Book Chapter: Verse
1 Gen 7:3 | wijfje, om zaad levend te houden op de ganse aarde. ~
2 Gen 16:9 | Gij nu zult Mijn verbond houden, gij, en uw zaad na u, in
3 Gen 16:10 | Mijn verbond, dat gijlieden houden zult tussen Mij en tussen
4 Gen 17:19 | en zij den weg des HEEREN houden, om te doen gerechtigheid
5 Exo 6:4 | Egyptenaars in dienstbaarheid houden, en Ik heb aan Mijn verbond
6 Exo 12:17 | daarom zult gij dezen dag houden, onder uw geslachten, tot
7 Exo 12:42 | den HEERE op het vlijtigst houden, omdat Hij hen uit Egypteland
8 Exo 12:48 | en den HEERE het pascha houden zal, dat alles, wat mannelijk
9 Exo 12:48 | kome hij daartoe, om dat te houden, en hij zal wezen als een
10 Exo 13:5 | zo zult gij dezen dienst houden in deze maand. ~
11 Exo 16:28 | lang weigert gijlieden te houden Mijn geboden en Mijn wetten? ~
12 Exo 19:5 | gehoorzamen, en Mijn verbond houden, zo zult gij Mijn eigendom
13 Exo 20:7 | HEERE zal niet onschuldig houden, die Zijn Naam ijdellijk
14 Exo 23:14 | jaar zult gij Mij feest houden. ~
15 Exo 23:15 | ongezuurde broden zult gij houden; zeven dagen zult gij ongezuurde
16 Exo 31:16 | kinderen Israels de sabbat houden, de sabbat onderhoudende
17 Exo 34:41 | ongezuurde broden zult gij houden; zeven dagen zult gij ongezuurde
18 Exo 34:45 | feest der weken zult gij ook houden, zijnde het feest der eerstelingen
19 Lev 18:4 | Mijn inzettingen zult gij houden, om in die te wandelen;
20 Lev 18:5 | en Mijn rechten zult gij houden; welk mens dezelve zal doen,
21 Lev 19:3 | vrezen, en Mijn sabbatten houden; Ik ben de HEERE, uw God! ~
22 Lev 19:19 | Gij zult Mijn inzettingen houden; gij zult geen tweeerlei
23 Lev 19:30 | Gij zult Mijn sabbatten houden, en Mijn heiligdom zult
24 Lev 22:31 | Daarom zult gij Mijn geboden houden, en dezelve doen; Ik ben
25 Lev 25:2 | Mijn sabbatten zult gij houden, en Mijn heiligdommen zult
26 Lev 25:3 | wandelen, en Mijn geboden houden, en die doen zult; ~
27 Num 9:2 | kinderen Israels het pascha houden zouden, op zijn gezetten
28 Num 9:3 | twee avonden zult gij dat houden, op zijn gezetten tijd;
29 Num 9:3 | zijn rechten zult gij dat houden. ~
30 Num 9:4 | dat zij het pascha zouden houden. ~
31 Num 9:6 | pascha niet hadden kunnen houden; daarom naderden zij voor
32 Num 9:10 | nog den HEERE het pascha houden. ~
33 Num 9:11 | avonden, zullen zij dat houden; met ongezuurde broden en
34 Num 9:12 | het pascha zullen zij dat houden. ~
35 Num 9:13 | nalaten zal het pascha te houden, zo zal diezelve ziel uit
36 Num 9:14 | het pascha den HEERE ook houden zal, naar de inzetting van
37 Num 9:14 | wijze, alzo zal hij het houden; het zal enerlei inzetting
38 Deu 4:40 | 40 En gij zult houden Zijn inzettingen en Zijn
39 Deu 5:11 | HEERE zal niet onschuldig houden dengene, die Zijn Naam ijdellijk
40 Deu 5:15 | geboden, dat gij den sabbatdag houden zult. ~
41 Deu 6:2 | HEERE, uw God, vrezet, om te houden al Zijn inzettingen, en
42 Deu 6:17 | HEEREN, uws Gods, vlijtig houden, mitsgaders Zijn getuigenissen,
43 Deu 7:9 | liefhebben, en Zijn geboden houden tot in duizend geslachten. ~
44 Deu 7:12 | deze rechten zult horen, en houden, en dezelve doen, dat de
45 Deu 7:12 | verbond en de weldadigheid zal houden, die Hij uw vaderen gezworen
46 Deu 8:2 | of gij Zijn geboden zoudt houden, of niet. ~
47 Deu 8:11 | vergeet, dat gij niet zoudt houden Zijn geboden, en Zijn rechten,
48 Deu 10:13 | 13 Om te houden de geboden des HEEREN, en
49 Deu 13:4 | en Zijn geboden zult gij houden, en Zijn stem gehoorzaam
50 Deu 13:18 | zult gehoorzaam zijn, om te houden al Zijn geboden, die ik
51 Deu 16:10 | God, het feest der weken houden; het zal een vrijwillige
52 Deu 16:12 | gij zult deze inzettingen houden en doen. ~
53 Deu 16:13 | loofhutten zult gij u zeven dagen houden, als gij zult hebben ingezameld
54 Deu 16:15 | den HEERE, uw God, feest houden, in de plaats, die de HEERE
55 Deu 23:7 | zult gij voor geen gruwel houden, want hij is uw broeder;
56 Deu 23:7 | zult gij voor geen gruwel houden want gij zijt een vreemdeling
57 Deu 23:23 | uw lippen gaat, zult gij houden en doen; gelijk als gij
58 Deu 26:17 | wandelen in Zijn wegen, en houden Zijn inzettingen, en Zijn
59 Deu 26:18 | gij al Zijn geboden zult houden; ~
60 Deu 28:9 | des HEEREN, uws Gods, zult houden, en in Zijn wegen wandelen. ~
61 Deu 28:13 | die ik u heden gebiede te houden en te doen; ~
62 Deu 28:45 | zult geweest zijn, om te houden Zijn geboden en Zijn inzettingen,
63 Deu 30:16 | wegen te wandelen, en te houden Zijn geboden, en Zijn inzettingen,
64 Deu 32:27 | tegenpartijen zich vreemd mochten houden; dat zij niet mochten zeggen:
65 Ric 2:22 | den weg des HEEREN zullen houden, om daarin te wandelen,
66 Rut 2:8 | weggaan, maar hier zult gij u houden bij mijn maagden. ~
67 Rut 2:21 | gezegd heeft: Gij zult u houden bij de jongens, die ik heb,
68 2Sa 6:22 | zal ik mij nog geringer houden dan alzo, en zal nederig
69 1Kon 8:50| dergenen, die ze gevangen houden, opdat zij zich hunner ontfermen; ~
70 1Kon 8:58| wegen te wandelen, en om te houden Zijn geboden, en Zijn inzettingen,
71 1Kon 8:61| inzettingen, en Zijn geboden te houden, gelijk te dezen dage. ~
72 1Kon 9:4 | inzettingen en Mijn rechten houden zult; ~
73 1Kon 9:6 | Mij na te volgen, en niet houden zult Mijn geboden en Mijn
74 2Kon 25:3 | harte en met ganser ziele te houden, bevestigende de woorden
75 1Kro 12:33| duizend; en om een slagorde te houden met een onwankelbaar hart; ~
76 1Kro 12:36| het heir, om krijgsorde te houden, waren veertig duizend; ~
77 1Kro 12:38| zich in slagorde konden houden, kwamen met een volkomen
78 1Kro 13:9 | zijn hand uit, om de ark te houden, want de runderen struikelden. ~
79 1Kro 30:19| een volkomen hart, om te houden Uw geboden, Uw getuigenissen
80 2Kro 5:11| zonder de verdelingen te houden; ~
81 2Kro 6:11| zonder de verdelingen te houden; ~
82 2Kro 8:17| inzettingen en Mijn rechten houden zult; ~
83 2Kro 19:34| zich met den wagen staande houden tegenover de Syriers, tot
84 2Kro 30:1 | den God Israels, pascha te houden. ~
85 2Kro 30:2 | Jeruzalem, om het pascha te houden, in de tweede maand. ~
86 2Kro 30:3 | zij hadden het niet kunnen houden te dierzelfder tijd, omdat
87 2Kro 30:5 | HEERE, den God Israels, te houden in Jeruzalem; want zij hadden
88 2Kro 30:13| der ongezuurde broden te houden, in de tweede maand, een
89 2Kro 30:23| om andere zeven dagen te houden, hielden zij nog zeven dagen
90 2Kro 31:10| verzadigd te worden, ja, over te houden tot overvloed toe; want
91 2Kro 35:16| dag beschikt, om pascha te houden, en brandofferen op het
92 2Kro 36:16| dag beschikt, om pascha te houden, en brandofferen op het
93 Neh 1:5 | liefhebben, en Zijn geboden houden. ~
94 Neh 1:9 | bekeren, en Mijn geboden houden, en die doen; al waren uw
95 Neh 10:29 | Mozes; en dat zij zouden houden, en dat zij zouden doen
96 Est 52:14 | zij deze twee dagen zouden houden, naar het voorschrift derzelve,
97 Job 3:17 | 17 Daar houden de bozen op van beroering,
98 Job 9:28 | mij niet onschuldig zult houden. ~
99 Job 10:14 | Gij mij niet onschuldig houden. ~
100 Job 19:14 | 14 Mijn nabestaanden houden op, en mijn bekenden vergeten
101 Job 36:17 | het gericht en het recht houden u vast. ~
102 Job 40:23 | afgrond voor grijzigheid houden. ~
103 Psa 5:4 | tot U schikken, en wacht houden. ~
104 Psa 19:12 | klaarlijk vermaand; in het houden van die is grote loon. ~
105 Psa 22:30 | ziel bij het leven niet kan houden. ~
106 Psa 33:19 | om hen bij het leven te houden in den honger. ~
107 Psa 34:19 | om hen bij het leven te houden in den honger. ~
108 Psa 64:6 | zichzelven in een boze zaak; zij houden spraak van strikken te verbergen;
109 Psa 66:7 | met Zijn macht; Zijn ogen houden wacht over de heidenen;
110 Psa 89:29 | goedertierenheid in eeuwigheid houden, en Mijn verbond zal hem
111 Psa 89:32 | ontheiligen, en Mijn geboden niet houden; ~
112 Psa 103:18 | degenen, die Zijn verbond houden, en die aan Zijn bevelen
113 Psa 119:9 | jongeling zijn pad zuiver houden? Als hij dat houdt naar
114 Psa 119:33 | inzettingen, en ik zal hem houden ten einde toe. ~
115 Psa 119:34 | verstand, en ik zal Uw wet houden; ja, ik zal ze onderhouden
116 Psa 119:172| 172 Mijn tong zal spraak houden van Uw rede, want al Uw
117 Psa 132:12 | zonen Mijn verbond zullen houden, en Mijn getuigenissen,
118 Psa 139:10 | en Uw rechterhand zou mij houden. ~
119 Spre 2:8 | zij de paden des rechts houden; en Hij zal den weg Zijner
120 Spre 2:11| bedachtzaamheid over u de wacht houden, de verstandigheid zal u
121 Spre 4:25| oogleden zich recht voor u heen houden. ~
122 Spre 5:5 | naar den dood, haar treden houden de hel vast. ~
123 Spre 6:22| zal het over u de wacht houden; als gij wakker wordt, zal
124 Spre 18:24| heeft zich vriendelijk te houden; want er is een liefhebber,
125 Pred 2:3 | nagespeurd, om mijn vlees op te houden in den wijn, (nochtans leidende
126 Pred 2:3 | om de dwaasheid vast te houden, totdat ik zou zien wat
127 Pred 8:8 | geest, om den geest in te houden; en hij heeft geen heerschappij
128 Hoo 3:8 | Die altemaal zwaarden houden, geleerd ten oorlog, elk
129 Jes 10:29 | door den doorgang, te Geba houden zij hun vernachting; Rama
130 Jes 14:2 | zij zullen gevangen houden degenen, die hen gevangen
131 Jes 26:21 | doodgeslagenen niet langer bedekt houden. ~ ~
132 Jes 30:22 | gijlieden zult voor onrein houden het deksel uwer zilveren
133 Jes 33:23 | niet kunnen recht stijf houden, zij zullen het zeil niet
134 Jes 57:4 | gesnedenen, die Mijn sabbatten houden, en verkiezen hetgeen, waartoe
135 Jes 64:15 | barmhartigheden? Zij houden zich tegen mij in. ~
136 Jer 2:13 | bakken, die geen water houden. ~
137 Jer 8:5 | altoosdurende afkering? Zij houden vast aan bedrog, zij weigeren
138 Jer 25:31 | volken, Hij zal gericht houden met alle vlees; de goddelozen
139 Jer 30:11 | en u niet gans onschuldig houden. ~
140 Jer 44:25 | beloofd hebben, ganselijk houden, rokende aan Melecheth des
141 Jer 46:28 | en u niet gans onschuldig houden. ~ ~
142 Jer 47:6 | lang zult gij niet stil houden? Vaar in uw schede, rust
143 Jer 47:7 | 7 Hoe zoudt gij stil houden? De HEERE heeft toch aan
144 Klaa 2:14| 14 De ouden houden op van de poort, de jongelingen
145 Eze 44:24 | Mijn gezette hoogtijden houden, en Mijn sabbatten
146 Dan 9:4 | liefhebben en Zijn geboden houden. ~
147 Zac 11:5 | bezitters hen doden, en houden het voor geen schuld; en
148 Matt 5:33| gij zult den Heere uw eden houden. ~
149 Matt 18:23| met zijn dienstknechten houden wilde. ~
150 Matt 21:26| wij de schare; want zij houden allen Johannes voor een
151 Matt 23:3 | wat zij u zeggen, dat gij houden zult, houdt dat en doet
152 Matt 26:18| Ik zal bij u het pascha houden met Mijn discipelen. ~
153 Mark 3:21| zij uit, om Hem vast te houden; want zij zeiden: Hij is
154 Mark 7:4 | zij aangenomen hebben te houden, als namelijk de wassingen
155 Luk 11:53 | en Farizeen hard aan te houden, en Hem van vele dingen
156 Luk 14:9 | schaamte de laatste plaats te houden. ~
157 Luk 14:12 | middagmaal of avondmaal zult houden, zo roep niet uw vrienden,
158 Luk 14:13 | wanneer gij een maaltijd zult houden, zo nood armen, verminkten,
159 Luk 20:6 | volk stenigen; want zij houden voor zeker, dat Johannes
160 Joha 4:9 | vrouw ben? Want de Joden houden geen gemeenschap met de
161 Joha 5:27| gegeven, ook gericht te houden, omdat Hij des mensen Zoon
162 Hand 12:21| toekomende feest te Jeruzalem houden; doch ik zal tot u wederkeren,
163 Rom 1:18 | ongerechtigheid ten onder houden. ~
164 Rom 1:28 | heeft God in erkentenis te houden, zo heeft God hen overgegeven
165 1Kor 5:8 | 8 Zo dan laat ons feest houden, niet in den ouden zuurdesem,
166 2Kor 11:9 | bezwaren, en zal mij nog alzo houden. ~
167 Gal 6:13 | zijzelven, die besneden worden, houden de wet niet; maar zij willen,
168 Heb 2:1 | Daarom moeten wij ons te meer houden aan hetgeen van ons gehoord
169 Heb 6:18 | voorgestelde hoop vast te houden; ~
170 Heb 10:23 | belijdenis der hoop vast houden; (want Die het beloofd heeft,
171 Heb 12:28 | laat ons de genade vast houden, door dewelke wij welbehagelijk
172 Jako 2:10| Want wie de gehele wet zal houden, en in een zal struikelen,
173 Jako 3:2 | gehele lichaam in den toom te houden. ~
174 Jako 5:11| 11 Ziet, wij houden hen gelukzalig, die verdragen;
175 1Pet 4:4 | 4 Waarin zij zich vreemd houden, als gij niet medeloopt
176 Jud 1:15 | 15 Om gericht te houden tegen allen, en te straffen
177 Open 2:14| die de lering van Balaam houden, die Balak leerde den kinderen
178 Open 2:15| de lering der Nikolaieten houden; hetwelk Ik haat. ~
179 Open 3:20| Ik zal met hem avondmaal houden, en hij met Mij. ~
|