Book Chapter: Verse
1 Gen 36:21 | met Jozef, en wende Zijn goedertierenheid tot hem; en gaf hem genade
2 Num 14:19 | volks, naar de grootte Uwer goedertierenheid, en gelijk Gij ze aan dit
3 2Sa 7:15 | 15 Maar Mijn goedertierenheid zal van hem niet wijken,
4 2Sa 22:51 | Zijns konings, en Hij doet goedertierenheid aan Zijn gezalfde, aan David
5 1Kro 16:34| want Hij is goed, want Zijn goedertierenheid is tot in eeuwigheid. ~
6 1Kro 16:41| HEERE te loven; want Zijn goedertierenheid is tot in der eeuwigheid. ~
7 1Kro 17:13| tot een zoon zijn; en Mijn goedertierenheid zal Ik van hem niet wenden,
8 2Kro 21:21| Looft den HEERE, want Zijn goedertierenheid is tot in eeuwigheid! ~
9 Neh 1:5 | God! Die het verbond en de goedertierenheid houdt dien, die Hem liefhebben,
10 Neh 13:22 | mij naar de veelheid Uwer goedertierenheid. ~
11 Psa 5:8 | zal door de grootheid Uwer goedertierenheid in Uw huis ingaan; ik zal
12 Psa 6:5 | ziel; verlos mij, om Uwer goedertierenheid wil. ~
13 Psa 13:6 | 6Maar ik vertrouw op Uw goedertierenheid; mijn hart zal zich verheugen
14 Psa 18:51 | konings groot maakt, en goedertierenheid doet aan Zijn gezalfde,
15 Psa 21:8 | op den HEERE, en door de goedertierenheid des Allerhoogsten zal hij
16 Psa 25:7 | overtredingen; gedenk mijner naar Uw goedertierenheid, om Uwer goedheid wil, o
17 Psa 25:10 | Alle paden des HEEREN zijn goedertierenheid en waarheid, dengenen, die
18 Psa 26:3 | 3 Want Uw goedertierenheid is voor mijn ogen, en ik
19 Psa 31:8 | verheugen en verblijden in Uw goedertierenheid, omdat Gij mijn ellende
20 Psa 31:17 | lichten; verlos mij door Uw goedertierenheid. ~
21 Psa 31:22 | HEERE, want Hij heeft Zijn goedertierenheid aan mij wonderlijk gemaakt,
22 Psa 32:10 | HEERE vertrouwt, dien zal de goedertierenheid omringen. ~
23 Psa 33:5 | de aarde is vol van de goedertierenheid des HEEREN. ~
24 Psa 33:18 | op degenen, die op Zijn goedertierenheid hopen. ~
25 Psa 33:22 | 22 Uw goedertierenheid, HEERE! zij over ons; gelijk
26 Psa 34:5 | de aarde is vol van de goedertierenheid des HEEREN. ~
27 Psa 34:18 | op degenen, die op Zijn goedertierenheid hopen. ~
28 Psa 34:22 | 22 Uw goedertierenheid, HEERE! zij over ons; gelijk
29 Psa 37:6 | 6 O HEERE! Uw goedertierenheid is tot in de hemelen; Uw
30 Psa 37:8 | 8 Hoe dierbaar is Uw goedertierenheid, o God! Dies de mensenkinderen
31 Psa 37:11 | 11 Strek Uw goedertierenheid uit over degenen, die U
32 Psa 42:23 | HEERE zal des daags Zijn goedertierenheid gebieden, en des nachts
33 Psa 44:27 | hulp, en verlos ons om Uwer goedertierenheid wil. ~ ~ ~
34 Psa 51:3 | genadig, o God! naar Uw goedertierenheid; delg mijn overtreding uit,
35 Psa 52:3 | kwaad, o gij geweldige? Gods goedertierenheid duurt toch den gansen dag. ~
36 Psa 52:10 | huis; ik vertrouw op Gods goedertierenheid eeuwiglijk en altoos. ~
37 Psa 57:4 | slokken. Sela. God zal Zijn goedertierenheid en Zijn waarheid zenden. ~
38 Psa 57:11 | 11 Want Uw goedertierenheid is groot tot aan de hemelen,
39 Psa 59:11 | 11 De God mijner goedertierenheid zal mij voorkomen; God zal
40 Psa 59:17 | zingen, en des morgens Uw goedertierenheid vrolijk roemen, omdat Gij
41 Psa 59:18 | Hoog Vertrek, de God mijner goedertierenheid. ~ ~ ~
42 Psa 61:8 | aangezicht zitten; bereid goedertierenheid en waarheid, dat zij hem
43 Psa 62:13 | 13 En de goedertierenheid, o Heere! is Uwe; want Gij
44 Psa 63:4 | 4 Want Uw goedertierenheid is beter dan het leven;
45 Psa 66:20 | heeft afgewend, noch Zijn goedertierenheid van mij. ~
46 Psa 69:14 | door de grootheid Uwer goedertierenheid; verhoor mij door de getrouwheid
47 Psa 69:17 | Verhoor mij, o HEERE, want Uw goedertierenheid is goed; zie mij aan naar
48 Psa 77:9 | 9 Houdt Zijn goedertierenheid in eeuwigheid op? Heeft
49 Psa 85:8 | 8 Toon ons Uw goedertierenheid, o HEERE, en geef ons Uw
50 Psa 85:11 | 11 De goedertierenheid en waarheid zullen elkander
51 Psa 86:5 | vergevende, en van grote goedertierenheid allen, die U aanroepen. ~
52 Psa 86:13 | 13 Want Uw goedertierenheid is groot over mij; en Gij
53 Psa 86:15 | lankmoedig, en groot van goedertierenheid en waarheid. ~
54 Psa 88:12 | 12 Zal Uw goedertierenheid in het graf verteld worden,
55 Psa 89:2 | 2 Ik zal de goedertierenheid des HEEREN eeuwiglijk zingen;
56 Psa 89:3 | 3 Want ik heb gezegd: Uw goedertierenheid zal eeuwiglijk gebouwd worden;
57 Psa 89:15 | de vastigheid Uws troons; goedertierenheid en waarheid gaan voor Uw
58 Psa 89:25 | Mijn getrouwheid en Mijn goedertierenheid zullen met hem zijn; en
59 Psa 89:29 | 29 Ik zal hem Mijn goedertierenheid in eeuwigheid houden, en
60 Psa 89:34 | 34 Maar Mijn goedertierenheid zal Ik van hem niet wegnemen,
61 Psa 90:14 | in den morgenstond met Uw goedertierenheid, zo zullen wij juichen,
62 Psa 92:3 | men in den morgenstond Uw goedertierenheid verkondige, en Uw getrouwheid
63 Psa 94:18 | zeide: Mijn voet wankelt; Uw goedertierenheid, o HEERE! ondersteunde mij. ~
64 Psa 98:3 | gedachtig geweest Zijner goedertierenheid, en Zijner waarheid aan
65 Psa 100:5 | 5Want de HEERE is goed; Zijn goedertierenheid is in der eeuwigheid, en
66 Psa 101:1 | psalm van David. Ik zal van goedertierenheid en recht zingen; U zal ik
67 Psa 103:4 | verderf, die u kroont met goedertierenheid en barmhartigheden; ~
68 Psa 103:8 | lankmoedig en groot van goedertierenheid. ~
69 Psa 103:11 | boven de aarde, is Zijn goedertierenheid geweldig over degenen, die
70 Psa 103:17 | 17 Maar de goedertierenheid des HEEREN is van eeuwigheid
71 Psa 106:1 | want Hij is goed, want Zijn goedertierenheid is in der eeuwigheid. ~
72 Psa 106:7 | zij zijn der menigte Uwer goedertierenheid niet gedachtig geweest;
73 Psa 107:1 | want Hij is goed; want Zijn goedertierenheid is in der eeuwigheid. ~
74 Psa 107:8 | hen voor den HEERE Zijn goedertierenheid loven, en Zijn wonderwerken
75 Psa 107:15 | hen voor den HEERE Zijn goedertierenheid loven, en Zijn wonderwerken
76 Psa 107:21 | hen voor den HEERE Zijn goedertierenheid loven, en Zijn wonderwerken
77 Psa 107:31 | hen voor den HEERE Zijn goedertierenheid loven, en Zijn wonderwerken
78 Psa 108:5 | 5 Want Uw goedertierenheid is groot tot boven de hemelen,
79 Psa 109:21 | Uws Naams wil; dewijl Uw goedertierenheid goed is, verlos mij. ~
80 Psa 109:26 | God! verlos mij naar Uw goedertierenheid.
81 Psa 115:1 | Uw Naam geef eer, om Uwer goedertierenheid, om Uwer waarheid wil. ~
82 Psa 117:2 | 2Want Zijn goedertierenheid is geweldig over ons, en
83 Psa 118:1 | want Hij is goed; want Zijn goedertierenheid is in der eeuwigheid. ~
84 Psa 118:2 | Israel nu zegge, dat Zijn goedertierenheid in der eeuwigheid is. ~
85 Psa 118:3 | Aaron zegge nu, dat Zijn goedertierenheid in der eeuwigheid is. ~
86 Psa 118:4 | vrezen, nu zeggen, dat Zijn goedertierenheid in der eeuwigheid is. ~
87 Psa 118:29 | want Hij is goed; want Zijn goedertierenheid is in der eeuwigheid. ~
88 Psa 119:64 | de aarde is vol van Uw goedertierenheid; leer mij Uw inzettingen. ~
89 Psa 119:76 | 76 Laat toch Uw goedertierenheid zijn om mij te troosten,
90 Psa 119:88 | Maak mij levend naar Uw goedertierenheid, dan zal ik de getuigenis
91 Psa 119:90 | 90 Uw goedertierenheid is van geslacht tot geslacht;
92 Psa 119:124| Doe bij Uw knecht naar Uw goedertierenheid, en leer mij Uw inzettingen. ~
93 Psa 119:149| Hoor mijn stem naar Uw goedertierenheid, o HEERE! maak mij levend
94 Psa 119:159| maak mij levend naar Uw goedertierenheid. ~
95 Psa 130:7 | HEERE; want bij den HEERE is goedertierenheid, en bij Hem is veel verlossing. ~
96 Psa 136:1 | want Hij is goed; want Zijn goedertierenheid is in der eeuwigheid; ~
97 Psa 136:2 | God der goden; want Zijn goedertierenheid is in der eeuwigheid. ~
98 Psa 136:3 | Heere der heren; want Zijn goedertierenheid is in der eeuwigheid. ~
99 Psa 136:4 | wonderen doet; want Zijn goedertierenheid is in der eeuwigheid. ~
100 Psa 136:5 | gemaakt heeft; want Zijn goedertierenheid is in der eeuwigheid. ~
101 Psa 136:6 | uitgespannen heeft; want Zijn goedertierenheid is in der eeuwigheid. ~
102 Psa 136:7 | heeft gemaakt; want Zijn goedertierenheid is in der eeuwigheid. ~
103 Psa 136:8 | heerschappij op den dag; want Zijn goedertierenheid is in der eeuwigheid. ~
104 Psa 136:9 | in den nacht; want Zijn goedertierenheid is in der eeuwigheid. ~
105 Psa 136:10 | eerstgeborenen; want Zijn goedertierenheid is in der eeuwigheid. ~
106 Psa 136:11 | hen uitgebracht; want Zijn goedertierenheid is in der eeuwigheid. ~
107 Psa 136:12 | uitgestrekte arm; want Zijn goedertierenheid is in der eeuwigheid. ~
108 Psa 136:13 | delen deelde; want Zijn goedertierenheid is in der eeuwigheid. ~
109 Psa 136:14 | midden van dezelve; want Zijn goedertierenheid is in der eeuwigheid. ~
110 Psa 136:15 | de Schelfzee; want Zijn goedertierenheid is in der eeuwigheid. ~
111 Psa 136:16 | geleid heeft; want Zijn goedertierenheid is in der eeuwigheid. ~
112 Psa 136:17 | geslagen heeft; want Zijn goedertierenheid is in der eeuwigheid. ~
113 Psa 136:18 | koningen gedood; want Zijn goedertierenheid is in der eeuwigheid. ~
114 Psa 136:19 | Amorietischen koning; want Zijn goedertierenheid is in der eeuwigheid. ~
115 Psa 136:20 | koning van Basan; want Zijn goedertierenheid is in der eeuwigheid. ~
116 Psa 136:21 | erve gegeven; want Zijn goedertierenheid is in der eeuwigheid. ~
117 Psa 136:22 | knecht Israel; want Zijn goedertierenheid is in der eeuwigheid. ~
118 Psa 136:23 | onze nederigheid; want Zijn goedertierenheid is in der eeuwigheid. ~
119 Psa 136:24 | tegenpartijders ontrukt; want Zijn goedertierenheid is in der eeuwigheid. ~
120 Psa 136:25 | vlees spijs geeft; want Zijn goedertierenheid is in der eeuwigheid. ~
121 Psa 136:26 | God des hemels; want Zijn goedertierenheid is in der eeuwigheid. ~ ~
122 Psa 138:2 | zal Uw Naam loven, om Uw goedertierenheid en om Uw waarheid; want
123 Psa 138:8 | het voor mij voleinden; Uw goedertierenheid, HEERE! is in der eeuwigheid;
124 Psa 143:8 | 8 Doe mij Uw goedertierenheid in den morgenstond horen,
125 Psa 143:12 | mijn vijanden uit, om Uw goedertierenheid, en breng hen om, allen,
126 Psa 144:2 | 2 Mijn Goedertierenheid en mijn Burg, mijn Hoog
127 Psa 145:8 | lankmoedig en groot van goedertierenheid. ~
128 Psa 147:11 | Hem vrezen, die op Zijn goedertierenheid hopen. ~
129 Spre 3:3 | 3 Dat de goedertierenheid en de trouw u niet verlaten;
130 Spre 16:6 | 6 Door goedertierenheid en trouw wordt de misdaad
131 Jes 16:5 | troon bevestigd worden in goedertierenheid, en op denzelven zal bestendig
132 Jes 40:6 | vlees is gras, en al zijn goedertierenheid als een bloem des velds. ~
133 Jes 54:8 | verborgen; maar met eeuwige goedertierenheid zal Ik Mij uwer ontfermen,
134 Jes 54:10 | heuvelen wankelen; maar Mijn goedertierenheid zal van u niet wijken, en
135 Jer 16:5 | weggenomen Mijn vrede, goedertierenheid en barmhartigheden; ~
136 Jer 31:3 | daarom heb Ik u getrokken met goedertierenheid. ~
137 Jer 32:18 | 18 Gij, Die goedertierenheid doet aan duizenden, en de
138 Jer 33:11 | HEERE is goed, want Zijn goedertierenheid is in eeuwigheid! de stem
139 Hos 2:18 | gerechtigheid en in gericht, en in goedertierenheid en in barmhartigheden. ~
140 Joe 2:13 | lankmoedig en groot van goedertierenheid, en berouw hebbende
141 Jona 4:2 | lankmoedig en groot van goedertierenheid, en berouw hebbende over
142 Mic 7:18 | Hij heeft lust aan goedertierenheid. ~
143 Mic 7:20 | Jakob de trouw, Abraham de goedertierenheid geven, die Gij onzen vaderen
144 Zac 7:9 | waarachtig gericht, en doet goedertierenheid en barmhartigheden, de een
145 Rom 2:4 | veracht gij den rijkdom Zijner goedertierenheid, en verdraagzaamheid, en
146 Rom 2:4 | lankmoedigheid, niet wetende, dat de goedertierenheid Gods u tot bekering leidt? ~
147 Rom 11:22 | 22 Zie dan de goedertierenheid en de strengheid van God;
148 Rom 11:22 | die gevallen zijn, maar de goedertierenheid over u, indien gij in de
149 Rom 11:22 | over u, indien gij in de goedertierenheid blijft; anderszins zult
150 2Kor 6:6 | kennis, in lankmoedigheid, in goedertierenheid, in den Heiligen Geest,
151 2Kor 10:1 | door de zachtmoedigheid en goedertierenheid van Christus, die, tegenwoordig
152 Gal 5:22 | vrede, lankmoedigheid, goedertierenheid, goedheid, geloof, zachtmoedigheid,
153 Efez 2:7 | rijkdom Zijner genade, door de goedertierenheid over ons in Christus Jezus. ~
154 Kol 3:12 | bewegingen der barmhartigheid, goedertierenheid, ootmoedigheid, zachtmoedigheid,
155 Tit 3:4 | 4 Maar wanneer de goedertierenheid van God, onzen Zaligmaker,
|