielen; maar die leugens blaast, is een bedrieger. ~ 4382 Spre 14:29 | groot van verstand; maar die haastig is van gemoed, verheft 4383 Spre 14:31 | 31      Die den arme verdrukt, smaadt 4384 Spre 14:31 | smaadt deszelfs Maker; maar die zich des nooddruftigen ontfermt, 4385 Spre 14:35 | verbolgenheid zal zijn over dengene, die beschaamd maakt. ~  ~ 4386 Spre 15:5 | zijns vaders versmaden; maar die de bestraffing waarneemt, 4387 Spre 15:9 | HEERE een gruwel; maar dien, die de gerechtigheid najaagt, 4388 Spre 15:10 | onaangenaam voor dengene die het pad verlaat; en die 4389 Spre 15:10 | die het pad verlaat; en die de bestraffing haat, zal 4390 Spre 15:12 | spotter zal niet liefhebben, die hem bestraft; hij zal niet 4391 Spre 15:27 | 27      Die gierigheid pleegt, beroert 4392 Spre 15:27 | beroert zijn huis; maar die geschenken haat, zal leven. ~ 4393 Spre 15:32 | 32      Die de tucht verwerpt, die versmaadt 4394 Spre 15:32 | Die de tucht verwerpt, die versmaadt zijn ziel; maar 4395 Spre 15:32 | versmaadt zijn ziel; maar die de bestraffing hoort, krijgt 4396 Spre 16:13 | hen zal liefhebben dien, die rechte dingen spreekt. ~ 4397 Spre 16:14 | doods; maar een wijs man zal die verzoenen. ~ 4398 Spre 16:17 | hij behoedt zijn ziel, die zijn weg bewaart. ~ 4399 Spre 16:20 | 20      Die op het woord verstandelijk 4400 Spre 16:20 | zal het goede vinden; en die op den HEERE vertrouwt, 4401 Spre 16:22 | Het verstand dergenen, die het bezitten, is een springader 4402 Spre 16:25 | 25      Er is een weg, die iemand recht schijnt; maar 4403 Spre 16:29 | hij leidt hem in een weg, die niet goed is. ~ 4404 Spre 16:32 | beter dan de sterke; en die heerst over zijn geest, 4405 Spre 16:32 | heerst over zijn geest, dan die een stad inneemt. ~ 4406 Spre 17:2 | zal heersen over een zoon, die beschaamd maakt, en in het 4407 Spre 17:5 | 5      Die den arme bespot, smaadt 4408 Spre 17:5 | smaadt deszelfs Maker; die zich verblijdt in het verderf, 4409 Spre 17:9 | 9      Die de overtreding toedekt, 4410 Spre 17:9 | toedekt, zoekt liefde; maar die de zaak weder ophaalt, scheidt 4411 Spre 17:12 | 12      Dat een beer, die van jongen beroofd is, een 4412 Spre 17:13 | 13      Die kwaad voor goed vergeldt, 4413 Spre 17:14 | krakeels is gelijk een, die het water opening geeft; 4414 Spre 17:15 | den HEERE een gruwel, ja, die beiden. ~ 4415 Spre 17:19 | 19      Die het gekijf liefheeft, heeft 4416 Spre 17:19 | heeft de overtreding lief; die zijn deur verhoogt, zoekt 4417 Spre 17:20 | het goede niet vinden; en die verkeerd is met zijn tong, 4418 Spre 17:21 | Wie een zot genereert, die zal hem tot droefheid zijn; 4419 Spre 17:25 | bittere droefheid voor degene, die hem gebaard heeft. ~ 4420 Spre 17:28 | 28      Een dwaas zelfs, die zwijgt, zal wijs geacht 4421 Spre 17:28 | zal wijs geacht worden, en die zijn lippen toesluit, verstandig. ~  ~  ~  ~ ~ 4422 Spre 18:1 | 1      Die zich afzondert, tracht naar 4423 Spre 18:8 | oorblazers zijn als dergenen, die geslagen zijn, en die dalen 4424 Spre 18:8 | dergenen, die geslagen zijn, en die dalen in het binnenste des 4425 Spre 18:9 | 9      Ook die zich slap aanstelt in zijn 4426 Spre 18:9 | slap aanstelt in zijn werk, die is een broeder van een doorbrenger. ~ 4427 Spre 18:13 | 13      Die antwoord geeft, eer hij 4428 Spre 18:17 | 17      Die de eerste is in zijn twistzaak, 4429 Spre 18:21 | der tong; en een ieder, die ze liefheeft, zal haar vrucht 4430 Spre 18:22 | 22      Die een vrouw gevonden heeft, 4431 Spre 18:24 | 24      Een man, die vrienden heeft, heeft zich 4432 Spre 18:24 | want er is een liefhebber, die meer aankleeft dan een broeder. ~  ~ 4433 Spre 19:1 | verkeerde van lippen, en die een zot is. ~ 4434 Spre 19:2 | wetenschap niet goed; en die met de voeten haastig is, 4435 Spre 19:5 | niet onschuldig zijn; en die leugen blaast, zal niet 4436 Spre 19:6 | is een vriend desgenen, die giften geeft. ~ 4437 Spre 19:7 | loopt hen na met woorden die niets zijn. ~ 4438 Spre 19:8 | 8      Die verstand bekomt, heeft zijn 4439 Spre 19:9 | niet onschuldig zijn; en die leugen blaast, zal vergaan. ~ 4440 Spre 19:16 | 16      Die het gebod bewaart, bewaart 4441 Spre 19:16 | bewaart, bewaart zijn ziel; die zijn wegen veracht, zal 4442 Spre 19:17 | 17      Die zich des armen ontfermt, 4443 Spre 19:19 | 19      Die groot is van grimmigheid, 4444 Spre 19:21 | maar de raad des HEEREN, die zal bestaan. ~ 4445 Spre 19:26 | moeder verjaagt, is een zoon, die beschaamd maakt, en schande 4446 Spre 20:2 | brullen eens jongen leeuws; die zich tegen hem vergramt, 4447 Spre 20:10 | den HEERE een gruwel, ja die beide. ~ 4448 Spre 20:12 | heeft de HEERE gemaakt, ja, die beide. ~ 4449 Spre 20:19 | 19      Die als een achterklapper wandelt, 4450 Spre 20:19 | vermeng u dan niet met hem, die met zijn lippen verlokt. ~ 4451 Spre 21:5 | overschot; maar van een ieder, die haastig is, alleen tot gebrek. ~ 4452 Spre 21:6 | voortgedrevene ijdelheid dergenen, die den dood zoeken. ~ 4453 Spre 21:13 | 13      Die zijn oor stopt voor het 4454 Spre 21:13 | het geschrei des armen, die zal ook roepen, en niet 4455 Spre 21:16 | 16      Een mens, die van den weg des verstands 4456 Spre 21:17 | 17      Die blijdschap liefheeft, die 4457 Spre 21:17 | Die blijdschap liefheeft, die zal gebrek lijden; die wijn 4458 Spre 21:17 | die zal gebrek lijden; die wijn en olie liefheeft, 4459 Spre 21:21 | 21      Die rechtvaardigheid en weldadigheid 4460 Spre 21:23 | 23      Die zijn mond en zijn tong bewaart, 4461 Spre 21:24 | 24      Die een hovaardig pocher is, 4462 Spre 21:28 | zal vergaan; en een man, die hoort, zal spreken tot overwinning. ~ 4463 Spre 21:29 | aangezicht; maar de oprechte, die maakt zijn weg vast. ~ 4464 Spre 22:5 | den weg des verkeerden; die zijn ziel bewaart, zal zich 4465 Spre 22:5 | bewaart, zal zich verre van die maken. ~ 4466 Spre 22:7 | heerst over de armen; en die ontleent, is des leners 4467 Spre 22:8 | 8      Die onrecht zaait, zal moeite 4468 Spre 22:9 | 9      Die goed van oog is, die zal 4469 Spre 22:9 | Die goed van oog is, die zal gezegend worden; want 4470 Spre 22:11 | 11      Die de reinheid des harten liefheeft, 4471 Spre 22:16 | 16      Die den arme verdrukt, om het 4472 Spre 22:18 | het is liefelijk, als gij die in uw binnenste bewaart; 4473 Spre 22:19 | den HEERE zij, maak ik u die heden bekend; gij ook maak 4474 Spre 22:21 | antwoorden moogt dengenen, die u zenden. ~ 4475 Spre 22:23 | twisten, en Hij zal dengenen, die hen beroven, de ziel roven. ~ 4476 Spre 22:26 | Wees niet onder degenen, die in de hand klappen, onder 4477 Spre 22:26 | klappen, onder degenen, die voor schulden borg zijn. ~ 4478 Spre 22:28 | de oude palen niet terug, die uw vaderen gemaakt hebben. ~ 4479 Spre 22:29 | Hebt gij een man gezien, die vaardig in zijn werk is? 4480 Spre 23:1 | scherpelijk letten op dengene, die voor uw aangezicht is. ~ 4481 Spre 23:5 | maken gelijk een arend, die naar den hemel vliegt. ~ 4482 Spre 23:6 | het brood niet desgenen, die boos is van oog, en wees 4483 Spre 23:8 | 8      Uw bete, die gij gegeten hebt, zoudt 4484 Spre 23:11 | hun Verlosser is sterk; Die zal hun twistzaak tegen 4485 Spre 23:22 | Hoor naar uw vader, die u gewonnen heeft; en veracht 4486 Spre 23:24 | zich zeer verheugen; en die een wijzen zoon gewint, 4487 Spre 23:25 | laat haar zich verheugen, die u gebaard heeft. ~ 4488 Spre 23:30 | 30      Bij degenen, die bij den wijn vertoeven; 4489 Spre 23:30 | vertoeven; bij degenen, die komen om gemengde drank 4490 Spre 23:34 | gij zult zijn, gelijk een, die in het hart van de zee slaapt; 4491 Spre 23:34 | zee slaapt; en gelijk een, die in het opperste van den 4492 Spre 24:8 | 8      Die denkt om kwaad te doen, 4493 Spre 24:11 | 11      Red degenen, die ter dood gegrepen zijn; 4494 Spre 24:12 | weten dat niet; zal Hij, Die de harten weegt, dat niet 4495 Spre 24:12 | weegt, dat niet merken? En Die uwe ziel gadeslaat, zal 4496 Spre 24:21 | vermeng u niet met hen, die naar verandering staan; ~ 4497 Spre 24:24 | 24      Die tot den goddeloze zegt: 4498 Spre 24:25 | Maar voor degenen, die hem bestraffen, zal liefelijkheid 4499 Spre 24:26 | lippen kussen desgenen, die rechte woorden antwoordt. ~ 4500 Spre 25:1 | ook spreuken van Salomo, die de mannen van Hizkia, den


1-500 | 501-1000 | 1001-1500 | 1501-2000 | 2001-2500 | 2501-3000 | 3001-3500 | 3501-4000 | 4001-4500 | 4501-5000 | 5001-5500 | 5501-6000 | 6001-6500 | 6501-7000 | 7001-7500 | 7501-8000 | 8001-8500 | 8501-9000 | 9001-9500 | 9501-9551

Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License