Book Chapter: Verse
1 Gen 19:8 | al deze woorden voor hun oren. En die mannen vreesden
2 Gen 22:10 | antwoordde Abraham, voor de oren van de zonen Heths, van
3 Gen 22:13 | sprak tot Efron, voor de oren van het volk des lands,
4 Gen 22:16 | hij gesproken had voor de oren van de zonen Heths, vierhonderd
5 Gen 32:4 | oorsierselen, die aan hun oren waren, en Jakob verborg
6 Gen 40:18 | spreken voor mijns heren oren, en laat uw toorn tegen
7 Gen 46:4 | ogen, spreekt toch voor de oren van Farao, zeggende: ~
8 Exo 10:2 | 2 En opdat gij voor de oren uwer kinderen en uwer kindskinderen
9 Exo 11:2 | 2 Spreek nu voor de oren des volks, dat ieder man
10 Exo 15:26 | recht is in Zijn ogen, en uw oren neigt tot Zijn geboden,
11 Exo 17:14 | een boek, en leg het in de oren van Jozua, dat Ik de gedachtenis
12 Exo 24:7 | en hij las het voor de oren des volks; en zij zeiden:
13 Exo 32:2 | oorsierselen, die in de oren uwer vrouwen, uwer zonen,
14 Exo 32:3 | oorsierselen af, die in hun oren waren; en zij brachten ze
15 Exo 33:2 | oorsierselen, die in de oren uwer vrouwen, uwer zonen,
16 Exo 33:3 | oorsierselen af, die in hun oren waren; en zij brachten ze
17 Num 11:1 | dat het kwaad was in de oren des HEEREN; want de HEERE
18 Num 11:18 | eten; want gij hebt voor de oren des HEEREN geweend, zeggende:
19 Num 14:28 | gelijk als gij in Mijn oren gesproken hebt! ~
20 Num 23:18 | Balak, en hoor! Neig uw oren tot mij, gij, zoon van Zippor! ~
21 Deu 1:45 | stem niet, en neigde Zijn oren niet tot u. ~
22 Deu 5:1 | rechten, die ik heden voor uw oren spreek, dat gij ze leert
23 Deu 29:4 | noch ogen om te zien, noch oren om te horen, tot op dezen
24 Deu 31:11 | Israel uitroepen, voor hun oren; ~
25 Deu 31:28 | ambtlieden; dat ik voor hun oren deze woorden spreke, en
26 Deu 31:30 | Toen sprak Mozes, voor de oren der ganse gemeente van Israel,
27 Deu 32:1 | 1 Neig de oren, gij hemel, en ik zal spreken;
28 Deu 32:44 | woorden dezes lieds voor de oren des volks, hij en Hosea,
29 Joz 20:4 | woorden spreken voor de oren van de oudsten derzelver
30 Ric 4:27 | gij koningen, neemt ter oren, gij vorsten! Ik, den HEERE
31 Ric 6:3 | dan, roep nu uit voor de oren des volks, zeggende: Wie
32 Ric 8:2 | 2 Spreekt toch voor de oren van alle burgers van Sichem:
33 Ric 8:3 | moeder van hem, voor de oren van alle burgers van Sichem,
34 Ric 16:2 | gevloekt hebt, en ook voor mijn oren gesproken hebt, zie, dat
35 1Sa 3:11 | dien zullen zijn beide oren klinken. ~
36 1Sa 8:21 | sprak hij dezelve voor de oren des HEEREN. ~
37 1Sa 11:4 | zij deze woorden voor de oren van het volk. Toen hief
38 1Sa 15:14 | stem der schapen in mijn oren, en een stem der runderen,
39 1Sa 18:23 | spraken deze woorden voor de oren van David. Toen zeide David:
40 1Sa 22:17 | en hebben het voor mijn oren niet geopenbaard. Doch de
41 1Sa 25:24 | toch uw dienstmaagd voor uw oren spreken, en hoor de woorden
42 2Sa 3:19 | Abner sprak ook voor de oren van Benjamin. Voorts ging
43 2Sa 3:19 | om te Hebron voor Davids oren te spreken alles, wat goed
44 2Sa 7:22 | alles, wat wij met onze oren gehoord hebben. ~
45 2Sa 18:12 | Abisai, en Ithai, voor onze oren geboden, zeggende: Hoedt
46 2Sa 22:7 | mijn geroep kwam in Zijn oren.
47 2Kon 20:26| niet in het Joods, voor de oren des volks, dat op den muur
48 2Kon 21:28| dat uw woeling voor Mijn oren opgekomen is, zo Mijn gebit
49 2Kon 23:12| die het hoort, beide zijn oren klinken zullen. ~
50 2Kon 25:2 | meeste; en hij las voor hun oren al de woorden van het boek
51 1Kro 2:25| was Ram, daartoe Buna, en Oren, en Ozem en Ahia. ~
52 1Kro 17:20| alles, wat wij met onze oren gehoord hebben. ~
53 1Kro 29:8 | gemeente des HEEREN, en voor de oren onzes Gods, houdt en zoekt
54 2Kro 7:40| toch Uw ogen open en Uw oren opmerkende zijn tot het
55 2Kro 8:15| ogen open zijn, en Mijn oren opmerkende op het gebed
56 2Kro 24:19| hen, maar zij neigden de oren niet. ~
57 2Kro 34:30| toe; en men las voor hun oren al de woorden van het boek
58 Neh 8:4 | en de verstandigen; en de oren des gansen volks waren naar
59 Neh 13:1 | boek van Mozes, voor de oren des volks; en daarin werd
60 Job 13:17 | en mijn aanwijzing met uw oren. ~
61 Job 15:21 | verschrikkingen is in zijn oren; in den vrede zelven komt
62 Job 28:22 | gerucht hebben wij met onze oren gehoord. ~
63 Job 33:8 | gij hebt gezegd voor mijn oren, en ik heb de stem der woorden
64 Job 34:2 | gij verstandigen, neigt de oren naar mij. ~
65 Job 34:16 | u is, hoor dit; neig de oren tot de stem mijner woorden. ~
66 Psa 18:7 | aangezicht kwam in Zijn oren. ~
67 Psa 35:16 | rechtvaardigen, en Zijn oren tot hun geroep. ~
68 Psa 41:7 | spijsoffer; Gij hebt mij de oren doorboord; brandoffer en
69 Psa 44:2 | wij hebben het met onze oren gehoord, onze vaders hebben
70 Psa 54:4 | hoor mijn gebed; neig de oren tot de redenen mijns monds. ~
71 Psa 55:2 | God! neem mijn gebed ter oren, en verberg U niet voor
72 Psa 58:5 | een dove adder, die haar oren toestopt; ~
73 Psa 78:1 | volk! neem mijn leer ter oren; neigt ulieder oor tot de
74 Psa 84:9 | mijn gebed; neem het ter oren, o God van Jakob! Sela. ~
75 Psa 92:12 | verspieders aanschouwen; mijn oren zullen het horen, aangaande
76 Psa 115:6 | 6 Oren hebben zij, maar horen niet;
77 Psa 130:2 | naar mijn stem; laat Uw oren opmerkende zijn op de stem
78 Psa 135:17 | 17 Oren hebben zij, maar horen niet;
79 Psa 143:1 | hoor mijn gebed, neig de oren tot mijn smekingen; verhoor
80 Spre 2:2 | 2 Om uw oren naar wijsheid te doen opmerken;
81 Spre 5:13| onderwijzers, noch mijn oren geneigd tot mijn leraars! ~
82 Spre 23:12| hart tot de tucht, en uw oren tot de redenen der wetenschap. ~
83 Spre 26:17| gelijk die een hond bij de oren grijpt. ~
84 Jes 5:9 | 9 Voor mijn oren heeft de HEERE der heirscharen
85 Jes 6:10 | dezes volks vet, en maak hun oren zwaar, en sluit hun ogen,
86 Jes 6:10 | zijn ogen, noch met zijn oren hore, noch met zijn hart
87 Jes 11:3 | ook naar het gehoor Zijner oren niet bestraffen. ~
88 Jes 22:14 | heirscharen heeft Zich voor mijn oren geopenbaard, zeggende: Indien
89 Jes 30:21 | 21 En uw oren zullen horen het woord desgenen,
90 Jes 32:3 | zullen niet terugzien, en de oren dergenen, die horen, zullen
91 Jes 35:5 | opengedaan worden, en der doven oren zullen geopend worden. ~
92 Jes 36:11 | ons in het Joods, voor de oren des volks, dat op den
93 Jes 37:29 | dat uw woeling voor Mijn oren opgekomen is, zo zal Ik
94 Jes 42:20 | ze niet; of schoon hij de oren opendoet, zo hoort hij toch
95 Jes 42:23 | ulieden neemt zulks ter oren? Wie merkt op en hoort,
96 Jes 43:8 | heeft, en de doven, die oren hebben. ~
97 Jes 49:20 | beroofd waart, zeggen voor uw oren: De plaats is mij te nauw,
98 Jes 65:4 | het niet gehoord, noch met oren vernomen, en geen oog heeft
99 Jer 2:2 | Ga en roep voor de oren van Jeruzalem, zeggende:
100 Jer 5:21 | hebben, maar zien niet, die oren hebben, maar horen niet. ~
101 Jer 19:3 | ieder, die het hoort, zijn oren klinken zullen; ~
102 Jer 26:11 | gelijk als gij met uw oren gehoord hebt. ~
103 Jer 26:15 | al deze woorden voor uw oren te spreken. ~
104 Jer 28:7 | woord, dat ik spreek voor uw oren, en voor de oren des gansen
105 Jer 28:7 | voor uw oren, en voor de oren des gansen volks: ~
106 Jer 29:29 | dezen brief gelezen voor de oren van den profeet Jeremia. ~
107 Jer 36:6 | woorden des HEEREN, voor de oren des volks, in des HEEREN
108 Jer 36:6 | zult ze ook lezen voor de oren van gans Juda, die uit hun
109 Jer 36:10 | huis des HEEREN, voor de oren des gansen volks. ~
110 Jer 36:13 | uit dat boek las voor de oren des volks. ~
111 Jer 36:14 | rol, waarin gij voor de oren des volks gelezen hebt,
112 Jer 36:15 | neder, en lees ze voor onze oren; en Baruch las voor hun
113 Jer 36:15 | en Baruch las voor hun oren. ~
114 Jer 36:20 | verklaarden al die woorden voor de oren des konings. ~
115 Jer 36:21 | en Jehudi las ze voor de oren des konings, en voor de
116 Jer 36:21 | des konings, en voor de oren van al de vorsten,
117 Klaa 1:52| en schreeuw, sluit Hij de oren voor mijn gebed. ~
118 Eze 3:10 | hart, en hoor ze met uw oren. ~
119 Eze 8:18 | sparen; hoewel zij voor Mijn oren met luider stem roepen,
120 Eze 9:1 | Daarna riep Hij voor mijn oren met luider stem, zeggende:
121 Eze 9:5 | anderen zeide Hij voor mijn oren: Gaat door, door de stad
122 Eze 12:2 | om te zien, en niet zien, oren hebben om te horen, en niet
123 Eze 16:12 | aangezicht, en oorringen aan uw oren, en een kroon der heerlijkheid
124 Eze 23:25 | zij zullen uw neus en uw oren afnemen, en het laatste
125 Eze 24:26 | ontkomene tot u zal komen, om uw oren dat te doen horen? ~
126 Eze 40:4 | uw ogen, en hoor met uw oren, en zet uw hart op alles,
127 Eze 44:5 | uw ogen, en hoor met uw oren alles, wat Ik met u spreken
128 Hos 5:1 | huis Israels! en neemt ter oren, gij huis des konings! want
129 Joe 1:2 | gij oudsten! en neemt ter oren, alle inwoners des lands!
130 Mic 7:16 | op den mond leggen; hun oren zullen doof worden. ~
131 Zac 7:11 | en zij verzwaarden hun oren, opdat zij niet hoorden. ~
132 Matt 11:15| 15 Wie oren heeft om te horen, die hore. ~
133 Matt 13:9 | 9 Wie oren heeft om te horen, die hore. ~
134 Matt 13:15| geworden, en zij hebben met de oren zwaarlijk gehoord, en hun
135 Matt 13:15| ogen zouden zien, en met de oren horen, en met het hart verstaan,
136 Matt 13:16| zalig, omdat zij zien, en uw oren, omdat zij horen. ~
137 Matt 13:43| Koninkrijk huns Vaders. Die oren heeft om te horen, die hore. ~
138 Mark 4:9 | En Hij zeide tot hen: Wie oren heeft om te horen, die hore. ~
139 Mark 4:23| 23 Zo iemand oren heeft om te horen, die hore. ~
140 Mark 7:16| 16 Zo iemand oren heeft om te horen, die hore. ~
141 Mark 7:33| Hij Zijn vingeren in zijn oren, en gespogen hebbende, raakte
142 Mark 7:35| En terstond werden zijn oren geopend, en de band zijner
143 Mark 8:18| hebbende, ziet gij niet? En oren hebbende, hoort gij niet? ~
144 Luk 1:44 | stem uwer groetenis in mijn oren geschiedde, zo sprong het
145 Luk 4:21 | Heden is deze Schrift in uw oren vervuld. ~
146 Luk 8:8 | zeggende, riep Hij: Wie oren heeft, om te horen, die
147 Luk 9:44 | Legt gij deze woorden in uw oren: Want de Zoon des mensen
148 Luk 14:35 | men werpt het weg. Wie oren heeft, om te horen, die
149 Hand 2:14| laat mijn woorden tot uw oren ingaan. ~
150 Hand 6:22| gerucht van hen kwam tot de oren der Gemeente, die te Jeruzalem
151 Hand 11:20| vreemde dingen voor onze oren; wij willen dan weten, wat
152 Hand 22:27| dik geworden, en met de oren hebben zij zwaarlijk gehoord,
153 Hand 22:27| ogen zouden zien, en met de oren horen, en met het hart verstaan,
154 Rom 11:8 | ogen om niet te zien, en oren om niet te horen) tot op
155 Jako 5:4 | hebben, is gekomen tot in de oren van den Heere Sebaoth. ~
156 1Pet 3:12| rechtvaardigen, en Zijn oren tot hun gebed; maar het
157 Open 2:7 | 7 Die oren heeft, die hore wat de Geest
158 Open 2:11| 11 Die oren heeft, die hore wat de Geest
159 Open 2:17| 17 Die oren heeft, die hore, wat de
160 Open 2:29| 29 Die oren heeft, die hore wat de Geest
161 Open 3:6 | 6 Die oren heeft, die hore wat de Geest
162 Open 3:13| 13 Die oren heeft, die hore wat de Geest
163 Open 3:22| 22 Die oren heeft, die hore, wat de
164 Open 13:9 | 9 Indien iemand oren heeft, die hore. ~
|