Book Chapter: Verse
1 Exo 18:20 | bekend den weg, waarin zij wandelen zullen, en het werk, dat
2 Lev 18:3 | in hun inzettingen niet wandelen. ~
3 Lev 18:4 | gij houden, om in die te wandelen; Ik ben de HEERE, uw God! ~
4 Lev 19:16 | 16 Gij zult niet wandelen als een achterklapper onder
5 Lev 25:3 | gij in Mijn inzettingen wandelen, en Mijn geboden houden,
6 Lev 25:12 | zal in het midden van u wandelen, en zal u tot een God zijn,
7 Lev 25:21 | gij met Mij in tegenheid wandelen zult, en Mij niet zult willen
8 Lev 25:23 | maar met Mij in tegenheid wandelen; ~
9 Lev 25:24 | Ik ook met u in tegenheid wandelen, en Ik zal u ook zevenvoudig
10 Lev 25:27 | horen zult, maar met Mij wandelen zult in tegenheid; ~
11 Lev 25:28 | in heetgrimmige tegenheid wandelen, en Ik zal u ook zevenvoudig
12 Deu 2:7 | werk uwer hand; Hij kent uw wandelen door deze zo grote woestijn;
13 Deu 8:6 | Gods, om in Zijn wegen te wandelen, en om Hem te vrezen. ~
14 Deu 10:12 | vrezen, in al Zijn wegen te wandelen, en Hem lief te hebben,
15 Deu 11:28 | gebiede, om andere goden na te wandelen, die gij niet gekend hebt. ~
16 Deu 13:5 | geboden heeft, om daarin te wandelen. Zo zult gij het boze uit
17 Deu 26:17 | zal zijn, en dat gij zult wandelen in Zijn wegen, en houden
18 Deu 28:9 | houden, en in Zijn wegen wandelen. ~
19 Deu 29:5 | ulieden veertig jaren doen wandelen in de woestijn; uw klederen
20 Deu 29:19 | mijns harten goeddunken zal wandelen, om den dronkene te doen
21 Deu 30:16 | hebben, in Zijn wegen te wandelen, en te houden Zijn geboden,
22 Joz 25:3 | der rivier, en deed hem wandelen door het ganse land Kanaan;
23 Ric 2:22 | zullen houden, om daarin te wandelen, gelijk als hun vaderen
24 Ric 17:5 | onze weg, op welken wij wandelen, voorspoedig zal zijn. ~
25 1Sa 2:30 | zouden voor Mijn aangezicht wandelen tot in eeuwigheid; maar
26 1Sa 2:35 | aangezicht Mijns Gezalfden wandelen. ~
27 1Sa 8:5 | oud geworden, en uw zonen wandelen niet in uw wegen; zo zet
28 1Kon 2:3 | HEEREN, uws Gods, om te wandelen in Zijn wegen, om te onderhouden
29 1Kon 2:4 | en met hun ganse ziel te wandelen, zo zal geen man, zeide
30 1Kon 3:14| En zo gij in Mijn wegen wandelen zult, onderhoudende Mijn
31 1Kon 8:23| aangezicht met hun ganse hart wandelen; ~
32 1Kon 8:25| zonen hun weg bewaren, om te wandelen voor Mijn aangezicht, gelijk
33 1Kon 8:36| goeden weg in denwelken zij wandelen zullen; en geef regen op
34 1Kon 8:58| om in al Zijn wegen te wandelen, en om te houden Zijn geboden,
35 1Kon 8:61| HEERE, onzen God, om te wandelen in Zijn inzettingen, en
36 1Kon 9:4 | gij voor Mijn aangezicht wandelen zult, gelijk als uw vader
37 1Kon 11:38| gebieden, en in Mijn wegen zult wandelen, en doen wat recht in Mijn
38 2Kon 10:31| Maar Jehu nam niet waar te wandelen in de wet des HEEREN, des
39 2Kon 25:3 | aangezicht, om den HEERE na te wandelen, en Zijn geboden, en Zijn
40 2Kro 7:14| aangezicht met hun ganse hart wandelen; ~
41 2Kro 7:16| zonen hun weg bewaren, om te wandelen in Mijn wet, gelijk als
42 2Kro 7:27| goeden weg, in denwelken zij wandelen zullen; en geef regen op
43 2Kro 7:31| Opdat zij U vrezen, om te wandelen in Uw wegen, al de dagen,
44 2Kro 8:17| gij voor Mijn aangezicht wandelen zult, gelijk als uw vader
45 2Kro 34:31| aangezicht, om den HEERE na te wandelen, en om Zijn geboden, en
46 Neh 5:9 | gijlieden doet; zoudt gij niet wandelen in de vreze onzes Gods,
47 Neh 9:12 | den weg, waarin zij zouden wandelen. ~
48 Neh 9:19 | den weg, waarin zij zouden wandelen. ~
49 Neh 10:29 | den eed, dat zij zouden wandelen in de wet Gods, die gegeven
50 Job 18:8 | en zal in het wargaren wandelen. ~
51 Psa 56:14 | voor Gods aangezicht te wandelen in het licht der levenden? ~ ~
52 Psa 78:10 | verbond niet, en weigerden te wandelen in Zijn wet. ~
53 Psa 82:5 | niet, en verstaan niet; zij wandelen steeds in duisternis; dies
54 Psa 84:12 | dengenen, die in oprechtheid wandelen. ~
55 Psa 86:11 | weg; ik zal in Uw waarheid wandelen; verenig mijn hart tot de
56 Psa 89:16 | het licht Uws aanschijns wandelen. ~
57 Psa 89:31 | en in Mijn rechten niet wandelen; ~
58 Psa 101:2 | het midden mijns huizes wandelen, in oprechtigheid mijns
59 Psa 104:10 | tussen de gebergten henen wandelen. ~
60 Psa 104:26 | 26 Daar wandelen de schepen, en de Leviathan,
61 Psa 106:9 | verdroogde, en Hij deed hen wandelen door de afgronden, als door
62 Psa 116:9 | 9 Ik zal wandelen voor het aangezicht des
63 Psa 119:3 | geen onrecht werken, maar wandelen in Zijn wegen. ~
64 Psa 119:45 | 45 En ik zal wandelen in de ruimte, omdat ik Uw
65 Spre 2:7 | dengenen, die oprechtelijk wandelen; ~
66 Spre 3:23| Dan zult gij uw weg zeker wandelen, en gij zult uw voet niet
67 Spre 8:20| 20 Ik doe wandelen op den weg der gerechtigheid,
68 Spre 15:21| man van verstand zal recht wandelen. ~
69 Pred 4:15| Ik zag al de levenden wandelen onder de zon, met de jongeling,
70 Pred 6:8 | voor de levenden weet te wandelen? ~
71 Pred 6:9 | aanzien der ogen, dan het wandelen der begeerlijkheid. Dit
72 Jes 2:3 | Zijn wegen, en dat wij wandelen in Zijn paden; want uit
73 Jes 2:5 | huis van Jakob, en laat ons wandelen in het licht des HEEREN. ~
74 Jes 8:11 | onderwees mij van niet te wandelen op den weg dezes volks,
75 Jes 35:9 | verlosten zullen daarop wandelen. ~
76 Jes 40:31 | moede worden; zij zullen wandelen, en niet mat worden. ~ ~
77 Jes 42:5 | geest dengenen, die daarop wandelen: ~
78 Jes 42:24 | hebben? Want zij wilden niet wandelen in Zijn wegen, en zij
79 Jes 60:9 | een groten glans, maar wij wandelen in donkerheden. ~
80 Jes 66:2 | een wederstrevig volk, die wandelen op een weg, die niet goed
81 Jer 3:17 | zij zullen niet meer wandelen naar het goeddunken van
82 Jer 6:16 | Wij zullen daarin niet wandelen. ~
83 Jer 18:12 | zullen naar onze gedachten wandelen, en wij zullen doen, een
84 Jer 18:15 | paden, opdat zij mochten wandelen in stegen van een weg,
85 Jer 49:3 | tuinen; want Malcham zal wandelen in gevangenis, zijn
86 Eze 11:20 | 20 Opdat zij wandelen in Mijn inzettingen, en
87 Eze 36:12 | Ik zal mensen op u doen wandelen, namelijk Mijn volk Israel,
88 Eze 36:27 | in Mijn inzettingen zult wandelen, en Mijn rechten zult bewaren
89 Eze 37:24 | zij zullen in Mijn rechten wandelen, en Mijn inzettingen bewaren
90 Dan 4:37 | degenen, die in hoogmoed wandelen. ~ ~ ~ ~ ~
91 Dan 9:10 | dat wij in Zijn wetten wandelen zouden, die Hij gegeven
92 Hos 11:10 | zullen den HEERE achterna wandelen, Hij zal brullen als een
93 Hos 14:10 | rechtvaardigen zullen daarin wandelen, maar de overtreders
94 Amos 3:3 | Zullen twee te zamen wandelen, tenzij dat zij bijeengekomen
95 Mic 4:2 | en wij in Zijn paden wandelen; want uit Sion zal de wet
96 Mic 4:5 | Want alle volken zullen wandelen, elk in den naam zijns gods;
97 Mic 4:5 | zijns gods; maar wij zullen wandelen in den Naam des HEEREN,
98 Mic 6:8 | hebben, en ootmoediglijk te wandelen met uw God? ~
99 Zac 3:7 | Indien gij in Mijn wegen zult wandelen, en indien gij Mijn wacht
100 Zac 10:12 | in Zijn Naam zullen zij wandelen, spreekt de HEERE. ~ ~
101 Matt 11:5 | ziende, en de kreupelen wandelen; de melaatsen worden gereinigd,
102 Matt 14:26| discipelen, ziende Hem op de zee wandelen, werden ontroerd, zeggende:
103 Mark 6:49| 49 En zij, ziende Hem wandelen op de zee, meenden, dat
104 Mark 7:5 | Schriftgeleerden: Waarom wandelen Uw discipelen niet naar
105 Mark 8:24| want ik zie hen, als bomen, wandelen. ~
106 Mark 12:38| die daar gaarne willen wandelen in lange klederen, en gegroet
107 Luk 7:22 | ziende worden, de kreupelen wandelen, de melaatsen gereinigd
108 Luk 11:44 | de mensen, die daarover wandelen, weten het niet. ~
109 Luk 20:46 | Schriftgeleerden, die daar willen wandelen in lange klederen, en beminnen
110 Joha 7:1 | Hij wilde in Judea niet wandelen, omdat de Joden Hem zochten
111 Joha 8:12| zal in de duisternis niet wandelen, maar zal het licht des
112 Hand 3:9 | 9 En al het volk zag hem wandelen en God loven. ~
113 Hand 3:12| godzaligheid dezen hadden doen wandelen? ~
114 Hand 8:16| de heidenen heeft laten wandelen in hun wegen; ~
115 Hand 15:21| noch naar de wijze der wet wandelen. ~
116 Rom 4:12 | besnijdenis zijn, maar die ook wandelen in de voetstappen des geloofs
117 Rom 6:4 | in nieuwigheid des levens wandelen zouden. ~
118 Rom 8:1 | die niet naar het vlees wandelen, maar naar den Geest. ~
119 Rom 8:4 | die niet naar het vlees wandelen, maar naar den Geest. ~
120 Rom 13:13 | als in den dag, eerlijk wandelen; niet in brasserijen en
121 2Kor 5:7 | 7 (Want wij wandelen door geloof en niet door
122 2Kor 6:16| wonen, en Ik zal onder hen wandelen; en Ik zal hun God zijn,
123 Gal 5:25 | laat ons ook door den Geest wandelen. ~
124 Gal 6:16 | naar dezen regel zullen wandelen, over dezelve zal zijn vrede
125 Efez 2:10| opdat wij in dezelve zouden wandelen.
126 Efez 4:17| gelijk als de andere heidenen wandelen in de ijdelheid huns gemoeds. ~
127 Fili 3:16| daarin naar denzelfden regel wandelen, laat ons hetzelfde gevoelen. ~
128 Fili 3:17| merkt op degenen, die alzo wandelen, gelijk gij ons tot een
129 Fili 3:18| 18 Want velen wandelen anders; van dewelken ik
130 Kol 1:10 | 10 Opdat gij moogt wandelen waardiglijk den Heere, tot
131 1The 2:12| betuigden, dat gij zoudt wandelen, waardiglijk Gode, Die u
132 1The 4:1 | ontvangen hebt, hoe gij moet wandelen en Gode behagen, dat gij
133 2The 3:11| sommigen onder u ongeregeld wandelen, niet werkende, maar ijdele
134 Heb 13:18 | in alles willen eerlijk wandelen. ~
135 2Pet 2:10| in onreine begeerlijkheid wandelen, en de heerschappij verachten;
136 2Pet 2:18| degenen, die in dwaling wandelen; ~
137 2Pet 3:3 | eigen begeerlijkheden zullen wandelen, ~
138 1Joh 1:6 | en wij in de duisternis wandelen, zo liegen wij, en doen
139 1Joh 1:7 | indien wij in het licht wandelen, gelijk Hij in het licht
140 1Joh 2:6 | die moet ook zelf alzo wandelen, gelijk Hij gewandeld heeft. ~
141 2Joh 1:4 | heb, die in de waarheid wandelen, gelijk wij een gebod ontvangen
142 2Joh 1:6 | dit is de liefde, dat wij wandelen naar Zijn geboden. Dit is
143 2Joh 1:6 | dat gij in hetzelve zoudt wandelen. ~
144 3Joh 1:4 | kinderen in de waarheid wandelen. ~
145 Jud 1:18 | goddeloze begeerlijkheden wandelen zullen. ~
146 Open 3:4 | hebben, en zij zullen met Mij wandelen in witte klederen, overmits
147 Open 9:20| kunnen, noch horen, noch wandelen; ~
148 Open 21:24| worden, zullen in haar licht wandelen; en de koningen der aarde
|