Book Chapter: Verse
1 Gen 39:11 | loffelijkste dezes lands in uwe vaten, en brengt dien man een
2 Exo 3:22 | haars huizes, eisen zilveren vaten, en gouden vaten, en klederen;
3 Exo 3:22 | zilveren vaten, en gouden vaten, en klederen; die zult gijlieden
4 Exo 7:19 | beide in houten en in stenen vaten. ~
5 Exo 11:2 | van haar naaste zilveren vaten en gouden vaten eise. ~
6 Exo 11:2 | zilveren vaten en gouden vaten eise. ~
7 Exo 12:35 | Egyptenaren geeist zilveren vaten, en gouden vaten, en klederen. ~
8 Exo 12:35 | zilveren vaten, en gouden vaten, en klederen. ~
9 Exo 22:7 | iemand zijn naaste geld of vaten te bewaren geeft, en het
10 Exo 35:22 | en spanselen, alle gouden vaten; en alle man, die een gouden
11 Exo 37:24 | louter goud, met al zijn vaten, ~
12 Exo 38:3 | de koolpannen; en al zijn vaten maakte hij van koper. ~
13 Num 7:85 | zeventig; al het zilver van de vaten was twee duizend en vierhonderd
14 Num 31:6 | strijde, met de heilige vaten, en de trompetten des geklanks
15 Num 31:51 | goud, alle welgewrochte vaten. ~
16 Joz 6:19 | en de koperen en ijzeren vaten, zullen den HEERE heilig
17 Joz 6:24 | mitsgaders de koperen en ijzeren vaten, gaven zij tot den schat
18 Rut 2:9 | Als u dorst, zo ga tot de vaten, en drink van hetgeen de
19 1Sa 9:7 | het brood is weg uit onze vaten, en wij hebben geen gaven,
20 1Sa 10:22 | hij heeft zich tussen de vaten verstoken. ~
21 1Sa 17:22 | 22 David nu liet de vaten van zich, onder de hand
22 1Sa 17:22 | hand van den bewaarder der vaten, en hij liep ter slagorde;
23 1Sa 21:5 | toen ik uitging, en de vaten der jongelingen zijn heilig;
24 1Sa 21:5 | dewijl heden ander in de vaten zal geheiligd worden. ~
25 2Sa 8:10 | zijn hand waren zilveren vaten, en gouden vaten, en koperen
26 2Sa 8:10 | zilveren vaten, en gouden vaten, en koperen vaten; ~
27 2Sa 8:10 | gouden vaten, en koperen vaten; ~
28 2Sa 17:28 | Beddewerk, en schalen, en aarden vaten, en tarwe, en gerst, en
29 1Kon 7:45| besprengbekkens, en al deze vaten, die Hiram voor den koning
30 1Kon 7:47| 47 En Salomo liet al deze vaten ongewogen vanwege de zeer
31 1Kon 7:48| Ook maakte Salomo al de vaten, die voor het huis des HEEREN
32 1Kon 7:51| zilver en het goud, en de vaten legde hij onder de schatten
33 1Kon 8:4 | mitsgaders al de heilige vaten, die in de tent waren; en
34 1Kon 10:21| Salomo van goud, en alle vaten van het huis des wouds van
35 1Kon 10:25| zijn geschenk, zilveren vaten, en gouden vaten, en klederen,
36 1Kon 10:25| zilveren vaten, en gouden vaten, en klederen, en harnas,
37 1Kon 15:15| dingen, zilver, en goud, en vaten. ~
38 2Kon 4:3 | zeide hij: Ga, eis voor u vaten van buiten, van al uw naburen
39 2Kon 4:3 | van al uw naburen ledige vaten; maak er niet weinig te
40 2Kon 4:4 | toe; daarna giet in al die vaten, en zet weg, dat vol is. ~
41 2Kon 4:5 | toe; die brachten haar de vaten toe, en zij goot in. ~
42 2Kon 4:6 | het geschiedde, als die vaten vol waren, dat zij tot haar
43 2Kon 15:14| en het zilver, en al de vaten, die gevonden werden in
44 2Kon 26:13| en hij hieuw alle gouden vaten af, die Salomo, de koning
45 2Kon 27:14| rookschalen, en al de koperen vaten, daar men den dienst mede
46 2Kon 27:16| had; het koper van al deze vaten was zonder gewicht. ~
47 1Kro 9:28| enigen van hen waren over de vaten van den dienst; want bij
48 1Kro 9:29| zijn er besteld over de vaten, en over al de heilige vaten,
49 1Kro 9:29| vaten, en over al de heilige vaten, en over de meelbloem, en
50 1Kro 18:8 | de pilaren, en de koperen vaten gemaakt. ~
51 1Kro 18:10| en zilveren, en koperen vaten; ~
52 1Kro 19:8 | de pilaren, en de koperen vaten gemaakt. ~
53 1Kro 19:10| en zilveren, en koperen vaten; ~
54 1Kro 23:19| des HEEREN en de heilige vaten Gods in dit huis brenge,
55 1Kro 29:13| des HEEREN, en van alle vaten van den dienst van het huis
56 1Kro 29:14| het goudgewicht, tot alle vaten van elken dienst; ook zilver
57 1Kro 29:14| zilver tot alle zilveren vaten bij gewicht, tot al de vaten
58 1Kro 29:14| vaten bij gewicht, tot al de vaten van elken dienst; ~
59 1Kro 30:5 | en zilver tot de zilveren vaten, en tot alle werk, door
60 2Kro 4:16| de krauwelen, en al hun vaten maakte Huram Abiu voor de
61 2Kro 4:18| En Salomo maakte al deze vaten, in grote menigte; want
62 2Kro 4:19| 19 Ook maakte Salomo alle vaten, die voor het huis Gods
63 2Kro 5:1 | zilver, en het goud, en al de vaten legde hij onder de schatten
64 2Kro 5:5 | mitsgaders al de heilige vaten, die in de tent waren; deze
65 2Kro 6:1 | zilver, en het goud, en al de vaten legde hij onder de schatten
66 2Kro 6:5 | mitsgaders al de heilige vaten, die in de tent waren; deze
67 2Kro 10:20| Salomo van goud, en alle vaten van het huis des wouds van
68 2Kro 10:24| zijn geschenk, zilveren vaten, en gouden vaten, en klederen,
69 2Kro 10:24| zilveren vaten, en gouden vaten, en klederen, harnas, en
70 2Kro 16:18| dingen, zilver en goud, en vaten. ~
71 2Kro 24:14| overige des gelds, waarvan hij vaten maakte voor het huis des
72 2Kro 24:14| voor het huis des HEEREN, vaten om te dienen en te offeren,
73 2Kro 24:14| rookschalen, en gouden en zilveren vaten; en zij offerden geduriglijk
74 2Kro 25:24| en het zilver, en al de vaten, die in het huis Gods gevonden
75 2Kro 28:24| 24 En Achaz verzamelde de vaten van het huis Gods, en hieuw
76 2Kro 28:24| het huis Gods, en hieuw de vaten van het huis Gods in stukken,
77 2Kro 37:7 | Nebukadnezar bracht ook van de vaten van het huis des HEEREN
78 2Kro 37:10| halen, met de kostelijke vaten van het huis des HEEREN;
79 2Kro 37:18| 18 En alle vaten van het huis Gods, de grote
80 2Kro 37:19| verdervende ook alle kostelijke vaten derzelve. ~
81 Ezra 1:6 | hunlieder handen met zilveren vaten, met goud, met have, en
82 Ezra 1:7 | de koning Kores uit, de vaten van het huis des HEEREN,
83 Ezra 1:10| zilveren bekers; andere vaten, duizend. ~
84 Ezra 1:11| 11 Alle vaten van goud en van zilver waren
85 Ezra 5:14| 14 Ja, de vaten van Gods huis, welke van
86 Ezra 5:15| zeide tot hem: Neem deze vaten, ga ze afvoeren in den tempel,
87 Ezra 6:5 | ook de gouden en zilveren vaten van het huis Gods, die Nebukadnezar
88 Ezra 7:19| 19 En geef de vaten, die u gegeven zijn tot
89 Ezra 8:25| zilver, en het goud, en de vaten, zijnde de offering van
90 Ezra 8:26| zilvers, en honderd zilveren vaten in talenten; aan goud, honderd
91 Ezra 8:27| duizend drachmen; en twee vaten van blinkend goed koper,
92 Ezra 8:28| heilig den HEERE, en deze vaten zijn heilig; ook dit zilver
93 Ezra 8:30| zilvers en des gouds, en der vaten, om te brengen te Jeruzalem,
94 Ezra 8:33| zilver, en het goud, en de vaten, in het huis onzes Gods,
95 Neh 10:39 | brengen, omdat aldaar de vaten des heiligdoms zijn, en
96 Neh 13:5 | spijsoffer, den wierook en de vaten, en de tienden van koren,
97 Neh 13:9 | bracht daar weder in de vaten van Gods huis, met het spijsoffer
98 Est 1:7 | En men gaf te drinken in vaten van goud, en het ene vat
99 Jes 22:24 | afkomelingen, ook alle kleine vaten, van de vaten der bekers
100 Jes 22:24 | alle kleine vaten, van de vaten der bekers af, zelfs tot
101 Jes 22:24 | af, zelfs tot al de vaten der flessen. ~
102 Jes 52:11 | reinigt u, gij, die de vaten des HEEREN draagt! ~
103 Jes 66:4 | gruwelijke dingen in hun vaten. ~
104 Jer 14:3 | water, zij komen met hun vaten ledig weder; zij zijn beschaamd,
105 Jer 27:16 | profeteren, zeggende: Ziet, de vaten van des HEEREN huis
106 Jer 27:18 | heirscharen voorbidden, opdat de vaten, die in het huis des HEEREN,
107 Jer 27:19 | en van het overige der vaten, die in deze stad zijn overgebleven, ~
108 Jer 27:21 | de God Israels, van de vaten, die in het huis des HEEREN,
109 Jer 28:3 | plaats wederbrengen al de vaten van het huis des HEEREN,
110 Jer 28:6 | geprofeteerd hebt, dat Hij de vaten van des HEEREN huis, en
111 Jer 40:10 | en olie, en doet ze in uw vaten, en woont in uw steden,
112 Jer 48:12 | plaatsen zullen voeren, en zijn vaten ledigen, en hunlieder
113 Jer 52:18 | rookschalen, en al de koperen vaten, waar men den dienst mede
114 Jer 52:20 | daarvan, te weten van al deze vaten, was zonder gewicht. ~
115 Eze 16:17 | Daartoe hebt gij genomen de vaten uws sieraads van Mijn goud
116 Eze 27:13 | mensenzielen en koperen vaten dreven zij onderlingen handel
117 Dan 1:2 | zijn hand, en een deel der vaten van het huis Gods; en hij
118 Dan 1:2 | het huis zijns gods; en de vaten bracht hij in het schathuis
119 Dan 5:2 | men de gouden en zilveren vaten voorbrengen zou, die zijn
120 Dan 5:3 | bracht men voor de gouden vaten, die men uit den tempel
121 Dan 5:23 | hemels, en men heeft de vaten van Zijn huis voor u gebracht,
122 Dan 11:8 | vorsten, met hun gewenste vaten van zilver en goud, in de
123 Jona 1:5 | zijn god, en wierpen de vaten, die in het schip waren,
124 Nah 2:9 | heerlijkheid van allerlei gewenste vaten. ~
125 Matt 12:29| sterken inkomen, en zijn vaten ontroven, tenzij dat hij
126 Matt 13:48| lezen het goede uit in hun vaten, maar het kwade werpen zij
127 Matt 25:4 | wijzen namen olie in haar vaten, met haar lampen. ~
128 Mark 3:27| eens sterken ingaan en zijn vaten ontroven, indien hij niet
129 Mark 7:4 | drinkbekers, en kannen, en koperen vaten, en bedden. ~
130 Luk 16:6 | 6 En hij zeide: Honderd vaten olie. En hij zeide tot hem:
131 Rom 9:22 | lankmoedigheid verdragen heeft de vaten des toorns, tot het verderf
132 Rom 9:23 | Zijner heerlijkheid over de vaten der barmhartigheid, die
133 2Kor 4:7 | hebben dezen schat in aarden vaten, opdat de uitnemendheid
134 2Tim 2:20| alleen gouden en zilveren vaten, maar ook houten en aarden
135 2Tim 2:20| maar ook houten en aarden vaten; en sommige ter ere, maar
136 Heb 9:21 | den tabernakel, en al de vaten van den dienst met het bloed. ~
137 Open 18:12| hout, en allerlei ivoren vaten, en allerlei vaten van het
138 Open 18:12| ivoren vaten, en allerlei vaten van het kostelijkste hout,
|