Book Chapter: Verse
1 Gen 14:23 | van alles, dat het uwe is, iets neme! opdat gij niet zegt:
2 Gen 17:14 | 14 Zou iets voor den HEERE te wonderlijk
3 Gen 37:56 | opende Jozef alles, waarin iets was, en verkocht aan de
4 Gen 40:5 | heer drinkt? en waarbij hij iets zekerlijk waarnemen zal?
5 Exo 20:17 | os, noch zijn ezel, noch iets, dat uws naasten is. ~
6 Lev 4:13 | gemeente verborgen is, en zij iets gedaan zullen hebben tegen
7 Lev 4:27 | gezondigd hebben, dewijl hij iets doet tegen een van de geboden
8 Lev 6:3 | gezworen zal hebben; over iets van alles, dat de mens doet,
9 Lev 6:7 | hem vergeven worden; over iets van al, wat hij doet, waar
10 Lev 7:19 | 19 En het vlees, dat iets onreins aangeroerd zal hebben,
11 Lev 7:21 | 21 En wanneer een ziel iets onreins zal aangeroerd hebben,
12 Lev 11:32 | Daartoe al hetgeen, waarop iets van dezelve vallen zal,
13 Lev 11:33 | alle aarden vat, waarin iets van dezelve zal gevallen
14 Lev 11:35 | 35 En waarop iets van hun dood aas zal vallen,
15 Lev 11:39 | die u tot spijze zijn, iets zal gestorven zijn, wie
16 Lev 14:57 | te leren, op welken dag iets onrein, en op welken dag
17 Lev 14:57 | onrein, en op welken dag iets rein is. Dit is de wet der
18 Lev 15:10 | 10 En al wie iets aanroert, dat onder hem
19 Lev 22:4 | rein is; mitsgaders die iets aanroert, dat onrein is
20 Lev 22:20 | 20 Gij zult niet offeren iets, waarin een gebrek is; want
21 Lev 24:25 | broeder zal verarmd zijn, en iets van zijn bezitting verkocht
22 Lev 26:31 | iemand van zijn tienden immer iets lossen zal, hij zal zijn
23 Num 5:6 | wanneer een man of een vrouw iets van enige menselijke zonden
24 Num 6:4 | Nazireerschap zal hij niet eten van iets, dat van den wijnstok des
25 Num 15:24 | zal het geschieden, indien iets bij dwaling gedaan, en voor
26 Num 15:30 | 30 Maar de ziel, die iets gedaan zal hebben met opgeheven
27 Num 20:19 | ik zal alleenlijk, zonder iets anders, te voet doortrekken. ~
28 Num 22:38 | gekomen; zal ik nu enigzins iets kunnen spreken? Het woord,
29 Deu 2:37 | van het gebergte, noch tot iets, dat de HEERE, onze God,
30 Deu 4:16 | niet verderft, en maakt u iets gesnedens, de gelijkenis
31 Deu 4:18 | 18 De gedaante van iets, dat op den aardbodem kruipt;
32 Deu 4:23 | maken, de gelijkenis van iets, dat de HEERE, uw God, u
33 Deu 5:21 | os, noch zijn ezel, noch iets, dat uws naasten is. ~
34 Deu 24:1 | in zijn ogen, omdat hij iets schandelijks aan haar gevonden
35 Deu 24:10 | Wanneer gij aan uw naaste iets zult geleend hebben, zo
36 Deu 26:14 | daarvan niets weggenomen tot iets onreins, noch daarvan gegeven
37 Deu 28:39 | geen wijn drinken, noch iets vergaderen; want de worm
38 Deu 29:26 | hadden, en geen van welke hun iets medegedeeld had; ~
39 Ric 12:14 | 14 Zij zal niet eten van iets, dat van de wijnstok des
40 Ric 12:14 | zal zij niet drinken, noch iets onreins eten; al wat Ik
41 1Sa 2:3 | hoog zoudt spreken, dat iets hards uit uw mond zou gaan;
42 1Sa 12:4 | gij hebt van niemands hand iets genomen. ~
43 1Sa 15:29 | Hij is geen mens, dat Hem iets berouwen zou. ~
44 1Sa 21:2 | zeide tot mij: Laat niemand iets van de zaak weten, om dewelke
45 1Sa 25:22 | van allen, die hij heeft, iets tot morgen overlaat, dat
46 2Sa 3:35 | ondergaan der zon brood of iets smake! ~
47 2Sa 13:2 | Amnons ogen zwaar was, haar iets te doen. ~
48 2Kon 4:13| er voor u te doen? Is er iets om voor u te spreken tot
49 2Kro 10:20| dagen van Salomo niet voor iets geacht. ~
50 Neh 6:13 | en zondigen; opdat zij iets zouden hebben tot een kwaden
51 Job 31:7 | nagevolgd is, en aan mijn handen iets aankleeft; ~
52 Job 34:33 | het van u zijn, hoe Hij iets vergelden zal, dewijl gij
53 Psa 141:7 | gelijk of iemand op de aarde iets gekloofd en verdeeld had. ~
54 Pred 7:14| mens niet zou vinden iets, dat na hem zal zijn. ~
55 Pred 10:10| een uitnemende zaak, om iets recht te maken. ~
56 Eze 8:17 | mensenkind, dat gezien? Is er iets lichter geacht bij het huis
57 Eze 14:9 | profeet overreed zal zijn, en iets gesproken zal hebben, Ik,
58 Dan 6:6 | vinden, tenzij wij tegen hem iets vinden in te wet zijns Gods. ~
59 Dan 6:13 | dagen van enigen god of mens iets verzoeken zou, behalve
60 Jona 3:7 | beest, rund noch schaap, iets smaken, laat ze niet weiden,
61 Matt 5:23| gedachtig wordt, dat uw broeder iets tegen u heeft; ~
62 Matt 5:42| 42 Geeft dengene, die iets van u bidt, en keert u niet
63 Matt 21:3 | 3 En indien u iemand iets zegt, zo zult gij zeggen,
64 Matt 22:46| durfde Hem van dien dag aan iets meer vragen. ~ ~ ~
65 Matt 24:17| dak is, kome niet af, om iets uit zijn huis weg te nemen; ~
66 Mark 1:44| hem: Zie, dat gij niemand iets zegt; maar ga heen en vertoon
67 Mark 2:21| deszelfs nieuwe aangenaaide lap iets af van het oude kleed, en
68 Mark 7:12| laat hem niet meer toe, iets aan zijn vader of zijn moeder
69 Mark 8:23| en vraagde hem, of hij iets zag. ~
70 Mark 9:22| te verderven; maar zo Gij iets kunt, wees met innerlijke
71 Mark 11:13| Hij om te zien, of Hij ook iets op denzelven zou vinden;
72 Mark 11:25| bidden, vergeeft, indien gij iets hebt tegen iemand; opdat
73 Mark 13:15| huis, en ga niet in, om iets uit zijn huis weg te nemen. ~
74 Mark 16:8 | bevangen; en zij zeiden niemand iets; want zij waren bevreesd. ~
75 Mark 16:18| opnemen; en al is het, dat zij iets dodelijks zullen drinken,
76 Luk 4:35 | van hem uit, zonder hem iets te beschadigen. ~
77 Luk 6:35 | doet goed, en leent, zonder iets weder te hopen; en uw loon
78 Luk 9:36 | verhaalden in die dagen niemand iets van hetgeen zij gezien hadden. ~
79 Luk 11:54 | lagen leggende, en zoekende iets uit Zijn mond te bejagen,
80 Luk 19:8 | armen; en indien ik iemand iets door bedrog ontvreemd heb,
81 Luk 20:40 | zij durfden Hem niet meer iets vragen. ~
82 Luk 22:35 | en schoenen, heeft u ook iets ontbroken? En zij zeiden:
83 Luk 24:41 | Hij tot hen: Hebt gij hier iets om te eten? ~
84 Joha 1:47| tot hem: Kan uit Nazareth iets goeds zijn? Filippus zeide
85 Joha 7:4 | 4 Want niemand doet iets in het verborgen, en zoekt
86 Joha 8:6 | Hem verzoekende, opdat zij iets hadden, om Hem te beschuldigen.
87 Joha 14:14| 14 Zo gij iets begeren zult in Mijn Naam,
88 Hand 3:5 | hen, verwachtende, dat hij iets van hen zou ontvangen. ~
89 Hand 4:32| ziel; en niemand zeide, dat iets van hetgeen hij had, zijn
90 Hand 5:14| want ik heb nooit gegeten iets, dat gemeen of onrein was. ~
91 Hand 6:8 | Geenszins, Heere, want nooit is iets, dat gemeen of onrein was,
92 Hand 6:29| vermocht, besloot elk van hen iets te zenden ten dienste der
93 Hand 11:25| mensenhanden niet gediend, als iets behoevende, alzo Hij Zelf
94 Hand 13:39| 39 En indien gij iets van andere dingen verzoekt,
95 Hand 17:20| zoudt afbrengen, alsof zij iets van hem nader zouden onderzoeken. ~
96 Hand 18:19| beschuldigen, indien zij iets hadden tegen mij. ~
97 Hand 19:5 | mede afreizen, en zo er iets onbehoorlijks in dezen man
98 Hand 19:8 | tempel, noch tegen den keizer iets gezondigd. ~
99 Hand 19:11| indien ik onrecht doe, en iets des doods waardig gedaan
100 Hand 20:26| ik geloof niet, dat hem iets van deze dingen verborgen
101 Hand 22:19| beroepen; doch niet, alsof ik iets had, mijn volk te beschuldigen. ~
102 Hand 22:21| gekomen zijnde, heeft van u iets kwaads geboodschapt of gesproken. ~
103 Rom 9:11 | niet geboren waren, noch iets goeds of kwaads gedaan hadden,
104 Rom 13:8 | 8 Zijt niemand iets schuldig, dan elkander lief
105 Rom 14:14 | zichzelven; dan die acht iets onrein te zijn, die is het
106 Rom 14:21 | noch wijn te drinken, noch iets, waaraan uw broeder zich
107 Rom 15:18 | Want ik zou niet durven iets zeggen, hetwelk Christus
108 1Kor 1:28| niets is, opdat Hij hetgeen iets is, te niet zou maken; ~
109 1Kor 2:2 | ik heb niet voorgenomen iets te weten onder u, dan Jezus
110 1Kor 3:7 | dan noch hij, die plant, iets, noch hij, die nat maakt,
111 1Kor 8:2 | 2 En zo iemand meent iets te weten, die heeft nog
112 1Kor 8:7 | afgods tot nog toe, eten als iets dat den afgoden geofferd
113 1Kor 10:19| zeg ik dan? Dat een afgod iets is, of dat het afgodenoffer
114 1Kor 10:19| of dat het afgodenoffer iets is? ~
115 1Kor 10:31| gij drinkt, hetzij dat gij iets anders doet, doet het al
116 1Kor 11:4 | of profeteert, hebbende iets op het hoofd, die onteert
117 1Kor 14:30| indien een ander, die er zit, iets geopenbaard is, dat de eerste
118 1Kor 14:35| 35 En zo zij iets willen leren, laat haar
119 1Kor 16:2 | legge een iegelijk van u iets bij zichzelven weg, vergaderende
120 2Kor 2:10| 10 Dien gij nu iets vergeeft, dien vergeef ik
121 2Kor 2:10| vergeef ik ook; want zo ik ook iets vergeven heb, dien ik vergeven
122 2Kor 3:5 | van onszelven bekwaam zijn iets te denken, als uit onszelven;
123 2Kor 7:14| 14 Want indien ik iets bij hem over u geroemd heb,
124 2Kor 10:8 | 8 Want indien ik ook iets overvloediger zou roemen
125 Gal 6:3 | 3 Want zo iemand meent iets te zijn, daar hij niets
126 Efez 5:27| vlek of rimpel heeft, of iets dergelijks, maar dat zij
127 Fili 3:15| gevoelen; en indien gij iets anderszins gevoelt, ook
128 Fili 4:15| vertrokken ben, geen Gemeente mij iets medegedeeld heeft tot rekening
129 1The 1:8 | wij niet van node hebben, iets daarvan te spreken. ~
130 1Tim 1:10| den meinedigen, en zo er iets anders tegen de gezonde
131 1Tim 6:7 | dat wij ook niet kunnen iets daaruit dragen. ~
132 File 1:18| 18 En indien hij u iets verongelijkt heeft, of schuldig
133 Jako 1:7 | mens mene niet, dat hij iets ontvangen zal van den Heere. ~
134 1Pet 4:12| tot verzoeking, alsof u iets vreemds overkwame; ~
135 1Joh 5:14| tot Hem hebben, dat zo wij iets bidden naar Zijn wil, Hij
136 Open 8:8 | heeft gebazuind, en er werd iets als een grote berg, van
137 Open 21:27| in haar zal niet inkomen iets, dat ontreinigt, en gruwelijkheid
|