Book Chapter: Verse

8501 Jako   4:2  |                kunt ze niet verkrijgen; gij vecht en voert krijg, doch
8502 Jako   4:2  |              vecht en voert krijg, doch gij hebt niet, omdat gij niet
8503 Jako   4:2  |               doch gij hebt niet, omdat gij niet bidt. ~
8504 Jako   4:3  |                                       3 Gij bidt, en gij ontvangt niet,
8505 Jako   4:3  |                          3 Gij bidt, en gij ontvangt niet, omdat gij
8506 Jako   4:3  |                gij ontvangt niet, omdat gij kwalijk bidt, opdat gij
8507 Jako   4:3  |                 gij kwalijk bidt, opdat gij het in uw wellusten doorbrengen
8508 Jako   4:4  |                en overspeleressen, weet gij niet, dat de vriendschap
8509 Jako   4:5  |                              5 Of meent gij, dat de Schrift tevergeefs
8510 Jako   4:8  |               naken. Reinigt de handen, gij zondaars, en zuivert de
8511 Jako   4:8  |         zondaars, en zuivert de harten, gij dubbelhartigen! ~
8512 Jako   4:11 |                 oordeelt de wet. Indien gij nu de wet oordeelt, zo zijt
8513 Jako   4:11 |                de wet oordeelt, zo zijt gij geen dader der wet, maar
8514 Jako   4:12 |                verderven. Doch wie zijt gij, die een anderen oordeelt? ~
8515 Jako   4:13 |                            13 Welaan nu gij, die daar zegt: Wij zullen
8516 Jako   4:14 |                                      14 Gij, die niet weet, wat morgen
8517 Jako   4:15 |                        15 In plaats dat gij zoudt zeggen: Indien de
8518 Jako   4:16 |                        16 Maar nu roemt gij in uw hoogmoed; alle zodanige
8519 Jako   5:1  |                            1 Welaan nu, gij rijken, weent en huilt over
8520 Jako   5:3  |            vlees als een vuur verteren; gij hebt schatten vergaderd
8521 Jako   5:5  |                                       5 Gij hebt lekkerlijk geleefd
8522 Jako   5:5  |            aarde, en wellusten gevolgd; gij hebt uw harten gevoed als
8523 Jako   5:6  |                                       6 Gij hebt veroordeeld, gij hebt
8524 Jako   5:6  |                 6 Gij hebt veroordeeld, gij hebt gedood den rechtvaardige;
8525 Jako   5:8  |                                 8 Weest gij ook lankmoedig, versterkt
8526 Jako   5:9  |               elkander, broeders, opdat gij niet veroordeeld wordt;
8527 Jako   5:11 |              gelukzalig, die verdragen; gij hebt de verdraagzaamheid
8528 Jako   5:11 |    verdraagzaamheid van Job gehoord, en gij hebt het einde des Heeren
8529 Jako   5:12 |                en het neen, neen; opdat gij in geen oordeel valt. ~
8530 Jako   5:16 |               bidt voor elkander, opdat gij gezond wordt; een krachtig
8531 1Pet   1:6  |                              6 In welke gij u verheugt, nu een weinig
8532 1Pet   1:8  |                             8 Denwelken gij niet gezien hebt, en nochtans
8533 1Pet   1:8  |         nochtans liefhebt, in Denwelken gij nu, hoewel Hem niet ziende,
8534 1Pet   1:17 |                            17 En indien gij tot een Vader aanroept Dengene,
8535 1Pet   1:18 |                          18 Wetende dat gij niet door vergankelijke
8536 1Pet   1:23 |                                      23 Gij, die wedergeboren zijt,
8537 1Pet   2:2  |                 onvervalste melk, opdat gij door dezelve moogt opwassen; ~
8538 1Pet   2:3  |                                3 Indien gij anders gesmaakt hebt, dat
8539 1Pet   2:5  |                              5 Zo wordt gij ook zelven, als levende
8540 1Pet   2:9  |                                  9 Maar gij zijt een uitverkoren geslacht,
8541 1Pet   2:9  |               een verkregen volk; opdat gij zoudt verkondigen de deugden
8542 1Pet   2:10 |                                      10 Gij, die eertijds geen volk
8543 1Pet   2:11 |          inwoners en vreemdelingen, dat gij u onthoudt van de vleselijke
8544 1Pet   2:15 |                 het de wil van God, dat gij, weldoende, den mond stopt
8545 1Pet   2:18 |                                      18 Gij huisknechten, zijt met alle
8546 1Pet   2:20 |             Want wat lof is het, indien gij verdraagt, als gij zondigt,
8547 1Pet   2:20 |               indien gij verdraagt, als gij zondigt, en daarover geslagen
8548 1Pet   2:20 |             geslagen wordt? Maar indien gij verdraagt, als gij weldoet,
8549 1Pet   2:20 |               indien gij verdraagt, als gij weldoet, en daarover lijdt,
8550 1Pet   2:21 |                    21 Want hiertoe zijt gij geroepen, dewijl ook Christus
8551 1Pet   2:21 |              voorbeeld nalatende, opdat gij Zijn voetstappen zoudt navolgen; ~
8552 1Pet   2:24 |             zouden; door Wiens striemen gij genezen zijt. ~
8553 1Pet   2:25 |                                 25 Want gij waart als dwalende schapen;
8554 1Pet   2:25 |              als dwalende schapen; maar gij zijt nu bekeerd tot den
8555 1Pet   3:1  |                            1 Desgelijks gij vrouwen, zijt uw eigenen
8556 1Pet   3:6  |          noemende heer, welker dochters gij geworden zijt, als gij weldoet,
8557 1Pet   3:6  |         dochters gij geworden zijt, als gij weldoet, en niet vreest
8558 1Pet   3:7  |                                       7 Gij mannen, insgelijks, woont
8559 1Pet   3:9  |               daarentegen; wetende, dat gij daartoe geroepen zijt, opdat
8560 1Pet   3:9  |            daartoe geroepen zijt, opdat gij zegening zoudt beerven. ~
8561 1Pet   3:13 |                u kwaad doen zal, indien gij navolgers zijt van het goede? ~
8562 1Pet   3:14 |                          14 Maar indien gij ook lijdt om der gerechtigheid
8563 1Pet   3:14 |              gerechtigheid wil, zo zijt gij zalig; en vreest niet uit
8564 1Pet   3:17 |               17 Want het is beter, dat gij, weldoende, (indien het
8565 1Pet   4:1  |                geleden heeft, zo wapent gij u ook met dezelfde gedachte,
8566 1Pet   4:4  |                 zich vreemd houden, als gij niet medeloopt tot dezelfde
8567 1Pet   4:13 |                          13 Maar gelijk gij gemeenschap hebt aan het
8568 1Pet   4:13 |                 alzo verblijdt u; opdat gij ook in de openbaring Zijner
8569 1Pet   4:14 |                               14 Indien gij gesmaad wordt om den Naam
8570 1Pet   4:14 |              Naam van Christus, zo zijt gij zalig; want de Geest der
8571 1Pet   5:4  |            verschenen zal zijn, zo zult gij de onverwelkelijke kroon
8572 1Pet   5:5  |                            5 Desgelijks gij jongen, zijt den ouden onderdanig;
8573 1Pet   5:12 |       waarachtige genade Gods, in welke gij staat. ~
8574 2Pet   1:4  |         beloften geschonken zijn, opdat gij door dezelve der goddelijke
8575 2Pet   1:4  |          deelachtig zoudt worden, nadat gij ontvloden zijt het verderf,
8576 2Pet   1:5  |                                    5 En gij, tot hetzelve ook alle naarstigheid
8577 2Pet   1:10 |             maken; want dat doende zult gij nimmermeer struikelen. ~
8578 2Pet   1:12 |             daarvan te vermanen, hoewel gij het weet, en in de tegenwoordige
8579 2Pet   1:15 |               bij alle gelegenheid, dat gij na mijn uitgang van deze
8580 2Pet   1:19 |             woord, dat zeer vast is, en gij doet wel, dat gij daarop
8581 2Pet   1:19 |                is, en gij doet wel, dat gij daarop acht hebt, als op
8582 2Pet   3:2  |                                 2 Opdat gij gedachtig zijt aan de woorden,
8583 2Pet   3:11 |             vergaan, hoedanigen behoort gij te zijn in heiligen wandel
8584 2Pet   3:14 |              dingen, benaarstigt u, dat gij onbevlekt en onbestraffelijk
8585 2Pet   3:17 |                                      17 Gij dan, geliefden, zulks te
8586 2Pet   3:17 |             voren wetende, wacht u, dat gij niet door de verleiding
8587 1Joh   1:3  |            verkondigen wij u, opdat ook gij met ons gemeenschap zoudt
8588 1Joh   2:1  |            schrijf u deze dingen, opdat gij niet zondigt. En indien
8589 1Joh   2:7  |                 maar een oud gebod, dat gij van den beginne gehad hebt;
8590 1Joh   2:7  |                 gebod is het woord, dat gij van den beginne gehoord
8591 1Joh   2:13 |                 schrijf u, vaders! want gij hebt Hem gekend, Die van
8592 1Joh   2:13 |            schrijf u, jongelingen, want gij hebt den boze overwonnen.
8593 1Joh   2:13 |               schrijf u, kinderen, want gij hebt den Vader gekend. ~
8594 1Joh   2:14 |                geschreven, vaders, want gij hebt Hem gekend, Die van
8595 1Joh   2:14 |           geschreven, jongelingen, want gij zijt sterk, en het Woord
8596 1Joh   2:14 |              Woord Gods blijft in u, en gij hebt den boze overwonnen. ~
8597 1Joh   2:18 |               de laatste ure; en gelijk gij gehoord hebt, dat de antichrist
8598 1Joh   2:20 |                                 20 Doch gij hebt de zalving van den
8599 1Joh   2:20 |             zalving van den Heilige, en gij weet alle dingen. ~
8600 1Joh   2:21 |                u niet geschreven, omdat gij de waarheid niet weet, maar
8601 1Joh   2:21 |          waarheid niet weet, maar omdat gij die weet, en omdat geen
8602 1Joh   2:24 |                 Indien in u blijft, wat gij van den beginne gehoord
8603 1Joh   2:24 |           beginne gehoord hebt, zo zult gij ook in den Zoon en in den
8604 1Joh   2:27 |         ontvangen hebt, blijft in u, en gij hebt niet van node, dat
8605 1Joh   2:27 |                u geleerd heeft, zo zult gij in Hem blijven. ~
8606 1Joh   2:29 |                               29 Indien gij weet, dat Hij rechtvaardig
8607 1Joh   2:29 |                rechtvaardig is, zo weet gij, dat een iegelijk, die de
8608 1Joh   3:5  |                                    5 En gij weet, dat Hij geopenbaard
8609 1Joh   3:11 |                 is de verkondiging, die gij van den beginne gehoord
8610 1Joh   3:15 |             haat, is een doodslager; en gij weet, dat geen doodslager
8611 1Joh   4:2  |                          2 Hieraan kent gij den Geest van God: alle
8612 1Joh   4:3  |                antichrist, welken geest gij gehoord hebt, dat komen
8613 1Joh   4:4  |                           4 Kinderkens, gij zijt uit God, en hebt hen
8614 1Joh   5:13 |                des Zoons van God; opdat gij weet, dat gij het eeuwige
8615 1Joh   5:13 |                God; opdat gij weet, dat gij het eeuwige leven hebt,
8616 1Joh   5:13 |            eeuwige leven hebt, en opdat gij gelooft in den Naam des
8617 2Joh   1:6  |               beginne gehoord hebt, dat gij in hetzelve zoudt wandelen. ~
8618 3Joh   1:2  |                alle dingen wens ik, dat gij welvaart en gezond zijt,
8619 3Joh   1:3  |                 van uw waarheid, gelijk gij in de waarheid wandelt. ~
8620 3Joh   1:5  |                             5 Geliefde, gij doet trouwelijk, in al hetgeen
8621 3Joh   1:5  |               trouwelijk, in al hetgeen gij doet aan de broederen en
8622 3Joh   1:6  |                 Gemeente; welken indien gij geleide doet, gelijk het
8623 3Joh   1:6  |                Gode waardig is, zo zult gij weldoen. ~
8624 3Joh   1:12 |                 en wij getuigen ook, en gij weet, dat onze getuigenis
8625 Jud   1:3   |         schrijven en u te vermanen, dat gij strijdt voor het geloof,
8626 Jud   1:17  |                 Maar geliefden, gedenkt gij der woorden, die voorzegd
8627 Jud   1:20  |                20 Maar geliefden, bouwt gij uzelven op uw allerheiligst
8628 Open   1:11 |               en de Laatste; en hetgeen gij ziet, schrijf dat in een
8629 Open   1:19 |                     19 Schrijf, hetgeen gij gezien hebt, en hetgeen
8630 Open   1:20 |    verborgenheid der zeven sterren, die gij gezien hebt in Mijn rechter
8631 Open   1:20 |                de zeven kandelaren, die gij gezien hebt, zijn de zeven
8632 Open   2:2  |                 uw lijdzaamheid, en dat gij de kwaden niet kunt dragen;
8633 Open   2:2  |                niet kunt dragen; en dat gij beproefd hebt degenen, die
8634 Open   2:3  |                                    3 En gij hebt verdragen, en hebt
8635 Open   2:3  |           verdragen, en hebt geduld; en gij hebt om Mijns Naams wil
8636 Open   2:4  |                Maar Ik heb tegen u, dat gij uw eerste liefde hebt verlaten.
8637 Open   2:5  |                   5 Gedenk dan, waarvan gij uitgevallen zijt, en bekeer
8638 Open   2:5  |               zijn plaats weren, indien gij u niet bekeert. ~
8639 Open   2:6  |                         6 Maar dit hebt gij, dat gij de werken der Nikolaieten
8640 Open   2:6  |                6 Maar dit hebt gij, dat gij de werken der Nikolaieten
8641 Open   2:9  |           verdrukking, en armoede (doch gij zijt rijk), en de lastering
8642 Open   2:10 |              Vrees geen der dingen, die gij lijden zult. Ziet, de duivel
8643 Open   2:10 |                gevangenis werpen, opdat gij verzocht wordt; en gij zult
8644 Open   2:10 |            opdat gij verzocht wordt; en gij zult een verdrukking hebben
8645 Open   2:13 |                 weet uw werken, en waar gij woont; namelijk daar de
8646 Open   2:13 |                 troon des satans is, en gij houdt Mijn Naam, en hebt
8647 Open   2:14 |             weinige dingen tegen u, dat gij aldaar hebt, die de lering
8648 Open   2:15 |                        15 Alzo hebt ook gij, die de lering der Nikolaieten
8649 Open   2:20 |             weinige dingen tegen u, dat gij de vrouw Jezabel, die zichzelve
8650 Open   2:25 |                         25 Maar hetgeen gij hebt, houdt dat, totdat
8651 Open   3:1  |                  Ik weet uw werken, dat gij den naam hebt, dat gij leeft,
8652 Open   3:1  |              dat gij den naam hebt, dat gij leeft, en gij zijt dood. ~
8653 Open   3:1  |                 hebt, dat gij leeft, en gij zijt dood. ~
8654 Open   3:3  |                       3 Gedenk dan, hoe gij het ontvangen en gehoord
8655 Open   3:3  |                het, en bekeer u. Indien gij dan niet waakt, zo zal Ik
8656 Open   3:3  |                u komen als een dief, en gij zult niet weten, op wat
8657 Open   3:4  |                                  4 Doch gij hebt enige weinige namen
8658 Open   3:8  |           niemand kan die sluiten; want gij hebt kleine kracht, en gij
8659 Open   3:8  |              gij hebt kleine kracht, en gij hebt Mijn woord bewaard,
8660 Open   3:10 |                                10 Omdat gij het woord Mijner lijdzaamheid
8661 Open   3:11 |                kom haastelijk; houd dat gij hebt, opdat niemand uw kroon
8662 Open   3:15 |               15 Ik weet uw werken, dat gij noch koud zijt, noch heet;
8663 Open   3:15 |                zijt, noch heet; och, of gij koud waart, of heet! ~
8664 Open   3:16 |                        16 Zo dan, omdat gij lauw zijt, en noch koud
8665 Open   3:17 |                                 17 Want gij zegt: Ik ben rijk, en verrijkt
8666 Open   3:17 |              heb geens dings gebrek; en gij weet niet, dat gij zijt
8667 Open   3:17 |           gebrek; en gij weet niet, dat gij zijt ellendig, en jammerlijk,
8668 Open   3:18 |                        18 Ik raad u dat gij van Mij koopt goud, beproefd
8669 Open   3:18 |             komende uit het vuur, opdat gij rijk moogt worden; en witte
8670 Open   3:18 |                en witte klederen, opdat gij moogt bekleed worden, en
8671 Open   3:18 |                ogen met ogenzalf, opdat gij zien moogt. ~
8672 Open   4:11 |                                      11 Gij Heere, zijt waardig te ontvangen
8673 Open   4:11 |                 eer, en de kracht; want Gij hebt alle dingen geschapen,
8674 Open   5:9  |               een nieuw lied, zeggende: Gij zijt waardig dat boek te
8675 Open   5:9  |                 zegelen te openen; want Gij zijt geslacht, en hebt ons
8676 Open   5:10 |                                   10 En Gij hebt ons onzen God gemaakt
8677 Open   6:10 |             Heerser, oordeelt en wreekt Gij ons bloed niet van degenen,
8678 Open   7:14 |                ik sprak tot hem: Heere, gij weet het. En hij zeide tot
8679 Open  10:11 |                11 En hij zeide tot mij: Gij moet wederom profeteren
8680 Open  11:17 |              was, en Die komen zal, dat Gij Uw grote kracht hebt aangenomen,
8681 Open  12:12 |                Hierom bedrijft vreugde, gij hemelen, en gij, die daarin
8682 Open  12:12 |                vreugde, gij hemelen, en gij, die daarin woont! Wee dengenen,
8683 Open  15:3  |       wonderlijk zijn Uw werken, Heere, Gij almachtige God,rechtvaardig
8684 Open  15:3  |               waarachtig zijn Uw wegen, Gij Koning der heiligen! ~
8685 Open  15:4  |                niet verheerlijken? Want Gij zijt alleen heilig; want
8686 Open  16:5  |               engel der wateren zeggen: Gij zijt rechtvaardig, Heere!
8687 Open  16:5  |               was, en Die zijn zal, dat Gij dit geoordeeld hebt; ~
8688 Open  16:6  |                vergoten hebben, zo hebt Gij hun ook bloed te drinken
8689 Open  16:7  |               altaar zeggen: Ja, Heere, Gij almachtige God! Uwe oordelen
8690 Open  17:7  |              tot mij: Waarom verwondert gij u? Ik zal u zeggen de verborgenheid
8691 Open  17:8  |                        8 Het beest, dat gij gezien hebt, was en is niet;
8692 Open  17:12 |                 En de tien hoornen, die gij gezien hebt, zijn tien koningen,
8693 Open  17:15 |                tot mij: De wateren, die gij gezien hebt, waar de hoer
8694 Open  17:16 |                 En de tien hoornen, die gij gezien hebt op het beest,
8695 Open  17:18 |                     18 En de vrouw, die gij gezien hebt, is de grote
8696 Open  18:4  |              van haar, Mijn volk, opdat gij aan haar zonden geen gemeenschap
8697 Open  18:4  |              gemeenschap hebt, en opdat gij van haar plagen niet ontvangt. ~
8698 Open  18:14 |                  is van u weggegaan; en gij zult hetzelve niet meer
8699 Open  18:20 |             Bedrijft vreugde over haar, gij hemel, en gij heilige apostelen,
8700 Open  18:20 |                over haar, gij hemel, en gij heilige apostelen, en gij
8701 Open  18:20 |               gij heilige apostelen, en gij profeten, want God heeft
8702 Open  19:5  |              zeggende: Looft onzen God, gij al Zijn dienstknechten,
8703 Open  19:5  |                 Zijn dienstknechten, en gij, die Hem vreest, beiden
8704 Open  19:10 |                 zeide tot mij: Zie, dat gij dat niet doet; ik ben uw
8705 Open  19:18 |                                18 Opdat gij eet het vlees der koningen,
8706 Open  22:9  |                 zeide tot mij: Zie, dat gij het niet doet; want ik ben