Table of Contents | Words: Alphabetical - Frequency - Inverse - Length - Statistics | Help | IntraText Library
Alphabetical    [«  »]
geslachtsregisters 8
geslachtsrekening 5
geslachtsrekeningen 2
geslagen 137
geslagenen 2
geslepen 1
geslingerd 1
Frequency    [«  »]
138 tegenover
138 vaten
138 zes
137 geslagen
137 iets
137 joab
137 kom

Bijbel

IntraText - Concordances

geslagen

    Book Chapter: Verse
1 Gen 28:25 | Jakob nu had zijn tent geslagen op dat gebergte; ook sloeg 2 Exo 5:14 | hen gesteld hadden, werden geslagen, en men zeide: Waarom hebt 3 Exo 5:16 | ziet, uw knechten worden geslagen, doch de schuld is uws volks! ~ 4 Exo 7:25 | nadat de HEERE de rivier geslagen had. ~  ~ 5 Exo 9:31 | vlas nu, en de gerst werd geslagen; want de gerst was in de 6 Exo 9:32 | en de spelt werden niet geslagen; want zij waren bedekt. ~ 7 Exo 22:2 | doorgraven, en hij wordt geslagen, dat hij sterft, het zal 8 Exo 22:11 | hand aan zijns naasten have geslagen heeft; en derzelver heer 9 Lev 25:17 | ulieden zetten, dat gij geslagen zult worden voor het aangezicht 10 Num 14:42 | niet zijn; opdat gij niet geslagen wordt, voor het aangezicht 11 Num 22:28 | dat gij mij nu driemaal geslagen hebt? ~ 12 Num 22:32 | gij uw ezelin nu driemaal geslagen? Zie, Ik ben uitgegaan u 13 Num 31:57 | der vergadering van Israel geslagen heeft, is een land voor 14 Num 32:4 | welke de HEERE onder hen geslagen had, alle eerstgeborenen; 15 Num 34:11 | vliede, die een ziel onwetend geslagen heeft. ~ 16 Num 34:16 | met een ijzeren instrument geslagen heeft, dat hij gestorven 17 Num 34:17 | met zoude kunnen sterven, geslagen heeft, dat hij gestorven 18 Num 34:18 | men zoude kunnen sterven, geslagen heeft, dat hij gestorven 19 Num 34:21 | vijandschap met zijn hand geslagen heeft, dat hij gestorven 20 Deu 1:4 | 4 Nadat hij geslagen had Sihon, den koning der 21 Deu 1:42 | aangezicht uwer vijanden geslagen wordet. ~ 22 Deu 12:7 | alles, waaraan gij uw hand geslagen hebt, waarin u de HEERE, 23 Deu 12:18 | alles, waaraan gij uw handen geslagen hebt. ~ 24 Deu 19:4 | leve; die zijn naaste zal geslagen hebben door onwetendheid, 25 Deu 21:1 | niet bekend zijnde, wie hem geslagen heeft; ~ 26 Deu 28:7 | vijanden, die tegen u opstaan, geslagen voor uw aangezicht; door 27 Deu 28:25 | 25 De HEERE zal u geslagen geven voor het aangezicht 28 Joz 8:15 | dan, en gans Israel, werd geslagen voor hun aangezichten; en 29 Joz 12:1 | die de kinderen Israels geslagen hebben, en hun land erfelijk 30 Joz 13:21 | regeerde, denwelken Mozes geslagen heeft, mitsgaders de vorsten 31 Ric 1:8 | de scherpte des zwaards geslagen; en zij hadden de stad in 32 Ric 14:16 | ezelskinnebakken heb ik duizend man geslagen. ~ 33 Ric 19:32 | zijn voor ons aangezicht geslagen, als te voren; maar de kinderen 34 Ric 19:36 | Benjamin zagen, dat zij geslagen waren; want de mannen van 35 Ric 19:39 | zekerlijk voor ons aangezicht geslagen, als in den vorigen strijd. ~ 36 1Sa 4:2 | der Filistijnen aangezicht geslagen; want zij sloegen in de 37 1Sa 4:3 | heeft ons de HEERE heden geslagen voor het aangezicht der 38 1Sa 4:10 | Filistijnen, en Israel werd geslagen, en zij vloden een iegelijk 39 1Sa 5:12 | die niet stierven, werden geslagen met spenen, zodat het geschrei 40 1Sa 6:19 | groten slag onder het volk geslagen had. ~ 41 1Sa 13:4 | bezetting der Filistijnen geslagen, en ook is Israel stinkende 42 1Sa 17:36 | zo den leeuw als den beer geslagen; alzo zal deze onbesneden 43 1Sa 19:5 | hij heeft den Filistijn geslagen, en de HEERE heeft een groot 44 1Sa 29:5 | Saul heeft zijn duizenden geslagen, maar David zijn tienduizenden? ~ 45 1Sa 30:1 | ingevallen waren, en Ziklag geslagen, en dezelve met vuur verbrand 46 2Sa 2:17 | aangezicht der knechten van David geslagen. ~ 47 2Sa 2:31 | Benjamin en onder Abners mannen geslagen: driehonderd en zestig mannen 48 2Sa 4:4 | zoon, had een zoon, die geslagen was aan beide voeten; vijf 49 2Sa 8:9 | ganse heir van Hadad-ezer geslagen had; ~ 50 2Sa 8:10 | Hadad-ezer gekrijgd en hem geslagen had, (want Hadad-ezer voerde 51 2Sa 8:13 | wederkwam, nadat hij de Syriers geslagen had, in het Zoutdal, achttien 52 2Sa 9:3 | een zoon van Jonathan, die geslagen is aan beide voeten. ~ 53 2Sa 10:15 | voor Israels aangezicht geslagen waren, zo vergaderden zij 54 2Sa 10:19 | voor Israels aangezicht geslagen waren, maakten zij vrede 55 2Sa 11:15 | achter hem af, opdat hij geslagen worde en sterve. ~ 56 2Sa 13:30 | al de zonen des konings geslagen, en er is niet een van hen 57 2Sa 14:7 | dien hier, die zijn broeder geslagen heeft, dat wij hem voor 58 2Sa 18:7 | aangezicht van Davids knechten geslagen; en aldaar geschiedde te 59 2Sa 18:11 | hem niet aldaar ter aarde geslagen, alzo het aan mij stond 60 1Kon 8:33| Wanneer Uw volk Israel zal geslagen worden voor het aangezicht 61 1Kon 10:16| tweehonderd rondassen van geslagen goud; zeshonderd sikkelen 62 1Kon 10:17| driehonderd schilden van geslagen goud; drie pond gouds liet 63 2Kon 8:29| die hem de Syriers te Rama geslagen hadden, als hij streed tegen 64 2Kon 9:15| slagen, die hem de Syriers geslagen hadden, als hij streed tegen 65 2Kon 10:9 | en wie heeft alle dezen geslagen? ~ 66 2Kon 14:19| zoudt vijfmaal of zesmaal geslagen hebben; dan zoudt gij de 67 2Kon 14:19| Syriers tot verdoens toe geslagen hebben; doch nu zult gij 68 2Kon 15:5 | den koning, zijn vader, geslagen hadden, ~ 69 2Kon 15:10| hebt de Edomieten dapper geslagen, daarom heeft uw hart u 70 2Kon 15:12| 12 En Juda werd geslagen voor het aangezicht van 71 1Kro 18:9 | Hadar-ezer, den koning van Zoba, geslagen had; ~ 72 1Kro 19:9 | Hadar-ezer, den koning van Zoba, geslagen had; ~ 73 1Kro 20:16| het aangezicht van Israel geslagen waren, zo zonden zij boden, 74 1Kro 20:19| Hadar-ezer zagen, dat zij geslagen waren, voor het aangezicht 75 2Kro 7:24| aangezicht des vijands zal geslagen worden, omdat zij tegen 76 2Kro 10:15| tweehonderd rondassen van geslagen goud; zeshonderd sikkelen 77 2Kro 10:15| zeshonderd sikkelen van geslagen goud liet hij opwegen tot 78 2Kro 10:16| driehonderd schilden van geslagen goud; driehonderd sikkelen 79 2Kro 21:22| gekomen waren; en zij werden geslagen. ~ 80 2Kro 23:6 | wonden, die men hem bij Rama geslagen had, als hij streed tegen 81 2Kro 25:3 | den koning, zijn vader, geslagen hadden, doodde. ~ 82 2Kro 25:19| Zie, gij hebt de Edomieten geslagen; daarom heeft uw hart u 83 2Kro 25:22| 22 En Juda werd geslagen voor het aangezicht van 84 2Kro 28:17| gekomen, en hadden Juda geslagen en gevangenen gevankelijk 85 2Kro 28:23| goden van Damaskus, die hem geslagen hadden, en zeide: Omdat 86 Est 49 | hij zijn hand aan de Joden geslagen had. ~ 87 Job 1:8 | satan: Hebt gij ook acht geslagen op Mijn knecht Job? Want 88 Job 2:3 | satan: Hebt gij ook acht geslagen op Mijn knecht Job? Want 89 Job 30:8 | van geen naam; zij waren geslagen uit den lande. ~ 90 Psa 3:8 | vijanden op het kinnebakken geslagen; de tanden der goddelozen 91 Psa 69:27 | zij vervolgen, dien Gij geslagen hebt; en maken een praat 92 Psa 74:6 | en beukhamers in stukken geslagen. ~ 93 Psa 78:20 | Hij heeft den rotssteen geslagen, dat er wateren uitvloeiden, 94 Psa 102:5 | 5 Mijn hart is geslagen en verdord als gras, zodat 95 Psa 136:10 | Dien, Die de Egyptenaren geslagen heeft in hun eerstgeborenen; 96 Psa 136:17 | 17 Die grote koningen geslagen heeft; want Zijn goedertierenheid 97 Spre 18:8 | oorblazers zijn als dergenen, die geslagen zijn, en die dalen in het 98 Spre 23:35| 35      Men heeft mij geslagen, zult gij zeggen, ik ben 99 Spre 26:22| oorblazers zijn als dergenen, die geslagen zijn, en die dalen in het 100 Jes 1:5 | Waartoe zoudt gij meer geslagen worden? Gij zoudt des afvals 101 Jes 5:25 | uitgestrekt, en Hij heeft het geslagen, zodat de bergen hebben 102 Jes 10:20 | steunen zullen op dien, die ze geslagen heeft; maar zij zullen      103 Jes 27:7 | 7      Heeft Hij hem geslagen, gelijk Hij dien geslagen 104 Jes 27:7 | geslagen, gelijk Hij dien geslagen heeft, die hem sloeg? Is 105 Jes 30:26 | en de wonde, waarmede het geslagen is, genezen. ~ 106 Jes 30:31 | HEEREN zal Assur te morzel geslagen worden, die met de roede 107 Jes 53:4 | dat Hij geplaagd, van God geslagen en verdrukt was. ~ 108 Jes 61:10 | Mijn verbolgenheid heb Ik u geslagen, maar in Mijn welbehagen 109 Jer 2:30 | Tevergeefs heb Ik uw kinderen geslagen; zij hebben de tucht niet 110 Jer 5:3 | naar waarheid? Gij hebt hen geslagen, maar zij hebben geen pijn 111 Jer 14:19 | Sion? Waarom hebt Gij ons geslagen, dat er geen genezing voor 112 Jer 18:21 | jongelingen met het zwaard geslagen worden in den strijd. ~ 113 Jer 30:14 | niet naar u; want Ik heb u geslagen met eens vijands plage, 114 Jer 41:9 | aan de zijde van Gedalia geslagen had, henenwierp, is dezelfde, 115 Jer 41:16 | Gedalia, den zoon van Ahikam, geslagen had) te weten de mannen, 116 Jer 41:18 | Gedalia, den zoon van Ahikam, geslagen had, dien de      koning 117 Eze 9:8 | geschiedde nu, als zij hen geslagen hadden, en ik overgebleven 118 Eze 22:13 | Ziet dan, Ik heb Mijn hand geslagen, om uw gierigheid, die gij 119 Eze 32:15 | woest zijn geworden, als Ik geslagen zal hebben allen, die daarin 120 Eze 33:21 | zeggende: De stad is geslagen. ~ 121 Eze 40:1 | veertiende jaar, nadat de stad geslagen was; even op      dienzelfden 122 Dan 2:35 | de steen, die het beeld geslagen heeft, werd tot een groten 123 Hos 6:1 | zal ons genezen; Hij heeft geslagen, en Hij zal ons verbinden. ~ 124 Hos 9:16 | 16      Efraim is geslagen, hunlieder wortel is verdord, 125 Amos 4:9 | 9      Ik heb ulieden geslagen met brandkoren en met honigdauw; 126 Zac 13:6 | zijn de wonden, waarmede ik geslagen ben, in het huis mijner 127 Matt 21:35| dienstknechten, hebben den een geslagen, en den anderen gedood, 128 Matt 26:68| Christus, wie is het, die U geslagen heeft? ~ 129 Mark 13:9 | in de synagogen; gij zult geslagen worden, en voor stadhouders 130 Luk 4:20 | de synagoge waren op Hem geslagen. ~ 131 Luk 12:47 | die zal met vele slagen geslagen worden. ~ 132 Luk 12:48 | die zal met weinige slagen geslagen worden. En een iegelijk, 133 Luk 20:11 | dienstknecht; maar ook dien geslagen en smadelijk behandeld hebbende, 134 Luk 22:64 | Profeteer, wie het is, die U geslagen heeft? ~ 135 1Kor 4:11| naakt, en worden met vuisten geslagen, en hebben geen vaste woonplaats; ~ 136 1Pet 2:20| gij zondigt, en daarover geslagen wordt? Maar indien gij verdraagt, 137 Open 8:12| derde deel der zon werd geslagen, en het derde deel der maan,


Best viewed with any browser at 800x600 or 768x1024 on Tablet PC
IntraText® (V89) - Some rights reserved by EuloTech SRL - 1996-2007. Content in this page is licensed under a Creative Commons License